Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • „Geef ons meer geloof”
    De Wachttoren 1962 | 1 oktober
    • geleerd en wat u gelooft. Wanneer u dit doet, zult u de vreugden en zegeningen gaan smaken die in Jehovah’s organisatie met het oefenen van een waar geloof gepaard gaan. — Hebr. 10:25; Jak. 1:22.

      22. Waarom hebben sommigen geen geloof? Wat dient derhalve onze wens te zijn?

      22 Bedenk dat u, wanneer u om inzicht vraagt, dit in geloof moet doen. Degenen die voortdurend aan twijfel onderhevig zijn en geen beslissing kunnen nemen, zullen nooit de rijke geestelijke zegen ontvangen welke degenen die hun vertrouwen op Jehovah stellen, ten deel valt (Jak. 1:5-8; Rom. 10:17). In 2 Thessalonicenzen 3:2, 3 (LV) verklaart Paulus duidelijk: „Het geloof is niet aller deel. Maar de Heer is getrouw, die u zal versterken.” Volg dus, in plaats dat u het voorbeeld van de spotters volgt, die Jehovah’s wonderbaarlijke voornemens belachelijk maken, de verstandige handelwijze door vol ontzag voor de Schepper te zijn, de wens te koesteren zijn wil ten uitvoer te brengen en hem van ganser harte te dienen. Doe in uw gebeden tot Jehovah hetzelfde verzoek als de discipelen aan Jezus deden: „Geef ons meer geloof.” — Luk. 17:5.

      23. Wat kan geloof tot stand brengen?

      23 Zoals Jezus zo krachtig illustreerde, kan zelfs een klein geloof, hoe zwak het in het begin ook mag zijn, grote dingen tot stand brengen. Hij zei: „Indien gij een geloof hadt als een mosterdzaad, gij zoudt tot dezen moerbeiboom zeggen: Word ontworteld en in de zee geplant, en hij zou u gehoorzamen.” Net zoals Jezus, door de kracht van Gods geest en door geloof te oefenen, in zijn dagen wonderbaarlijke genezingen en gezondmakingen van door demonen bezeten mensen tot stand bracht, kunnen wij thans de zelfs nog grotere zegen van geestelijke genezing ontvangen, hetgeen leven in Gods nieuwe wereld zal betekenen. Geloof is echter een onontbeerlijk vereiste. — Luk. 17:6, 19.

      24. Welke verzekering voor ons geloof heeft Jezus gegeven?

      24 Toen de Farizeeën aan Jezus vroegen wanneer Gods koninkrijk zou komen, gaf hij hun ten antwoord: „Het rijk Gods komt niet met uiterlijke vertooning.” Wanneer wij wachten totdat wij het zien, is het te laat; daarom is er nu geloof voor nodig om met het predikingswerk voorwaarts te gaan. Jezus geeft ons echter de verzekering: „Dit geslacht zal geenszins voorbijgaan, voordat dit alles geschiedt. De hemel en de aarde zullen voorbijgaan, maar mijn woorden zullen geenszins voorbijgaan.” Net zoals wij vertrouwen hebben in de bestendigheid van de hemelen en de aarde, kunnen wij vertrouwen hebben in de bestendigheid van Gods Woord en in de wonderbaarlijke vooruitzichten op toekomstig leven onder zijn Koninkrijksheerschappij van rechtvaardigheid. — Luk. 17:20, Lu; Matth. 24:34, 35.

  • Onderwijs voor onderwijzeres en leerlingen
    De Wachttoren 1962 | 1 oktober
    • Onderwijs voor onderwijzeres en leerlingen

      „Op een dag werd ik door de onderwijzeres van mijn zoontje opgebeld”, bericht een van Jehovah’s getuigen in Ohio. „Tijdens het gesprek vertelde zij dat zij graag zou hebben dat ik zo spoedig mogelijk naar de school zou komen, daar mijn acht jaar oude zoontje ’de hele school op stelten zette’. Toen ik er aankwam, hoorde ik dat mijn zoontje zijn klasgenootjes had verteld dat de naam van God Jehovah is. Daarom legde ik de onderwijzeres uit waarom God een naam bezit en dat deze meer dan 6000 maal in de Hebreeuwse Geschriften wordt vermeld. Ik besloot door haar Psalm 83:18 (NW, vs. 19, NBG) voor te lezen. Sinds die tijd heeft deze onderwijzeres mijn zoontje veel vragen met betrekking tot zijn christelijke geloofsovertuiging gesteld.”

Nederlandse publicaties (1950-2025)
Afmelden
Inloggen
  • Nederlands
  • Delen
  • Instellingen
  • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
  • Gebruiksvoorwaarden
  • Privacybeleid
  • Privacyinstellingen
  • JW.ORG
  • Inloggen
Delen