-
Een hoofdstad voor het universumDe Wachttoren 1976 | 1 maart
-
-
rechtstreeks toegang hebben tot het aangezicht van Jehovah zelf (1 Joh. 3:2; Openb. 22:3, 4). Wij kunnen er zeker van zijn dat deze symbolische „stad”, bij het licht waarvan de natiën zullen wandelen, aan allen die onder de heerschappij ervan staan recht zal verschaffen. — Openb. 21:24.
Gedurende de duizend jaar waarin deze „stad” heerschappij over de mensheid zal uitoefenen, zal Gods voornemen verwezenlijkt worden om alle dingen op aarde onder Christus bijeen te brengen (Openb. 20:4, 6). Hiertoe zullen ook degenen behoren die „onder de grond” zijn, dat wil zeggen, degenen die dood zijn en die opgewekt zullen worden om de weg der rechtvaardigheid te leren kennen (Fil. 2:10). Christus zal alle dingen in harmonie brengen met God.
Wanneer de apostel Paulus te kennen geeft wat door deze duizendjarige heerschappij tot stand gebracht zal worden, zegt hij: „Vervolgens het einde, wanneer hij het koninkrijk aan zijn God en Vader overdraagt, wanneer hij alle regering en alle autoriteit en kracht heeft tenietgedaan. Want hij moet als koning regeren totdat God alle vijanden onder zijn voeten heeft gelegd. Als laatste vijand wordt de dood tenietgedaan. Want God ’heeft alle dingen onder zijn voeten onderworpen’. Maar wanneer hij zegt dat ’alle dingen onderworpen zijn’, is het duidelijk dat dit met uitzondering is van degene die alle dingen aan hem onderwierp. Wanneer echter alle dingen aan hem onderworpen zullen zijn, zal ook de Zoon zelf zich onderwerpen aan Degene die alle dingen aan hem onderwierp, opdat God alles zij voor iedereen.” — 1 Kor. 15:24-28.
Wanneer Gods speciale bestuur van de aangelegenheden zijn doel heeft bereikt en ’alle dingen weer bijeenvergaderd zijn’, zal de koninklijke Zoon van God zijn autoriteit vervolgens aan de Almachtige God overdragen (Ef. 1:10). De soevereiniteit zal derhalve alleen aan Jehovah toebehoren, precies zoals dit het geval was in het begin, toen Adam en Eva op aarde werden geplaatst en hun de opdracht werd gegeven ’vruchtbaar te zijn en de aarde te vervullen en deze te onderwerpen’ en de gehele dierlijke schepping in onderworpenheid te hebben (Gen. 1:28). God zal „alles . . . voor iedereen” zijn.
Satan de Duivel, die gedurende de duizend jaar in de afgrond van inactiviteit was, zal dan „een korte tijd” worden losgelaten om een laatste beproeving te veroorzaken. Hij zal trachten de mensheid tegen Gods soevereiniteit op te zetten (Openb. 20:1-3, 7, 8). Degenen die gedurende de duizend jaar en door de korte tijdsperiode heen waarin Satan wordt losgelaten, getrouw Gods soevereiniteit ondersteunen, zullen eeuwig leven ontvangen, waarbij hun naam onuitwisbaar in het „boek des levens” wordt geschreven. Degenen die een opstandige handelwijze volgen, zullen vernietigd worden (Openb. 20:9-15). Wanneer Gods rechtstreekse soevereiniteit is gerechtvaardigd, zal ze voorgoed haar juiste verhouding tot de mensheid en het gehele universum behouden, tot de eeuwige zegen van zijn gehele gezin of familie in de hemel en op aarde.
-
-
Natuurlijke antivriesDe Wachttoren 1976 | 1 maart
-
-
Natuurlijke antivries
● Hoe meer geleerden te weten komen, des te lachwekkender wordt de bewering dat alle wonderbaarlijke mogelijkheden en hoedanigheden van de levende schepping door het gedachtenloze toeval van de evolutie tot stand zijn gebracht. Beschouw eens hoe zowel vissen als bomen weerstand kunnen bieden aan buitengewone koude.
Menselijke scheikundigen hebben antivriesmiddelen kunnen vervaardigen. In de afgelopen vijf jaar zijn de geleerden echter meer te weten gekomen over de manier waarop koudwatervissen de winter doorkomen, door hun eigen natuurlijke „antivries” in te schakelen — bepaalde eiwitten in hun bloedbaan. De geleerden weten nog steeds niet precies hoe deze werken, maar zij opperen dat een hoog gehalte van het aminozuur alanine, dat in deze eiwitten aanwezig is, op dusdanige wijze verbindingen tussen „antivries”-moleculen en ijskristallen tot stand brengt, dat de kristallen verhinderd worden te groeien. Eén ding is duidelijk: het werkt.
En in het hoge noorden blijven, nadat de vogels en andere dieren zuidwaarts zijn getrokken om de barre winterse vrieskou te ontlopen, de bomen vastgeworteld in de bevroren bodem achter. Hoe kunnen ze in leven blijven? Het is bekend dat opgelost zout het vriespunt van water aanmerkelijk kan doen dalen. Daarbij hebben de geleerden ontdekt dat zeer zuiver water, vrij van deeltjes waarop zich ijskristallen kunnen afzetten, kan worden onderkoeld tot ongeveer -40 graden Celsius, zonder dat het bevriest.
Bij de bestudering van 350 bomen uit koude klimaatgebieden, bleek het water in de houtweefsels van 175 exemplaren zo zuiver te zijn en zoveel natuurlijke zouten te bevatten dat dit het vriespunt nog verder deed dalen, ja, zelfs tot -45,6 graden Celsius! Werkelijk weer een treffend voorbeeld van de wijsheid van de Schepper in de praktijk!
-