Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • w92 15/5 blz. 10-15
  • Is het huwelijk de enige sleutel tot geluk?

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • Is het huwelijk de enige sleutel tot geluk?
  • De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1992
  • Onderkopjes
  • Vergelijkbare artikelen
  • Redenen om gelukkig te zijn
  • „Alleen in de Heer”
  • Niet in staat „in de Heer” te trouwen
  • De sleutel tot waar geluk
  • „Iets wat beter is dan zonen en dochters”
  • Het huwelijk niet de enige sleutel tot geluk
  • Waar geluk in het dienen van Jehovah
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1992
  • Het huwelijk is een geschenk van een liefdevolle God
    Blijf in Gods liefde
  • Goede raad voor vrijgezellen en gehuwden
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 2011
  • Wat zegt de Bijbel over wel of niet trouwen?
    Voor eeuwig gelukkig! — Interactieve Bijbelcursus
Meer weergeven
De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1992
w92 15/5 blz. 10-15

Is het huwelijk de enige sleutel tot geluk?

’Zij is vrij te trouwen met wie zij wil, alleen in de Heer. Maar zij is gelukkiger indien zij blijft zoals zij is.’ — 1 KORINTHIËRS 7:39, 40.

1. Hoe beschrijft de Schrift Jehovah, en wat heeft hij voor zijn schepselen gedaan?

JEHOVAH is „de gelukkige God” (1 Timotheüs 1:11). Als de Edelmoedige Verschaffer van „elke goede gave en elk volmaakt geschenk” stelt hij al zijn met verstand begiftigde schepselen — zowel mensen als engelen — exact dat beschikbaar wat zij nodig hebben om in zijn dienst gelukkig te zijn (Jakobus 1:17). Trouwens, een uit volle borst zingende vogel, een uitgelaten dollende jonge hond of een speelse dolfijn zijn er alle een bewijs van dat Jehovah ook de dieren heeft geschapen om in hun respectieve woongebied van het leven te genieten. De psalmist gaat zelfs zo ver dat hij in poëtische taal verklaart dat „de bomen van Jehovah worden verzadigd, de ceders van de Libanon die hij heeft geplant”. — Psalm 104:16.

2. (a) Waaruit blijkt dat Jezus geluk vindt in het doen van zijn Vaders wil? (b) Welke redenen hadden Jezus’ discipelen om gelukkig te zijn?

2 Jezus Christus is ’de nauwkeurige afdruk van Gods wezen’ (Hebreeën 1:3). Het wekt dus geen verbazing dat Jezus „de gelukkige en enige Machthebber” genoemd wordt (1 Timotheüs 6:15). Hij verschaft ons een schitterend voorbeeld hoe het doen van Jehovah’s wil meer voldoening kan schenken dan voedsel, ja, iets is waar men heerlijke verrukking in kan vinden. Jezus laat ons ook zien dat men vreugde kan hebben wanneer men in de vrees voor God handelt, dat wil zeggen, met diepe eerbied en een gezonde vrees Hem te mishagen (Psalm 40:8; Jesaja 11:3; Johannes 4:34). Toen zeventig discipelen „vreugdevol” van een Koninkrijkspredikingstocht terugkeerden, werd Jezus zelf „verrukt in de heilige geest”. Nadat hij in gebed zijn vreugde tegenover zijn Vader had geuit, keerde hij zich tot de discipelen en zei: „Gelukkig zijn de ogen die de dingen aanschouwen welke gij aanschouwt. Want ik zeg u: Vele profeten en koningen hebben begeerd de dingen te zien die gij aanschouwt, maar hebben ze niet gezien, en de dingen te horen die gij hoort, maar hebben ze niet gehoord.” — Lukas 10:17-24.

Redenen om gelukkig te zijn

3. Wat zijn enkele redenen voor geluk?

3 Dienen onze ogen niet gelukkig te zijn omdat ze de dingen aanschouwen die wij als vervulling van Jehovah’s Woord en voornemens in deze tijd van het einde zien? Dienen wij niet verrukt te zijn omdat wij profetieën begrijpen die getrouwe profeten en koningen uit de oudheid, zoals Jesaja, Daniël en David, niet konden begrijpen? Zijn wij niet opgetogen dat wij de gelukkige God, Jehovah, dienen, onder het leiderschap van de gelukkige Machthebber, onze Koning Jezus Christus? Natuurlijk zijn wij dat!

4, 5. (a) Wat moeten wij vermijden om gelukkig te blijven in Jehovah’s dienst? (b) Wat zijn enkele dingen die tot geluk bijdragen, en welke vraag roept dit op?

4 Willen wij echter gelukkig blijven in Gods dienst, dan moeten wij niet onze voorwaarden voor geluk op wereldse ideeën baseren. Deze zouden heel gemakkelijk ons denken kunnen vertroebelen omdat daar materiële rijkdom, een opzichtige levensstijl en dergelijke bij horen. Elk „geluk” dat op zulke dingen gefundeerd is, zal van korte duur zijn, want deze wereld gaat voorbij. — 1 Johannes 2:15-17.

5 De meeste van Jehovah’s opgedragen dienstknechten beseffen dat het verwezenlijken van wereldse doeleinden geen echt geluk zal brengen. Alleen onze hemelse Vader verschaft geestelijke en materiële dingen die bijdragen tot het ware geluk van zijn dienstknechten. Hoe dankbaar zijn wij voor het geestelijke voedsel dat hij ons geeft door bemiddeling van „de getrouwe en beleidvolle slaaf”! (Mattheüs 24:45-47) Wij zijn ook dankbaar voor fysiek voedsel en andere materiële zaken die wij uit Gods liefdevolle hand ontvangen. Dan is er nog het prachtige geschenk van het huwelijk en de daarmee samenhangende vreugden van het gezinsleven. Geen wonder dat Naomi’s oprechte wens ten behoeve van haar schoondochters, die weduwe geworden waren, als volgt verwoord werd: „Moge Jehovah u een schenking doen, en vindt een rustplaats, ieder in het huis van haar man” (Ruth 1:9). Het huwelijk is dus een sleutel die een deur tot groot geluk kan ontsluiten. Maar is het huwelijk de enige sleutel die toegang geeft tot een gelukkig leven? Vooral jongeren dienen serieus te onderzoeken of dit zo is.

6. Wat was volgens Genesis het primaire doel van de huwelijksregeling?

6 Vertellend wat de oorsprong van het huwelijk is, verklaart de bijbel: „God ging ertoe over de mens te scheppen naar zijn beeld, naar Gods beeld schiep hij hem; als man en als vrouw schiep hij hen. Voorts zegende God hen en God zei tot hen: ’Weest vruchtbaar en wordt tot velen en vult de aarde en onderwerpt haar’” (Genesis 1:27, 28). Doordat Jehovah het huwelijk instelde, werd Adam gebruikt om meer menselijke schepselen tot bestaan te brengen en aldus het mensengeslacht uit te breiden. Maar er valt veel meer over het huwelijk te zeggen.

„Alleen in de Heer”

7. Voor welk huwelijksvereiste heeft een getrouwe patriarch zich heel veel moeite getroost?

7 Aangezien Jehovah de Insteller van de huwelijksregeling is, mogen wij verwachten dat hij maatstaven voor het huwelijk vaststelt die resulteren in het geluk van zijn dienstknechten. In de tijd van de patriarchen werd een huwelijk met iemand die geen aanbidder van Jehovah was, sterk afgeraden. Abraham liet zijn dienstknecht Eliëzer zweren bij Jehovah dat hij voor Isaäk, de zoon van de patriarch, geen vrouw zou nemen uit de Kanaänieten. Eliëzer maakte een lange reis en volgde Abrahams instructies nauwgezet op teneinde ’de vrouw [te vinden] die Jehovah voor de zoon van zijn meester bestemd had’ (Genesis 24:3, 44). Zo kwam het dat Isaäk met Rebekka trouwde. Toen hun zoon Esau vrouwen uit de heidense Hethieten koos, waren deze vrouwen „een bron van bitterheid des geestes voor Isaäk en Rebekka”. — Genesis 26:34, 35; 27:46; 28:1, 8.

8. Welke beperking werd het huwelijk door het Wetsverbond opgelegd, en waarom?

8 Onder het Wetsverbond was een huwelijk met een man of vrouw uit met name genoemde Kanaänitische natiën verboden. Jehovah gaf zijn volk de volgende instructies: „Gij moogt geen echtverbintenis met hen aangaan. Uw dochter moogt gij niet aan zijn zoon geven, en zijn dochter moogt gij niet voor uw zoon nemen. Want hij zal uw zoon van het volgen van mij afkeren, en zij zullen stellig andere goden dienen; en Jehovah’s toorn zal inderdaad tegen u ontbranden, en hij zal u stellig weldra verdelgen.” — Deuteronomium 7:3, 4.

9. Welke raad betreffende het huwelijk geeft de bijbel christenen?

9 Het wekt geen verbazing dat er binnen de christelijke gemeente soortgelijke beperkingen gelden ten aanzien van een huwelijk met iemand die geen aanbidder van Jehovah is. De apostel Paulus vermaande medegelovigen: „Komt niet onder een ongelijk juk met ongelovigen. Want wat voor deelgenootschap hebben rechtvaardigheid en wetteloosheid? Of wat heeft licht met duisternis gemeen? Welke overeenstemming bestaat er voorts tussen Christus en Belial? Of welk deel heeft een gelovige met een ongelovige?” (2 Korinthiërs 6:14, 15) Die raad is in verscheidene opzichten van toepassing, en kan zeker op het huwelijk toegepast worden. Paulus’ uitdrukkelijke instructie aan alle opgedragen dienstknechten van Jehovah luidt dat zij alleen een huwelijk met iemand behoren te overwegen „indien hij in eendracht is met de Heer”. — 1 Korinthiërs 7:39, NW, Studiebijbel, voetn.

Niet in staat „in de Heer” te trouwen

10. Wat doen vele ongehuwde christenen, en welke vraag rijst er?

10 Vele ongetrouwde christenen hebben besloten het voorbeeld van Jezus Christus te volgen door de gave van de ongehuwde staat aan te kweken. Dan zijn er veel loyale christenen die omdat zij op het moment geen godvruchtige partner kunnen vinden om „in de Heer” te trouwen, hun vertrouwen op Jehovah hebben gesteld en ongetrouwd zijn gebleven in plaats van een ongelovige te huwen. Gods geest brengt in hen vruchten als vreugde, vrede, geloof en zelfbeheersing voort en stelt hen in staat als ongehuwde eerbaar te blijven (Galaten 5:22, 23). Onder degenen die deze test op hun toewijding aan God met succes doorstaan, zijn een flink aantal van onze christelijke zusters, voor wie wij groot respect hebben. In heel wat landen zijn zij talrijker dan de broeders en hebben daarom het grootste aandeel aan het predikingswerk. Ja, „Jehovah zelf geeft het woord; de vrouwen die het goede nieuws vertellen, zijn een groot leger” (Psalm 68:11). En feitelijk bewaren vele van Gods ongehuwde dienstknechten van beiderlei kunne hun rechtschapenheid omdat zij ’met heel hun hart op Jehovah vertrouwen, en hij hun paden recht maakt’ (Spreuken 3:5, 6). Maar zullen zij die momenteel niet „in de Heer” kunnen trouwen, onvermijdelijk ongelukkig zijn?

11. Waarvan kunnen christenen die uit respect voor bijbelse beginselen ongehuwd blijven, zeker zijn?

11 Laten wij niet vergeten dat wij dienstknechten van de gelukkige God, Jehovah, zijn en dat wij dienst verrichten onder de gelukkige Machthebber, Jezus Christus. Is het dan logisch om te denken dat als wij, uit respect voor duidelijk in de bijbel vastgelegde beperkingen, ongehuwd blijven omdat wij geen huwelijkspartner „in de Heer” kunnen vinden, God en Christus ons daar ongelukkig onder laten zijn? Beslist niet. Dan moeten wij dus tot de conclusie komen dat het mogelijk is om als christen gelukkig te zijn terwijl men ongehuwd is. Jehovah kan ons werkelijk gelukkig maken, of wij nu gehuwd zijn of ongehuwd.

De sleutel tot waar geluk

12. Wat geeft het geval van de ongehoorzame engelen te kennen ten aanzien van het huwelijk?

12 Het huwelijk is niet de enige sleutel tot geluk voor al Gods dienstknechten. Neem bijvoorbeeld de engelen. Vóór de Vloed kweekten sommige engelen verlangens aan die tegennatuurlijk zijn voor geestelijke schepselen, werden ontevreden omdat zij niet konden trouwen en materialiseerden zich in vleselijke lichamen teneinde zich vrouwen te nemen. Omdat deze engelen aldus „hun eigen juiste woonplaats hebben verlaten”, heeft God hen „met eeuwige banden onder dikke duisternis bewaard voor het oordeel van de grote dag” (Judas 6; Genesis 6:1, 2). Het is duidelijk dat God er nooit regelingen voor heeft getroffen dat engelen zouden trouwen. Het huwelijk kon dus eenvoudig niet de sleutel zijn voor hun geluk.

13. Waarom zijn de heilige engelen gelukkig, en wat geeft dit voor al Gods dienstknechten te kennen?

13 Toch zijn de getrouwe engelen gelukkig. Jehovah legde de fundamenten van de aarde „onder het vreugdevolle concert der morgensterren en de eenstemmige toejuichingen van de [engelen]zonen Gods” (Job 38:7, The New Jerusalem Bible). Waarom zijn de heilige engelen gelukkig? Omdat zij voortdurend dienst verrichten voor Jehovah God, terwijl zij „luisteren naar de stem van zijn woord” teneinde het onmiddellijk ten uitvoer te brengen. Zij scheppen er verrukking in ’zijn welgevallen te doen’ (Psalm 103:20, 21, NW, Studiebijbel, voetn.). Ja, het geluk van de heilige engelen spruit voort uit het getrouw dienen van Jehovah. Dat is ook de sleutel voor waar geluk voor mensen. Trouwens, getrouwde gezalfde christenen die God nu gelukkig dienen, zullen niet trouwen wanneer zij tot hemels leven zijn opgewekt, maar zij zullen gelukkig zijn als geestelijke schepselen die de goddelijke wil ten uitvoer brengen. Dus getrouwd of ongetrouwd, al Jehovah’s loyale dienstknechten kunnen gelukkig zijn omdat de ware basis voor geluk gelegen is in getrouwe dienst voor hun Schepper.

„Iets wat beter is dan zonen en dochters”

14. Welke profetische belofte werd godvruchtige eunuchen in het oude Israël gegeven, en waarom zou dit misschien vreemd lijken?

14 Zelfs als een loyale christen nooit trouwt, kan God ervoor zorgen dat hij of zij gelukkig zal zijn. Er kan aanmoediging geput worden uit de volgende woorden die Jehovah profetisch tot eunuchen in het oude Israël sprak: „Dit heeft Jehovah gezegd tot de eunuchen die mijn sabbatten houden en die datgene hebben verkozen waarin ik een welbehagen heb gevonden en die aan mijn verbond vasthouden: ’Ik wil hun in mijn huis en binnen mijn muren zelfs een monument en een naam geven, iets wat beter is dan zonen en dochters. Een naam tot onbepaalde tijd zal ik hun geven, een die niet afgesneden zal worden’” (Jesaja 56:4, 5). Men zou wellicht hebben verwacht dat hun een vrouw en kinderen beloofd zouden worden om hun naam te bestendigen. Maar hun werd „iets wat beter is dan zonen en dochters” beloofd — een blijvende naam in Jehovah’s huis.

15. Wat kan er over de vervulling van Jesaja 56:4, 5 gezegd worden?

15 Indien deze eunuchen worden opgevat als een profetisch beeld in verband met „het Israël Gods”, dan vormen zij een afbeelding van gezalfden die een blijvende plaats binnen Jehovah’s geestelijke huis of tempel ontvangen (Galaten 6:16). Ongetwijfeld zal deze profetie een letterlijke toepassing hebben ten aanzien van godvruchtige eunuchen van het Israël uit de oudheid, die in de opstanding terug zullen komen. Indien zij Christus’ loskoopoffer aanvaarden en blijven ’verkiezen waarin Jehovah een welbehagen heeft gevonden’, zullen zij in Gods nieuwe wereld „een naam tot onbepaalde tijd” ontvangen. Dit zou ook van toepassing kunnen zijn op degenen van de „andere schapen” die in deze tijd van het einde afstand doen van huwelijk en ouderschap om zich vollediger aan Jehovah’s dienst te wijden (Johannes 10:16). Sommigen van hen sterven wellicht zonder gehuwd geweest te zijn en zonder kinderen. Maar indien zij getrouw zijn, zullen zij in de opstanding „iets wat beter is dan zonen en dochters” ontvangen — een naam „die niet afgesneden zal worden” in het nieuwe samenstel van dingen.

Het huwelijk niet de enige sleutel tot geluk

16. Waarom kan er gezegd worden dat het huwelijk niet altijd geluk brengt?

16 Sommigen zijn van mening dat geluk onlosmakelijk verbonden is met het huwelijk. Er moet echter toegegeven worden dat zelfs onder Jehovah’s dienstknechten in deze tijd het huwelijk niet altijd geluk brengt. Het vormt de oplossing voor sommige problemen, maar veroorzaakt vaak andere problemen die moeilijker te overwinnen zijn dan die waar ongehuwden mee te maken hebben. Paulus zei dat het huwelijk ’verdrukking in het vlees’ brengt (1 Korinthiërs 7:28). Er zijn tijden dat de gehuwde persoon „bezorgd” en „verdeeld” is. Hij of zij vindt het vaak moeilijk ’voortdurend dienst voor de Heer [te verrichten] zonder te worden afgeleid’. — 1 Korinthiërs 7:33-35.

17, 18. (a) Wat hebben enkele reizende opzieners bericht? (b) Welke raad gaf Paulus, en waarom is het heilzaam die raad toe te passen?

17 Zowel het huwelijk als de ongehuwde staat is een gave van God (Ruth 1:9; Mattheüs 19:10-12). Voor beide geldt echter dat men er alleen een succes van kan maken als men er gebedsvol over nadenkt. Reizende opzieners berichten dat vele Getuigen te jong trouwen, en vaak al kinderen krijgen voordat zij de verantwoordelijkheden van het ouderschap aankunnen. Sommige van deze huwelijken lopen stuk. Andere echtparen weten hun problemen het hoofd te bieden, maar geluk heeft hun huwelijk hun niet gebracht. Zoals de Engelse toneelschrijver William Congreve schreef, hebben degenen die haastig trouwen, „alle tijd om dat te berouwen”.

18 Kringopzieners berichten ook dat sommige jonge broeders geen aanvraag voor de Betheldienst indienen of zich niet voor de bedienarenopleidingsschool opgeven wegens het vereiste enige tijd ongehuwd te blijven. Paulus geeft echter de raad niet te trouwen voordat men „de bloem der jeugd is gepasseerd”, dat wil zeggen, te wachten totdat de eerste opwelling van seksuele verlangens geluwd is (1 Korinthiërs 7:36-38). De jaren die iemand als volwassene in de ongehuwde staat doorbrengt, bieden hem of haar waardevolle ervaring en inzicht, zodat de persoon beter in staat is om hetzij een huwelijkspartner te kiezen of de zorgvuldig overwogen beslissing te nemen ongehuwd te blijven.

19. Hoe zouden wij de kwestie kunnen bezien als wij niet echt een behoefte hebben om getrouwd te zijn?

19 Sommigen van ons zijn de bloem der jeugd, met de daarbij horende sterke drang tot seksuele intimiteit, gepasseerd. Van tijd tot tijd staan wij misschien stil bij de zegeningen van het huwelijk, maar in feite bezitten wij de gave van de ongehuwde staat. Jehovah ziet wellicht dat wij hem doeltreffend dienen in de ongehuwde staat en geen werkelijke behoefte hebben aan het huwelijk, waarvoor wij misschien bepaalde voorrechten in zijn dienst zouden moeten opgeven. Als het huwelijk geen persoonlijke behoefte vormt en wij niet met een partner gezegend zijn, kan God iets anders voor ons in petto hebben. Laten wij daarom geloof oefenen dat hij zal verschaffen wat wij nodig hebben. Het grootste geluk vloeit voort uit het nederig aanvaarden van wat Gods wil voor ons blijkt te zijn, net zoals joodse broeders ’zich erbij neerlegden en God verheerlijkten’ toen zij beseften dat hij heidenen de gelegenheid tot berouw had geschonken zodat zij leven konden verwerven. — Handelingen 11:1-18.

20. (a) Welke raad aangaande de ongehuwde staat wordt hier aan jonge christenen gegeven? (b) Welk fundamentele punt betreffende geluk blijft waar?

20 Het huwelijk kan dus een sleutel tot geluk zijn, hoewel het ook de deur kan openen tot problemen. Eén ding is zeker: Het huwelijk is niet de enige manier om geluk te vinden. Alles in aanmerking genomen zou het daarom verstandig zijn om, zeker als jonge christenen, te proberen plaats te maken voor een aantal jaren van ongehuwd zijn. Zulke jaren kunnen heel goed gebruikt worden om Jehovah te dienen en geestelijke vorderingen te maken. Ongeacht leeftijd of geestelijke vorderingen blijft echter dit fundamentele punt gelden voor allen die onvoorwaardelijk aan God opgedragen zijn: Waar geluk wordt gevonden in getrouwe dienst voor Jehovah.

Wat zou u antwoorden?

◻ Waarom zijn Jehovah’s dienstknechten gelukkig?

◻ Waarom is het huwelijk niet de sleutel tot het grootste geluk?

◻ Welk vereiste geldt voor Jehovah’s volk ten aanzien van de keus van een huwelijkspartner?

◻ Waarom is het logisch om te geloven dat christenen die ongetrouwd blijven, gelukkig kunnen zijn?

◻ Wat moet toegegeven worden ten aanzien van huwelijk en geluk?

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen