Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • w65 15/12 blz. 762-763
  • Vragen van lezers

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • Vragen van lezers
  • De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1965
De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1965
w65 15/12 blz. 762-763

Vragen van lezers

● Wie zijn degenen die ’op tronen zitten’, naar wie in Lukas 22:30 wordt verwezen, en wie worden door de „twaalf stammen Israëls” voorgesteld? — J.G., West-Duitsland.

Jezus Christus zei tot zijn getrouwe apostelen: „Gij zijt degenen die in mijn beproevingen steeds bij mij zijt gebleven; en ik sluit een verbond met u, evenals mijn Vader een verbond met mij heeft gesloten, voor een koninkrijk, opdat gij in mijn koninkrijk aan mijn tafel moogt eten en drinken, en op tronen moogt zitten om de twaalf stammen Israëls te oordelen” (Luk. 22:28-30, NW). Jezus Christus sprak hier rechtstreeks tot zijn elf getrouwe apostelen; hiervóór had hij op een soortgelijke wijze tot zijn twaalf apostelen gesproken (Matth. 19:28, NW). Hij kon dit doen, aangezien later bleek dat er toch twaalf getrouwe apostelen waren; en deze twaalf zetelen in het koninkrijk der hemelen vanzelfsprekend op twaalf tronen.

Maar zijn in deze tijd, in de laatste afwikkeling van Gods voornemen, slechts de twaalf getrouwe apostelen te zamen met Jezus op tronen gezeten? Wanneer wij beschouwen wat Jezus elders heeft gezegd, toen hij niet rechtstreeks tot zijn apostelen sprak, vinden wij dan een bewijs voor een groter aantal dat op tronen zit? Volgens Openbaring 14:1 en 20:6 (NW) is het uiteindelijke aantal van hen die ’met hem [Jezus Christus] duizend jaren als koningen zullen regeren’ veel meer dan twaalf, namelijk, 144.000. Zullen de 143.988, afgezien van de twaalf apostelen van het Lam, ook op tronen zitten? Hebben koningen geen tronen, en zijn de 144.000 niet allen koningen? Ja, en Jezus belooft aan een ieder van de getrouwe 144.000 het recht op de troon te zitten: „Wie overwint, hem zal ik geven met mij plaats te nemen op mijn troon” (Openb. 3:21, NW). In het licht van andere schriftplaatsen moet Lukas 22:28-30 (NW) derhalve in een ruimere zin worden bezien, hetgeen tot de volgende conclusie leidt: Degenen die op tronen zitten om de „twaalf stammen Israëls” te oordelen, omvatten niet slechts de twaalf apostelen, maar ook alle anderen die opgenomen zijn in het verbond voor het Koninkrijk, waarover Jezus in Lukas 22:28-30 (NW) sprak. Aangezien alle 144.000 gezalfde christenen in het verbond voor het Koninkrijk zijn opgenomen, zullen zij allen op tronen zitten om de „twaalf stammen Israëls” te oordelen.

Wie worden dan voorgesteld door de „twaalf stammen Israëls”, over wie Jezus Christus en zijn medekoningen zullen regeren en die zij zullen oordelen? Zij zullen zeker niet worden beperkt tot de letterlijke twaalf stammen Israëls, die thans alle onderscheidende kenmerken van hun stammen hebben verloren. Volgens de apostel Paulus zullen degenen die het hemelse koninkrijk ontvangen, een gehele mensenwereld oordelen: „Weet gij niet dat de heiligen de wereld zullen oordelen?” (1 Kor. 6:2, NW) Derhalve is het redelijk te concluderen dat de „twaalf stammen Israëls”, die in Lukas 22:30 (NW) worden genoemd, betrekking hebben op de mensenwereld die door Jezus Christus en zijn lichaamsleden, die als leden van zijn gemeente te zamen met hem als koningen en priesters en rechters dienst zullen verrichten, zal worden geoordeeld. In overeenstemming met deze zienswijze, zette het boek U kunt Armageddon overleven en Gods nieuwe wereld binnengaan op bladzijde 41 uiteen dat de twaalf niet-levitische stammen van Israël op de jaarlijkse verzoendag alle gehoorzame mensen afbeeldden die eeuwig leven op aarde zullen ontvangen. Op de verzoendag werden twee offers gebracht, één voor Aäron en zijn stam, die het geestelijke Israël afbeeldden, en de andere voor de twaalf niet-levitische stammen van Israël, die een afbeelding vormden van alle mensen die voordeel trekken van het loskoopoffer van Jezus Christus, met eeuwig leven op aarde als resultaat. Dit onderscheid, waarvan in Leviticus hoofdstuk 16 sprake is, blijkt ook uit de woorden van de apostel Johannes betreffende Jezus Christus: „Hij is een zoenoffer voor onze zonden, echter niet alleen voor de onze, maar ook voor die van de gehele wereld.” — 1 Joh. 2:2, NW.

Tot degenen van de wereld der mensheid die voordeel trekken van Christus’ offer behoren ook de „andere schapen” die deel uitmaken van de „grote schare” welke Gods oorlog van Har–mágedon zal overleven. Maar de „twaalf stammen Israëls” uit Lukas 22:30 (NW), die geoordeeld zullen worden door hen die op hemelse tronen zitten, zullen allen omvatten die in het nieuwe samenstel van dingen na Armageddon op aarde zullen leven. De „twaalf stammen Israëls” omvatten derhalve niet alleen degenen die deel uitmaken van de thans levende „grote schare”, die de oorlog van Har–Mágedon zullen overleven en Gods rechtvaardige nieuwe ordening van dingen zullen binnengaan, maar tevens de gehele uit de doden opgewekte mensheid.

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen