-
De wederkomst van Christus — zichtbaar?Ontwaakt! 1973 | 22 november
-
-
aan hen bekendgemaakte „goede nieuws” te aanvaarden. Hierover lezen wij in 2 Thessalonicenzen 1:6-8:
„Hierbij wordt in aanmerking genomen dat het van Gods zijde rechtvaardig is verdrukking te vergelden aan hen die voor u verdrukking veroorzaken, maar aan u die verdrukking lijdt, verlichting te zamen met ons bij de openbaring van de Heer Jezus vanuit de hemel met zijn krachtige engelen, in een vlammend vuur, wanneer hij wraak oefent over hen die God niet kennen en over hen die het goede nieuws omtrent onze Heer Jezus niet gehoorzamen.”
Wat degenen betreft die God hebben leren kennen en gehoorzame dienstknechten van hem en discipelen van Jezus Christus zijn geworden, zij zullen goddelijke bescherming genieten. Op hen zullen de woorden van Jezus in Matthéüs 25:34 van toepassing zijn: „Komt, gij op wie de zegen van mijn vader rust, beërft het koninkrijk dat sedert de grondlegging der wereld voor u is bereid” (Matth. 25:34). Zij zullen niet langer bittere tranen schreien. Zij zullen bevrijd worden van de mentale, fysieke en emotionele pijn waaronder zij nu ten gevolge van onvolmaaktheid te lijden hebben. Openbaring 21:4 verzekert ons: „[God] zal elke traan uit hun ogen wegwissen, en de dood zal niet meer zijn, noch rouw, noch geschreeuw, noch pijn zal er meer zijn.”
De wederkomst van Christus is daarom stellig geen zaak van zuiver theologisch belang. Jezus Christus is thans tegenwoordig en scheidt alle mensen — hen plaatsend aan de rechterkant van zijn gunst of aan de linkerkant van zijn ongunst. Het past ieder zichzelf af te vragen: Aan welke kant sta ik? Wat moet ik doen om mij te verzekeren van een plaats aan Christus’ rechterzijde, met eeuwig leven in het vooruitzicht?
Jehovah’s getuigen zullen u graag hierbij helpen. Waarom zou u geen gebruik maken van hun gratis huisbijbelstudieregeling?
-
-
Zij lieten hun licht schijnenOntwaakt! 1973 | 22 november
-
-
Zij lieten hun licht schijnen
JEZUS CHRISTUS heeft tot zijn volgelingen gezegd: „Gij zijt het licht der wereld” (Matth. 5:14). Als zo’n licht dienen, betekende voortreffelijke christelijke werken ten toon spreiden en door woord en voorbeeld anderen helpen om als discipelen van de Heer Jezus Christus dienaren van Jehovah God te worden. Jezus zei: „Laat . . . uw licht voor de mensen schijnen, opdat zij uw voortreffelijke werken mogen zien en uw Vader, die in de hemelen is, heerlijkheid geven” (Matth. 5:16). Daarom proberen Jehovah’s getuigen een goed gebruik te maken van hun gelegenheden om de bijbelse boodschap met anderen te delen. Dit heeft velen ertoe gebracht de Heilige Schrift met de Getuigen te bestuderen.
● Een van Jehovah’s getuigen in Canada sprak op zijn werk eens over een congres dat hij had bezocht. Een jongeman hoorde toevallig het gesprek en dit bracht hem ertoe de Getuige een paar vragen te stellen. Bijna onmiddellijk begon deze jongeman de vergaderingen van Jehovah’s getuigen te bezoeken, terwijl hij tegelijkertijd gretig allerlei publikaties van het Wachttorengenootschap las. Gedurende twee achtereenvolgende zondagen was deze jongeman van ’s morgens negen uur tot bijna middernacht bij de Getuige en zijn gezin thuis, bezocht met hen de vergaderingen en bestudeerde en besprak de waarheden uit Gods Woord. Precies drie weken na zijn eerste bijbelstudie werd hij gedoopt.
Zijn vrouw, die een groot deel van die tijd was weggeweest, was bij haar terugkomst overrompeld door wat er in haar afwezigheid was gebeurd, maar ook zij wilde wel een bijbelstudie hebben en is thans een opgedragen, gedoopte Getuige van Jehovah.
Slechts één jaar na zijn eigen doop zag deze jongeman hoe iemand met wie hijzelf de bijbel had bestudeerd zijn standpunt voor de ware aanbidding innam en werd gedoopt.
● Een Getuige uit Finland vertelt: „Enige tijd geleden kwamen een man en zijn twee zusters in het huis naast ons wonen. Op een dag liepen wij toevallig samen naar huis en kreeg ik de gelegenheid hem te vertellen dat wij Jehovah’s
-