Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • w85 15/5 blz. 22-26
  • „Gij zijt het zout der aarde”

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • „Gij zijt het zout der aarde”
  • De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1985
  • Onderkopjes
  • Vergelijkbare artikelen
  • „Gekruid met zout”
  • „Hebt zout in uzelf”
  • „Het zout der aarde”
  • Zout vrijwaart tegen moreel bederf
  • Duurzaamheid en loyaliteit
  • Zout — Een kostbaar product
    Ontwaakt! 2002
  • Wat dunkt u van zout?
    Ontwaakt! 1976
  • Zout
    Inzicht in de Schrift, Deel 2
  • Zout
    Hulp tot begrip van de bijbel
Meer weergeven
De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1985
w85 15/5 blz. 22-26

„Gij zijt het zout der aarde”

„Gij zijt het zout der aarde; maar als het zout zijn kracht verliest, hoe zal het dan zijn zoutheid terugkrijgen?” — MATTHÉÜS 5:13.

1. Wat is keukenzout?

ZOUT is een verbazingwekkende substantie. Chemisch is het samengesteld uit natrium, een ongewoon metaal, en chloor, een giftig gas. Het feit dat deze twee gevaarlijke elementen zich kunnen verbinden om een nuttige substantie te vormen, is een wonderbaarlijke voorziening van de Schepper tot nut van de mens. — Ps. 104:24.

2. Hoe kan geïllustreerd worden dat zout bederf tegengaat en een conserveringsmiddel kan zijn?

2 In de eerste plaats is zout zeer doeltreffend om bederf tegen te gaan. Ter illustratie: Een zekere man legde de huiden van twee geslachte schapen in de kofferruimte van zijn auto en begaf zich op een lange reis in de hitte van de Afrikaanse zon. Toen hij ten slotte de kofferruimte opendeed, kwam hem een weerzinwekkende lucht tegemoet en waren de huiden vergeven van de maden! De vachten werden echter gewassen en grondig met zout ingewreven. Het resultaat? Het werden zachte slaapkamerkleedjes die jarenlang werden gebruikt.

3. Wat kan er over de waarde en de beschikbaarheid van zout worden gezegd?

3 Het is dus duidelijk dat zout van onschatbare waarde is als conserveringsmiddel. Maar het heeft ook in een ander opzicht waarde. In het oude China nam het in feite in orde van belangrijkheid na goud de tweede plaats in. Het Latijnse woord voor „zout” is sal, en in de dagen van het Romeinse Rijk kregen soldaten een gedeelte van hun soldij (salarium) in zout uitbetaald. Hier komt het woord „salaris” vandaan. Tegenwoordig is zout op de meeste plaatsen natuurlijk tamelijk gewoon en goedkoop. De oceanen bevatten zo’n 19 miljoen km3 zout — genoeg om de gehele Verenigde Staten er 1,6 km diep in te begraven! Zelfs toen Jezus Christus op aarde was, kwam zout tamelijk overvloedig voor. Het water van de Dode Zee bijvoorbeeld voorzag in een flinke voorraad, en er waren zouthoudende heuvels in de nabijheid van de plaats waar Lots vrouw „een zoutpilaar” werd. — Gen. 19:26.

4. Waarom kunnen wij zeggen dat zout belangrijk is voor het leven?

4 Zout heeft ook medicinale waarde. Ons lichaam bevat zo’n 230 gram zout, waar wij niet buiten kunnen zonder te sterven. Zout is dus onontbeerlijk voor het leven. Maar zoals in de bijbel gebruikt, heeft zout ook een figuurlijke betekenis die betrekking heeft op het leven en de activiteiten van een christen.

„Gekruid met zout”

5. Waarom wordt voedsel met zout gekruid?

5 Wanneer een kok vergeet zout te gebruiken bij het bereiden van een of ander gerecht, kan het voedsel zo laf smaken dat mensen het niet willen eten. Job zei in dit verband: „Zullen smakeloze dingen zonder zout worden gegeten?” (Job 6:1, 6) Zout accentueert de smaak van voedsel. Zowel deze eigenschap van zout als het nut dat het heeft als conserveringsmiddel worden in de Schrift figuurlijk toegepast. Zout wordt in het bijzonder gebruikt ter beschrijving van de juiste soort van spraak.

6. Hoe is Kolossenzen 4:6 van toepassing op de bediening van Jehovah’s Getuigen?

6 De apostel Paulus schreef: „Uw spreken zij altijd minzaam, gekruid met zout, opdat gij weet hoe gij een ieder een antwoord behoort te geven.” Een andere vertaling luidt: „Laat uw conversatie altijd minzaam zijn, en nooit smakeloos” (Kol. 4:6; The New English Bible). Ware christenen besteden er vele uren aan om met de mensen over Gods koninkrijk te spreken. Uiteraard zijn niet alle getuigen van Jehovah van nature welbespraakt. Maar indien zij grote waardering hebben voor de boodschap en met overtuiging en warmte spreken, kunnen zij het hart van veel mensen tot de waarheid van Gods Woord keren. Hoe uitermate belangrijk is het dus dat de spraak van Jehovah’s dienstknechten minzaam en aantrekkelijk is!

7. Welke goede uitwerking kunnen de ’gekruide’ woorden van een christen hebben?

7 De ’gekruide’ woorden van een christen stellen de toehoorder niet alleen in staat de voortreffelijke smaak van de bijbelse boodschap te pakken te krijgen, maar kunnen in het geval van degenen die ernaar luisteren, ook tot behoud van het leven leiden. Dus net als zout onontbeerlijk is voor het leven, kan de spraak van Jehovah’s dienstknechten leven betekenen voor degenen die vol waardering luisteren naar wat zij over Gods voornemen en koninkrijk zeggen. — Vergelijk Johannes 6:63, 68.

8. Waarom dient de spraak van christelijke bedienaren door minzaamheid gekenmerkt te zijn?

8 Bijgevolg dient de spraak van christenen wanneer zij tot ongelovigen spreken, door minzaamheid gekenmerkt te zijn. Soms antwoorden personen die de Koninkrijksboodschap horen, op een norse of grove manier. Maar Jehovah’s dienstknechten mogen hun nooit op dezelfde wijze van repliek dienen. In plaats daarvan moeten zij altijd minzaam zijn. Wat wil het zeggen minzaam te zijn? Het betekent vriendelijk, aangenaam, hoffelijk en barmhartig te zijn. Wanneer een christen vragen, tegenwerpingen, kritiek of slechte manieren op een vriendelijke, geduldige wijze weet op te vangen, maakt dit dikwijls een heel groot verschil. Een spreuk dienaangaande luidt: „Een zacht antwoord keert woede af” (Spr. 15:1). Ja, in de christelijke bediening kunnen minzaamheid, hoffelijkheid en tactvolle antwoorden ertoe leiden dat mensen die misschien wel hard en bitter overkomen maar in werkelijkheid een goed hart hebben, mild gestemd raken. — Spr. 25:15.

9. Hoe dienen christenen met medegelovigen te spreken, en waarom?

9 Hoe dienen christenen dan met medegelovigen te spreken? Kunnen zij tegenover hen minzaamheid achterwege laten? In geen geval! Waarom niet? Omdat deze opgedragen dienstknechten van Jehovah ook deel uitmaken van „de kudde Gods”, die met tederheid behandeld moet worden. — Vergelijk 1 Petrus 5:2-4; Handelingen 20:29.

10. Welke invloed dient Efeziërs 4:29-32 te hebben op de taal die door Jehovah’s dienstknechten wordt gebezigd?

10 Dient een dienstknecht van Jehovah schimpende taal te bezigen tegenover collega’s op het werk die hem misschien hebben geïrriteerd? Zou het juist zijn wanneer een christelijke voorman smerige taal gebruikt als werkers hem teleurstellen? Als christelijke echtgenoten en echtgenotes wat geërgerd zijn, moeten zij elkaar of hun kinderen dan de huid vol schelden? Dat nooit! Paulus schreef: „Laat geen verdorven woord uit uw mond voortkomen . . . Alle kwaadaardige bitterheid en toorn en gramschap en geschreeuw en schimpend gepraat worde uit uw midden weggenomen, evenals alle slechtheid. Maar wordt vriendelijk jegens elkaar, teder mededogend, elkaar vrijelijk vergevend, zoals ook God door Christus u vrijelijk vergeven heeft.” — Ef. 4:29-32.

„Hebt zout in uzelf”

11, 12. Naar wat voor soort van „zout” verwees Jezus in Markus 9:50, en wat voor spraak en gedrag zouden die woorden vereisen?

11 Daar wij onvolmaakt zijn, gebeurt het ons allen bij tijd en wijle dat wij op een wijze spreken die ongepast is voor een christen. Zo gaf de discipel Jakobus eerlijk toe: „Wij allen struikelen vele malen. Indien iemand in woorden niet struikelt, die is een volmaakt man, in staat om ook zijn gehele lichaam in toom te houden” (Jak. 3:2, 8-10). Jezus’ vroege discipelen vormden hier geen uitzondering op en zij moesten terechtgewezen worden omdat zij verzuimden elkaar minzaam toe te spreken. Bij een zekere gelegenheid bijvoorbeeld voerden de discipelen een heftig twistgesprek over de vraag wie de grootste onder hen was. Jezus gaf de hele groep voortreffelijke raad om anderen niet tot struikelen te brengen en als gevolg daarvan „met vuur gezouten” te worden, ofwel in Gehenna vernietigd te worden. Vervolgens besloot hij met de woorden: „Hebt zout in uzelf en bewaart vrede onder elkaar.” — Mark. 9:33-50.

12 Het ligt voor de hand dat Jezus daar niet verwees naar de kleine hoeveelheid letterlijk zout die zich in het fysieke lichaam van zijn discipelen bevond. Hij doelde er veeleer op dat zij in woord en gedrag attent, tactvol, heilzaam en vredelievend moesten zijn — dat zij in hun manier van optreden tegenover anderen van goede smaak moesten getuigen. Dit is uitermate belangrijk willen christenen in vrede met elkaar kunnen blijven.

„Het zout der aarde”

13. Wat bedoelde Jezus toen hij tot zijn volgelingen zei: „Gij zijt het zout der aarde”?

13 Betreffende zijn volgelingen zei Jezus ook: „Gij zijt het zout der aarde” (Matth. 5:13). Hiermee wilde Jezus niet zeggen dat zijn discipelen in letterlijke zin zout waren. Zout is veeleer een conserveringsmiddel, waardoor iets behouden of in stand gehouden kan worden, en door de boodschap die Jezus’ volgelingen naar de mensen brachten, zou het leven van velen behouden worden. Zijn discipelen hadden inderdaad een levenonderhoudende invloed op degenen die naar hun boodschap luisterden, doordat zulke personen werden gevrijwaard tegen geestelijk en moreel bederf. Er bestond geen twijfel over dat het door Jezus’ volgelingen bekendgemaakte goede nieuws tot instandhouding van het leven zou leiden. — Hand. 5:20; 13:46-48.

Zout vrijwaart tegen moreel bederf

14. Wat is ervoor nodig om weerstand te kunnen bieden aan wereldse verdorvenheid?

14 Vanuit het verheven en zuivere standpunt van Jehovah God bezien, moet dit hele goddeloze samenstel van dingen er beslist als de eerder genoemde schapehuiden uitzien. Voordat de huiden gereinigd en met zout ingewreven waren, veroorzaakten ze een afschuwelijke stank en zaten ze vol ongedierte. Welnu, tot op zekere hoogte wordt iedereen beïnvloed door de toestanden in deze wereld, en om weerstand te kunnen bieden aan de verdorvenheid die tot in elk aspect van het leven doordringt, heeft een persoon moed nodig en moet hij zijn rechtschapenheid jegens God bewaren. Alleen op deze wijze kan iemand zich vrijwaren tegen moreel bederf. Niet alleen moet zijn spraak minzaam zijn, maar hij heeft ook de bederfwerende hoedanigheid nodig die hem in staat stelt nee te zeggen tegen verdorvenheid in al haar vormen. Er bestaat in zijn geval een dringende behoefte aan „zout”. — 1 Petr. 4:1-3.

15. In welk opzicht hebben Jezus en Daniël een voortreffelijk voorbeeld gegeven?

15 Een getrouwe dienstknecht van Jehovah moet nee weten te zeggen tegen verdorven praktijken en verleidingen. Bedenk dat Jezus tot driemaal toe nee zei toen hij in de wildernis door Satan werd verzocht (Matth. 4:1-10). En beschouw ook het voorbeeld dat de profeet Daniël gaf. Hij leerde op betrekkelijk jonge leeftijd nee te zeggen. Toen Daniël zich als jonge man aan het koninklijk hof van Babylon bevond, werd hem en zijn metgezellen ’een dagelijks rantsoen van de lekkernijen van de koning’ aangeboden. Maar Daniël en zijn vrienden sloegen dit af. Het was in hun geval niet zo dat zij een gastvrij aanbod van de hand wezen. Integendeel, de vier jonge Hebreeërs stonden erop slechts groente en water te nuttigen omdat zij pertinent geen voedsel wilden gebruiken dat door Jehovah’s wet was verboden of door heidense riten verontreinigd was. Die handelwijze vergde werkelijk moed. Het resultaat was lonend, want aan het einde van de vastgestelde proeftijd zagen zij er in fysiek opzicht beter uit dan degenen die het voedsel van de koning hadden aanvaard. En in geestelijk opzicht genoten die Hebreeërs Jehovah’s zegen en gunst. — Dan. 1:5-17.

16. Waarom kan er worden gezegd dat Daniël een ’goed gezouten’ dienstknecht van Jehovah was?

16 Jehovah God zag erop toe dat Daniël en zijn metgezellen werden gespaard omdat zij ’zout in zichzelf hadden’. Maar wij kunnen nog meer van Daniël leren. Hij werd tot een hoge positie in de regering van Babylon aangesteld. Onder die omstandigheden zal hij beslist heel vaak nee hebben moeten zeggen, want hij was omringd door heidense mensen, en aan het koninklijk hof werden ongetwijfeld heel wat corrupte praktijken beoefend, zoals immoraliteit, liegen, omkoperij en politieke intrige. Daniël stond vaak onder zware druk. Maar alhoewel hij zich midden in de „wereld” van die tijd bevond, was hij „geen deel van de wereld” (Joh. 17:16). Daniël was een getrouwe, ’goed gezouten’ dienstknecht van Jehovah. Ja, Daniëls vijanden, die misschien geïrriteerd waren omdat zijn rechtschapenheid en eerlijkheid hen in een slecht daglicht plaatste, trachtten hem zelfs te doden! Niettemin moesten zij toegeven dat „hij betrouwbaar was en er geen enkele nalatigheid noch ook maar iets corrupts in hem gevonden werd” (Dan. 6:4, 5). Wat een voortreffelijk voorbeeld!

17. Tegenover welke moeilijke beproevingen staan christelijke jongeren in deze tijd?

17 Net als de jeugdige Daniël en zijn vrienden staan christelijke jongeren in deze tijd tegenover moeilijke beproevingen. Vooral op school moeten zij het hoofd bieden aan drugs, tabak, alcoholische dranken, smerige taal, immoraliteit, spieken, een geest van opstandigheid, valse aanbidding, nationalisme, slechte omgang, valse leringen zoals evolutie, en andere krachtige invloeden. Een christelijke jongere moet werkelijk ’goed gezouten’ zijn, wil hij in weerwil van al die verleidingen rein blijven en zijn rechtschapenheid bewaren.

18. (a) Welke vragen dienen christelijke ouders terecht te beschouwen? (b) Welke raad wordt gegeven aan ouders die het moeilijk vinden hun kinderen te helpen?

18 Christelijke ouders, beschouwt daarom zorgvuldig hoe het er met uw gezin voor staat. Maken alle gezinsleden geestelijke vorderingen? Hebt u verhinderd dat uw eigen kinderen door wereldse verdorvenheid worden besmet? Weet u wat zij doen en hoe zij werkelijk over de ware aanbidding denken? Verafschuwen zij de onreine dingen van deze wereld of verkeren zij in gevaar ervoor te zwichten? (Amos 5:14, 15) Indien de band die u als ouders met uw kinderen hebt niet intiem genoeg is om hen te helpen, of indien u dit moeilijk vindt, waarom zou u de kwestie dan niet ernstig in gebed aan Jehovah voorleggen? Hij kan u beslist helpen deze barrière te overwinnen. — 1 Joh. 5:14.

19. Wat zijn enkele dingen waartegen christelijke ouders nee dienen te zeggen?

19 Wat voor voorbeeld geeft u als christelijke ouders? Zegt u krachtig nee tegen schadelijke dingen zoals zich overeten en zwaar drinken en tegen de vele vormen van immoraliteit en onreinheid die in uw omgeving worden beoefend? Zegt u nee tegen omkoping, kruimeldiefstallen en de obscene grappen en taal van wereldse mensen? Staat u op het werk of in uw buurt als reine, eerlijke, oprechte personen bekend? Op de juiste tijd nee zeggen, is van zeer groot belang om „het zout der aarde” te zijn.

Duurzaamheid en loyaliteit

20. Hoe werd in het oude Israël zout in verband met de aanbidding van Jehovah gebruikt?

20 Ongetwijfeld omdat zout een afbeelding was van iets dat vrij was van bederf, werd het in Israëls aanbidding van Jehovah gebruikt. Zo moesten alle op het altaar gebrachte offergaven gezouten zijn. In de door tussenkomst van Mozes gegeven Wet stond: „Gij moogt het zout van het verbond van uw God niet aan uw graanoffer laten ontbreken. Bij elke offergave van u zult gij zout aanbieden.” En „een zoutverbond” werd als bindend beschouwd. — Lev. 2:13; Num. 18:19; 2 Kron. 13:4, 5.

21. Wat wordt in deze tijd van Jehovah’s dienstknechten als „het zout der aarde” verlangd?

21 Jehovah’s dienstknechten in deze tijd zijn als getuigen van Jehovah „het zout der aarde”. Dit vereist dat zij onbedorven, getrouw en loyaal zijn. Zij moeten ijverig zijn in het aankweken van de vrucht van Gods heilige geest — liefde, vreugde, vrede, lankmoedigheid, vriendelijkheid, goedheid, geloof, zachtaardigheid en zelfbeheersing (Gal. 5:22, 23). De vrucht van de geest is de bron van geestelijke, met zout te vergelijken hoedanigheden. Maar het feit dat sommigen Jehovah reeds jarenlang hebben gediend, is op zichzelf nog geen waarborg dat zij niet zullen afvallen (1 Kor. 10:12). Jezus zelf waarschuwde ons hiervoor.

22. Wat is de betekenis van het laatste gedeelte van Matthéüs 5:13?

22 Bedenk dat Jezus vlak nadat hij had gezegd: „Gij zijt het zout der aarde”, eraan toevoegde: „Maar als het zout zijn kracht verliest, hoe zal het dan zijn zoutheid terugkrijgen? Het is nergens meer bruikbaar voor dan om naar buiten geworpen te worden ten einde door de mensen te worden vertrapt” (Matth. 5:13). Een gedeelte van het zout dat werd gebruikt toen Jezus op aarde was, werd met vreemde stoffen vermengd. Indien derhalve het zuivere zout door de regen of anderszins werd weggespoeld, was datgene wat overbleef, slechts geschikt om naar buiten geworpen te worden, misschien op paden, waar het door voorbijgangers werd vertrapt. Indien het zout niet in de juiste toestand werd gehouden, kon het gemakkelijk nutteloos worden.

23. Wat dient als getuigen van Jehovah onze zienswijze te zijn met betrekking tot Jezus’ woorden „Gij zijt het zout der aarde”?

23 Laten wij er als loyale dienstknechten van Jehovah en zijn Zoon Jezus Christus dus zorgvuldig op toezien dat wij nooit onze ’kracht’ ofwel zuivere, met zout te vergelijken hoedanigheden ’verliezen’. Laten wij veeleer ons uiterste best doen om de vrucht van Gods geest aan te kweken. Mogen wij altijd minzaam zijn in onze spraak door ijverig de Koninkrijksboodschap bekend te maken en er aldus aan mee te werken dat het leven van anderen wordt behouden. Mogen wij nooit ten prooi vallen aan deze verdorven wereld, maar mogen wij bij het lezen van Jezus’ woorden „Gij zijt het zout der aarde” altijd in gedachte houden welke diepgaande betekenis hierin opgesloten ligt en welk grote voorrecht ermee verbonden is.

Kunt u zich dit herinneren?

◻ Hoe kunnen wij ’ons spreken gekruid met zout’ laten zijn?

◻ Waarom is het uitermate belangrijk dat christenen ’zout in zichzelf hebben’?

◻ In welk opzicht zijn Jezus’ volgelingen „het zout der aarde”?

◻ Wat zijn enkele dingen die ’goed gezouten’ christenen zullen vermijden?

◻ Wat dient met het oog op Matthéüs 5:13 de zienswijze van Jehovah’s dienstknechten in deze tijd te zijn?

[Illustratie op blz. 25]

Daniël leerde op jonge leeftijd nee te zeggen

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen