-
Komt u ervoor in aanmerking in de gemeente verantwoordelijkheid te dragen?De Wachttoren 1973 | 15 november
-
-
gaat dan wat er eenvoudig door de gerechtigheid wordt verlangd (Matth. 20:4, 13-15; Rom. 5:7). Iemand die goedheid liefheeft, zal meer voor anderen doen dan alleen maar wat er van hem wordt verlangd of verwacht, terwijl hij edelmoedig nuttige en vriendelijke daden verricht en hartelijk en attent is. Ook ziet en waardeert hij de goedheid van anderen en laat zich hier prijzend over uit. — Tit. 1:8; Luk. 6:35; Hand. 9:36, 39; 1 Tim. 5:10.
Loyaal. Hij is een man met een onverbrekelijke toewijding en rechtschapenheid aan Gods wet en aan de belangen van de christelijke gemeente, ongeacht welke consequenties dit heeft. — Luk. 1:74, 75; Hand. 4:19, 20; 5:29; 1 Thess. 2:10.
Zo iemand zal beslist een „voortreffelijk getuigenis hebben van de mensen buiten”. Evenals in het geval van de profeet Daniël, een betrouwbaar man in wie tegenstanders geen nalatigheid of iets corrupts konden vinden, zullen zulke buitenstaanders moeten zeggen: ’Wij kunnen geen aanleiding vinden hem te beschuldigen, of wij zouden dat tegen hem moeten vinden in de wet van zijn God.’ — 1 Tim. 3:7; Dan. 6:4, 5.
Het spreekt vanzelf dat degenen die aan de vereisten voor het dragen van verantwoordelijkheid in de gemeente voldoen, niet al deze hoedanigheden in dezelfde sterke mate zullen bezitten. Denkt u maar aan de verscheidenheid onder de apostelen — de tegenstelling tussen Thomas en Petrus — toch is het besturende lichaam destijds met deze mannen begonnen. Maar zulke mannen dienen in een redelijke mate en met een redelijke constantheid aan alle vereisten voor hun speciale verantwoordelijkheid te voldoen. Eén foutieve beoordeling geeft bijvoorbeeld niet te kennen dat iemand niet „gezond van verstand” is, en ook maakt één boze bui hem niet noodzakelijkerwijs „strijdlustig”.
In werkelijkheid zijn de vereisten beslist niet buiten het bereik van welke oprechte christelijke man maar ook, want een onderzoek van de Schrift onthult dat de meeste van deze hoedanigheden worden vermeld als eigenschappen waarnaar ALLE christenen, zowel mannen als vrouwen, dienen te streven. De mannen die deze verantwoordelijke posities bekleden, dienen dus in de aard der zaak datgene te vertegenwoordigen wat de gemeente in haar geheel terecht dient voor te staan en wat elke ware christen dient te zijn. In hoeverre voldoet u aan de vereisten?
-
-
Kunt u op Jehovah wachten?De Wachttoren 1973 | 15 november
-
-
Kunt u op Jehovah wachten?
„MAAR wat mij aangaat, naar Jehovah zal ik blijven uitzien. Ik wil van een wachtende houding jegens de God van mijn redding blijk geven. Mijn God zal mij horen.” Zo sprak de profeet Micha. — Micha 7:7.
Is uw hoop op God even krachtig als die van Micha? Kunt u op Jehovah wachten? Als u iets wenselijks hoopt dat niet onmiddellijk binnen uw bereik ligt, geeft u dan blijk van kinderlijk ongeduld of spreidt u een rustig vertrouwen in Jehovah ten toon? Wanneer u tegenspoed krijgt te verduren, geeft u dan ’van een
-