De dwaasheid van oorlog
NIMMER tevoren in de menselijke geschiedenis is de mens er toe in staat geweest de aarde te ruïneren en het menselijke geslacht te vernietigen. Geen wonder dat Albert Einstein eens heeft gezegd: „De wapens van de 4de Wereldoorlog zullen stenen knotsen zijn.” Dat was een manier om uit te drukken hoe dwaas het voeren van oorlog is.
Vele andere soortgelijke uitlatingen heeft men de laatste jaren kunnen vernemen. De Britse geschiedkundige Arnold Toynbee drukte het aldus uit: „Een derde wereldoorlog betekent een massale zelfmoord in de atoomeeuw.” Volgens een van ’s werelds bekendste fysiologen, dr. Edgar Douglas Adrian van Groot-Brittannië, doet het er weinig toe of de bommen op hun doelwit terechtkomen of niet. Hij waarschuwde dat het menselijk leven niet bestand is tegen het tot ontploffing brengen van meer dan enkele duizenden atoomwapens, waar zij ook neervallen. Is het, met het oog op zulk een verschrikkelijk lot waardoor wel bijzonder de dwaasheid van het voeren van oorlog uitkomt, te verwachten dat men bij een eventuele derde wereldoorlog de atoomwapens zal laten liggen?
Beslist niet, zei de voormalige sowjet-minister van defensie, Zjoekov: „Zulke wapens zullen onherroepelijk het voornaamste aanvalswapen vormen bij het losbreken van een groot oorlogsconflict.” Hij voegde er aan toe dat elke toekomstige oorlog „niet alleen het operatieterrein zal omvatten, maar zich tot ver in het achterland der oorlogvoerenden zal uitstrekken. . . . Er is op het ogenblik geen plaats in de wereld waar de agressor een schuilplaats zou kunnen vinden. De sowjet-luchtmacht is in staat elke vijand vernietigende slagen toe te brengen, ongeacht waar die zich bevindt of zich verbergt.” Het is foutief, aldus deze gewezen minister van defensie, te veronderstellen dat de tegenover elkaar staande oorlogsmachten in een toekomstige oorlog van het gebruik van atoom- en waterstofbommen zullen afzien, omdat zulke wapens „een wederzijds vernietigende uitwerking op beide partijen hebben.” — New York Times van 20 maart 1957.
Had Zjoekov de theorie van het niet gebruiken van de atoomwapens omvergeworpen? Daarover verschilden de meningen. Vele westelijke waarnemers hebben echter al lang weinig geloof gehecht aan deze theorie. Senator Stuart Symington, voormalig minister voor de luchtmacht der Verenigde Staten, bracht dit aldus tot uitdrukking: „Een der dromen waardoor wij ons in slaap laten sussen en in deze hoopgevende schijnwereld terechtkomen, is de theorie dat er zogenaamd geen atoomwapens gebruikt zullen worden. Men argumenteert namelijk, dat wanneer zowel wij als de communisten genoeg atoomwapens hebben, geen van beiden ze zal gebruiken. Te speculeren op zo’n wonder, kan vergeleken worden met een weddenschap dat twee mannen die elk een geladen pistool bezitten, slechts zullen worstelen totdat een hunner op de grond wordt geworpen en wordt dood getrapt. . . . Natiën weten even goed als mensen dat verschrikkelijke wapens een plotselinge dood kunnen betekenen; doch natiën noch mensen hebben er ooit van afgezien hun doorslaggevende wapens te gebruiken wanneer het een strijd op leven of dood betrof.” — U.S. News & World Report van 30 juli 1954.
Oorlog voeren is als nimmer tevoren dwaasheid; toch is er geen enkele degelijke waarborg dat de leiders hun landen niet in een oorlog zullen storten. In wat voor vreemde tijd leven wij toch! Het is werkelijk uniek. Doch reeds vóór de uitvinding van de atoombom bestond deze unieke toestand. Elmer Davis, waarnemer van politieke gebeurtenissen en geschiedkundige, toont in zijn boek Two Minutes Till Midnight aan dat deze unieke periode teruggaat tot op 1914:
„Een Rip van Winkle die in de vroege zomer van 1914 was gaan slapen en nu zou ontwaken, zou bemerken dat hij in een barbaarse wereld was terechtgekomen — een wereld waarin het barbaarse verfijnd en gestroomlijnd en van bijzonder technische aard is, maar niettemin barbaars vergeleken bij de wereld welke hij had gekend. Er waren toen ook tyrannieën, maar zeer zwak en ondoeltreffend gemeten naar die van thans; en zelfs voor de atoom- en waterstofbommen werden uitgevonden, had de vrije wereld stilzwijgend methoden van oorlog voeren gebruikt waarvan men tot aan augustus 1914 voorgoed afstand scheen te hebben gedaan als zijnde de beschaafde mens onwaardig. De toen heersende opvatting werd door de Duitsers opzij gezet — niet door de nihilistische nazi’s, maar door de achtenswaardige christelijke Duitsers van het keizerrijk; en toen zij eenmaal hadden gedaan wat naar zij dachten hen de overwinning zou helpen behalen, volgden hun tegenstanders hen na — zoals altijd gebeurt.”
In 1914 traden wij deze ’barbaarse wereld’ binnen. Dat jaar was inderdaad een keerpunt in de menselijke aangelegenheden. Het uitbreken van de 1ste Wereldoorlog in dat jaar was op zich veelbetekenend, want Christus Jezus, de grote Profeet, voorzei dat een wereldoorlog het begin der „laatste dagen” zou kenmerken. „Natie zal tegen natie opstaan en koninkrijk tegen koninkrijk, en er zullen in de ene plaats na de andere voedseltekorten en aardbevingen zijn. Al deze dingen zijn een begin der smarten,” zo zei hij in zijn ver in de toekomst schouwende profetie. — Matth. 24:7, 8.
De „smarten” welke deze wereld sinds 1914 hebben doen stuiptrekken, zijn goed nieuws voor hen die er de betekenis van kennen. Ze betekenen dat Gods hemelse koninkrijk deze goddeloze, oorlog-voerende wereld spoedig zal vernietigen en duurzame vrede op aarde zal brengen. Vanuit menselijk standpunt bezien lijkt de situatie inderdaad hopeloos. Jezus zei dat het beslist zo zou worden, dat er „op de aarde folterende pijn der natiën” zou zijn, „die vanwege het bulderen der zee en haar onstuimigheid geen uitweg weten, terwijl de mensen mat worden uit vrees voor en in verwachting van wat over de bewoonde aarde komt.” — Luk. 21:25, 26.
Zelfs nu wij in de tijd zijn aangeland dat het voeren van oorlog zo’n catastrofale dwaasheid is, weten de mensen geen uitweg. Zij zijn er helemaal niet zeker van dat omdat men weet dat het een ongelooflijke dwaasheid is een atoomoorlog te beginnen, dit een volgende wereldoorlog zal voorkomen. Hoe belangrijk is het derhalve dat ware christenen hun vertrouwen niet op mensen maar op God stellen! Híj heeft beloofd in deze unieke tijd in de geschiedenis degenen te zullen verdelgen die de aarde verderven: „Wij danken u, Jehovah God, de Almachtige, hij die is en die was, omdat gij uw grote macht hebt opgenomen en zijt begonnen als koning te regeren. Doch de natiën werden vergramd, en ùw gramschap kwam, en de bestemde tijd . . . [om] hen te ruïneren die de aarde ruïneren.” — Openb. 11:17, 18.
Het voeren van oorlog is dwaasheid. Het is ook dwaas op mensen te vertrouwen, als zouden zij duurzame vrede kunnen brengen. Gód zal dit doen. Na Jehovah’s rechtvaardige oorlog van Armageddon zal er geen enkele oorlog meer gestreden worden, zelfs niet met stenen knotsen. Jehovah heeft ons beloofd: „Komt, aanschouwt de werken des HEREN [van Jehovah], die verwoesting op aarde aanricht, die oorlogen doet ophouden tot het einde der aarde.” — Ps. 46:9, 10, NBG.