Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • w63 1/3 blz. 131-132
  • Waarom zou u negatief zijn?

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • Waarom zou u negatief zijn?
  • De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1963
  • Vergelijkbare artikelen
  • Negatieve emoties — Hoe kunnen ze bedwongen worden?
    Ontwaakt! 1992
  • Weerspiegel de geestesgesteldheid van Christus
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 2000
  • Bewaar een positieve instelling
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1986
  • Hoe kun je de strijd aangaan met negatieve gevoelens?
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 2010
Meer weergeven
De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1963
w63 1/3 blz. 131-132

Waarom zou u negatief zijn?

EEN negatieve houding kan vaak als een schijnbaar onbeklimbare muur tussen u en het succes van een onderneming staan. Een negatieve houding kan er zelfs de oorzaak van zijn dat u niet slaagt in iets waartoe u wel de bekwaamheid bezit. Er kunnen allerlei factoren zijn die het u moeilijk maken een taak succesvol te volbrengen, maar de voornaamste belemmerende factor kunt u zelf zijn, indien u u door een negatieve houding laat ontmoedigen. Het is normaal enigszins te twijfelen aan uw bekwaamheid om iets te doen, maar u maakt een ernstige fout indien u toelaat dat die twijfel u in zijn ban krijgt zodat u in gebreke blijft uw uiterste best te doen. De invloed van een negatieve houding is zo krachtig dat ze zelfs op een lichamelijke prestatie een nadelige uitwerking kan hebben.

Een gewichtheffer bijvoorbeeld kan er de ene keer in slagen een gewicht boven zijn hoofd te drukken dat voor hem een record betekent, maar bij een andere gelegenheid slaagt hij er niet in omdat hij twijfelmoedig is. Zijn kracht schijnt af te nemen, waardoor het gewicht te zwaar aanvoelt. Bij de vorige gelegenheid was hij vol vertrouwen, met als resultaat dat hij zich in en in sterk voelde en het gewicht hem licht toescheen.

De atleet die meedoet aan het hoogspringen, kan dezelfde verzwakkende uitwerking van een negatieve houding ervaren. De invloed ervan kan zelfs zo groot zijn dat hij niet in staat is over de lat te springen wanneer deze voor hem op een recordhoogte of bijna zo hoog ligt. Dergelijke atleten leveren hun beste fysieke prestaties wanneer zij vol vertrouwen zijn, wanneer zij het gevoel hebben dat zij het doel waarnaar zij streven, kunnen bereiken. Zou voor u met betrekking tot datgene waarnaar u streeft niet hetzelfde kunnen gelden?

Wat is uw houding wanneer uw werkgever u een nieuwe opdracht of een functie waarbij u een grotere verantwoordelijkheid te dragen krijgt, geeft? Is uw eerste reactie de gedachte dat u dat niet aan kunt? Wordt u zozeer door twijfel ten aanzien van uw bekwaamheid de betreffende toewijzing te behartigen bestormd dat u de neiging bij u voelt opkomen tegen uw werkgever te zeggen dat u dat werk niet aankunt? Laat u u zo door een negatieve houding ontmoedigen dat u het zelfs niet eens wilt proberen?

Het is niet vreemd dat er twijfel over uw bekwaamheid bij u opkomt wanneer u een nieuwe verantwoordelijke functie wordt aangeboden, maar het is een vergissing u erdoor te laten overmannen. Al voelt u u ook onbekwaam in de schoenen te staan van degene die de baan vóór u had, daar hij zo’n grote bekwaamheid en ervaring bezat en zo scherpzinnig was, dan dient u het nog niet zover te laten komen dat dit gevoel een onoverkomelijke hinderpaal wordt. Uw werkgever verwacht niet van u dat u als uw voorganger zult zijn, maar wil dat u uw uiterste best doet. Hij zou u die functie niet hebben aangeboden indien hij niet de mening koesterde dat u deze aankon. Denk niet aan uw tekortkomingen door uw bekwaamheid en ervaring met die van uw voorganger te vergelijken, maar denk aan uw goede punten waardoor u voor de baan in aanmerking komt. Benader uw werk positief en vastbesloten u er met uw gehele hart voor in te zetten.

Indien u iemand bent die zich bezighoudt met activiteiten waarbij de belangen van het Opperwezen betrokken zijn, kunt u de ontmoedigende uitwerking van negatief denken overwinnen door in gedachten te houden dat Jehovah’s geest u zal sterken en u zal helpen datgene te doen waartoe u naar uw mening op eigen kracht niet in staat bent. Richt uw geest op zijn beloften dat hij met u zal zijn en u kracht zal schenken. De woorden die hij tot de Israëlieten sprak, kunt u ook als een bemoediging voor u beschouwen. „Vrees niet, want Ik ben met u; zie niet angstig rond, want Ik ben uw God. Ik sterk u, ook help Ik u, ook ondersteun Ik u met mijn heilrijke rechterhand” (Jes. 41:10). Wanneer u geloof in Jehovah hebt, kunt u uw toewijzingen energiek en vol vertrouwen volbrengen. Het vertrouwen in hem kan u helpen een neerslachtige houding te overwinnen. Heeft Jezus niet gezegd: „Als Gij kunt! Alle dingen zijn mogelijk voor wie gelooft”? — Mark. 9:23.

De houding die u ten opzichte van een toewijzing inneemt, bepaalt in grote mate of u deze succesvol zult volbrengen. Stelt u u eens voor dat u een toewijzing hebt gekregen om een lezing ten aanhoren van een groot publiek te houden, iets wat u misschien nog nooit eerder hebt gedaan. Uw eerste reactie zou negatief kunnen zijn. U zou u kunnen inbeelden dat u dit niet kunt, dat u geen woord zult weten uit te brengen. Dat is de verkeerde houding. Neem de feiten eens in ogenschouw. U hebt een tong; u spreekt de taal en u weet iets van het onderwerp af want anders zou men u niet hebben gevraagd te spreken. Wat weerhoudt u er dan nog van in het openbaar te spreken, behalve uw negatieve houding? Laat u niet door negatieve gevoelens overheersen en laat ze u niet iedere wens het te proberen, ontnemen. Klim over die muur, die negatieve gedachten heen en span u van ganser harte in om in het openbaar te spreken en uw bekwaamheid te verbeteren door te trachten u in het spreken in het openbaar te oefenen. Besef dat indien anderen het kunnen, u het ook kunt. Zeg niet: „Dat kan ik niet” of „Dat is mij te veel”, maar zeg: „Ik zal het proberen en het zo goed mogelijk doen.”

Toen de profeet Jeremia de toewijzing kreeg het koninkrijk Juda een waarschuwing bekend te maken, reageerde hij er negatief op en beeldde hij zich in dat die taak te zwaar voor hem was. Hij zei: „Ach, Here HERE, zie, ik kan niet spreken, want ik ben jong.” De toewijzing scheen hem een onoverkomelijke hinderpaal toe. Hij voelde zich al verslagen voordat hij zelfs nog maar had geprobeerd zich van zijn toewijzing te kwijten. God berispte hem echter om zijn negatieve houding met de woorden: „Zeg niet, ik ben jong, want tot een ieder, tot wien Ik u zend, zult gij gaan, en alles wat Ik u gebied, zult gij spreken. Vrees niet voor hen, want Ik ben met u om u te bevrijden, luidt het woord des HEREN” (Jer. 1:6-8). Jeremia stelde zijn vertrouwen in Jehovah en, omdat Jehovah’s geest op hem inwerkte, was hij in staat datgene te doen waarvan hij eerst dacht dat hij het niet zou kunnen.

Wanneer u voor schijnbaar onoverkomelijke hinderpalen komt te staan, pak ze dan vol vertrouwen in God en vastberaden een oprechte poging in het werk te stellen om ze te overwinnen, aan. Wanneer u dat doet, zult u beter in staat zijn u van verantwoordelijkheden te kwijten, een gesteld doel te bereiken, ontmoedigende voorvallen te boven te komen en anderen nog meer van dienst te zijn. Houd de volgende woorden van de apostel Paulus in gedachten: „Ik vermag alle dingen in Hem, die mij kracht geeft.” — Fil. 4:13.

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen