Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • w97 15/6 blz. 4-8
  • Hoe heeft God de bijbel geïnspireerd?

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • Hoe heeft God de bijbel geïnspireerd?
  • De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1997
  • Onderkopjes
  • Vergelijkbare artikelen
  • Nauwgezette inspanning vereist
  • Praktische raad — Van wie afkomstig?
  • Menselijke schrijvers — Waarom?
  • De bijbel — Geschreven door mensen maar toch Gods boodschap
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1975
  • Goddelijke inspiratie — werd daardoor het menselijke element uitgeschakeld?
    Ontwaakt! 1972
  • Wie is de auteur van de Bijbel?
    Ontwaakt! 2007
  • Inspiratie
    Hulp tot begrip van de bijbel
Meer weergeven
De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1997
w97 15/6 blz. 4-8

Hoe heeft God de bijbel geïnspireerd?

COMMUNICATIE is in deze tijd fascinerender dan op enig ander tijdstip in de geschiedenis. Telefoons, faxen, computers — wie had zich jaren geleden kunnen voorstellen dat er een tijd zou komen dat boodschappen naar vrijwel iedere plek op aarde konden worden overgebracht, en wel onmiddellijk?

Maar de meest intrigerende soort van communicatie is er een die de mens zich niet eigen kan maken — goddelijke inspiratie. Jehovah heeft zo’n veertig menselijke schrijvers ertoe geïnspireerd zijn geschreven Woord, de bijbel, voort te brengen. Net zoals mensen meer dan één communicatiemiddel tot hun beschikking hebben, zo heeft Jehovah zich van verschillende communicatiemethoden bediend om de bijbel te inspireren.

Dictaat. God heeft specifieke boodschappen meegedeeld die later in het bijbelverslag zijn opgenomen.a Neem bijvoorbeeld de verordeningen waaruit het Wetsverbond bestaat: „Schrijf u deze woorden op,” zei Jehovah tot Mozes, „want in overeenstemming met deze woorden sluit ik waarlijk een verbond met u en Israël” (Exodus 34:27). Die „woorden”, die „door engelen [werden] overgebracht”, werden door Mozes neergeschreven en zijn nu in de bijbelboeken Exodus, Leviticus, Numeri en Deuteronomium te vinden. — Handelingen 7:53.

Veel andere profeten, onder wie Jesaja, Jeremia, Ezechiël, Amos, Nahum en Micha, ontvingen specifieke boodschappen van God door bemiddeling van engelen. Soms begonnen deze mannen hun uitspraken met de uitdrukking: „Dit heeft Jehovah gezegd” (Jesaja 37:6; Jeremia 2:2; Ezechiël 11:5; Amos 1:3; Micha 2:3; Nahum 1:12). Vervolgens schreven zij op wat God gezegd had.

Visioenen, dromen en trances. Visioenen zijn gezichten, taferelen of boodschappen die, gewoonlijk op een bijzondere manier, in iemands geest worden geprent terwijl hij wakker is. Petrus, Jakobus en Johannes bijvoorbeeld zagen „toen zij klaar wakker werden” een visioen van de transfiguratie van Jezus (Lukas 9:28-36; 2 Petrus 1:16-21). In sommige gevallen werd een boodschap overgebracht in een droom, of een nachtvisioen, en werd deze in het onderbewustzijn van de ontvanger geprent terwijl hij sliep. Zo schrijft Daniël over „de visioenen van mijn hoofd op mijn bed” — of, zoals vertaler Ronald A. Knox het weergeeft, „terwijl ik in mijn droom lag toe te kijken”. — Daniël 4:10.

Iemand die door Jehovah in trance werd gebracht, ging kennelijk helemaal op in een toestand van diepe concentratie, hoewel hij althans ten dele wakker was. (Vergelijk Handelingen 10:9-16.) In de bijbel betekent het Griekse woord dat is weergegeven met „trance” (ekʹsta·sis) ’een wegvoeren of verplaatsen’. Het suggereert de gedachte dat de geest uit zijn normale toestand wordt weggevoerd. Zo is iemand die in trance verkeert, zich niet bewust van zijn omgeving, terwijl hij volledig openstaat voor het visioen. Waarschijnlijk verkeerde de apostel Paulus in zo’n trance toen hij werd „weggerukt tot in het paradijs en onuitsprekelijke woorden hoorde, die het een mens niet geoorloofd is te spreken”. — 2 Korinthiërs 12:2-4.

In tegenstelling tot degenen die gedicteerde boodschappen van God neerschreven, hadden bijbelschrijvers die visioenen of dromen kregen of trances ondergingen gewoonlijk enige vrijheid om in hun eigen woorden te beschrijven wat zij zagen. Habakuk kreeg te horen: „Schrijf het visioen op en zet het duidelijk op tafelen, opdat wie ervan voorleest, dit vloeiend kan doen.” — Habakuk 2:2.

Betekent dit dat deze gedeelten van de bijbel op een of andere manier minder geïnspireerd zijn dan passages die gedicteerd werden? Allerminst. Door middel van zijn geest grifte Jehovah zijn boodschap diep in het brein van de schrijver, zodat Gods gedachten en niet die van mensen werden overgedragen. Terwijl Jehovah de schrijver toestond passende woorden te kiezen, leidde hij de geest en het hart van de schrijver, opdat er geen essentiële inlichtingen werden weggelaten en uiteindelijk de woorden terecht als die van God werden beschouwd. — 1 Thessalonicenzen 2:13.

Goddelijke openbaring. De bijbel bevat profetieën — van tevoren geopenbaarde en opgetekende geschiedenis. Dit gaat het menselijk vermogen ver te boven. Eén voorbeeld is de opkomst en ondergang van „de koning van Griekenland”, Alexander de Grote, welke zo’n 200 jaar van tevoren werden voorzegd! (Daniël 8:1-8, 20-22) De bijbel onthult ook gebeurtenissen waarvan menselijke ogen nooit getuige zijn geweest. De schepping van hemel en aarde is daarvan een voorbeeld (Genesis 1:1-27; 2:7, 8). Dan zijn er gesprekken die in de hemel hebben plaatsgevonden, zoals die welke in het boek Job vermeld staan. — Job 1:6-12; 2:1-6.

Zulke gebeurtenissen werden, indien God ze niet rechtstreeks aan de schrijver openbaarde, door God aan iemand bekendgemaakt zodat ze deel gingen uitmaken van de mondelinge of geschreven geschiedenis en van de ene generatie op de andere werden doorgegeven totdat ze deel gingen uitmaken van het bijbelse verslag. (Zie kader op blz. 7.) In ieder geval kunnen wij er zeker van zijn dat Jehovah de Bron van al dergelijke inlichtingen was en dat hij de schrijvers zo heeft geleid dat hun verslagen niet ontsierd werden door onnauwkeurigheid, overdrijving of mythen. Petrus schreef over de profetieën: „Mensen hebben van Godswege gesproken zoals zij door heilige geest werden meegevoerd.”b — 2 Petrus 1:21.

Nauwgezette inspanning vereist

Hoewel de bijbelschrijvers „door heilige geest werden meegevoerd”, was er toch zorgvuldig overwegen van hun zijde vereist. Salomo bijvoorbeeld „dacht diep na en stelde een grondig onderzoek in, om veel spreuken welgeordend samen te stellen. [Hij] zocht de verrukkelijke woorden te vinden en het schrijven van juiste woorden van waarheid.” — Prediker 12:9, 10.

Sommige bijbelschrijvers moesten heel wat onderzoek doen om hun materiaal te documenteren. Lukas bijvoorbeeld schreef over zijn evangelieverslag: ’Ik ben alle dingen van meet af nauwkeurig nagegaan om ze in logische volgorde te schrijven.’ Natuurlijk heeft Gods geest de inspanningen van Lukas gezegend en hem ongetwijfeld geleid bij het opsporen van betrouwbare historische documenten en het ondervragen van betrouwbare ooggetuigen, zoals de nog levende discipelen en misschien Maria, de moeder van Jezus. Gods geest zal Lukas er vervolgens toe hebben geleid de inlichtingen nauwkeurig op te tekenen. — Lukas 1:1-4.

In tegenstelling tot het Evangelie van Lukas was dat van Johannes een ooggetuigenverslag, geschreven zo’n 65 jaar na de dood van Jezus. Ongetwijfeld heeft Jehovah’s geest het geheugen van Johannes gescherpt, zodat de herinnering door het verstrijken van de tijd niet zou zijn vervaagd. Dit zou in overeenstemming zijn met wat Jezus zijn volgelingen had beloofd: „De helper, de heilige geest, die de Vader in mijn naam zal zenden, die zal u alle dingen leren en alle dingen welke ik u heb gezegd, in uw herinnering terugbrengen.” — Johannes 14:26.

In sommige gevallen hebben bijbelschrijvers ooggetuigendocumenten van vroegere geschiedschrijvers, die niet allemaal geïnspireerd waren, gebundeld. Jeremia heeft Eén en Twee Koningen voornamelijk op deze wijze samengesteld (2 Koningen 1:18). Ezra heeft op zijn minst veertien niet-geïnspireerde bronnen geraadpleegd om materiaal te verzamelen voor Eén en Twee Kronieken, waaronder „het verslag van de aangelegenheden van de dagen van koning David” en „het Boek van de koningen van Juda en van Israël” (1 Kronieken 27:24; 2 Kronieken 16:11). Mozes heeft zelfs aanhalingen gedaan uit „het boek van de Oorlogen van Jehovah” — blijkbaar een betrouwbaar verslag van de oorlogen van Gods volk. — Numeri 21:14, 15.

In zulke gevallen was de heilige geest er actief bij betrokken door de bijbelschrijvers ertoe te bewegen uitsluitend betrouwbaar materiaal te selecteren, dat vervolgens deel ging uitmaken van het geïnspireerde bijbelse verslag.

Praktische raad — Van wie afkomstig?

De bijbel bevat een schat aan praktische raad die gebaseerd is op scherpzinnige persoonlijke waarnemingen. Salomo bijvoorbeeld schreef: „In het geval van een mens is er niets beters dan dat hij eet en inderdaad drinkt en zijn ziel het goede doet zien wegens zijn harde werk. Ook dit heb ik gezien, ja ik, dat dit uit de hand van de ware God is” (Prediker 2:24). Paulus verklaarde dat zijn advies betreffende het huwelijk „naar [zijn] mening” was, hoewel hij eraan toevoegde: „Ik denk stellig dat ook ik Gods geest bezit” (1 Korinthiërs 7:25, 39, 40). Paulus bezat beslist Gods geest, want zoals de apostel Petrus opmerkte, was wat Paulus schreef „overeenkomstig de hem gegeven wijsheid” (2 Petrus 3:15, 16). Hij gaf dus zijn mening, geleid door Gods geest.

Wanneer bijbelschrijvers uiting gaven aan zulke persoonlijke overtuigingen, deden zij dat vanuit een achtergrond van studie en toepassing van de geschriften die hun ter beschikking stonden. Wij kunnen er zeker van zijn dat wat zij schreven met Gods denkwijze overeenstemde. Wat zij optekenden, ging deel uitmaken van Gods Woord.

Natuurlijk, de bijbel bevat ook uitspraken van mensen die er een verkeerde denkwijze op na hielden. (Vergelijk Job 15:15 met 42:7.) Ook staan er enkele uitdrukkingen in die de gekwelde gevoelens van Gods dienstknechten overdroegen, ofschoon zulke uitspraken niet het complete beeld weergaven.c Terwijl de schrijver zulke persoonlijke uitspraken deed, werd hij toch door Gods geest geleid om een nauwkeurig verslag te maken, zodat verkeerde redeneringen geïdentificeerd en aan de kaak gesteld werden. Bovendien maakt de context in elk van deze gevallen iedere redelijke lezer wel duidelijk of de denkwijze van de schrijver correct is.

Kortom, wij kunnen het vaste vertrouwen hebben dat de hele bijbel Gods boodschap is. Ja, Jehovah heeft erop toegezien dat alles wat erin staat Zijn doel diende en onmisbaar onderricht bevatte voor wie hem wil dienen. — Romeinen 15:4.

Menselijke schrijvers — Waarom?

Dat Jehovah mensen heeft gebruikt om de bijbel te schrijven, getuigt van zijn grote wijsheid. Beschouw het volgende eens: Als God de zaak aan engelen had uitbesteed, zou de bijbel dan dezelfde aantrekkingskracht hebben? Toegegeven, wij zouden het prachtig vinden over Gods hoedanigheden en daden te lezen vanuit het gezichtspunt van een engel. Maar als de menselijke factor geheel ontbrak, zouden wij er wel eens moeite mee kunnen hebben de bijbelse boodschap te begrijpen.

Ter illustratie: De bijbel zou eenvoudig kunnen berichten dat koning David overspel en een moord pleegde en dat hij naderhand berouw had. Maar hoeveel beter is het de beschikking te hebben over Davids eigen woorden, waarmee hij uiting gaf aan hartverscheurend verdriet over zijn handelwijze en Jehovah om vergeving smeekte! „Mijn zonde is voortdurend vóór mij”, schreef hij. „Een gebroken en verbrijzeld hart, o God, zult gij niet verachten” (Psalm 51:3, 17). Daardoor heeft de bijbel de warmte, afwisseling en aantrekkingskracht die de menselijke factor eraan verleent.

Ja, Jehovah heeft de allerbeste manier gekozen om ons zijn Woord te geven. Hoewel er mensen met zwakheden en tekortkomingen werden gebruikt, werden zij meegevoerd door heilige geest opdat er geen fouten in hun geschriften zouden staan. Daarom is de bijbel van de allerhoogste waarde. De raad erin is deugdelijk, en de bijbelse profetieën over het toekomstige paradijs op aarde zijn betrouwbaar. — Psalm 119:105; 2 Petrus 3:13.

Waarom zou u er geen gewoonte van maken iedere dag een gedeelte van Gods Woord te lezen? Petrus schreef: „Vormt . . . een verlangen naar de onvervalste melk die tot het woord behoort, opdat gij door middel daarvan tot redding moogt groeien” (1 Petrus 2:2). Aangezien de gehele Schrift door God is geïnspireerd, zult u bemerken dat ze „nuttig [is] om te onderwijzen, terecht te wijzen, dingen recht te zetten, streng te onderrichten in rechtvaardigheid, opdat de mens Gods volkomen bekwaam zij, volledig toegerust voor ieder goed werk”. — 2 Timotheüs 3:16, 17.

[Voetnoten]

a In ten minste één geval, dat van de Tien Geboden, werden de inlichtingen rechtstreeks „door Gods vinger” geschreven. Mozes schreef die woorden vervolgens alleen maar over op boekrollen of andere materialen. — Exodus 31:18; Deuteronomium 10:1-5.

b Het Griekse woord dat hier vertaald is met „werden meegevoerd”, feʹro, wordt in Handelingen 27:15, 17 in een andere vorm gebruikt om een schip te beschrijven dat door de wind wordt voortgedreven. Dus heilige geest ’bepaalde de koers’ van de bijbelschrijvers. Zij werden erdoor bewogen iedere inlichting die niet authentiek was te verwerpen en alleen op te nemen wat met de feiten strookte.

c Vergelijk bijvoorbeeld 1 Koningen 19:4 met vers 14 en 18; Job 10:1-3; Psalm 73:12, 13, 21; Jona 4:1-3, 9; Habakuk 1:1-4, 13.

[Kader/Illustraties op blz. 7]

Hoe kwam Mozes aan zijn inlichtingen?

MOZES heeft het bijbelboek Genesis geschreven, maar alles wat hij heeft opgetekend, had lang voor zijn geboorte plaatsgevonden. Hoe kwam hij dan aan die inlichtingen? Het is mogelijk dat ze rechtstreeks door God aan hem geopenbaard zijn, of misschien is kennis van sommige van de gebeurtenissen mondeling van de ene generatie op de andere doorgegeven. Aangezien de mensen in de begintijd een langere levensduur hadden, kan veel van wat Mozes in Genesis heeft opgetekend vanaf Adam tot Mozes zijn doorgegeven via slechts vijf menselijke schakels — Methusalah, Sem, Isaäk, Levi en Amram.

Bovendien kan Mozes geschreven verslagen geraadpleegd hebben. In dit verband is het opmerkenswaard dat Mozes herhaaldelijk de uitdrukking „dit is de geschiedenis van” gebruikt alvorens de naam van de persoon over wie het gaat te noemen (Genesis 6:9; 10:1; 11:10, 27; 25:12, 19; 36:1, 9; 37:2). Sommige geleerden zeggen dat het Hebreeuwse woord dat hier met „geschiedenis” is vertaald, tō·le·dhōthʹ, betrekking heeft op een reeds bestaand geschreven historisch document dat Mozes als bron voor zijn geschriften gebruikte. Natuurlijk kan dit niet met zekerheid worden gezegd.

Het is mogelijk dat de inlichtingen in het boek Genesis via alle drie de bovengenoemde methoden werden verkregen — sommige door rechtstreekse openbaring, sommige door mondelinge overlevering en sommige uit geschreven verslagen. Het punt waar het om gaat, is dat Jehovah’s geest Mozes inspireerde. Daarom wordt wat hij schreef terecht beschouwd als het woord van God.

[Illustratie op blz. 4]

God heeft mensen op verschillende manieren tot het schrijven van de bijbel geïnspireerd

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen