15. Hoe beschrijft Joël het verpletteren van dit samenstel, en wat zal het resultaat zijn voor Gods dienstknechten?

¹⁵ Joël 3:13-16 heeft ook betrekking op de overleving van Gods dienstknechten wanneer dit samenstel als druiven in een wijnpers wordt verpletterd. Daar staat: „Slaat er een sikkel in, want de oogst is rijp geworden. . . . De perskuipen vloeien werkelijk over; want hun slechtheid is overvloedig geworden. Menigten, menigten zijn in de laagvlakte der beslissing, want de dag van Jehovah is nabij in de laagvlakte der beslissing. De zon en de maan zelf zullen stellig verduisterd worden en zelfs de sterren zullen werkelijk hun glans intrekken. En uit [het hemelse] Sion zal Jehovah zelf brullen . . . Hemel en aarde zullen stellig schudden; maar Jehovah zal een toevlucht zijn voor zijn volk.”

[Illustratie op blz. 18]

Wanneer dit samenstel als druiven in een wijnpers wordt verpletterd, zal ’Jehovah een toevlucht zijn voor zijn volk