Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • Ondraaglijke smart veroorzaakt door lasterlijke tongen
    De Wachttoren 1980 | 15 februari
    • aan te doen door scherpe ondermijnende spraak. De bijbel geeft de volgende raad: „Laat geen verdorven woord uit uw mond voortkomen, maar elk woord dat goed is tot opbouw waar het nodig is opdat daardoor iets meegedeeld mag worden wat gunstig is voor de hoorders” (Ef. 4:29). Hoewel wij ons smadelijke en leugenachtige spraak van anderen moeten laten welgevallen, kunnen wij troost putten uit het feit dat Jehovah God te rechter tijd alle dingen zal rechtzetten.

  • Afgestudeerden van Gilead kregen te horen: Jullie moeten een en al vreugde zijn
    De Wachttoren 1980 | 15 februari
    • Afgestudeerden van Gilead kregen te horen: Jullie moeten een en al vreugde zijn

      16 SEPTEMBER 1979 was een zeer vreugdevolle dag voor de zevenenzestigste klas van de Wachttoren-Bijbelschool Gilead; het was de graduatiedag. Bijeengekomen in de Congreshal van Jehovah’s Getuigen in Long Island City, in de Amerikaanse staat New York, hoorden de eenenvijftig studenten hoe F. W. Franz, de president van de school, hen ertoe aanmoedigde vreugdevol te zijn. Hij beklemtoonde de vreugde waarmee het loofhuttenfeest gepaard ging, welk feest men in het oude Israël vierde bij de inzameling van de vruchten van het land.

      De president van de school gaf voor een publiek van in totaal 2033 personen een beschrijving van de langdurige vreugde van dit feest der inzameling. Het duurde zeven dagen, en Jehovah zei bij monde van Mozes tot het volk: „Gij moet niets anders dan verheugd worden.” — Deut. 16:15.

      Broeder Franz wees op twee vreugdevolle kenmerken die later aan dit feest werden toegevoegd en die in acht werden genomen in de tijd dat Jezus op aarde was. Eén kenmerk was dat de priester met een gouden kruik naar het waterbekken van Silóam ging, deze met water vulde, naar de tempel terugging en de kruik leeggoot in een bassin dat naar de voet van het altaar leidde. Op het moment dat het water werd uitgegoten, was er een groot vreugdebetoon, zozeer dat er werd gezegd dat ’iemand die het uitgieten van het water van Silóam niet had gezien, nog nooit in zijn leven vreugdebetoon had gezien’.

      Nog een vreugdevol kenmerk van het feest, zo legde broeder Franz uit, vond ’s nachts plaats. Er stonden vier grote gouden lampestandaarden in het voorhof der vrouwen, en iedere lampestandaard had vier grote gouden schalen. Er werd olie in gedaan, terwijl oude priesterklederen als lampepitten dienden. Wanneer de lampen werden aangestoken, gaven ze zoveel licht dat het leek alsof de hele stad verlicht was. Bepaalde mannen dansten en zongen. Dit duurde voort tot het aanbreken van de dag,

      Hij legde verder uit dat toen Jezus in het jaar 32 G.T. het loofhuttenfeest bijwoonde, hij wellicht heeft gezinspeeld op de ceremonie met het water van Silóam, toen hij uitriep: „Indien iemand dorst heeft, hij kome tot mij en drinke. Wie geloof in mij stelt, zoals de Schrift heeft gezegd: ’Uit zijn binnenste zullen stromen van levend water vloeien’” (Joh. 7:37, 38). Jezus kan ook gezinspeeld hebben op het feit dat Jeruzalem tijdens het feest door de lampen werd verlicht, toen hij tot de joden zei: „Ik ben het licht der wereld.” — Joh. 8:12.

      Heeft het loofhuttenfeest, of het feest der inzameling, een tegenbeeldige vervulling? Zo ja, wanneer? Broeder Franz legde uit dat de Schrift een paar aanknopingspunten verschaft ten einde dit te begrijpen. In Jesaja 12:3 werd bijvoorbeeld een tijd voorzegd waarin Gods volk ’met uitbundige vreugde water zou putten’. In Matthéüs 13:39 onthulde Jezus dat de „oogst . . . een besluit van een samenstel van dingen” is. En in Matthéüs 24:31, in een gedeelte waarin hij over het „teken” van het besluit van het samenstel van dingen sprak, voorzei Jezus dat zijn „uitverkorenen” over de gehele wereld bijeengebracht zouden worden. De hedendaagse vervulling van het vreugdevolle loofhuttenfeest, of het feest der inzameling, kon dus niet vóór de „tijd van het einde” beginnen. Zulk een inzameling is nu sinds 1919 aan de gang en zal tot een tijd van grote vreugde leiden.

      Maar wat wordt er ingezameld? Mensen. De eenenvijftig afgestudeerden werden er door de president van de school dus toe aangemoedigd een aandeel aan dit inzamelingswerk te blijven hebben, terwijl zij in hun respectieve zendingstoewijzingen als „het licht der wereld” dienen. „Blijft het feest der inzameling of het loofhuttenfeest liefhebben”, beklemtoonde hij in zijn besluit. „Moge jullie van Jehovah afkomstige vreugde jullie sterken en mogen jullie je blijven verheugen”, voor altijd.

      Eerder had een andere spreker eveneens veel over geluk gesproken. Joël Adams vertelde de studenten dat het Jehovah behaagt dat zij gelukkig zijn. Hij moedigde hen aan niet toe te laten dat kleine dingen hen van hun vreugde beroven. „Behoudt jullie gelukkige geest”, spoorde hij aan. „Ja, Jehovah is een gelukkige God, en hij wil dat wij gelukkig zijn. Het is een eer voor hem wanneer wij een gelukkige geest behouden.”

      J. E. Barr moedigde de studenten in dezelfde geest aan: „Wat hebben jullie veel om dankbaar voor te zijn — deze gelukkige dag van jullie graduatie! Moge niemand van jullie in al de jaren die voor ons liggen ooit het gevoel van dankbaarheid tegenover Jehovah verliezen.

Nederlandse publicaties (1950-2025)
Afmelden
Inloggen
  • Nederlands
  • Delen
  • Instellingen
  • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
  • Gebruiksvoorwaarden
  • Privacybeleid
  • Privacyinstellingen
  • JW.ORG
  • Inloggen
Delen