-
Bent u een ondersteuner van de goddelijke heerschappij?De Wachttoren 1973 | 1 maart
-
-
basis. Op een algemeen congres van Jehovah’s getuigen in Washington, D.C., werd het begrip van de „grote schare”, die in Openbaring hoofdstuk zeven wordt afgebeeld, verduidelijkt. In een toespraak over „De grote schare” verklaarde de toenmalige president van het Wachttorengenootschap dat de leden van de „grote schare” geen deel uitmaakten van de hemelse klasse, waarover de eerste acht verzen van dit hoofdstuk 7:1-8 handelen, maar dat zij veeleer personen waren aan wie God de hoop op eeuwig leven in een aards paradijs in het vooruitzicht stelt. Honderden werden er op die dag krachtig toe bewogen zich voor de waterdoop aan te bieden. — Openb. 7:9-17.
HET WERK ZAL TOT EEN SUCCESVOL EINDE WORDEN GEBRACHT
In het visioen dat Ezechiël ontving, werd het kentekenen van voorhoofden tot een einde gebracht. Even zeker zal het hedendaagse ’kentekenen’ tot een succesvol einde worden gebracht zodat allen die geloof oefenen tot rechtvaardigheid en die met de mond een openbare bekendmaking tot redding doen, gespaard zullen worden. Ezechiël vertelt ons: „En zie! de in het linnen geklede man aan wiens heupen de inkthoorn was, bracht verslag uit, zeggende: ’Ik heb gedaan juist zoals gij mij geboden hebt.’” — Ezech. 9:11.
Wat zou er gebeuren als de man in het visioen, dat wil zeggen de hedendaagse samengestelde „man”, in gebreke zou blijven zijn opdracht te volbrengen? Hij zou verantwoordelijk zijn voor het bloed van degenen die in de „grote verdrukking” worden terechtgesteld. Jehovah maakte dit duidelijk aan Ezechiël, die als wachter was aangesteld om het volk voor de voltrekking van Gods oordeel te waarschuwen. De gezalfden op aarde hebben de hun toegewezen taak echter ten uitvoer gebracht. Zij zijn er onvermoeid mee doorgegaan de mensen te bezoeken en hen te helpen de levenreddende bijbelkennis te verwerven. Dit is niet gemakkelijk geweest, want zij zijn het doelwit geworden van de hevigste tegenstand en vervolging. Zij beschouwen Jezus’ profetische woorden echter als een bevel toen hij zei: „Dit goede nieuws van het koninkrijk zal op de gehele bewoonde aarde worden gepredikt tot een getuigenis voor alle natiën, en dan zal het einde komen.” — Matth. 24:14.
Wanneer dat „einde” dan ook inderdaad komt, zal het „kenteken”-werk zijn voltooid. De gezalfde geestelijke broeders van Jezus Christus die nog op aarde vertoeven, zien uit naar de tijd dat zij verslag aan hun hemelse Opdrachtgever Jehovah God kunnen uitbrengen met de woorden: „Ik heb gedaan juist zoals gij mij geboden hebt.”
Als u deel uitmaakt van de ongetelde „grote schare”, zult u zijde aan zijde met de gezalfden samenwerken. U zult de Goddelijke Heerschappij loyaal voorstaan en ondersteunen. U zult ervoor zorgen dat u het „kenteken”, dat wil zeggen het bewijs dat u een opgedragen, gedoopte discipel van Jezus Christus bent en dat u een christelijke persoonlijkheid bezit die u van alle huichelachtige „christenen” onderscheidt, behoudt. U zult anderen helpen het „kenteken” te krijgen en te behouden. Dit zal u tot een loyale slaaf van de Almachtige God maken en u het zekere vooruitzicht geven dat u in Jehovah’s nieuwe samenstel van dingen onder het Lam Jezus Christus Zijn verdere dienst ter hand zult mogen nemen.
-
-
Een achtjarige met waarderingDe Wachttoren 1973 | 1 maart
-
-
Een achtjarige met waardering
● Onlangs werd er op het hoofdbureau van de Watch Tower Society, de uitgeversmaatschappij van De Wachttoren en Ontwaakt!, een met de hand geschreven brief ontvangen. De brief was afkomstig van een achtjarig meisje wier ouders Jehovah’s getuigen zijn. Uit haar brief bleek dat zij heel veel waardering had voor het werk dat door de werkers op het hoofdbureau van het Genootschap (de Bethelfamilie) wordt verricht om de publikaties te verschaffen. Zij schreef:
„Geliefde broeders, Ik ben acht jaar en zit in de tweede klas van de lagere school. Kort geleden schreef het departement voor Staatsbosbeheer een wedstrijd uit. Er moest een opstel geschreven worden over het onderwerp ’Waarom een boom planten?’ Ik deed eraan mee.
Toen ik uit school kwam, vertelde ik mijn moeder over de wedstrijd. Mijn moeder zei dat ik maar eens in de indexen van De Wachttoren en Ontwaakt! moest kijken. Dat deed ik dus. Ik vond heel wat inlichtingen over bomen. Het artikel dat ik het beste vond, stond in de ’Awake!’ van 8 april 1956 (’Ontwaakt!’ van 8 augustus 1956).
Deze week kreeg ik bericht dat ik van meer dan 600 deelnemers de eerste prijs in de wedstrijd had gewonnen. Zij maakten een foto van mij voor in de krant en gaven mij een prijs van $15.00. Omdat ik weet dat ik niet gewonnen zou hebben als ik de ’Ontwaakt!’ niet had gehad, zou ik graag $10.00 van dit geld aan u willen geven om het te gebruiken voor iets dat de Bethelfamilie misschien nodig heeft. Met vriendelijke groeten.”
-