blijven helpen en aanmoedigen, zeggende: „Neemt . . . deze beslissing, een broeder geen struikelblok in de weg te leggen noch iets waarover hij kan vallen. Want het koninkrijk Gods betekent niet eten en drinken, maar het betekent rechtvaardigheid en vrede en vreugde met heilige geest. Want hij die in dit opzicht Christus als slaaf dient, is God welgevallig en draagt de goedkeuring der mensen weg.” — Rom. 14:13, 17, 18, NW.

Zij hebben zich losgerukt uit de Babylonische religie

EEN van Jehovah’s getuigen in New Jersey brengt verslag uit van zijn bezoek aan een echtpaar dat enige belangstelling voor Gods Woord had getoond: „Dit echtpaar walgde van de toestanden in de wereld en hunkerde naar iets beters, doch zij werden dermate door de maatschappelijke activiteiten van hun kerk in beslag genomen, dat het moeilijk was een huisbijbelstudie met hen te beginnen. Ik dacht dat mijn vrouw misschien wel een studie met de vrouw zou kunnen beginnen en dan zouden wij haar man kunnen vragen erbij te komen zitten. Bij de tweede studie was de Heer C——— aanwezig en kwam de wekelijkse bijbelstudie op gang. Er werden goede vorderingen gemaakt en het echtpaar kwam tot de ontdekking dat zij inderdaad de waarheid uit Gods Woord, de bijbel, leerden.

Aangezien wij aan de rand van de stad New York wonen, ligt er iets zeer aanmoedigends en unieks binnen ons bereik: de gelegenheid het hoofdbureau van het Wachttorengenootschap in Brooklyn te bezoeken. Wij meenden dat voor dit echtpaar de tijd rijp was om dit schouwspel van Koninkrijksactiviteit te gaan bezichtigen. Er werd een datum vastgesteld. Hoewel wij het hoofdbureau van het Genootschap vele malen hadden bezocht, zagen wij er toch altijd weer naar uit; en ditmaal hadden wij nog de extra vreugde mee te maken hoe verbaasd dit echtpaar was over alles wat zij zagen. Het resultaat van dit bezoek was onmiddellijk merkbaar aan de toegenomen belangstelling voor de door Jehovah’s getuigen onderwezen waarheden. Hierna volgden een kringvergadering, de Gedachtenisviering en een speciale openbare lezing. Het was nu zover dat het echtpaar regelmatig de vergaderingen in de Koninkrijkszaal bezocht.

In overeenstemming met Openbaring 18:4 wensten zij nu echter definitief met Babylon de Grote, het wereldrijk van valse religie, te breken. Zij schreven dus een brief dat zij zich uit de methodistenkerk terugtrokken. Zij stelden zich er echter niet mee tevreden de brief alleen maar te posten; zij wensten hem persoonlijk aan de predikant te overhandigen. Daarom nodigden zij hem uit om een avond te komen praten. Zij bereidden zich goed voor en hadden de schriftuurlijke redenen waarom zij zich uit de kerk terugtrokken, helder in hun geest.

Het resultaat van deze ontmoeting met de methodistenpredikant versterkte hun wens om zich van de Babylonische religie los te rukken nog. De predikant had niets ter verdediging in te brengen. Toen hem onder de aandacht werd gebracht dat de kerk een maatschappelijke instelling was geworden, gaf hij dit openlijk toe en erkende dat de fout bij de geestelijkheid lag. De predikant meende dat zij er goed aan deden de bijbel te bestuderen; hij was van mening dat de methodisten en Jehovah’s getuigen veel gemeen hadden. Zij verzekerden hem echter dat dit niet het geval was en confronteerden hem met Babylonische leerstellingen die wel door de kerk, doch niet door Jehovah’s getuigen worden onderwezen.

De Heer C———, die als lid van de kerk aan de nauwkeurigheid van de bijbel had getwijfeld, vertelde de predikant nu dat hij geloof in Gods Woord stelde en dat de bijbel zich zelf niet tegenspreekt. ’Oh’, antwoordde de predikant, ’maar hij spreekt zich wel degelijk tegen.’ Aldus openbaarde de predikant zijn ongeloof in de Heilige Schrift en overtuigde er het echtpaar nog krachtiger van dat het juist was zich uit de kerk terug te trekken. Weinig kon de predikant vermoeden, dat door zijn onvermogen om zijn geloof te verdedigen en op te komen voor de bijbel als Gods onfeilbare Woord der Waarheid, hij hen, meer dan gedurende alle jaren waarin hij in Babylon de Grote hun predikant was geweest, had geholpen datgene te doen wat juist was. Toen de predikant die avond afscheid van het echtpaar nam, had hij twee steunpilaren van zijn kerk verloren. Bevrijd uit de Babylonische religie, werden de Heer en Mevrouw C——— kort geleden, als symbool van hun opdracht aan Jehovah God, op een kringvergadering gedoopt.”