Is hij werkelijk tegenstrijdig?
’ADAM en Eva hadden twee zoons, Kaïn en Abel. Kaïn doodde Abel en nam toen een vrouw. Waar haalde hij zijn vrouw vandaan?’ Hebt u die vraag ooit gehoord? Het is waarschijnlijk de meest gestelde vraag door mensen die beweren dat de bijbel zichzelf tegenspreekt. Weet u het antwoord?
De bijbel leert ons dat Adam en Eva veel kinderen hadden, niet slechts twee. „De dagen van Adam nadat hij de vader van Seth [een andere zoon] was geworden, bedroegen achthonderd jaar. Intussen werd hij de vader van zonen en dochters” (Gen. 5:4). Nu u dit weet, waar zou Kaïn volgens u dan zijn vrouw vandaan hebben? Ja, hij moet met een van zijn zusters zijn getrouwd. In deze tijd zou dit gevaarlijk kunnen zijn voor kinderen die uit zulke nauw verwante ouders geboren worden. Maar in het begin van de menselijke geschiedenis, toen de mensheid nog veel dichter bij de volmaaktheid stond, vormde dit geen probleem.
Deze vraag illustreert één reden waarom sommigen menen dat de bijbel zichzelf tegenspreekt: zij beschikken niet over alle feiten. Wanneer zij het totaalbeeld hebben, verdwijnen zulke ogenschijnlijke tegenstellingen.
Anderen wijzen op verschillende bijbelverslagen van dezelfde gebeurtenis en zeggen dat er tegenstrijdigheden zijn. In Matthéüs 8:5, 6 wordt ons bijvoorbeeld gezegd: „Toen [Jezus] Kapérnaüm was binnengegaan, kwam er een legeroverste naar hem toe, die hem een dringend verzoek deed en zei: ’Mijnheer, mijn knecht is verlamd en ligt thuis te bed, en hij lijdt vreselijke pijn.’” Daarna vroeg hij Jezus om hulp. In het parallelle verslag in Lukas staat evenwel: „Hij [zond] oudere mannen der joden naar [Jezus] toe om hem te vragen of hij wilde komen en zijn slaaf er veilig doorheen wilde brengen” (Luk. 7:3). In het ene verslag staat dat de legeroverste hem zelf aansprak, terwijl in het andere verslag staat dat hij door oudere mannen van de joden werd vertegenwoordigd.
Schijnt dit tegenstrijdig te zijn? Zo ja, beschouw dan wat er in Handelingen 7:47 wordt gezegd. Wij lezen daar dat koning Salomo een tempel voor Jehovah in Jeruzalem bouwde. Bedoelde de schrijver hiermee dat Salomo de tempel zelf bouwde? Of werd het werkelijke werk door een menigte werklieden verricht, terwijl Salomo hier de machtiging toe gaf en het werk organiseerde? Natuurlijk is het laatste het geval. Evenzo sprak deze militair tot Jezus, hoewel hij hierbij joodse tussenpersonen gebruikte. De twee verslagen zijn niet in tegenspraak met elkaar. Dezelfde gebeurtenis wordt alleen maar vanuit verschillende gezichtspunten belicht.
Er zijn veel van dergelijke zogenaamde tegenstrijdigheden. Maar ze zijn in werkelijkheid voorbeelden die aantonen hoe dezelfde gebeurtenis van verschillende standpunten uit kan worden beschreven. Indien alle bijbelschrijvers precies hetzelfde hadden geschreven, zou hierdoor sterk de indruk worden gewekt dat zij van elkaar hadden overgeschreven. Dat zij vanuit verschillende standpunten hebben geschreven, toont aan dat er geen sprake van was dat zij onder één hoedje hebben gespeeld, terwijl het feit dat zij allen in wezen hetzelfde verhaal vertellen, aantoont dat zij de waarheid vertellen.
IS DE BIJBEL WETENSCHAPPELIJK?
Soms ligt het probleem in wat mensen denken dat de bijbel zegt. Zo werd Galilei in 1633 door de katholieke Kerk veroordeeld omdat hij zei dat de aarde om de zon draaide. Volgens het tijdschrift Newsweek bezien zij dit nu als een fout waar zij zich om schamen. Hoe komt het dat zij die fout hebben gemaakt? Eén oorzaak die in de New Catholic Encyclopedia wordt genoemd, is dat de nieuwe leer van Galilei in strijd was met de bijbel. Met andere woorden, niet alleen de katholieke Kerk, maar ook de bijbel was fout. Is dit juist?
Het antwoord luidt Neen. De bijbel is geen wetenschappelijk leerboek. Het voornaamste doel van de bijbel is ons te vertellen over God, zijn voornemens en zijn handelingen ten aanzien van de mensheid. Maar hij is niet onwetenschappelijk. De bijbel maakt soms melding van dingen die met natuurwetten te maken hebben, en vaak komt datgene wat hij zegt overeen met wat geleerden ons in deze tijd zeggen. Waarom was de katholieke Kerk dan van mening dat de leer van Galilei in strijd was met de bijbel?
Volgens de New Catholic Encyclopedia stond één schriftuurlijk verslag waarop zij wezen, in het boek Jozua. Wij lezen daar dat de Israëlieten bij een zekere gelegenheid streden en hun vijanden versloegen, hoewel het er door de nadering van de nacht naar uitzag dat zij geen totale overwinning zouden behalen. Daarom verlengde Jehovah, door een groot wonder te verrichten, de dag opdat zij hun overwinning konden voltooien. Het verslag zegt: „Bijgevolg bleef de zon onbeweeglijk staan, en de maan stond werkelijk stil, totdat de natie zich op haar vijanden kon wreken.” — Joz. 10:13.
Zegt die schriftplaats dat de aarde niet om de zon draait? Of deden de kerkelijke rechters van onderzoek de betekenis van de schriftplaats geweld aan? Het was beslist niet de bedoeling van de bijbelschrijver om hier een wetenschappelijke verklaring te geven over de beweging der planeten. Hij vertelt ons veeleer wat de Israëlieten zagen. Zij zagen dat de zon stilstond aan de hemel — of dit nu werd teweeggebracht doordat Jehovah voor een onderbreking zorgde in het draaien van de aarde of anderszins.
Zo zeggen ook wij in deze tijd dat de zon ’s morgens opkomt en ’s avonds ondergaat. Betekent dit dat wij niet geloven dat de aarde om de zon draait? Natuurlijk niet. Wij beschrijven alleen maar de gebeurtenissen zoals ze zich aan ons oog voordoen.
De problemen waarmee Galilei te maken kreeg, werden dus niet veroorzaakt door wat de bijbel zegt. Ze sproten veeleer voort uit wat mensen in de woorden van de bijbel legden zonder dat dit er werkelijk stond.
In het boek World Without End, door Roger Pilkington, komt nog een misverstand voor. De schrijver zegt: „Alle schrijvers van het Oude Testament beschouwden de aarde als een platte schaal.” Opnieuw wordt de indruk gewekt dat de bijbel de wetenschap tegenspreekt. Is dit echter zo?
Laten wij eens twee schriftplaatsen beschouwen waarin de aarde wordt beschreven. In de ene staat: „[God] spant het noorden uit over de lege ruimte, hangt de aarde op aan niets” (Job 26:7). De andere zegt: „[God] woont boven het rond der aarde.” — Jes. 40:22.
Deze schriftplaatsen werden vanzelfsprekend niet opgetekend om een les over natuurwetenschap te geven. Ze hadden ten doel ons de majesteit van Jehovah als God te doen beseffen. Maar zou u zeggen dat het beeld dat wordt geschetst — van een ronde aarde die in de lege ruimte hangt — onwetenschappelijk is? Het is veeleer een opmerkelijke beschrijving van precies datgene wat astronauten zien wanneer zij door de ruimte reizen. De heer Pilkington had het gewoon bij het verkeerde eind toen hij zei: „Alle schrijvers van het Oude Testament beschouwden de aarde als een platte schaal.”
WAT VALT ER OVER MYTHEN TE ZEGGEN?
Andere mensen hebben problemen omdat sommige bijbelse verhalen vreemd lijken in deze wetenschappelijke twintigste eeuw. In deze tijd kan er van niemand worden gezegd dat hij op water loopt, grote menigten met enkele broden en vissen voedt, de doden opwekt of de zieken onmiddellijk geneest. Daarom zijn deze mensen van mening dat de verslagen over zulke dingen in de bijbel mythen moeten zijn.
De bijbel zegt echter niet dat wonderen in die dagen dagelijks voorkwamen. Ze waren opzienbarend en onverwacht, „wonderen en tekenen” die bewezen dat God zijn dienstknecht Jezus werkelijk steunde (Hand. 2:22). Veel mensen waren toen zeer ontwikkeld, en als zij Jezus of een van zijn volgelingen door de macht van Gods heilige geest een wonder zagen verrichten, reageerden zij net als wij zouden reageren. Zij werden „van vrees bevangen” of „met verrukking vervuld”. — Matth. 9:8; Hand. 3:10.
Het is opmerkenswaardig dat zelfs Jezus’ vijanden niet ontkenden dat hij wonderen verrichtte. Zij betwistten alleen de bron van zijn macht. Zij excommuniceerden een blinde man die van Jezus het gezicht had terugontvangen. En eens trachtten zij een man die door hem was opgewekt, te doden. Maar zij moesten toegeven dat de wonderen op zich plaatsvonden. — Matth. 12:24; Joh. 9:30-34; 11:43-53; 12:9, 10.
Verder hebben honderden mensen Jezus in levenden lijve gezien nadat hij in het openbaar door Rome’s geoefende beulen was terechtgesteld. Sommigen hebben hun indrukken opgetekend in geschriften die wij thans kunnen lezen. Het gebeurde had zo’n grote invloed op velen van hen dat hun leven volledig veranderde. Zij waren nu bereid voor hun geloof te sterven. Zou een mythe of een verdichtsel van de verbeelding zo’n uitwerking hebben gehad?
Het is waar dat zulke dingen thans niet gebeuren. Maar als u nu eens met mensen zou kunnen spreken die in Jezus’ tijd leefden en u hun zou vertellen dat u een man op de maan had zien lopen, dat u met mensen aan de andere kant van de aarde kon spreken, dat u of uw vrienden door de lucht hadden gevlogen en dat er machines bestonden die dingen konden registreren en gecompliceerde wiskundige berekeningen konden uitvoeren, wat zouden zij dan zeggen? Dat u een grote fantast was! Zulke dingen gebeurden niet in Jezus’ dagen.
Toch heeft de hedendaagse technologie zulke wonderen mogelijk gemaakt. Welnu, het bestaan van een Almachtige God maakt alle in de bijbel opgetekende wonderen beslist evenzeer mogelijk.
U KUNT DE BIJBEL GELOVEN
Een schrijver die vele van de zogenaamde tegenstrijdigheden en „problemen” van de bijbel had onderzocht, kwam tot de volgende slotsom: „Wanneer wij de werkelijke grootsheid van de bijbel beschouwen en de kracht van zijn invloed door de eeuwen heen, verbleken de spitsvondige ’fouten’ die sceptici erin proberen aan te wijzen, tot iets onbelangrijks” (Does Inspiration Demand Inerrancy? door Stewart Custer). Dit is waar. Wanneer bovendien alle feiten beschikbaar zijn, blijken de „fouten” achteraf in het geheel geen fouten te zijn.
Een Australische tekstschrijver geeft toe dat hij een „rationalistische fanaticus” was wanneer het op de bijbel aankwam. Vervolgens zei hij: „Voor het eerst in mijn leven deed ik wat normaal gesproken de eerste taak van een verslaggever is: Ik verifieerde mijn feiten. . . . En ik was ontzet, omdat datgene wat ik [in de evangelieverslagen] las, geen legende en geen natuurhistorische fictie was. Er werd verslag uitgebracht, verslagen uit de eerste en de tweede hand over bijzondere gebeurtenissen en soms — zoals in het geval van Lukas — de bijeenbrenging van documentaire bewijzen te zamen met de resultaten van interviews van ooggetuigen. Verslag uitbrengen heeft een speciaal cachet, en dat cachet treft men in de evangeliën aan.”
Wij moedigen u ertoe aan het voorbeeld van deze man te volgen en ’de feiten te verifiëren’. Lees het Boek en onderwerp u aan de „werkelijke grootsheid van de bijbel”. U zult bemerken dat de bijbel niet onbegrijpelijk of oninteressant is. Hij bevat een fascinerend verslag van Gods handelingen met de mensheid van de aanvang af. Hij handelt over de meest actuele problemen van deze tijd en geeft raad waardoor velen worden geholpen hun leven tot een succes te maken. Bovendien bevat de bijbel een boodschap voor deze twintigste eeuw welke niet genegeerd kan worden door degenen die een deugdelijke hoop en een deugdelijk doel in hun leven willen hebben.
Als u de bijbel moeilijk te begrijpen vindt, zullen Jehovah’s Getuigen u er graag bij helpen de inlichtingen te verkrijgen die erin staan opgetekend. Ja, de woorden van John Quincy Adams zijn nog altijd waar: „De bijbel is het boek der boeken dat in alle eeuwen gelezen moet worden.” Het is nog steeds het boek waarin geloof gesteld en dat gevolgd moet worden, vooral in deze sceptische twintigste eeuw.
[Illustratie op blz. 4]
WAAR HAALDE KAÏN ZIJN VROUW VANDAAN?
[Illustratie op blz. 5]
ZEGT DE BIJBEL DAT DE ZON OM DE AARDE DRAAIT?
[Illustratie op blz. 6]
ZIJN ER WERKELIJK WONDEREN GEBEURD — OF WAREN HET SLECHTS MYTHEN?