Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • w82 15/5 blz. 22-23
  • Goede berichten uit moeilijke gebieden

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • Goede berichten uit moeilijke gebieden
  • De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1982
  • Onderkopjes
  • Vergelijkbare artikelen
  • GEMEENSCHAPSPROJECTEN EN RELIEFWERK
  • EEN GUNSTIGE INDRUK GEWEKT
  • Deel 4 — Getuigen tot de verst verwijderde streek der aarde
    Jehovah’s Getuigen — Verkondigers van Gods koninkrijk
  • Deel 5 — Getuigen tot de verst verwijderde streek der aarde
    Jehovah’s Getuigen — Verkondigers van Gods koninkrijk
  • Gezamenlijk in liefde toenemen
    Jehovah’s Getuigen — Verkondigers van Gods koninkrijk
  • Vragen die mensen stellen over Jehovah’s getuigen
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1970
Meer weergeven
De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1982
w82 15/5 blz. 22-23

Goede berichten uit moeilijke gebieden

VAAK worden er op de kantoren van het Wachttorengenootschap brieven ontvangen waarin wordt geïnformeerd naar het welzijn van medechristenen in landen waar hevige vervolging woedt. Hoe gaat het met hen? Gaan zij er loyaal mee voort Jehovah te dienen? Hebben zij genoeg voedsel en kleding?

Wij kunnen hierop antwoorden: Verreweg de meeste getuigen van Jehovah in deze landen blijven vaststaan in het geloof. Loyaal gaan zij ermee voort gelegenheden te scheppen om met anderen over de heerlijkheid van Jehovah’s koningschap te spreken. En trouw aan zijn belofte zegent Jehovah hun krachtsinspanningen om in hun levensonderhoud te voorzien. — Luk. 12:22-31.

Ongeacht wat Jehovah’s Getuigen van de zijde van de regeerders meemaken, zij houden in gedachte wat de apostel Paulus aan zijn metgezel Timótheüs schreef: „Ik [vermaan] daarom dat er smekingen, gebeden, voorbeden, dankzeggingen worden gedaan betreffende alle soorten van mensen, betreffende koningen en allen die een hoge positie bekleden, opdat wij een kalm en rustig leven mogen blijven leiden met volledige godvruchtige toewijding en ernst” (1 Tim. 2:1, 2). In overeenstemming met dat gebed doen de Getuigen er gewetensvol moeite voor alle wetten te gehoorzamen die niet in strijd zijn met Gods geboden. Zij stellen zich vooral ijverig ten doel Gods wil te doen, door anderen het goede nieuws over zijn koninkrijk te vertellen.

GEMEENSCHAPSPROJECTEN EN RELIEFWERK

Het is goed te zien dat sommige regeringen Jehovah’s Getuigen in de afgelopen jaren een goed hart zijn gaan toedragen en hun na jaren van officiële onderdrukking, wettelijke erkenning en vrijheid hebben geschonken. Ook waar nog vervolging bestaat, blijven Jehovah’s Getuigen met betrekking tot de regeerders bidden dat zij een evenwichtiger en verdraagzamer kijk zullen krijgen op de activiteiten van de Getuigen. Er heerst bij hen geen geest van wrok. In zulke landen werken de Getuigen zelfs bereidwillig samen in door de gemeenschap georganiseerde zelfhulp-projecten.

Zo werden er in een Afrikaanse gemeenschap twee zelfhulp-plannen uitgewerkt, de bouw van een weg en van een school. Het werk zou ’s ochtends om zes uur beginnen. De Getuigen arriveerden ruimschoots op tijd en werkten zonder onderbreking door. Sommige andere dorpelingen kwamen te laat op het werk aan, terwijl hun werkprestaties veel te wensen overlieten. Toen begonnen zij ruzie te maken onder elkaar. De broeders werkten door om het karwei klaar te krijgen. Sinds die tijd hebben mensen in die omstreken een hoge dunk van de gewetensvolle Getuigen.

Uit een ander Afrikaans land waar de Getuigen vervolging verduren, komt het volgende bericht: „In materieel opzicht hebben onze broeders en zusters in de kampen waarin zij zijn gedetineerd . . . grotendeels voor zichzelf kunnen zorgen. Zij hebben een goede oogst binnengehaald. Toch is het noodzakelijk geweest om sommigen te ondersteunen, vooral op het gebied van kleding en medicijnen, en het Wachttorengenootschap heeft hier graag in voorzien.”

Ja, over de gehele wereld worden in elke gemeente van Jehovah’s Getuigen de noodzakelijke stappen gedaan om de werkelijke behoeftigen in hun midden te helpen. Als zich ergens een nationale ramp voordoet, wordt er onmiddellijk door het plaatselijke en de omliggende bijkantoren van het Wachttorengenootschap hulp gemobiliseerd. — Hand. 2:44-47; 6:1-6.

EEN GUNSTIGE INDRUK GEWEKT

Evenals de verkeerd begrepen vroege christenen krijgen Jehovah’s Getuigen vaak een „slechte pers”. Zekere joden in Rome merkten betreffende hun kennis van de christenen in hun tijd tegenover Paulus op: „Werkelijk, wat deze sekte aangaat, het is ons bekend dat ze overal tegenspraak ondervindt” (Hand. 28:22). Maar waar de politieke autoriteiten de gelegenheid hebben gehad de Getuigen persoonlijk te leren kennen, zijn de resultaten vaak bijzonder gunstig geweest. Hoe komt dit? Doordat zij wel moeten erkennen dat zij met reine, ordelievende mensen te maken hebben die voor een beter maatschappelijk leefklimaat zorgen door de morele aard te verbeteren van degenen met wie zij de bijbel bestuderen. Dit blijkt uit nieuws dat is ontvangen uit de republiek Gambia, aan de westkust van Afrika. Er wordt namelijk bericht: „Er wordt in de gevangenissen goed werk verricht en Jehovah’s Getuigen vormen de enige religieuze groepering die in sommige reservaten worden toegelaten wegens het geweldige succes dat zij hebben gehad om gevangenen te helpen hun leven te hervormen.”

Uit een ander Afrikaans land waar de Getuigen nog niet officieel zijn erkend, wordt bericht: „De autoriteiten hebben een zeer hoge dunk van de broeders. Het was hartverwarmend de autoriteiten over onze broeders en zusters te horen spreken en te vernemen hoe zij hen prezen wegens hun eerlijkheid en ijver.”

Jehovah’s Getuigen hopen oprecht dat mensen van alle rangen en standen Jehovah God en Christus Jezus leren kennen. Daarom blijven zij het goede nieuws van Gods Koninkrijksregering prediken tot mensen uit alle maatschappelijke lagen van de bevolking, met inbegrip van degenen die „een hoge positie bekleden”. Zij zullen ook betreffende hen bidden, opdat wij allen „een kalm en rustig leven mogen blijven leiden met volledige godvruchtige toewijding en ernst”. — 1 Tim. 2:1, 2; Joh. 17:3.

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen