-
Jehovah, Degene die wonderbare dingen doetDe Wachttoren 1992 | 15 december
-
-
Leen toch het oor, o Jehovah, aan mijn gebed; en schenk toch aandacht aan de stem van mijn smekingen.
-
-
Jehovah, Degene die wonderbare dingen doetDe Wachttoren 1992 | 15 december
-
-
9. Welke verzekering dienen berouwvolle zondaars diep op zich te laten inwerken?
9 Dienen wij over in het verleden begane fouten te piekeren? Als wij nu rechte paden voor onze voeten maken, worden wij geschraagd wanneer wij bedenken dat de apostel Petrus aan berouwvolle zondaars de verzekering gaf dat er van Jehovah afkomstige „tijden van verkwikking” zouden komen (Handelingen 3:19). Laten wij in gebed dicht bij Jehovah blijven door bemiddeling van onze Verlosser, Jezus, die liefdevol zei: „Komt tot mij, allen die zwoegt en zwaar beladen zijt, en ik zal u verkwikken. Neemt mijn juk op u en leert van mij, want ik ben zachtaardig en ootmoedig van hart, en gij zult verkwikking vinden voor uw ziel.” Wanneer loyale Getuigen thans in Jezus’ kostbare naam tot Jehovah bidden, zullen zij werkelijk verkwikking vinden. — Mattheüs 11:28, 29; Johannes 15:16.
-
-
Jehovah, Degene die wonderbare dingen doetDe Wachttoren 1992 | 15 december
-
-
13. Hoe kunnen ouders en hun kinderen profijt trekken van Jehovah’s goedheid?
13 Ongetwijfeld heeft David zijn zoon Salomo de noodzaak bijgebracht zich op Jehovah’s goedheid te verlaten. Bijgevolg kon Salomo zijn eigen zoon onderrichten: „Vertrouw op Jehovah met heel uw hart en steun niet op uw eigen verstand. Sla in al uw wegen acht op hem, en híj zal uw paden recht maken. Word niet wijs in uw eigen ogen. Vrees Jehovah en keer u af van het kwaad” (Spreuken 3:5-7). Insgelijks dienen ouders in deze tijd hun kinderen te onderwijzen hoe zij vol vertrouwen tot Jehovah kunnen bidden en hoe zij het hoofd kunnen bieden aan de aanvallen van een harteloze wereld — zoals de druk van leeftijdgenoten op school en verleidingen om immoraliteit te bedrijven. Door er tegenover uw kinderen elke dag blijk van te geven dat u overeenkomstig de waarheid leeft, kan hun jonge hart worden vervuld met ware liefde voor Jehovah en een diep vertrouwen in hem. — Deuteronomium 6:4-9; 11:18, 19.
-