Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • g77 8/8 blz. 27-29
  • Geschenkverplichtingen?

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • Geschenkverplichtingen?
  • Ontwaakt! 1977
  • Onderkopjes
  • Vergelijkbare artikelen
  • Wijze raad van God
  • Geschenkfestijnen en andere schenkgewoonten
  • Vragen van lezers
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 2003
  • Cadeaus geven
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 2012
  • Op zoek naar het perfecte cadeau
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk (publieksuitgave) 2017
  • Bezit u de geest van geven?
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1995
Meer weergeven
Ontwaakt! 1977
g77 8/8 blz. 27-29

Wat is de zienswijze van de bijbel?

Geschenkverplichtingen?

WIE vindt het niet leuk een geschenk te ontvangen, vooral wanneer het iets is wat men nodig heeft? Nog groter is echter de vreugde wanneer men anderen kan verblijden met een welkome gift. Het is zoals Jezus zei: „Het is gelukkiger te geven dan te ontvangen.” — Hand. 20:35.

Soms rijzen er echter vragen met betrekking tot het geven van geschenken, vooral wanneer daarbij plaatselijke gewoonten een rol spelen.

In Australië bestaat bijvoorbeeld onder sommige bevolkingsgroepen de gewoonte een geschenkenfeest, een zogenaamde „shower tea”, te houden vlak voordat een vrouw gaat trouwen. In Noord-Amerika kent men een soortgelijk feest, een „wedding shower” noemt men het daar terwijl er zelfs „baby showers” voorkomen. Vrienden en familieleden komen dan bij elkaar om van een gezellige avond met dranken en hapjes te genieten en de vrouw of het echtpaar te „showeren” of te overladen met geschenken die haar of hen zullen helpen zich aan de nieuwe omstandigheden — de vorming van een huishouden of de komst van een baby — aan te passen.

Misschien zijn in de streek of het land waar u woont, dergelijke „shower”-festijnen niet gebruikelijk, maar kent men daar de gewoonte bij het bezoeken van een vriend of vriendin in het ziekenhuis, of wanneer men is uitgenodigd bij iemand te komen eten, fruit of bloemen mee te nemen. Wat vindt u van het geven van geschenken in zulke situaties?

Wijze raad van God

De bijbel moedigt op veel plaatsen tot edelmoedigheid aan. Wij lezen: „De edelmoedige ziel zal zelf vetgemaakt worden, en wie anderen rijkelijk laaft, zal ook zelf rijkelijk gelaafd worden.” „Hij die vriendelijk van oog is, zal gezegend worden, want hij heeft van zijn voedsel aan de geringe gegeven” (Spr. 11:25; 22:9). Johannes de Doper gaf de raad: „Wie twee onderklederen heeft, laat hij delen met wie er geen heeft.” En Jezus gaf de aansporing: „Beoefent het geven, en u zal gegeven worden. . . . Want met de maat waarmee gij meet, zal men ook u meten.” — Luk. 3:11; 6:38.

Het is bovendien niet schriftuurlijk verkeerd onszelf op bescheiden wijze — misschien via een bijgesloten briefje — als de gever van het geschenk te identificeren. (Vergelijk Jakobus 1:17.) Maar met betrekking tot het geven van geschenken geeft Jehovah ook raad die rekening houdt met de menselijke onvolmaaktheid. Zo bestaat het gevaar dat men geschenken gaat geven om daardoor zelf in de hoogte gestoken te worden. Jezus vermaande daarom: „Wanneer gij dus gaven van barmhartigheid gaat schenken, trompet het dan niet voor u uit, . . . laat . . . uw linkerhand niet weten wat uw rechter doet, opdat uw gaven van barmhartigheid in het verborgene mogen zijn; dan zal uw Vader, die in het verborgene toeziet, het u vergelden” (Matth. 6:2-4). Hoe wijs en vriendelijk! Wanneer het de gewoonte is de naam van de gever van elk geschenk in het openbaar bekend te maken, zal iemand er misschien toe geneigd zijn een geschenk te kopen dat hij in feite niet kan bekostigen, om maar gelijke tred met de anderen te houden. Hoe waar is de spreuk: „Er bestaat er een die voorwendt rijk te zijn en toch heeft hij helemaal niets.” — Spr. 13:7.

Ook moedigt de bijbel niet aan tot een soort van vrijgevigheid of edelmoedigheid die tot luiheid stimuleert, maar zegt: „Wij vermanen u, . . . u ten doel te stellen . . . met uw handen te werken”, want „als iemand niet wil werken, laat hij dan ook niet eten.” De apostel Paulus legde uit dat hij persoonlijk werkte ten einde ’niemand een dure last op te leggen’. — 1 Thess. 4:10, 11; 2 Thess. 3:8-12; Ef. 4:28.

Geschenkfestijnen en andere schenkgewoonten

Wanneer een aanstaande moeder of een stelletje dat op het punt staat te trouwen, werkelijk dingen nodig heeft die ze niet zelf kunnen bekostigen, spreekt het vanzelf dat het vriendelijk en attent is iets te geven dat de aanpassing aan de nieuwe omstandigheden gemakkelijker zal laten verlopen. Maar droevig genoeg organiseren mensen om soms geheel andere redenen bij zulke gelegenheden een geschenkenfeest. Toen bijvoorbeeld een vrouw naar de rubriekschrijfster van een krant schreef, deed ze haar beklag over een van de twintig gasten die op een „shower” van haar zuster was uitgenodigd. Zij schreef:

„We gingen alle geschenken en kaarten nog eens en nog eens na, maar vonden niets wat van die vrouw afkomstig was. Ze was weloverwogen met lege handen gekomen. . . . We waren allemaal geschokt.”

De rubriekschrijfster antwoordde gedeeltelijk:

„Ik heb honderden brieven ontvangen van vrouwen die er hun beklag over deden dat ze soms wel op vier of vijf ’showers’ voor dezelfde bruid waren uitgenodigd. Ze beschouwden het hele ’shower’-gebeuren als een grote aanslag op hun portemonnaie, en ik moet bekennen dat uw brief voor mij een krachtige bevestiging van hun opvatting vormt.”

Ja, hoewel een „geschenkenfeest” een plezierige gelegenheid voor omgang en het geven van geschenken kan vormen, kan het ook de spot drijven met de christelijke geest van edelmoedigheid. Wat een teleurstelling voor de bezoekers wanneer ze tot de conclusie moeten komen dat hun geschenken belangrijker zijn dan hun aanwezigheid! Hoe fout het is alle nadruk op het geven van geschenken te leggen, wordt al snel duidelijk wanneer we er even bij stilstaan dat iemand die is uitgenodigd, misschien geen geld heeft om een geschenk te kopen of misschien het plan heeft om iets te geven bij het huwelijk of wanneer het kind eenmaal geboren is.

Op sommige „showers” wordt van elk geschenk de naam van de gever ten overstaan van alle aanwezigen bekendgemaakt. Dit kan iemand die geen geschenk heeft meegebracht, in verlegenheid brengen, terwijl het wellicht ook leidt tot een onderlinge vergelijking van geschenken van mensen met weinig middelen en mensen die rijk zijn (of voorgeven dat te zijn) (Jak. 2:1-9). Hoeveel beter is het om de gevers niet met naam en toenaam te noemen! Wanneer men Jezus’ raad opvolgt door de gever niet te identificeren, vermijdt men vriendelijk vergelijkingen of verlegenheid scheppende situaties en bevordert men daarmee een veel gelukkiger en christelijker sfeer. Over het geven aan behoeftige christenen in de eerste eeuw schreef de apostel Paulus: „Laat een ieder doen zoals hij in zijn hart heeft besloten niet met tegenzin of onder dwang, want God heeft een blijmoedige gever lief.” — 2 Kor. 9:7.

Door die goddelijke raad in gedachten te houden, zal men elke wrok vermijden ten aanzien van iemand die geen geschenk meebrengt — of dat nu op een „shower” is, bij het bezoeken van patiënten in het ziekenhuis, bij een maaltijd, een visite of bij welke andere gelegenheid maar ook waarbij het de plaatselijke gewoonte is een geschenk mee te brengen. Hoeveel beter is het niet wanneer een geschenk een uiting is van ’liefde zonder huichelarij’ en geen verplicht gebaar dat door de plaatselijke gewoonte is voorgeschreven! — Rom. 12:9, 13

Wanneer onze motieven worden geleid door Gods Woord, hoeft er bovendien geen gevoel van wedijver te heersen. Zou u, wanneer u in het ziekenhuis ligt, niet veel meer waardering hebben voor één madeliefje of één sinaasappel van iemand die werkelijk om u geeft, dan een boeket orchideeën of een opzichtige grote fruitmand die iemand u louter uit „plicht” heeft geschonken? — Spr. 15:17; 28:6.

Bovendien is het niet noodzakelijk dat iemand zich verplicht voelt een ’gelijke’ gift terug te ’betalen’ voor iets dat hij ontvangen heeft. Een vrouw vertelde dat toen een vriendin die op bezoek kwam om te eten, voor haar een ’armband, een stel oorhangers, een doos chocolaatjes en een fles champagne’ meebracht, zij zich verplicht voelde de volgende keer bij een tegenbezoek iets soortgelijks mee te nemen. Maar waarom? Persoonlijke omstandigheden verschillen. En zelfs al doen ze dat niet, dan zijn het toch de gevoelens waar het om gaat? Wij zien dit heel duidelijk terug in Jezus’ woorden van lof over de arme vrouw die aan God enkel twee kleine muntstukjes gaf. — Luk. 21:1-4.

Wanneer ons denken en onze wijze van geven in overeenstemming zijn met al deze volmaakte raad van God, zal het geven van geschenken stellig veel geluk schenken — aan zowel de gever als de ontvanger.

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen