Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • g75 22/2 blz. 3-9
  • Spreken over vrede terwijl men zich voorbereidt op oorlog

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • Spreken over vrede terwijl men zich voorbereidt op oorlog
  • Ontwaakt! 1975
  • Onderkopjes
  • Vergelijkbare artikelen
  • Wie wint?
  • De „gewone” wapenrace
  • De andere bewapeningswedlopen
  • Waarom de race doorgaat
  • Een diepere oorzaak
  • Het allesovertreffende wapen en de wedloop naar zekerheid
    Ontwaakt! 1986
  • De nucleaire dreiging — Allesbehalve voorbij
    Ontwaakt! 1999
  • Kernoorlog — Wie vormen de dreiging?
    Ontwaakt! 2004
  • Mensen zoeken een oplossing
    Ontwaakt! 1988
Meer weergeven
Ontwaakt! 1975
g75 22/2 blz. 3-9

Spreken over vrede terwijl men zich voorbereidt op oorlog

ONTSPANNING is de afgelopen maanden een veelgebruikt woord geworden. Ernstige uitspraken over vrede lijken een vast bestanddeel te gaan vormen van de toespraken die wereldleiders houden. Zij en hun medewerkers zeggen dat zij ziek zijn van oorlog; de wereld is rijp voor vrede.

Wonderlijk is het dan om gelijktijdig te zien hoe de deelnemers aan een van de verwoedste wapenwedlopen in de geschiedenis hun snelheid aanzienlijk hebben opgevoerd. Zowel rijke als arme landen zijn op ongekende schaal op de wapenmarkt aan het kopen en verkopen. Wat de gehele wereld echter vooral zorgen baart dat is de afzonderlijke wapenrace tussen de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie, aangezien zij hun wapenarsenaal onnoemlijk hebben verfijnd en vergroot. Wie ligt in deze race aan de kop?

Wie wint?

De meningen daarover lopen uiteen, zelfs onder neutraal geachte waarnemers. Beide reuzen doen over een groot deel van hun wapens erg geheim — zonder over het aantal, de grootte en het vermogen iets te noemen. De Russen pochen dat zij grotere wapens hebben — de Amerikanen zeggen dat de hunne nauwkeuriger zijn. Naar verluidt hebben de V.S. ook meer lange-afstandbommenwerpers dan de Russen 496 tegenover 140.

De Russen daarentegen hebben weer meer onderzeeboten die zijn uitgerust met raketten. De Amerikaanse onderzeeërs zouden echter sneller zijn en moeilijker op te sporen, terwijl veel van de raketten die ze vervoeren, zijn uitgerust met tien tot veertien atoomkoppen. Sinds het midden van de jaren ’50 is de Sovjet-Unie de V.S. voorbijgestreefd in het totale aantal marineschepen. Ze beschikt nu over 221 belangrijke oorlogsbodems — onderzeeërs niet meegerekend — vergeleken met 174 Amerikaanse oppervlakteschepen.

Veel onderzoek- en ontwikkelingswerk is bij de beide landen geconcentreerd op de bouw van nieuwe raketten. Maar zou dat volgens het SALT-akkoord (dat handelt over de beperking van strategische wapens) en andere overeenkomsten niet ophouden? Neen. SALT heeft voornamelijk een zware beperking gelegd op het bezit van defensieve raketten (raketten om raketten aan te vallen). Maar offensieve, „aanvallende” raketten?

Volgens de bepalingen van het SALT-verdrag van mei 1972 mogen de Verenigde Staten nu 1054 raket-lanceerinrichtingen op het vasteland hebben en 656 op onderzeeboten — de Sovjet-Unie 1618 lanceerinstallaties op land, bij een totaal van niet meer dan 950 lanceerinrichtingen op onderzeeboten op zee. Waarom de Russen meer? Omdat de V.S. dachten een duidelijke voorsprong te hebben op het gebied van raketten met MIRV.

MIRV is de afkorting voor: „Multiple Independently Reentry Vehicle”, de Engelse benaming voor een wapen met verschillende atoomkoppen die onafhankelijk van elkaar op verschillende doelen gericht kunnen worden wanneer hun draagraket eenmaal boven een bepaald gebied is. De V.S. zouden momenteel al 7000 van deze koppen op raketten hebben geïnstalleerd. Toen het SALT-verdrag werd getekend leken de V.S. dus reeds een voorsprong te hebben, maar dit land zou voor nog een verrassing zorgen.

In 1973 namelijk begonnen de Russen met het beproeven van hun eigen MIRV’s, daarmee bevreesdheid wekkend dat ze de V.S. voorbij zouden streven. Toen kwamen de V.S. echter met een tegenzet. Hoe?

Door de MaRV in te voeren, de „Maneuverable Reentry Vehicle”. Net als bij de MIRV kunnen ook bij dit wapen een aantal atoomkoppen op één raket worden geplaatst en naar verscheidene doelen worden gezonden. De MaRV-koppen kunnen echter worden gemanoeuvreerd en dus nog tijdens het laatste deel van hun vlucht van koers worden veranderd als ze op hun doel afsuizen.

De supermachten slaan overigens meer op dan alleen kernwapens. Ook hun arsenaal van „gewone” wapens is zich snel aan het uitbreiden. Tijdens recente kleine oorlogen hebben zowel het Oosten als het Westen met deze wapens kennis kunnen maken.

De „gewone” wapenrace

In Vietnam bijvoorbeeld vervolmaakten de V.S. hun zogenaamde fragmentatiebommen, waarvan nu zelfs het verspreidingspatroon kan worden bepaald. Eén enkele fragmentatiebom uit een straalgevechtsvliegtuig geworpen, en op een hoogte van 180 meter ontploffend, kan thans dodelijke stukjes (fragmenten) metaal of andere stof over een afstand van meer dan 900 meter wegslingeren. Eén F-4 Phantom gevechtsvliegtuig kan acht van zulke bommen vervoeren en met speciale houders zelfs vijftien of twintig.

Een ander wapen dat gedeeltelijk in Vietnam is getest, is de „glijbom”. In het verleden hing de baan van een afgeworpen vliegtuigbom volledig af van de zwaartekracht. Dit nieuwere model echter kan met behulp van een laserstraal of een TV nauwkeurig op zijn doel worden gericht. Zelfs conservatieve deskundigen spreken al over de komst van een „revolutie” in de oorlogvoering vanwege de geleide bom.

Ook de oorlog in het Midden-Oosten zorgde voor „verrassingen”, maar dan voor Amerikaanse experts. De Arabische wapens van Russische makelij bleken verre superieur aan het peil dat de Amerikanen hadden vermoed. De in Rusland gebouwde, verplaatsbare lanceerinrichting voor de SAM-7-raket was een doeltreffend wapen voor het naar beneden halen van Israëlische gevechtsvliegtuigen, en toch betrekkelijk goedkoop.

Een groot deel van de beslissende strijd in het Midden-Oosten werd door pantservoertuigen geleverd — voornamelijk tanks. Wat men daarbij echter ontdekte was dat één enkele infanteriesoldaat in zijn eentje een vijandelijke tank kon uitschakelen. Door namelijk gebruik te maken van een buitengewoon explosief anti-tankprojectiel, aangeduid met de naam „Heat”. Het projectiel bevat een hoeveelheid koper, dat in gesmolten toestand wegspuit wanneer het projectiel tegen de pantserplaten van een tank explodeert. Deze straal gloeiend koper brandt een gat door het staal van de tank, verstikt de bemanning binnen in de tank en brengt alle explosieven in de tank tot ontploffing. Sommige van deze anti-tankprojectielen met hitte-koppen kunnen draadloos worden bestuurd en aldus door de soldaat die ze afvuurt naar hun doel worden geleid. Volgens de Israëli’s waren deze wapens de voornaamste oorzaak van hun tankverliezen.

Een andere verrassing voor de V.S. vormde de grote verscheidenheid aan nachtelijke gevechtsuitrusting waarvan de Russen de Arabieren hadden voorzien. Het Pentagon heeft nu het Amerikaanse onderzoek op het gebied van nachtelijke oorlogvoering versneld, na ontdekt te hebben dat de Russen een grote perfectie hebben aangebracht in hun apparatuur voor waarneming bij sterrenlicht en hun infrarood-apparatuur voor tanks, anti-tankraketten en granaatwerpers, alsook voor lichtere geweren. Een zelfde uitrusting werd in Vietnam gebruikt door de Amerikaanse luchtmacht en marine.

Strijdgassen zijn weer een andere soort van wapens, die echter in de V.S. voortdurend onderwerp van discussie vormen. Eén variant, „tweevoudig” strijdgas, bestaat uit twee chemische stoffen, die gescheiden volkomen onschadelijk zijn, maar samengevoegd — bijvoorbeeld in een afgevuurde artilleriegranaat — een dodelijke stof vormen. De Amerikaanse deskundigen op het gebied van chemische wapens, J. P. Robinson en M. S. Meselson verklaarden aan een ondercommissie van het Huis van Afgevaardigden dat de Amerikaanse voorraad chemische wapens thans viermaal zo hoog is als tegen het eind van de Tweede Wereldoorlog.

Maar de V.S. en de U.S.S.R. hebben geen monopolie wat het kopen en verkopen van wapens betreft. Ook andere, kleinere landen zijn daarbij betrokken.

De andere bewapeningswedlopen

De hoop van velen dat kernwapens slechts in de handen van een paar grote landen zouden blijven, werd de bodem ingeslagen toen India in mei vorig jaar een kernbom tot ontploffing bracht. Nu bestaat er de angst dat ook een aantal andere kleinere landen en zelfs georganiseerde benden hun eigen kernwapens zullen kunnen maken. Sinds India zijn bom fabriceerde, spotten steeds minder deskundigen met deze mogelijkheid. De details voor het vervaardigen van een atoombom kunnen worden aangetroffen in niet-geheime documenten van de Amerikaanse Commissie voor Atoomenergie. De kleine hoeveelheid plutonium die nodig is om een bom te maken, raakt steeds makkelijker verkrijgbaar.

Ondertussen groeien de wapenarsenalen in land na land. De Latijns-Amerikaanse landen nemen niet langer genoegen met Amerikaans „afdank”-materiaal, maar verlangen nu krachtige, nieuwe wapens. Het grootste deel van de uitgaven wordt daar gedaan door zes landen — Argentinië, Brazilië, Chili, Colombia, Peru en Venezuela — waarvan het grootste deel van de 1,7 miljard dollars afkomstig was die tussen de jaren 1967 en 1971 op dit zuidelijke deel van het Amerikaanse continent aan wapens zijn besteed. De V.S. mochten hiervan slechts 13 percent opstrijken. Bij welke landen werd de rest gekocht?

De overblijvende aankopen werden gedaan bij Engeland (35 percent), dat oorlogsschepen en straalvliegtuigen leverde, en bij Frankrijk (22 percent), waar voornamelijk Mirage-straalvliegtuigen en tanks vandaan kwamen. Nog andere leveranciers waren onder meer West-Duitsland en Canada. En nu verkopen ook de Russen aan Latijns-Amerika.

Dit is niet geheel en al nieuw. Cuba bijvoorbeeld, al enige tijd lid van het communistische blok, heeft nu volgens zeggen meer dan 200 Russische MIG-gevechtsvliegtuigen. En dat is niet het enige Russische materieel. De laatste tien jaar heeft Rusland naar schatting meer dan een miljard dollar aan de Cubaanse bewapening besteed. Peru schijnt echter onlangs een echte Russische klant te zijn geworden. Het heeft 200 Russische tanks gekocht en ook militaire adviseurs in het land toegelaten, de eersten op het continent.

Ondertussen zijn de twee krachtigste Zuidafrikaanse landen, Brazilië en Argentinië, begonnen met een eigen vliegtuigfabrikage terwijl ze ook met raketten schijnen te experimenteren.

Terzelfder tijd is er, naar het heet, een ’kleine bewapeningswedloop’ in Azië begonnen. „Het nieuwste statussymbool” van Aziatische landen is volgens de Los Angeles Times „het bezit van een eigen wapenfabriek”. De Filippijnen, Singapore en Zuid-Korea zijn reeds bezig met de produktie van het Amerikaanse M-16-geweer, of van plan hier snel toe over te gaan. Malaysia, Indonesië en Burma produceren automatische geweren of munitie. Het Amerikaanse departement van defensie heeft toegegeven de Aziatische bondgenoten van Amerika, Zuid-Korea, Thailand en Zuid-Vietnam, voor miljarden dollars aan wapens te hebben geholpen, voor het geval dat deze naties in de toekomst bij een oorlog betrokken raken.

Het kopen en verkopen van wapens is inderdaad een internationale handelszaak geworden — alle woorden over vrede ten spijt. De nog steeds toenemende wapenhandel in Zuid-Amerika, Europa, Azië en Afrika bracht één nieuwstijdschrift ertoe om te spreken over een ’wereldomvattende toename van het vuurwapenbezit’.

Waarom de race doorgaat

Als de grote militaire machten op de aarde werkelijk vrede willen, waarom gaan ze dan voort met het vergroten van hun oorlogsmachinerie?

Wel, ten eerste natuurlijk vanwege de vrees dat hun vijanden zich zullen blijven bewapenen, ook al zouden ze er zelf een punt achter zetten. Als we niet voortgaan met bewapenen, zo redeneert men, zullen onze tegenstanders wellicht tot de conclusie komen dat we verzwakt zijn, en misschien tot een aanval overgaan. „Wij moeten onze vredesstructuur bouwen op de harde feiten van de internationale situatie, en niet op de wazige hoop van toekomstige menselijke volmaaktheid”, zo luidde onlangs het commentaar van J. R. Schlesinger, de Amerikaanse minister van defensie. Hij beschuldigde het Kremlin ervan druk bezig te zijn aan de opbouw van een massale kernmacht.

En aan de andere kant? Daar weert Viktor G. Kulikov, algemeen stafchef van het Russische leger, de beschuldiging af met de woorden: „In de belangrijkste kapitalistische landen gaat de materiële voorbereiding op een nieuwe oorlog nog steeds door, ja, ze is zelfs intensiever geworden, door de vergroting en kwaliteitsverbetering van het wapenbezit in het algemeen en die van kernwapens in het bijzonder.”

Geen van beide kanten vertrouwt elkaar. Elk is er derhalve op gebrand het meest doeltreffende militaire apparaat te bezitten. Of zoals de overleden Amerikaanse generaal Tooey Spatz eens zei: „Het op een na beste vliegtuig is hetzelfde als de op een na beste hand met kaarten bij pokeren” — onvoldoende! In een poging het „beste” te krijgen, wordt steeds meer geld in bewapening gestoken. Een Amerikaanse B-1-bommenwerper kost nu 76 miljoen dollar — dat is vergeleken met een paar maanden geleden al weer 20 miljoen dollar meer. Het supersonische gevechtsvliegtuig de F-15 zal meer dan twaalf miljoen dollar gaan kosten.

Velen vragen zich echter af: ’Aan beide kanten beschikt men reeds over genoeg wapentuig om elkaar meer dan weg te vagen. Waarom moet al dat geld dan aan nog meer en nog nieuwere wapens besteed worden?’

’Omdat’, aldus de militaire experts, ’deze bewapeningswedloop anders is.’ In welk opzicht anders? Zij beweren dat de nieuwere wapens nodig zijn om hen in een oorlog meer mogelijkheden te geven. De vroegere bewapeningswedlopen waren gericht op ’wederzijds gegarandeerde vernietiging’. Met andere woorden, een dreiging van de ene zijde zou een totale oorlog van de andere zijde tot gevolg hebben, een internationale vernietiging. Doch nu, zo zeggen de militairen, willen we graag kleinere wapens in werking kunnen stellen, om met gelijke munt te kunnen terugbetalen. Zodat wanneer bijvoorbeeld de Russen een Amerikaanse basis zouden vernietigen, de V.S. een beperkte tegenzet kunnen doen door een soortgelijk Russisch doel te treffen. De wedloop moet voortgaan, zo zeggen zij, om deze nieuwere, meer verfijnde wapens te ontwikkelen.

Er zijn echter nog andere redenen waarom het onderzoek en de ontwikkeling op wapengebied zich voortzet. Afzonderlijke personen — en niet alleen landen — zijn daarbij betrokken. Politieke leiders vrezen verlies van populariteit als zij ten opzichte van de vijand een zwakke houding lijken aan te nemen of de wapenproduktie beperken. Duizenden gewone mensen werken direct of indirect voor het militaire apparaat; het verlagen of stopzetten van de militaire produktie zou voor hen persoonlijk een financiële ramp zijn.

Toch zou geen gezond denkend mens ooit een wereldconflict wensen. Niemand. Desondanks gaat de bewapeningswedloop door en stuurt de mens rechtstreeks in de richting van zo’n conflict. Hoe komt dit? Zou er nog een andere macht zijn, een macht die de heersers van deze wereld en hun onderdanen ertoe aanzet om zichzelf maar te blijven bewapenen? Dat lijkt logisch.

Een diepere oorzaak

Het is de bijbel die op die andere macht wijst. Wij lezen daarover in Openbaring 16:14, 16: „Uitingen door demonen geïnspireerd . . . gaan uit tot de koningen van de gehele bewoonde aarde, om hen te vergaderen tot de oorlog van de grote dag van God de Almachtige . . . tot de plaats die in het Hebreeuws Har–mágedon wordt genoemd.” Ja, aangezet door onzichtbare demonen, zijn de „koningen der aarde en hun legers” zich in werkelijkheid aan het bewapenen voor een strijd tegen God. — Openb. 19:11-13, 19.

Werelds denkende mensen mogen het dan betwijfelen of er wel echt demonen bestaan die onzichtbaar achter de schermen bezig zijn de naties van deze wereld naar een conflict met God te leiden — maar wie zou willen ontkennen dat ondanks al het gepraat over vrede „de koningen der aarde en hun legers” werkelijk bezig zijn zichzelf voor iets te mobiliseren?

Natuurlijk betekent deze bijbelse verwijzing niet dat alle legers van de wereld zullen worden vergaderd op de letterlijke plaats die Megiddo wordt genoemd, een plaats die in de oudheid een strategische doorgang in het Midden-Oosten beheerste. Alle legers van de wereld zouden daar geen plaats kunnen vinden. Wat betekent de Schriftuurlijke uitdrukking „Har–mágedon” of „Armageddon” dan wel?

Wel, het oude Megiddo was in het verleden de plek waar beslissende veldslagen werden gestreden. Het bijbelse gebruik van deze naam wijst dus op een geschilpunt — anders zou er geen oorlog gevoerd hoeven worden. Welk geschilpunt? „Koningen” heersen over koninkrijken. Deze koningen wensen dus kennelijk hun soevereiniteit, hun heerschappij, te behouden. Maar ook God heeft een voornemen met betrekking tot deze aarde, ja, met betrekking tot de gehele aarde. De bijbel geeft aan dat de tijd nabij is waarop hij door bemiddeling van Jezus Christus, voornemens is alle tegenstanders van zijn rechtvaardige heerschappij over de aarde weg te vagen.

Lijkt het u logisch toe dat de landen van deze wereld zonder slag of stoot hun regeringsmacht aan God en Christus zullen overdragen wanneer de tijd daarvoor is aangebroken? Is in hun geschiedenis ook maar enige aanwijzing te vinden dat ze inderdaad zo’n handelwijze zullen volgen? Hebben ze niet altijd getracht elke centimeter grondgebied te behouden die ze maar konden behouden?

Het is niet dat de naties welbewust plannen maken voor een strijd tegen God en in hun ’oorlogskamers’ reeds met die mogelijkheid rekening hebben gehouden. Maar hun halsstarrige pogen de aarde op hun manier te besturen, zonder rekening te houden met Gods bekende voornemen, maakt een confrontatie onvermijdelijk. Er zal een moment aanbreken waarop ze verenigd zullen trachten met al hun strijdwapens hun eigen heerschappij te bestendigen. God zal met tegenmaatregelen reageren. Met welke gevolgen?

Openbaring hoofdstuk 19 beschrijft hoe Degene die ten behoeve van God een overwinnende strijd voert (namelijk Jezus Christus) een nederlaag toebrengt aan de ’koningen en militaire bevelhebbers’ van de aarde. Zij zullen ter dood worden gebracht. Alleen zij die door God rechtvaardig worden geoordeeld, zullen overblijven. De demonen, die een extra stimulans hebben gegeven aan de reeds natuurlijke neiging van de naties om hun soevereiniteit te beschermen, zouden graag zien dat deze aarde een vervuilde, verwoeste sintel werd. God zal dat echter niet laten gebeuren. In plaats daarvan zullen de demonen zelf uit de weg worden geruimd. — Openb. 12:12; 19:11-20:3.

Alle pogingen die nu worden ondernomen om vrede en ontspanning te brengen zijn derhalve in tegenspraak met de werkelijke stand van zaken zoals die momenteel is — het feit dat de naties alle militaire macht zullen aanwenden waarover ze maar beschikken om aan hun heerschappij vast te houden. Zij mogen dan over vrede spreken — oorlog is onvermijdelijk. Maar, na de grootste aller oorlogen zullen de „koningen der aarde en hun legers” toch voorgoed verdwenen zijn. Slechts ware vrede zal dan over de aarde heersen.

[Kader op blz. 5]

„Wij bemerken dat de Verenigde Staten thans spreken over vrede maar druk bezig zijn aan de ontwikkeling van nieuwe generaties kernwapens en lanceersystemen, elk nog verschrikkelijker, nog doeltreffender en nog dodelijker dan de voorgaande, en dat de situatie met betrekking tot de Sovjet-Unie nagenoeg hetzelfde is. Aan beide kanten zien we politieke leiders in toenemende mate verstrikt, gefrustreerd en uitgeschakeld raken door invloedrijke binnenlandse stromingen met een onuitroeibare belangstelling voor nieuwe militaire vindingen. Het wereldarsenaal atoomkoppen blijft astronomisch groeien.” — „The Bulletin of the Atomic Scientists.”

[Kader op blz. 6]

„Het is nu heel goed mogelijk dat een eenvoudig maar vernietigend atoomwapen in elkaar wordt gezet door één of meer terroristen zonder grote wetenschappelijke of technische kennis. Dat is de conclusie van een toenemend aantal deskundigen.” — „Time”, 13 mei 1974.

[Tabel op blz. 4]

HET TOENEMENDE WAPENARSENAAL IN „VREDESTIJD”

V.S. U.S.S.R.

1710 RAKET-LANCEERINSTALLATIES 2358

(op land en op zee)

7000+ ATOOMKOPPEN 2300

496 LANGE-AFSTANDBOMMENWERPERS 140

41 KERNDUIKBOTEN 42

174 MARINE-OPPERVLAKTESCHEPEN 221

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen