Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • w90 1/1 blz. 18-27
  • ’Gelukkig zijn degenen die hebben volhard’

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • ’Gelukkig zijn degenen die hebben volhard’
  • De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1990
  • Onderkopjes
  • Vergelijkbare artikelen
  • Waarom Jehovah dingen verduurt
  • Volharding beloond
  • Ons geweldigste jaar
  • Aanhoudende getrouwheid onder beproeving
  • Het hoofd bieden aan onverschilligheid
  • Wat de toekomst brengt
  • Volharding — Van levensbelang voor christenen
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1993
  • Volharding die de overwinning behaalt
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1991
  • Leer van de volharding van Jezus
    ‘Kom, wees mijn volgeling’
  • Gelukkige volharder of ongelukkige uitvaller — Welke van de twee?
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1969
Meer weergeven
De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1990
w90 1/1 blz. 18-27

’Gelukkig zijn degenen die hebben volhard’

1. Welke situatie heeft er sinds 1914 op aarde bestaan als vervulling van Matthéüs 24:3-8, en welke beweringen betreffende de Volkenbond en de Verenigde Naties zijn niet uitgekomen?

IN ZIJN boek The Present Age heeft Robert Nisbet het over „de Vijfenzeventigjarige Oorlog die met spaarzame onderbrekingen al sinds 1914 gaande is”. Ja, „oorlogen en berichten van oorlogen”, met inbegrip van wereldoorlogen — dat is wat Jezus voor deze tijd van het einde voorzei (Matthéüs 24:3-8). De Volkenbond werd in 1920 in het leven geroepen „om voor altijd oorlog te voorkomen”. Hoe jammerlijk heeft deze organisatie gefaald! De Verenigde Naties werden in 1945 georganiseerd „om komende generaties te vrijwaren voor de gesel van oorlog”. Maar Max Harrelsons boek Fires All Around the Horizon vermeldt: „Er is sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog maar zelden een dag geweest dat er niet ergens werd gevochten.”

2. Wat vragen sommige mensen over de wereldtoestanden, maar welke vragen zouden wij moeten stellen?

2 Terrorisme en geweld, corruptie en armoede, drugs en pestilenties — al deze dingen verergeren het toch al zo droeve beeld. Sommigen vragen wellicht: ’Hoe kan de mensheid het onder zulke verontrustende omstandigheden uithouden?’ Belangrijker is echter dat wij de vraag stellen: ’Hoe kan God de plundering van zijn aardse schepping verduren? Hoeveel langer zal hij toelaten dat goddeloze mensen de aarde ruïneren en zijn kostbare naam met smaad overladen?’

3. (a) Welke vraag stelde de profeet Jesaja, en waarom? (b) Welk antwoord gaf Jehovah, en wat geeft dat voor onze tijd te kennen?

3 De profeet Jesaja wierp een soortgelijke vraag op. Het was zijn opdracht om zijn landgenoten een boodschap van Jehovah bekend te maken. Maar hij was gewaarschuwd dat zij noch aan hem noch aan de God die hem gezonden had, aandacht zouden schenken. Daarom vroeg Jesaja: „Hoe lang, o Jehovah?” Ja, hoe lang zou Jesaja moeten prediken tot dit hardnekkige volk en hoe lang zou Jehovah hun beledigende weigering om naar zijn boodschap te luisteren, dulden? Jehovah antwoordde: „Totdat de steden werkelijk tot puinhopen instorten, om zonder inwoner te zijn, en de huizen zonder aardse mens zijn, en de grond zelf geruïneerd is tot een woestenij” (Jesaja 6:8-11). Evenzo blijft God in deze tijd zulke smadingen verduren tot zijn vastgestelde tijd aanbreekt om een oordeel te voltrekken aan een wereld waarin de voornaamste overtreder de ontrouwe christenheid is geweest.

4. Wat was de afloop van Jobs volharding, en welke verzekering geeft dat ons in deze tijd?

4 Jehovah heeft lang Satans hoon verduurd. Zo’n 3600 jaar geleden heeft ook de getrouwe Job volhard, een weerlegging verschaffend van Satans uitdaging dat hij onder beproeving zijn rechtschapenheid niet zou bewaren. Hoe heeft dit Jehovah’s hart verheugd! (Job 2:6-10; 27:5; Spreuken 27:11) Het is zoals Jezus’ halfbroer Jakobus later verklaarde: „Ziet! Wij prijzen hen die hebben volhard, gelukkig. Gij hebt van de volharding van Job gehoord en hebt gezien hoe Jehovah het heeft laten aflopen, dat Jehovah zeer teder in genegenheid en barmhartig is.” Evenzo kunnen degenen die in deze tijd volharden en met Jehovah situaties verduren, verzekerd zijn van een gelukkige afloop. — Jakobus 5:11.

5. Hoe liet Jezus zien dat er van Gods volk in deze tijd volharding gevraagd zal worden, en bij het verrichten van welk werk zouden zij moeten volharden?

5 Jezus liet duidelijk zien dat volharding een vereiste is voor Gods volk in onze tijd. Toen hij voorzei wat het teken zou zijn van „het besluit van het samenstel van dingen”, zei hij: „Wie tot het einde heeft volhard, die zal gered worden.” Volharden bij het verrichten van welke activiteit? Jezus’ direct eropvolgende woorden verschaffen het antwoord: „En dit goede nieuws van het koninkrijk zal op de gehele bewoonde aarde worden gepredikt tot een getuigenis voor alle natiën” (Matthéüs 24:3, 13, 14). Pas dan „zal het einde komen”. — Zie ook Markus 13:10, 13; Lukas 21:17-19.

Waarom Jehovah dingen verduurt

6. Waarom is Jehovah een opmerkelijk voorbeeld van het verduren van dingen, en wat is één reden waarom hij situaties heeft verduurd?

6 De apostel Paulus legde uit dat „God . . ., ofschoon hij zijn gramschap wil tonen en zijn kracht wil bekendmaken, met veel lankmoedigheid de vaten der gramschap heeft verdragen, die voor de vernietiging geschikt zijn gemaakt” (Romeinen 9:22). Waarom heeft Jehovah verduurd dat de goddelozen, deze vaten der gramschap, bleven bestaan? Eén reden is deze: om aan te tonen dat menselijk bestuur, onafhankelijk van ’s mensen Schepper, tot mislukken gedoemd is (Jeremia 10:23). Binnenkort zal Gods soevereiniteit gerechtvaardigd worden als hij bewijst dat alleen hij de menselijke familie vrede, harmonie en geluk kan brengen, door middel van Jezus’ Koninkrijksheerschappij. — Psalm 37:9-11; 45:1, 6, 7.

7. Om welke andere reden heeft Jehovah dingen verduurd, en welk voordeel heeft dit sinds de jaren ’30 aan miljoenen gebracht?

7 Bovendien heeft Jehovah dingen verduurd „opdat hij de rijkdom van zijn heerlijkheid zou kunnen bekendmaken over de vaten van barmhartigheid” (Romeinen 9:23). Deze vaten van barmhartigheid zijn rechtschapenheid bewarende gezalfden die „uit het midden van de mensen gekocht” zijn om met Christus Jezus in zijn hemelse koninkrijk te regeren. Het verzegelen van de 144.000 heeft sinds apostolische tijden voortgang gevonden. Het loopt nu ten einde (Openbaring 7:3; 14:1, 4). En zie! Sinds de jaren ’30 heeft het feit dat Jehovah nog steeds van alles heeft verduurd, het mogelijk gemaakt miljoenen anderen bijeen te vergaderen, „een grote schare . . . uit alle natiën”, die zich verheugen in het vooruitzicht de laatste verdrukking te overleven om eeuwig leven te beërven op een paradijsaarde (Openbaring 7:4, 9, 10, 13-17). Behoort u tot die grote schare? Zo ja, bent u dan niet blij dat Jehovah de aanwezigheid van vaten der gramschap tot nu toe heeft verduurd? U moet echter blijven volharden, net zoals Jehovah dingen heeft verduurd.

Volharding beloond

8. Waarom hebben wij allemaal volharding nodig, en welk voorbeeld van volharding dienen wij oplettend te beschouwen?

8 Wij hebben allen volharding nodig om de beloften te ontvangen. Na in Hebreeën 10:36 deze fundamentele waarheid te hebben uiteengezet, beschrijft de apostel Paulus in detail de voortreffelijke kwaliteit van het geloof en de volharding van een grote „wolk van getuigen” uit oude tijden. Dan geeft hij ons de aansporing „met volharding de wedloop [te] lopen die voor ons ligt, terwijl wij oplettend het oog gericht houden op de Voornaamste Bewerker en Volmaker van ons geloof, Jezus. Wegens de hem in het vooruitzicht gestelde vreugde” heeft Jezus volhard in van ganser harte verrichte dienst, waarbij hij nooit de beloning uit het oog verloor. Hoe sterkt zijn voorbeeld ons om ook te volharden! — Hebreeën 12:1, 2.

9. Wat is het resultaat geweest van hedendaagse voorbeelden van volharding?

9 Hedendaagse voorbeelden van volharding zijn er ook in overvloed. U kent wellicht broeders en zusters die opvallende voorbeelden van volharding zijn, of u hebt misschien zulke voorbeelden gekend. Hoe heeft hun getrouwheid ons aangemoedigd! En ieder jaar, als Jehovah’s Getuigen hun wereldwijde activiteit aan het Wachttorengenootschap berichten, worden er nog meer opwindende verslagen van volharding en het bewaren van rechtschapenheid ontvangen. De tabel op de vier bladzijden die volgen, is een samenvatting van het grootse werk dat in 1989 is verricht omdat deze Getuigen ’bij hun geloof volharding voegden’. — 2 Petrus 1:5, 6.

Ons geweldigste jaar

10. (a) Hoeveel landen en eilandengroepen hebben in 1989 een aandeel gehad aan de prediking van het goede nieuws van het Koninkrijk, en hoevelen hebben aan dit werk deelgenomen? (b) Hoeveel pioniers rapporteerden in de topmaand, en wat was het totale aantal uren dat in de velddienst is besteed?

10 Zoals de voorgaande tabel toont, hebben 212 landen en eilandengroepen een aandeel gehad aan de prediking van Jehovah’s komende koninkrijk. Geliefde Wachttoren-lezer, genoot u het voorrecht een van de 3.787.188 te zijn die aan dit grootse werk deelnamen? Was u een van de 808.184 die bericht inleverden als pionier in de topmaand voor die activiteit? Wat u ook hebt bijgedragen tot het wereldtotaal van 835.426.538 uren die in 1989 in de velddienst zijn besteed, u hebt reden u te verheugen. — Psalm 104:33, 34; Filippenzen 4:4.

11. (a) Welk bezoekersaantal van de Gedachtenisviering van 22 maart vorig jaar vormt een reden voor vreugde, en waarom? (b) Hoevelen zijn er gedoopt, en welke landen hadden volgens de tabel opmerkelijk veel dopelingen?

11 Verheug u ook over het schitterende aantal van 9.479.064 personen die op 22 maart vorig jaar de wereldomvattende Gedachtenisviering van Jezus’ dood bijwoonden! Dit duidt op een potentieel van nog eens 5.691.876 Koninkrijksverkondigers als deze geïnteresseerden maar met liefdevolle herderlijke zorg binnen de kudde gebracht kunnen worden, om een regelmatig aandeel te hebben aan het dienen van Jehovah. Kunnen wij hen in dit opzicht helpen? (Johannes 10:16; Openbaring 7:9, 15) Velen reageren reeds gunstig, zoals te kennen wordt gegeven door het grootse totaal van 263.855 nieuwe Getuigen die in het dienstjaar 1989 gedoopt zijn.

12. Wat zijn sommige dingen die niet van de tabel af te lezen zijn (a) betreffende de drukkerijen van het Wachttorengenootschap? (b) betreffende tijdschriftenverspreiding en abonnementen?

12 Er zijn dingen die niet van deze tabel af te lezen zijn. De dorst naar publikaties — bijbels, boeken, brochures, tijdschriften — was onverzadigbaar. Een gevolg was dat de Wachttoren-drukkerijen in New York 23.581 ton papier gebruikten om 35.811.000 bijbels, boeken en brochures te drukken — een toename van 101 procent over 1988. Andere grote drukkerijen van het Wachttorengenootschap, met name in Duitsland, Italië en Japan, werkten in ploegen en ondersteunden aldus „de getrouwe en beleidvolle slaaf” in het uitreiken van geestelijk ’voedsel te rechter tijd’ (Matthéüs 24:45). In april en mei zijn in een aantal landen uitzonderlijk goede verspreidingen van tijdschriften en abonnementen bericht, met speciale nadruk op de verspreiding van de Wachttoren-uitgaven over „Babylon de Grote” (Openbaring 17:5). Ongetwijfeld zullen in de komende maand april hulppioniers en andere Getuigen in het wereldomvattende veld uitzwermen in wat onze geweldigste getuigenisveldtocht van het dienstjaar 1990 zal blijken te zijn. — Vergelijk Jesaja 40:31; Romeinen 12:11, 12.

13. Welke landen staan op de tabel vermeld die er vorig jaar niet op stonden? Leg dit uit.

13 Kijk nog eens naar de tabel. Ziet u landen die er vorig jaar niet met name op stonden? Ja, inderdaad! Hongarije en Polen, waar ons werk onlangs wettelijke erkenning heeft gekregen. Wij zijn de autoriteiten in deze landen dankbaar dat zij nu Jehovah’s Getuigen zo’n consideratie tonen. In dit opzicht zijn de gebeden van de wereldwijde broederschap verhoord, „opdat wij een kalm en rustig leven mogen blijven leiden met volledige godvruchtige toewijding en ernst”. — 1 Timótheüs 2:1, 2.

14. Vermeld enkele hoogtepunten van de „Godvruchtige toewijding”-districtscongressen in Polen.

14 „Godvruchtige toewijding”! De „Godvruchtige toewijding”-districtscongressen konden nota bene zelfs in Polen plaatsvinden! Wat een geweldige gastheren hebben onze 91.024 Poolse broeders zich bij deze drie congressen in augustus betoond! (Hebreeën 13:1, 2, 16) En als door een wonder konden tienduizenden broeders — Tsjechen, Duitsers, Russen en anderen — een visum bemachtigen om per bus, trein en zelfs te voet te komen. Nog eens duizenden kwamen per vliegtuig uit Noord- en Zuid-Amerika, West-Europa en zelfs van zo ver weg als de eilanden in de Grote Oceaan en Japan. De enorme stadions, vlekkeloos gereinigd door onze broeders, waren maar nauwelijks groot genoeg om 65.710 in Katowice, 40.442 in Poznań en 60.366 in Warschau te herbergen — een totaal aanwezigenaantal van 166.518! Op elk congres bracht het schouwspel van de doop tranen van vreugde in de ogen. In Poznań werden een 9-jarige en een 90-jarige gedoopt, en onder het totaal van 6093 dopelingen op de drie congressen bevonden zich talrijke tieners, van wie vele afkomstig waren uit landen waar was gezegd dat religie met de bejaarden zou uitsterven. Maar dat is niet het geval met de ware religie die gebaseerd is op Gods Woord! (Vergelijk Psalm 148:12, 13; Handelingen 2:41; 4:4.) Hoe prachtig is de volharding van onze broeders in Oost-Europa beloond!

Aanhoudende getrouwheid onder beproeving

15. Hoe hebben de Getuigen in Libanon volharding en standvastigheid getoond, en met welke fijne resultaten?

15 Net als van de apostel Paulus wordt van Jehovah’s Getuigen gevraagd volharding te tonen onder allerlei omstandigheden (2 Korinthiërs 11:24-27). In Libanon woedt een burgeroorlog. Hoe reageren onze broeders? Met standvastigheid en vastberadenheid. In het jaar 1989 hebben zware beschietingen en veelvuldige bomaanslagen plaatsgevonden, maar zelfs waar deze het hevigst waren, waren de broeders vastbesloten het niet langzamer aan te gaan doen. Een gemeente in Beiroet bericht: „Er waren voor alle avonden van de week vaste groepjes voor de velddienst. Ondanks de nogal onveilige situatie waren de broeders niet ontmoedigd. Wij bewerkten meer gebieden dan ooit tevoren. In april hadden wij een hoogtepunt in het aantal pioniers. Er werden nieuwe bijbelstudies gestart, en er werden meer tijdschriften en boeken verspreid.”

16. Hoe hebben onze broeders in Colombia volharding getoond door het goede nieuws naar steden te brengen waar nog geen Getuigen waren?

16 Colombia is in het nieuws geweest vanwege de drugshandel en het geweld. Maar de getrouwe volharding van christenen daar verdient net zo goed aandacht. Onlangs zijn er speciale pioniers met een tijdelijke aanstelling gezonden naar 31 steden met 10.000 of meer inwoners waar geen Getuigen waren. In een stad smeekten pasgeïnteresseerden toen zij vernamen dat de pioniers daar slechts een paar maanden zouden zijn, of de pioniers niet konden blijven. In een andere stad ondertekenden 18 geïnteresseerden een brief waarin waardering tot uitdrukking werd gebracht voor de geestelijke hulp die zij hadden gekregen tijdens het drie maanden durende verblijf van de pioniers en waarin om verdere hulp werd verzocht. „Dit is een serieuze zaak”, schreven zij. Onnodig te vermelden dat in beide gevallen regelingen werden getroffen om de belangstelling te blijven verzorgen. Zulk afgelegen gebied tot ontwikkeling brengen vraagt volharding, maar het harde werk van de pioniers die dat doen, wordt rijkelijk gezegend.

17, 18. (a) Onder welke omstandigheden hebben Jehovah’s Getuigen volhard in Italië? (b) Hoe is het de Getuigen vergaan ondanks over hen verbreide leugens?

17 In Italië worden Jehovah’s Getuigen geconfronteerd met sterke tegenstand van de geestelijkheid, maar in Jehovah’s kracht hebben zij volhard. In verscheidene parochies hebben geestelijken stickers uitgedeeld die bij hun parochianen op de deur geplakt moeten worden om Jehovah’s Getuigen te vertellen daar niet aan te bellen. Veel priesters hebben jonge jongens die stickers op alle deuren in bepaalde gebieden laten plakken — zelfs bij huizen waar Getuigen wonen! De Getuigen zijn echter niet zo gemakkelijk te intimideren, en vaak gebruiken zij de stickers om een gesprek te beginnen. Bovendien hebben pers en nationale televisie veel aandacht aan de kwestie geschonken, waarbij de commentators hun veroordeling uitspraken over de religieuze onverdraagzaamheid die erdoor werd getoond en onderstreepten dat zulke tactieken in werkelijkheid een teken van zwakte van de kerk zijn. Een hoogleraar aan de universiteit nam zo sterk aanstoot aan de controversiële anti-Getuigen-stickers dat hij een abonnement nam op De Wachttoren en Ontwaakt!

18 De Katholieke Kerk in Italië gebruikt zelfs afvalligen om leugens over Jehovah’s volk te verbreiden, maar ook dit helpt niet omdat de 172.382 verkondigers algemeen bekend zijn en gerespecteerd worden. Eén man vertelde Getuigen die bij hem aan de deur kwamen, dat hij slechte dingen over ons had gelezen in lectuur die was geschreven door ex-Getuigen. Hij was er daarom faliekant tegen dat zijn broer een getuige van Jehovah werd. Na enige tijd merkte hij echter op wat een goede uitwerking zijn broers verandering van religie op hem had gehad. Hij vroeg zich af: ’Hoe is het mogelijk dat iets zo slechts zulke goede resultaten voortbrengt?’ Hij vroeg de bezoekende Getuigen dan ook om een bijbelstudie. — Vergelijk Kolossenzen 3:8-10.

Het hoofd bieden aan onverschilligheid

19, 20. (a) Welke situatie heeft volharding gevraagd van de Getuigen in Finland, en wat is werkelijk veelbetekenend aan een kerk-enquête? (b) Welke ervaring illustreert de belangrijkheid van volharden in het prediken van het goede nieuws?

19 In landen waar de Getuigen heel frequent aan de deur komen, bestaat er vaak een wijdverbreide onverschilligheid voor het goede nieuws. Dit is beslist het geval in Finland. De kerk in dat land heeft een enquête uitgevoerd en bevonden dat 70 procent van de bevolking het niet prettig vindt dat de Getuigen hun huis bezoeken. Dertig procent heeft er echter geen ernstige bezwaren tegen, en hiervan zegt 4 procent dat zij in feite op de Jehovah’s Getuigen gesteld zijn. Dit is een betekenisvol getal. Vier procent van de bevolking van Finland vertegenwoordigt 200.000 mensen. Vergelijk dat met het huidige verkondigersaantal van 17.303!

20 Een verkondiger werd tijdens de dienst op deze enquête geattendeerd en er werd hem gevraagd: „Weet u niet dat 70 procent van ons uw komst niet op prijs stelt? Waarom blijft u dan bij ons aan de deur komen?” De verkondiger antwoordde: „Ja, maar datzelfde onderzoek liet ook zien dat 4 procent van u wel op ons gesteld is. Wij proberen die mensen te vinden. Zelfs als zij maar 1 procent vormden, dan zouden wij nog van huis tot huis gaan in een poging hen te vinden.” De huisbewoner dacht een moment na en vroeg: „Is uw boodschap zo belangrijk voor hen?” De verkondiger antwoordde met de vraag: „Zou u het willen horen?” Al spoedig begon deze huisbewoner belangstelling voor het goede nieuws aan de dag te leggen.

Wat de toekomst brengt

21. (a) Wat voor strijd moeten wij in dit samenstel voeren, en waarom? (b) Wat krijgen wij misschien te verduren, en waarvan verzekert Habakuks profetie ons?

21 En hoe staat het nu met ons allemaal? Zijn wij vastbesloten om het, met Jehovah en Christus Jezus, helemaal tot het einde toe vol te houden? Zo lang duurt het misschien niet meer, maar wij moeten volharden! In Satans samenstel moeten wij een harde strijd voor het geloof blijven voeren, omdat de immoraliteit, corruptie en haatgevoelens van de wereld ons aan alle kanten omringen (Judas 3, 20, 21). Wij zullen wellicht vervolging van de een of andere soort moeten verduren. Zelfs op dit moment lijden duizenden van onze broeders in gevangenissen, en sommige worden wreed geslagen. Dezen zijn dankbaar voor onze gebeden (2 Thessalonicenzen 3:1, 2). Heel spoedig zal het huidige samenstel er niet meer zijn! Habakuk verklaarde: „Het visioen is nog voor de bestemde tijd, en het blijft voorthijgen naar het einde, en het zal geen leugen vertellen. Zelfs al zou het op zich laten wachten, blijf er vol verwachting naar uitzien; want het zal zonder mankeren uitkomen. Het zal niet te laat komen.” — Habakuk 2:3.

22. Welke afloop mogen wij met vertrouwen verwachten als wij het geduld oefenen van de profeten en de volharding tonen van Job?

22 De discipel Jakobus vertelt ons liefdevol: „Broeders, neemt als een model van het lijden van kwaad en het oefenen van geduld de profeten, die in de naam van Jehovah hebben gesproken.” Wij in deze tijd die in de naam van Jehovah spreken, kunnen gedurende hevige beproevingen rechtschapenheidbewaarders zijn, zoals Jesaja, Jeremia, Daniël en anderen. Net als Job kunnen wij volharden. Hoe schitterend werd hij voor zijn volharding beloond! Jehovah’s barmhartigheid en liefderijke goedheid zullen ons vergelijkbare beloningen brengen — als wij volharden tot het einde. En mogen Jakobus’ woorden vervuld worden ten aanzien van een ieder van ons: „Ziet! Wij prijzen hen die hebben volhard, gelukkig.” — Jakobus 5:10, 11; Job 42:10-13.

Wat zou u antwoorden?

◻ Op welke noodzaak van volharding legde Jezus de nadruk?

◻ Om welke redenen heeft Jehovah dingen verduurd?

◻ Wat zijn enkele hoogtepunten van het grootse werk dat in 1989 is volbracht?

◻ Hoe is de volharding van onze broeders in Polen beloond?

◻ Hoe hebben de Getuigen in Libanon, Colombia en Italië onder beproeving getrouwheid getoond?

[Tabel op blz. 20-23]

BERICHT OVER HET DIENSTJAAR 1989 VAN JEHOVAH’S GETUIGEN OVER DE HELE WERELD

(Zie ingebonden jaargang)

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen