-
Rechten of plichten — Welke van de twee?De Wachttoren 1973 | 1 juni
-
-
28 Met betrekking tot deze woorden van de apostel, merkt de bijbelgeleerde A. Barnes op:
„Het woord natuur . . . duidt kennelijk op het gevoel van fatsoen dat alle mensen bezitten en dat tot uitdrukking komt in elke heersende of universele gewoonte. . . . Het is datgene wat het natuurlijke gevoel van fatsoen bij mensen eist. . . .Het woord betekent hier derhalve niet de wijze waarop de seksen zijn gemaakt, . . . noch eenvoudig gewoonte of gebruik, . . . maar het heeft betrekking op een diep innerlijk gevoel van wat gepast en juist is.”
En Dr. A. T. Robertson, een kenner van het Grieks, zegt:
„Het betekent hier behalve louter gewoonte, een aangeboren gevoel van fatsoen (cf. Rom. 2:14), maar dan een gevoel dat berust op het objectieve verschil dat er bestaat met betrekking tot de wijze waarop de dingen zijn gemaakt.”
29. (a) Waarom heeft een christen geen regels nodig voor wat hij wel of niet moet doen? (b) Als iemand het in een bepaald geval niet weet, wat dient hij dan te doen?
29 Het gaat er derhalve niet om dat iemand precies moet worden verteld wat men wel of niet mag doen, zoals door regels. Als wij christenen zijn en ons hart datgene liefheeft wat juist is, weten wij van nature, vooral door ons geoefende geweten, of iets bijdraagt tot de heerlijkheid van het goede nieuws dat wij prediken, of er afbreuk aan doet. Wij weten of wij de reputatie of image die de gemeente in de ogen van anderen bezit, opbouwen of afbreken. Mocht iemand het echter niet weten, dan dient hij zich door het goede geweten van de christelijke gemeente te laten leiden. Laat hij de goede raad van de verantwoordelijke broeders aanvaarden en op hun goede oordeel vertrouwen. — Spr. 12:15.
30. (a) Welke verplichting hebben allen die verantwoordelijk posities in de gemeente bekleden? (b) Wat is een leidend beginsel dat ons zal behoeden? (c) Waarom dienen wij ons meer om plichten dan om rechten te bekommeren?
30 Ware christenen hebben elkaar lief en degenen die verantwoordelijke posities bekleden hebben de verplichting alleen te doen wat het beste voor hun broeders is, hetzij door het voorbeeld dat zij stellen of door de raad die zij geven. En de daden van ons allen dienen altijd te worden geleid door het beginsel: ’Sier ik de leer van onze Redder, God, in alle dingen’? Als wij ons van onze plichten kwijten en met onze hele ziel als voor Jehovah en niet voor mensen werken, zal Jehovah ons belonen met zegeningen die veel groter zijn dan welke „rechten” maar ook die wij voor onszelf zouden kunnen opeisen, alsook met jaren van leven en vrede. — Tit. 2:10; Kol. 3:23, 24; Spr. 3:1, 2.
-
-
Een levens-„weg”De Wachttoren 1973 | 1 juni
-
-
Een levens-„weg”
DE MEESTEN van uw vrienden en kennissen zullen waarschijnlijk beweren een religie te hebben of er een bepaalde religieuze zienswijze op na te houden. Maar waar komt hun religie op neer? De apostel Paulus zei onder inspiratie over onze tijd dat velen „een vorm van godvruchtige toewijding [zouden] hebben, maar de kracht ervan niet [zouden] blijken te bezitten”. — 2 Tim. 3:5.
In het boek The Person in Psychology merkte G. W. Allport op: „Voor veel mensen is religie een saaie gewoonte of [voor hen die in stamverband leven] een staminvestering die gebruikt kan worden bij ceremoniën, ten gerieve van de familie of voor persoonlijk gemak. Ze is iets om te gebruiken, niet om naar te leven. Ze kan gebruikt worden om iemands status te verbeteren, om iemands zelfvertrouwen te versterken. Ze kan gebruikt worden als een verdediging tegen de werkelijkheid en als een goddelijke sanctie voor iemands eigen levensregel. Zulk een gevoelen verzekert mij ervan dat God de dingen op mijn manier ziet. In theologische termen uitgedrukt, keert de uiterlijk religieuze mens zich tot God doch zonder zich van zichzelf af te wenden. Een dergelijke religie is een schild voor een egocentrische levenshouding.” — Blz. 131.
In tegenstelling hiermee werd er van degenen die in de eerste eeuw volgelingen van Jezus werden, gezegd dat zij tot „De Weg” behoorden (Hand. 19:9, 23). Zij hingen een „weg” of levenswijze aan die rondom geloof in God en Christus was opgebouwd. Als u er belangstelling voor hebt te weten hoe religie voor u een voldoening schenkende levenswijze kan zijn die God behaagt, zullen Jehovah’s getuigen u hier graag bij willen helpen.
-