Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • w71 15/5 blz. 294-295
  • Liefde voor onze broeders en zusters

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • Liefde voor onze broeders en zusters
  • De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1971
  • Vergelijkbare artikelen
  • Liefde voor onze broeders en zusters
    Naar de Grote Onderwijzer luisteren
  • Woede kan heel gevaarlijk zijn
    Leer van de verhalen uit de Bijbel
  • Wie zijn onze broers en zussen?
    Lessen van de Grote Onderwijzer
  • Een goede en een slechte zoon
    Mijn boek met bijbelverhalen
Meer weergeven
De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1971
w71 15/5 blz. 294-295

Liefde voor onze broeders en zusters

Een artikel dat speciaal is bestemd om door ouders met hun kinderen gelezen te worden

HOEVEEL broertjes en zusjes heb jij? Niet iedereen heeft thuis een broertje of een zusje. Zelfs al heb je er maar één, dan kun je al dankbaar zijn.

God heeft ons zo gemaakt dat wij ons op een heel bijzondere manier verbonden voelen met bepaalde personen. Wij kunnen heel veel vrienden hebben, maar broers en zusjes geven gewoonlijk zelfs nog meer om elkaar dan vrienden. Als de één in moeilijkheden zit, dan helpt de ander hem eruit. Zo’n broer zou je graag willen hebben, niet waar?

Maar niet iedereen is goed voor zijn broer of zusje. Heb jij wel eens broers en zusjes met elkaar zien vechten? Denk je dat het juist is om dat te doen? De bijbel vertelt ons over iemand die zijn broer sloeg. Weet je hoe hij heet? Het was Kaïn, een zoon van de eerste mens.

Op een dag nam Kaïn wat voedsel dat hij verbouwd had. Hij bracht van dit voedsel een gave of een offer aan Jehovah. Zijn broer Abel bracht ook een offer aan Jehovah. Abel offerde aan God de allerbeste schapen die hij had. God was blij met Abel en zijn offer. Maar hij was niet blij met Kaïn en diens offer.

Waarom niet? Niet omdat Abel méér offerde. En ook was het niet alleen het soort van offer dat het verschil uitmaakte. De bijbel vertelt ons dat God kan zien wat er in ons hart omgaat. Hij weet hoe wij ons diep van binnen voelen. Hij kon zien wat er in het hart van Kaïn omging, en hij kon ook zien wat er in Abels hart omging. Wat hij in Kaïns hart zag, was niet goed.

Wat zag God dan in Kaïns hart? Hij zag dat Kaïn niet werkelijk van zijn broer hield. Toen Kaïn zag dat Jehovah verheugd was over Abel en zijn offer, probeerde hij toen om zo te veranderen dat hij net zo zou zijn als zijn broer? Nee, hij werd boos. Aan zijn gezicht kon je zien dat hij boos was.

Heb jij je wel eens boos gevoeld als je broer of zusje iets beter deed dan jij? Wij kunnen een les leren uit wat er met Kaïn en Abel gebeurde.

Jehovah zag dat Kaïn boos was. Daarom zei Jehovah tegen Kaïn: ’Waarom ben je boos op je broer? Als jij doet wat goed is, dan zal ik je gunstig gezind zijn. Maar als je niet verandert, zul je in de macht van de zonde komen en zul je iets heel slechts doen.’

Luisterde Kaïn naar Jehovah? Veranderde hij van gedachten? Als hij werkelijk van God had gehouden, zou hij naar hem geluisterd hebben. Maar hij hield niet van God. En hij hield ook niet van zijn broer. Weet je wat Kaïn daarom deed?

Op een dag zei hij tegen Abel: „Laten wij het veld ingaan.” Kaïn wilde iets slechts doen, maar Abel wist het niet. Dus ging Abel met Kaïn mee. Terwijl zij daar alleen waren in het veld, sloeg Kaïn zijn broer. Hij sloeg hem zo hard dat hij hem doodde. Was dat niet verschrikkelijk? — Gen. 4:2-8.

De bijbel zegt ons dat wij hieruit een speciale les moeten leren. Weet je welke les? De apostel Johannes vertelt het ons. Hij zegt: „Dit is de boodschap die gij van het begin af hebt gehoord, dat wij liefde voor elkaar moeten hebben; niet zoals Kaïn, die uit de goddeloze voortsproot” (1 Joh. 3:11, 12). Broers en zusjes moeten dus liefde voor elkaar hebben. Zij moeten niet als Kaïn zijn.

Waarom zou het zo slecht zijn om als Kaïn te zijn? Omdat de bijbel zegt dat hij „uit de goddeloze voortsproot”. Wie is de goddeloze? De grootste goddeloze is de Duivel. Kaïn deed net als de Duivel. De Duivel doet de mensen slechte dingen aan. Kaïn gedroeg zich precies zo. Daarom zegt de bijbel dat het was alsof de Duivel zijn vader was. Denk je dat eens in!

Zie je waarom het zo belangrijk is om van je broers en zusjes te houden? Als je niet van hen houdt, wiens kind zou je dan zijn? Je zou een kind zijn van de Duivel. Dat zou je niet willen, is het wel? Hoe kun je dus bewijzen dat je een kind van God wilt zijn? Door werkelijk van je broers en zusjes te houden.

Maar wat is liefde? Liefde is een diep gevoel binnenin ons dat maakt dat wij goede dingen willen doen voor andere mensen. Wij laten zien dat wij van andere mensen houden als wij het goede voor hen voelen. Wij laten het zien als wij goede dingen voor hen doen.

De bijbel zegt: „God is liefde” (1 Joh. 4:8). God doet altijd goede dingen voor de mensen. God maakte voor ons de prachtige aarde om op te wonen. Hij geeft ons de zonneschijn en de regen. Zelfs voordat wij van God hielden, hield God al van ons. Wij kunnen hiervan leren. Zelfs voordat anderen ons goed doen, kunnen wij hen goed doen. Wij kunnen hen eerder liefhebben.

Jezus was de Grote Onderwijzer, en hij bracht dit in praktijk. Hij had broers en zusters. De namen van sommigen van hen waren Jozef, Jakobus en Simon. Waren zij altijd vriendelijk voor hem? Nee, het schijnt van niet. Zij kunnen tot de familieleden van Jezus behoord hebben die over hem zeiden: „Hij heeft zijn verstand verloren.” Zij dreven de spot met Jezus.

Maar liet Jezus woede in zijn hart opkomen jegens zijn broers en zusters? Nee, dat gebeurde niet. Hij toonde liefde voor hen. En weet je wat daar het gevolg van was? Deze broers gingen van Jezus houden en zij werden zijn discipelen. Is dat niet fijn? — Hand. 1:14.

Nu waren zij broers van Jezus in een heel bijzondere betekenis. Zie je, de bijbel zegt dat christenen veel meer broers en zusters hebben dan alleen maar degenen die met hen in hetzelfde huis wonen. Weet je wie dat zijn? Jezus zei: „Al wie de wil doet van mijn Vader, die in de hemel is, die is mijn broer en zuster” (Matth. 12:50). Wist je dat? Dit betekent dat allen die de wil van God doen, broeders en zusters zijn in het geloof. Zij vormen een bijzonder gezin van broeders en zusters.

Houd jij van alle broeders en zusters in dit grote christelijke gezin? Jezus zei dat wij dat moeten doen. Hij zei: „Iedereen zal weten dat gij mijn discipelen zijt, indien gij liefde onder elkaar hebt” (Joh. 13:35). Wij kunnen niet alleen maar van een paar van hen houden. Wij moeten van hen allemaal houden. Als wij van hen houden, zullen wij niet bij hen weg willen blijven omdat wij niet met hen willen praten. Wij zullen voor hen allemaal vriendelijk zijn. Wij zullen altijd goed doen jegens hen. Als zij ooit in moeilijkheden verkeren, zullen wij hen te hulp komen, omdat wij werkelijk één groot gezin vormen.

Als wij werkelijk van al onze broeders en zusters houden, wat bewijst dat dan? Het laat zien dat wij discipelen zijn van Jezus, de Grote Onderwijzer. En willen wij dat niet graag zijn?

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen