Leef langer en voel u beter
STEL u het leven van een mens eens voor als een lange hordeloop — een wedloop waarbij hardlopers over hindernissen springen. Alle hardlopers beginnen gelijk, maar naarmate zij over de hindernissen springen en die af en toe raken, verliezen zij aan snelheid en zijn er steeds meer uitvallers.
Zo ook heeft het menselijk leven een startpunt en hoge horden onderweg. In de loop van zijn leven moet een mens de ene horde na de andere nemen. Elke sprong maakt hem zwakker en na verloop van tijd geeft hij het op. Hoe hoger de horden, des te sneller valt hij uit, hij sterft. Woont iemand in de geïndustrialiseerde wereld, dan komt het uitvalpunt op ongeveer 75-jarige leeftijd. Die periode wordt de gemiddelde levensduur van de mens genoemd — vergelijkbaar met de afstand die de meeste hardlopers in feite afleggen.a (Vergelijk Psalm 90:10.) Sommige mensen lopen echter langer door en een enkeling bereikt zelfs wat de maximale menselijke levensduur geacht wordt, 115 tot 120 jaar — iets wat zo zelden voorkomt dat het wereldwijd de kranten haalt.
Wat zijn de horden?
Mensen kunnen nu bijna tweemaal zo lang in de race blijven als aan het begin van deze eeuw. Hoe komt dat? In essentie doordat de mens de horden heeft kunnen verlagen. Wat zijn echter die horden? En kunnen ze nog verder verlaagd worden?
Een deskundige op het terrein van de volksgezondheid van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) legde uit dat enkele van de voornaamste horden of factoren die de levensverwachting van de mens beïnvloeden, zijn gewoonten, het milieu en de medische zorg zijn.b Hoe verstandiger uw gewoonten zijn, hoe gezonder uw milieu en hoe beter uw medische zorg, des te lager zijn die horden en des te langer kan uw leven duren. Hoewel de omstandigheden van mensen aanzienlijk variëren, kan vrijwel iedereen — van een bankdirecteur in Sydney tot een straatventer in São Paulo — iets doen om de horden in zijn of haar leven te verlagen. Hoe?
Gewoonten die uw levensloop beïnvloeden
„Personen met gezondere gewoonten leven niet alleen langer, maar zullen ook langer goed uit de voeten kunnen en minder jaren aan het eind van hun leven gehandicapt zijn”, bericht The New England Journal of Medicine. De eerste horde kan al verlaagd worden door gewoonten op het gebied van eten, drinken, slapen, roken en lichaamsbeweging te veranderen. Neem bijvoorbeeld uw lichaamsbeweging.
Lichaamsbeweging. Matige lichaamsbeweging kan heel nuttig zijn. (Zie het kader „Hoeveel en wat voor lichaamsbeweging?”) Uit onderzoeken blijkt dat eenvoudige oefeningen in en rond het huis de ouderen — ook de ’oudste bejaarden’ — helpen weer sterker en vitaler te worden. Zo merkte een groep ouderen in de leeftijd van 72 tot 98 jaar dat zij sneller konden lopen en makkelijker trappen konden lopen na slechts tien weken wat aan halteren gedaan te hebben. En geen wonder! Tests die na dit programma gedaan werden, wezen uit dat de spierkracht van de deelnemers meer dan verdubbeld was. Een andere groep, bestaande uit overwegend vrouwen met een zittend leven in de leeftijd tot 70 jaar, deed tweemaal per week lichaamsoefeningen. Na een jaar waren zowel hun spiermassa als hun kracht, evenwicht en botdichtheid erop vooruitgegaan. „Toen wij begonnen, waren wij bang voor gescheurde gewrichtsbanden, pezen en spieren”, vertelde de fysiologe Miriam Nelson, die het onderzoek leidde. „Maar in plaats daarvan kregen wij sterkere en gezondere mensen.”
In een samenvatting van de uitkomst van diverse wetenschappelijke onderzoeken naar verouderen en lichaamsbeweging verklaart een studieboek: „Lichaamsbeweging vertraagt het verouderingsproces, verlengt het leven en verkort de periode van afhankelijkheid die meestal aan de dood voorafgaat.”
Mentaal bezig blijven. De spreuk „Blijf gebruiken wat anders verloren gaat”, schijnt niet alleen voor de spieren maar ook voor het verstand op te gaan. Hoewel veroudering met enige vergeetachtigheid gepaard gaat, wijzen onderzoeken van het Amerikaanse Nationale Instituut voor Gerontologie uit dat oudere hersenen soepel genoeg blijven om de gevolgen van het ouder worden aan te kunnen. Vandaar dat de hoogleraar in de neurologie dr. Antonio R. Damasio concludeert: „Ouderen kunnen een uiterst zinvol en gezond mentaal leven behouden.” Wat verklaart de aanhoudende soepelheid van oudere hersenen?
De hersenen bestaan uit 100 miljard hersencellen of neuronen en biljoenen verbindingen daartussen. Deze verbindingen fungeren als telefoonlijnen die neuronen in staat stellen met elkaar te „praten” om, onder andere, herinneringen te creëren. Met het ouder worden van de hersenen sterven er neuronen. (Zie het kader „Een nieuwe kijk op hersencellen”.) Toch kunnen oudere hersenen het verlies aan neuronen compenseren. Iedere keer dat een neuron afsterft, reageren zijn buren daarop door nieuwe verbindingen te maken met andere neuronen en de arbeidstaak van het verloren neuron over te nemen. Op die manier verschuift het brein in feite de verantwoordelijkheid voor een gegeven taak van het ene gebied naar het andere. Daardoor volbrengen veel ouderen dezelfde mentale taken als jongeren, maar zij gebruiken daarvoor mogelijk andere delen van de hersenen. In sommige opzichten handelt een ouder brein een beetje als een oudere tennisser die zijn afnemende snelheid compenseert door zijn toevlucht te nemen tot vaardigheden die jongere spelers vaak missen. En ondanks het gebruik van technieken die afwijken van die van de jongeren scoort de oudere speler nog steeds.
Wat kunnen ouderen doen om te blijven scoren? Na een studie van ruim 1000 personen in de leeftijd van 70 tot 80 jaar concludeerde de gerontologe dr. Marilyn Albert dat mentaal bezig blijven een van de factoren is die bepaalt welke ouderen hun intellectuele vaardigheden behouden. (Zie het kader „Hoe het verstand soepel te houden”.) Daardoor blijven de ’telefoonlijnen’ van de hersenen in gebruik. Mentale aftakeling begint daarentegen, aldus deskundigen, „wanneer mensen met pensioen gaan, besluiten het kalmpjes aan te gaan doen en zeggen dat zij niet meer bij hoeven te blijven met wat er in de wereld gebeurt”. — Inside the Brain.
Het goede nieuws is dus, legt de gerontoloog dr. Jack Rowe uit, dat „factoren die wij onder controle hebben of die wij kunnen wijzigen, ons vermogen om een geslaagde oude dag te hebben, moeten kunnen bevorderen”. Bovendien is het nooit te laat om goede gewoonten aan te kweken. „Zelfs indien u het grootste deel van uw leven ongezonde gewoonten hebt gehad en daar in de latere jaren verandering in brengt,” zegt een onderzoeker, „zult u toch op zijn minst enkele van de beloningen voor een gezonde leefstijl oogsten.”
Het milieu maakt verschil
Als een nu in Londen geboren meisje naar het Londen van de Middeleeuwen teruggevoerd zou worden, zou haar levensverwachting nog niet de helft bedragen van de huidige. Dat verschil zou niet te wijten zijn aan een plotselinge verandering in de lichamelijke conditie van het meisje, maar veeleer aan een abrupte verandering in de hoogte van twee andere horden — het milieu en de medische zorg. Laten wij eerst het milieu eens beschouwen.
Leefmilieu. In het verleden was het leefmilieu van de mens — zijn woning bijvoorbeeld — een enorm gezondheidsrisico. Maar de afgelopen decennia zijn de gevaren als gevolg van het leefmilieu verminderd. Betere sanitaire voorzieningen, veiliger water en minder ongedierte in huis hebben het leefmilieu van de mens verbeterd, zijn gezondheid bevorderd en zijn leven verlengd. Het resultaat is dat de mens in veel delen van de wereld nu een langere afstand kan afleggen.c Maar bij het verlagen van deze horde komt meer kijken dan het installeren van sanitair binnenshuis. Het vereist ook de instandhouding van een gezond sociaal en godsdienstig milieu.
Sociaal milieu. Uw sociale milieu bestaat uit mensen — de mensen met wie u samenwoont, werkt, eet, aanbidt en u ontspant. Uw leefmilieu verbetert wanneer u toegang hebt tot veilig water; in dezelfde zin kan uw sociale milieu verbeteren wanneer u toegang hebt tot gewaardeerd gezelschap, om slechts één voorname factor te noemen. Als u uw vreugde en verdriet, dromen en frustraties met andere mensen kunt delen, verlaagt dat de hoogte van de milieuhorde en wordt u geholpen een langere afstand af te leggen.
Het omgekeerde is echter ook waar. Gebrek aan gezelschap kan eenzaamheid en een sociale dood teweegbrengen. U zou kunnen wegkwijnen als u nooit uitingen van belangstelling van de mensen om u heen zou ontvangen. Een vrouw die in een tehuis voor bejaarden woont, schreef aan een kennis: „Ik ben 82 jaar en woon nu 16 lange jaren hier in het tehuis. Wij worden goed behandeld, maar de eenzaamheid is soms moeilijk te dragen.” Helaas is de toestand waarin deze vrouw verkeert typerend voor die van veel ouderen, vooral in de westerse wereld. Zij leven vaak in een sociaal milieu dat hen tolereert maar nauwelijks waardeert. Als gevolg daarvan „is eenzaamheid een van de voornaamste factoren die het welzijn van de bejaarden in de geïndustrialiseerde wereld constant bedreigen”, zegt James Calleja van het Internationale Instituut voor Gerontologie.
Misschien kunt u de omstandigheden niet verhelpen die u vatbaar maken voor eenzaamheid — zoals gedwongen pensionering, afnemende mobiliteit, het verlies van oude vrienden of de dood van uw huwelijkspartner — maar u kunt wel enkele stappen doen om deze horde terug te brengen tot een doenlijke hoogte. Houd om te beginnen in gedachte dat het feit dat u zich eenzaam voelt niet te wijten is aan ouderdom; er zijn ook jonge mensen die zich eenzaam voelen. Oud zijn is niet de oorzaak van het probleem, maar sociaal isolement. Wat kunt u doen om te voorkomen dat u in een isolement verzeild raakt?
„Maak het aangenaam voor mensen om in uw gezelschap te verkeren”, luidt de raad van een oudere weduwe. „Weinig mensen vinden het prettig om met een mopperaar om te gaan. U moet moeite doen om opgewekt te zijn. Dat kost energie, dat is waar, maar de energie die u erin steekt, werpt vruchten af. Wie vriendelijk is krijgt daar vriendelijkheid voor terug.” Zij voegt daaraan toe: „Om ervoor te zorgen dat ik wat gespreksonderwerpen gemeen heb met de mensen die ik ontmoet, jong of oud, probeer ik bij te blijven door informatieve tijdschriften te lezen en het nieuws te volgen.”
Hier volgen nog wat suggesties: Leer belangstelling te hebben voor de dingen waar anderen van houden. Stel vragen. Wees voor zover mogelijk vrijgevig. Indien het u aan stoffelijke goederen ontbreekt, kunt u zichzelf geven; geven maakt gelukkig. Schrijf brieven. Begin een hobby. Neem uitnodigingen aan om bij anderen op bezoek te komen of ergens met hen heen te gaan. Houd uw huis gezellig en uitnodigend voor bezoekers. Zoek contact met mensen in nood en bied uw hulp aan.
Godsdienstig milieu. Er komen steeds meer bewijzen dat godsdienstige activiteiten ouderen helpen „zin en betekenis in het leven” te vinden en „geluk”, „een gevoel nuttig te zijn”, „grotere voldoening” en „een gevoel van verbondenheid en welzijn” te ervaren. Hoe komt dat? Het boek Later Life — The Realities of Aging legt uit: „Een geloof verschaft mensen naast een levensfilosofie een reeks opvattingen, waarden en overtuigingen die hen helpen de wereld om hen heen te interpreteren en begrijpen.” Bovendien brengen godsdienstige activiteiten ouderen in contact met andere mensen, waardoor „de kans op sociaal isolement en eenzaamheid kleiner wordt”.
Voor Louise en Evelyn, beiden weduwen van 80 jaar en leden van een gemeente van Jehovah’s Getuigen, bevestigen deze onderzoeken slechts wat zij al tientallen jaren weten. „In onze Koninkrijkszaald praat ik graag met anderen, oud en jong”, zegt Louise. „De vergaderingen zijn leerzaam. Wanneer wij na de vergaderingen nog wat bij elkaar zijn, wordt er ook gelachen. Het is er gezellig.” Evelyn heeft ook baat bij haar godsdienstige activiteiten. „Door eropuit te gaan om met de mensen in de buurt over de bijbel te praten,” vertelt zij, „voorkom ik dat ik geïsoleerd raak. Maar meer dan dat, het maakt me gelukkig. Anderen helpen de ware zin van het leven te leren kennen, is voldoening schenkend werk.”
Het is duidelijk dat Louise en Evelyn een doel in hun leven hebben. De daaruit voortvloeiende gevoelens van welzijn die zij ervaren, verlagen de tweede horde — het milieu — en helpen hen de wedloop vol te houden. — Vergelijk Psalm 92:13, 14.
Beschikbaar — Goedkope medische zorg met een hoog genezingspercentage
De vooruitgang in de medische wetenschap in deze eeuw heeft de derde horde, medische zorg, drastisch verlaagd — maar niet mondiaal. In diverse arme landen, aldus The World Health Report 1998, „is de levensverwachting feitelijk gedaald tussen 1975 en 1995”. De directeur-generaal van de WHO merkte op dat „3 op de 4 mensen in de minst ontwikkelde landen thans sterven voor hun 50ste — de mondiale levensverwachting van een halve eeuw geleden”.
Desondanks verlaagt een toenemend aantal ouderen en jongeren in arme landen deze horde door gebruik te maken van beschikbare en betaalbare gezondheidszorg. Neem bijvoorbeeld een nieuwe strategie in de behandeling van tuberculose (tbc).
Wereldwijd sterven er meer mensen aan tbc dan aan aids, malaria en tropische ziekten bij elkaar — 8000 per dag. Van de 100 tbc-patiënten wonen er 95 in ontwikkelingslanden. Zo’n 20 miljoen mensen lijden nu aan actieve tbc en in de komende tien jaar zullen er misschien zo’n 30 miljoen aan sterven, een aantal zo groot als de gezamenlijke bevolking van Bolivia, Kambodja en Malawi.
Geen wonder dat de WHO blij was in 1997 te kunnen aankondigen dat ze een strategie had ontwikkeld om tbc in zes maanden te genezen zonder de noodzaak van opname in een ziekenhuis of hightech medische zorg. „Voor de eerste maal”, zo stond in The TB Treatment Observer, een WHO-publicatie, „beschikt de wereld over beproefde instrumenten en strategieën om niet alleen in welvarende landen maar ook in de armste landen ter wereld een keer te brengen in de tbc-epidemie.” Deze strategie — door sommigen aangeduid als „de grootste gezondheidsdoorbraak van dit decennium” — wordt DOTS genoemd.e
Hoewel de kosten van deze strategie veel lager zijn dan die van conventionele tbc-behandelingen, zijn de resultaten veelbelovend, vooral voor de inwoners van ontwikkelingslanden. „Geen andere tbc-bestrijdingsstrategie heeft aanhoudend zulke hoge genezingspercentages te zien gegeven”, zegt dr. Arata Kochi, directeur van het mondiale tbc-programma van de WHO. „DOTS levert genezingspercentages van wel 95 op, zelfs in de armste landen.” Tegen eind 1997 waren 89 landen tot de DOTS-strategie overgegaan. Nu is dat aantal gestegen tot 96. De WHO hoopt dat deze strategie vele miljoenen arme mensen meer zal bereiken in de minst ontwikkelde landen en hen zo in staat zal stellen de derde horde in de levenswedloop te verlagen.
Door zijn gewoonten te veranderen, aan zijn milieu te werken en zijn medische zorg te verbeteren, is de mens er inderdaad in geslaagd zijn gemiddelde levensduur en levensverwachting te verlengen. De vraag is: Zal het ooit mogelijk zijn voor de mens om zijn maximale levensduur eveneens te verlengen — misschien zelfs te leven zonder finish?
[Voetnoten]
a Hoewel de termen „levensverwachting” en „gemiddelde levensduur” vaak door elkaar worden gebruikt, is er verschil tussen de twee. „Levensverwachting” duidt op het aantal jaren dat iemand mag verwachten te leven, terwijl „gemiddelde levensduur” duidt op het gemiddelde aantal jaren dat leden van een populatie feitelijk leven. Schattingen van de levensverwachting zijn dan ook gebaseerd op de gemiddelde levensduur.
b Naast deze beïnvloedbare factoren is uiteraard de vaste, geërfde genetische opbouw van de mens van invloed op zijn gezondheid en de lengte van zijn leven. Dat zal in het volgende artikel worden besproken.
c Zie voor meer informatie over het verbeteren van het leefmilieu thuis door simpele maatregelen, de artikelen „De uitdaging: Reinheid” en „Wat uw gezondheid bepaalt — Wat u kunt doen” in de Ontwaakt! van 22 september 1988 en 8 april 1995.
d De plaats waar Jehovah’s Getuigen hun wekelijkse bijeenkomsten houden, wordt een Koninkrijkszaal genoemd. Deze bijeenkomsten zijn vrij toegankelijk voor het publiek en er worden geen collectes gehouden.
e DOTS is een acroniem uit directly observed treatment, short-course, oftewel ’direct geobserveerde therapie, korte kuur’. Zie voor meer informatie over de DOTS-strategie het artikel „Een nieuwe strategie in de strijd tegen tuberculose” in de Ontwaakt! van 22 mei 1999.
[Kader/Illustratie op blz. 6]
HOEVEEL EN WAT VOOR LICHAAMSBEWEGING?
„Dagelijks 30 minuten matige activiteit is een verstandig streven”, zegt het Nationale Instituut voor Gerontologie in de VS (NIA). Maar u hoeft niet 30 minuten achtereen lichaamsbeweging te nemen. Drie korte periodes van lichaamsbeweging van elk 10 minuten hebben naar verluidt hetzelfde effect als 30 minuten dezelfde soort lichaamsbeweging in één keer. Wat voor lichaamsbeweging kunt u nemen? De NIA-brochure Don’t Take It Easy: Exercise! doet de aanbeveling: „Kortstondige ingespannen activiteit, zoals de trap nemen in plaats van de lift, of gaan lopen in plaats van de auto nemen, kan al gauw 30 minuten lichaamsbeweging per dag opleveren. Bladeren harken, actief met kinderen spelen, tuinieren en zelfs huishoudelijke karweitjes doen — het kan allemaal op een manier gebeuren die meetelt voor uw dagelijkse totaal.” Uiteraard is het verstandig uw arts te consulteren voordat u met een programma van lichaamsbeweging begint.
[Illustratie]
Matige lichamelijke activiteit kan de ouderen helpen weer sterker en vitaler te worden
[Kader/Illustratie op blz. 7]
HOE HET VERSTAND SOEPEL TE HOUDEN
Uit wetenschappelijke studies waarbij duizenden ouderen betrokken waren, is gebleken dat diverse factoren helpen om een ouder verstand soepel te houden. Daartoe behoren „actieve betrokkenheid bij lezen, reizen, culturele evenementen, onderwijs, clubs en beroepsverenigingen”. „Doe zo veel verschillende dingen als u kunt.” „Houd uw baan. Ga niet met pensioen.” „Zet de tv uit.” „Ga een cursus volgen.” Geloofd wordt dat zulke activiteiten iemand niet alleen opgewekter maken maar ook nieuwe verbindingen in de hersenen vormen.
[Illustratie]
Mentaal bezig blijven helpt om het verstand soepel te houden
[Kader/Illustratie op blz. 8]
GEZONDHEIDSTIPS VOOR DE AL WAT OUDEREN
Het Nationale Instituut voor Gerontologie, een afdeling van het Amerikaanse Ministerie van Volksgezondheid en Welzijnszorg, zegt dat „de kansen gezond te blijven en lang te leven, verbeterd kunnen worden” door verstandige adviezen op te volgen, zoals de volgende:
● Eet evenwichtig, ook fruit en groenten.
● Gebruikt u alcohol, doe dat dan met mate.
● Rook niet. Het is nooit te laat om ermee te stoppen.
● Zorg voor geregelde lichaamsbeweging. Raadpleeg een arts voordat u met een programma van lichaamsbeweging begint.
● Houd contact met familie en vrienden.
● Blijf actief door werk, ontspanning en sociale contacten.
● Blijf positief tegenover het leven staan.
● Doe dingen die u gelukkig maken.
● Ga regelmatig voor een checkup naar de dokter.
[Kader op blz. 9]
EEN NIEUWE KIJK OP HERSENCELLEN
„Vroeger dachten wij dat er elke dag van ons leven overal in het brein hersencellen verloren gingen”, zegt dr. Marilyn Albert, hoogleraar psychiatrie en neurologie. „Dat is echt niet zo — als iemand gezond ouder wordt, treedt er enig verlies op, maar niet zo dramatisch, en in zeer specifieke hersengebieden.” Bovendien doen recente bevindingen vermoeden dat zelfs de langgekoesterde overtuiging dat mensen geen nieuwe hersencellen kunnen aanmaken, op zijn allerminst „veel te ver gaat”, bericht Scientific American van november 1998. Neurologen zeggen dat zij nu bewijzen hebben verzameld dat zelfs bejaarden „wel degelijk aanvullende neuronen bij honderdtallen aanmaken”.
[Kader op blz. 11]
OUDER EN WIJZER?
„Is er geen wijsheid onder de bejaarden en verstand in lengte van dagen?”, vraagt de bijbel (Job 12:12). Hoe luidt het antwoord? Onderzoekers hebben ouderen bestudeerd om hoedanigheden te meten zoals „inzicht, gezond oordeel, het vermogen dingen in het juiste perspectief te zien en de kunst strijdige waarden te evalueren en goede strategieën te bedenken om problemen op te lossen”. Volgens U.S.News & World Report bleek uit het onderzoek dat „ouderen de jongeren constant de baas zijn in alle dimensies van wijsheid en beter doordachte, verstandige raad geven”. Uit onderzoeken blijkt ook dat „hoewel het ouderen vaak meer tijd kost dan jongeren om tot een beslissing te komen, die meestal beter is”. Zoals het bijbelboek Job suggereert, gaat de ouderdom dus inderdaad gepaard met wijsheid.
[Illustratie op blz. 5]
Een mensenleven is net een hordeloop
[Illustratie op blz. 9]
„Maak het aangenaam voor mensen om in uw gezelschap te verkeren”, luidt het advies van een weduwe
[Illustratie op blz. 10]
„In onze Koninkrijkszaal praat ik graag met anderen, oud en jong.” — Louise
[Illustratie op blz. 10]
„Anderen helpen de ware zin van het leven te leren kennen, is voldoening schenkend werk.” — Evelyn