-
Volharding in gebed wordt beloondDe Wachttoren 1979 | 1 september
-
-
zei: „Ik heb God gezien van aangezicht tot aangezicht, en toch werd mijn ziel bevrijd.” Wat een schitterend voorbeeld van volharding in gebed! — Gen. 32:24-30.
-
-
Het gebed in deze „laatste dagen”De Wachttoren 1979 | 1 september
-
-
Het gebed in deze „laatste dagen”
„Blijft dan wakker, te allen tijde smekend.” — Luk. 21:36.
1. (a) Waar maakt Lukas voor het eerst melding van gebed of „smeking”? (b) Hoe reageerde Jezus op het verzoek: „Heer, leer ons bidden”?
HOEWEL Lukas in het begin van zijn evangelie het gebed ter sprake brengt, en wel in verband met Zacharías’ „smeking” tot God (in hoofdstuk 1, vers 13), bespreekt hij in hoofdstuk 11 tamelijk uitvoerig wat Jezus over dit onderwerp onderwees. Om te beginnen gaat Jezus in op het verzoek van een van zijn discipelen: „Heer, leer ons bidden, zoals Johannes het ook aan zijn discipelen heeft geleerd” (Luk. 11:1) Jezus antwoordde:
„Wanneer gij bidt, zegt dan: ’Vader, uw naam worde geheiligd. Uw koninkrijk kome. Geef ons ons brood voor de dag naar de dag het vereist. En vergeef ons onze zonden, want ook wij vergeven een ieder die bij ons in de schuld staat; en breng ons niet in verzoeking.’” — Luk. 11:2-4.
2. (a) Hoe wordt Gods naam aldus geëerd, en in harmonie met welke schriftplaatsen? (b) Welke totaal andere situatie bestaat er in de wereld, en hoe zal deze toestand worden verholpen?
2 In 1 Koningen 8:41-43 en Jesaja 56:6-8, teksten die in het vorige artikel zijn aangehaald, hebt u kunnen opmerken hoe Jehovah’s naam de eerste plaats wordt toegekend en nu ziet u dat Jezus in Lukas 11:2-4 hetzelfde doet. In de wereld van thans wordt Jehovah’s naam beslist niet geheiligd. De geest van nationalisme, van eerst aan zichzelf denken en van genotzucht, waarbij men tevreden is met een ’vorm van godvruchtige toewijding, maar de kracht ervan niet blijkt te bezitten’, en meer van dergelijke toestanden, hebben tot gevolg dat Gods naam wordt gesmaad en onteerd of volledig wordt genegeerd (2 Tim. 3:5). Ter verhoring van dit gebed moet God zijn eigen naam dus heiligen (Ezech. 36:23). De schandelijke situatie zal worden verholpen wanneer Gods koninkrijk, in handen van Christus Jezus, handelend tegen de natiën en hun heersers gaat optreden, zoals levendig in Psalm 2 wordt beschreven.
3. Welke waarschuwing en welke belofte geeft Petrus in dit verband?
3 Deze dingen zullen op Jehovah’s dag geschieden, die volgens de in vervulling gaande bijbelprofetieën thans zo nabij is. Wij doen er daarom goed aan acht te slaan op Petrus’ geïnspireerde vermaning en waarschuwing:
„Verwachtende en goed in gedachten houdende de tegenwoordigheid van de dag van Jehovah, waardoor de hemelen brandende ontbonden zullen worden en de elementen, intens heet, zullen smelten! Maar er zijn nieuwe hemelen en een nieuwe aarde, die wij overeenkomstig zijn belofte verwachten, en daarin zal rechtvaardigheid wonen. Daarom, geliefden, aangezien gij deze dingen verwacht, doet uw uiterste best om tenslotte door hem onbevlekt en onbesmet en in vrede bevonden te worden.” — 2 Petr. 3:12-14.
4. Hoe zijn de eerste twee smeekbeden in het Onze Vader nauw met elkaar verbonden, en hoe helpt dit ons met betrekking tot de andere smeekbeden?
4 Wanneer al deze dingen tot stand zijn gebracht, zal Gods naam volledig zijn gerechtvaardigd en geheiligd. Daarom staan de twee smeekbeden in Lukas 11:2 nauw met elkaar in verband en komen ze in het Onze Vader op de eerste plaats. Dit zijn de werkelijk grote gebeurtenissen voor onze tijd en voor de nabije toekomst. Door deze goed in gedachten te houden, zullen wij worden geholpen onze persoonlijke,
-