Beschouw wat Jehovah voor u heeft gedaan
VEEL mensen in deze materialistische wereld trachten God buiten hun leven te sluiten. Zij zeggen dat zij er geen behoefte aan hebben in God te geloven. Maar of zij God er nu voor bedanken of niet, toch trekken zij elke dag van hun leven voordeel van zijn onverdiende goedheid.
Wat een overvloed van goede dingen heeft God verschaft opdat de mens ervan zou genieten! Ten einde ’s mensen honger te stillen, is er een bijna oneindige verscheidenheid van verrukkelijke vruchten en groenten en andere voedselsoorten. De Schepper heeft er ook in overvloedige mate voor gezorgd dat onze emotionele behoeften, onze hunkering naar schoonheid en oprecht genot, bevredigd kunnen worden. Hij schiep vogels en vlinders, zee- en landdieren, majestueuze bergen, heuvels en valleien, rivieren en meren, bomen en kleurrijke zonsondergangen in een eindeloze variatie. Denkt u ook eens na over de verrukkelijke geluiden van de schepping — het zingen van vogels, het geritsel van bladeren in het briesje, de golven van de oceaan die tegen de kust spoelen.
En beschouw eens wat God voor u heeft gedaan door u een wonderbaarlijk lichaam en een brein te schenken! U kunt redeneren en u dingen herinneren. U hebt een geweten dat u het verschil laat weten tussen goed en kwaad. U kunt met uw geest het bestaan van de Schepper bevatten en u kunt hem aanbidden zonder hem ooit gezien te hebben. God heeft ons ook met een artistiek gevoel geschapen, niet alleen opdat wij van de natuurlijke schoonheid van de aarde om ons heen kunnen genieten, maar ook opdat wij behagen kunnen scheppen in de werken van onze eigen handen. Ja, wij kunnen er vreugde in scheppen schitterende muziek te maken en aan te horen, te schilderen en prachtige schilderstukken te zien.
Hoe staat het met het leven zelf? Aan wie zijn wij hier dank voor verschuldigd? Denkt u dat u het leven van uw ouders hebt ontvangen? Inderdaad. Maar van wie kregen de allereerste menselijke ouders hun leven? Van Jehovah God! Zonder leven zouden wij niets kunnen doen. En voor dit buitengewoon kostbare bezit zijn wij God dank verschuldigd. — Openb. 4:11.
Om ons te helpen meer over hem te weten te komen, heeft Jehovah God ons zijn Woord, de bijbel, gegeven. Hierin worden wij ingelicht over zijn schitterende hoedanigheden en wat hij voor de mensheid heeft gedaan. In de bijbel maakt God ook zijn wil met betrekking tot zijn aardse schepselen, zijn wetten en zijn beginselen tot leiding van de mens bekend. Hebt u er de tijd voor genomen de bijbel te lezen?
Een man uit de oudheid die waardeerde wat Jehovah God voor hem en voor de gehele mensheid had gedaan, was de psalmist David. Na vele van de dingen beschreven te hebben die God tot verheuging van de mens had verschaft, riep hij uit: „Hoe talrijk zijn uw werken, o Jehovah! Gij hebt ze alle in wijsheid gemaakt. De aarde is vol van uw voortbrengselen.” Hij was zich ook bewust van de waarde van Gods Woord en hoe het iemands leven ten goede kon beïnvloeden. Hij schreef erover: „De wet van Jehovah is volmaakt, de ziel wederbrengend. De vermaning van Jehovah is betrouwbaar, de onervarene wijs makend. De bevelen van Jehovah zijn recht, het hart verheugend . . . De rechterlijke beslissingen van Jehovah zijn waarachtig; ze zijn alle te zamen rechtvaardig gebleken. . . . In het houden ervan ligt een rijke beloning” (Ps. 104:24; 19:7-11). Hebt u ook zo’n waardering voor alles wat Jehovah voor u heeft gedaan, en geeft u uiting aan die waardering?
DE GROTE INSTANDHOUDER
Jehovah God heeft niet alleen de aarde en de levende dingen erop geschapen, maar hij houdt dit alles ook in stand, te zamen met de rest van het stoffelijke universum, waardoor ons voortbestaan op deze aarde mogelijk wordt gemaakt. Zo verklaarde zijn Zoon, Jezus Christus: „Uw Vader, die in de hemelen is . . . laat zijn zon op gaan over goddelozen en goeden en laat het regenen over rechtvaardigen en onrechtvaardigen” (Matth. 5:45). De apostel Paulus getuigde hier ook van toen hij tot de inwoners van Lystra, in Klein-Azië, zei dat God „niet heeft nagelaten getuigenis van zichzelf te geven door goed te doen, door u regens vanuit de hemel en vruchtbare tijden te geven, door uw hart overvloedig met voedsel en vrolijkheid te vervullen”. Aangezien Jehovah God zowel de Instandhouder als de Schepper is, kon dezelfde apostel bij een latere gelegenheid tot de heidense filosofen van Athene zeggen: „Door hem hebben wij het leven en bewegen wij ons en zijn wij.” Dit is een fundamenteel levensfeit. — Hand. 14:17; 17:28.
Hoe passend is het derhalve dat Gods Woord ons herhaaldelijk gelast God, wegens al zijn goedheid jegens ons, te loven en te danken. De bijbel gebiedt ons dit letterlijk honderden malen, zoals bijvoorbeeld in 1 Kronieken 16:8: „Dankt Jehovah; roept zijn naam aan, maakt zijn daden bekend onder de volken!” Hebt u er ooit bij stilgestaan acht te slaan op dit gebod? Hebt u het zich ooit ten doel gesteld andere mensen te vertellen wat u over Jehovah’s daden weet?
JEHOVAH VERSCHAFT BEVRIJDING EN REDDING
Jehovah God heeft er regelingen voor getroffen de mensheid van zonde, verdriet en de dood te bevrijden en te redden. Wij allen zijn van deze voorziening afhankelijk. Hoe kwam het dat het voor God noodzakelijk was zulke voorzieningen voor de mensheid te treffen? Het kwam niet wegens een fout of een vergissing van zijn zijde. Integendeel, zoals Gods Woord zegt kwam dit doordat onze eerste ouders in gebreke waren gebleven Jehovah’s goedheid jegens hen te waarderen. — Gen. 2:16, 17; 3:17-19.
Door hun ongehoorzaamheid aan de wet van God, van wie hun leven afhankelijk was, hebben onze eerste ouders het recht op leven verbeurd, niet alleen voor zichzelf, maar ook voor al hun nakomelingen, aangezien hun kinderen werden geboren nadat zij hadden gezondigd. Adam en Eva konden niet op hun kinderen overdragen wat zij zelf niet bezaten. Een menselijke vader die het eigendomsrecht inzake zijn huis verliest omdat hij zijn hypotheek niet afbetaalt, kan het in zijn testament niet als een erfenis aan zijn kinderen nalaten. Zo kon ook Adam zijn kinderen niet het recht op leven geven dat hij had verbeurd. — Rom. 5:12.
Het lag dus niet aan Adams nakomelingen dat zij, met inbegrip van ons, allen geboren zondaars waren, geboren zonder het recht op leven. Dienovereenkomstig heeft God zijn Zoon naar de aarde gezonden opdat deze zijn volmaakte menselijke leven zou offeren ten einde de mensheid op deze wijze los te kopen en het mogelijk te maken allen van Adams nageslacht die geloof zouden stellen in deze goddelijke voorziening, de gelegenheid te geven eeuwig te leven. Terzelfder tijd zou Jehovah God zich hierdoor rechtvaardigen als Iemand die in staat is zijn voornemen om een wereldomvattend paradijs gevuld met volmaakte mensen te hebben, ten uitvoer te brengen.
Over Gods liefde jegens de mensheid vertelt zijn Woord ons: „Want ternauwernood zal iemand voor een rechtvaardige sterven, ja, voor de goede heeft iemand misschien nog de moed te sterven. Maar God beveelt zijn eigen liefde jegens ons hierin aan, dat Christus voor ons is gestorven terwijl wij nog zondaars waren” (Rom. 5:7, 8). Jezus Christus, die God en niet de een of andere onvolmaakte mens als Vader had, bezat het recht om als een volmaakt mens te leven. Door zijn menselijke leven vrijwillig af te leggen, kon hij de waarde ervan ten behoeve van het mensengeslacht aanwenden, dat door Adam beroofd was van het vermogen ten volle van het leven te genieten. Indien u geloof oefent in Jehovah God en in Jezus Christus staan de zegeningen en voordelen van deze voorziening u ter beschikking. De bijbel zegt dan ook op hartverwarmende wijze: „God heeft de wereld zozeer liefgehad dat hij zijn eniggeboren Zoon heeft gegeven, opdat een ieder die geloof oefent in hem, niet vernietigd zou worden, maar eeuwig leven zou hebben” (Joh. 3:16). Wat doet u met uw leven waaruit op zinvolle wijze blijkt dat u deze kostbare voorziening waardeert?
DINGEN DIE JEHOVAH VOOR ZIJN DIENSTKNECHTEN HEEFT GEDAAN
De Schrift toont aan dat Jehovah God vele van zijn stoffelijke zegeningen aan de gehele mensheid schenkt, zowel aan de goeden als de slechten, aan degenen die het niet verdienen en degenen die het wel verdienen. Maar slaat hij geen acht op het verschil tussen deze twee soorten van mensen en doet hij niet meer voor degenen die het verdienen dan voor degenen die het niet verdienen? Ja; hij waakt over hen en zegent hun krachtsinspanningen om aan de noodzakelijke levensbehoeften te komen (Luk. 12:29-31). Maar op het ogenblik begunstigt hij hen voornamelijk in geestelijk opzicht. Op deze wijze geeft hij hun wat de rest van de wereld niet heeft — een bewustzijn van goddelijke goedkeuring en een deugdelijk gebaseerde hoop op de toekomst. Hij gaat te werk op grond van het in Romeinen 8:28 opgetekende beginsel: „Wij [weten] dat God al zijn werken doet samenwerken ten goede voor hen die God liefhebben.”
Er zijn thans meer dan één miljoen achthonderd duizend gelukkige mensen die zich in een geestelijk paradijs verheugen. Zij hebben vrede des geestes en tevredenheid, zij zijn heel gelukkig, zij bezitten kennis omtrent Jehovah God en zijn voornemen en zij hebben een krachtig geloof in zijn belofte van een nieuwe ordening waarin rechtvaardigheid zal heersen en waarin, zoals Openbaring 21:4 zegt, ’de dood niet meer zal zijn, noch rouw, noch geschreeuw, noch pijn meer zullen zijn’. Zij wonen in vrede en eenheid en zij hebben een hoog en edel doel, namelijk te tonen hoe ook zij zich in deze zegeningen kunnen verheugen. Behoort u tot degenen die zich in dit geestelijke paradijs verheugen? U kunt ertoe behoren.
Denk na over alles wat Jehovah God voor u heeft gedaan. Wanneer u dit doet, voelt u zich er dan niet toe gedrongen uw waardering te tonen op een wijze die aanvaardbaar voor hem is? Als een hulp om te weten te komen hoe u dit op een God welgevallige wijze kunt doen, hebben Jehovah’s getuigen wekelijkse vergaderingen in hun Koninkrijkszalen. Kom te weten waar de dichtstbijzijnde zaal is en ga er deze week nog naar toe. U zult ontzettend blij zijn als u dit hebt gedaan.