Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • w97 1/12 blz. 15-20
  • ’Blijft elkaar vrijelijk vergeven’

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • ’Blijft elkaar vrijelijk vergeven’
  • De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1997
  • Onderkopjes
  • Vergelijkbare artikelen
  • Waarom anderen vergeven?
  • „Blijft elkaar verdragen”
  • Wanneer de wonden dieper zijn
  • Wanneer vergeven onmogelijk lijkt
  • Vergeef elkaar van harte
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 2012
  • Vergeven en vergeten — In hoeverre mogelijk?
    Ontwaakt! 1995
  • Waarom vergevensgezind zijn?
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1994
  • Wat betekent het te vergeven?
    Vragen over de Bijbel
Meer weergeven
De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1997
w97 1/12 blz. 15-20

’Blijft elkaar vrijelijk vergeven’

„Blijft elkaar verdragen en elkaar vrijelijk vergeven.” — KOLOSSENZEN 3:13.

1. (a) Waarom kan Petrus, toen hij suggereerde dat wij anderen „tot zevenmaal toe” moeten vergeven, gedacht hebben dat hij edelmoedig was? (b) Wat bedoelde Jezus toen hij zei dat wij „tot zevenenzeventig maal toe” dienen te vergeven?

„HEER, hoeveel maal kan mijn broeder tegen mij zondigen en moet ik hem vergeven? Tot zevenmaal toe?” (Mattheüs 18:21) Petrus heeft misschien gedacht dat hij met zijn suggestie zeer edelmoedig was. Destijds zei de rabbijnse overlevering dat men voor dezelfde overtreding niet meer dan driemaal vergeving behoorde te schenken.a Stelt u zich dus Petrus’ verbazing voor toen Jezus antwoordde: „Ik zeg u, niet tot zevenmaal toe, maar tot zevenenzeventig maal toe”! (Mattheüs 18:22) De herhaling van zeven stond gelijk met te zeggen „tot in het oneindige”. Jezus huldigde de zienswijze dat er praktisch geen limiet is aan het aantal keren dat een christen anderen dient te vergeven.

2, 3. (a) Wat zijn enkele situaties waarin het moeilijk kan schijnen anderen te vergeven? (b) Waarom kunnen wij ervan overtuigd zijn dat het in ons beste belang is anderen te vergeven?

2 Maar het is niet altijd gemakkelijk die raad toe te passen. Wie van ons heeft niet de stekende pijn van een onrechtvaardige beoordeling gevoeld? Misschien heeft iemand op wie u vertrouwde, uw vertrouwen beschaamd (Spreuken 11:13). De onnadenkende opmerkingen van een goede vriend kunnen u ’als een zwaard hebben gestoken’ (Spreuken 12:18). Een wrede behandeling door iemand van wie u hield of in wie u vertrouwen stelde, kan diepe wonden hebben geslagen. Wanneer zulke dingen gebeuren, is onze natuurlijke reactie wellicht dat wij kwaad worden. Wij kunnen geneigd zijn niet meer met de overtreder te praten en hem zo mogelijk volledig uit de weg te gaan. De overtreder te vergeven, schijnt erop neer te komen dat wij ons ongestraft door hem laten kwetsen. Maar door wrok te koesteren, schaden wij uiteindelijk onszelf.

3 Jezus leert ons daarom te vergeven — „tot zevenenzeventig maal toe”. Zijn leringen zouden beslist nooit nadelig voor ons zijn. Alles wat hij onderwees, was afkomstig van Jehovah, ’die ons leert onszelf baat te verschaffen’ (Jesaja 48:17; Johannes 7:16, 17). Logischerwijs moet het in ons beste belang zijn om anderen te vergeven. Voordat wij bespreken waarom wij dienen te vergeven en hoe wij dit kunnen doen, is het misschien nuttig eerst duidelijk te maken wat vergeving wel en niet inhoudt. Onze opvatting omtrent vergeving kan in zekere mate van invloed zijn op ons vermogen om te vergeven wanneer anderen ons krenken.

4. Wat houdt anderen vergeven niet in, maar hoe wordt vergeving gedefinieerd?

4 Anderen de tegen ons begane overtredingen vergeven, wil niet zeggen dat wij vergoelijken of bagatelliseren wat zij hebben gedaan; ook betekent het niet dat wij anderen op onbillijke wijze misbruik van ons laten maken. Immers, wanneer Jehovah ons vergeeft, bagatelliseert hij onze zonden beslist niet, en hij zal nooit toestaan dat zondige mensen zijn barmhartigheid met voeten treden (Hebreeën 10:29). Volgens Hulp tot begrip van de bijbel (blz. 1556) wordt vergeving gedefinieerd als „het schenken van vergiffenis aan een overtreder, wat inhoudt dat men geen wrok meer jegens hem koestert wegens zijn overtreding en elke aanspraak op vergoeding laat varen”.b De bijbel verschaft ons deugdelijke redenen om anderen te vergeven.

Waarom anderen vergeven?

5. Welke belangrijke reden om anderen te vergeven, wordt in Efeziërs 5:1 te kennen gegeven?

5 Een belangrijke reden om anderen te vergeven, wordt te kennen gegeven in Efeziërs 5:1: „Wordt daarom navolgers van God, als geliefde kinderen.” In welk opzicht dienen wij ’navolgers van God te worden’? Het woord „daarom” verbindt de uitdrukking met het voorgaande vers, waar staat: „Wordt vriendelijk jegens elkaar, teder mededogend, elkaar vrijelijk vergevend, zoals ook God door Christus u vrijelijk vergeven heeft” (Efeziërs 4:32). Ja, wanneer het op vergeving aankomt, dienen wij navolgers van God te worden. Zoals een kleine jongen probeert precies als zijn vader te zijn, dienen wij, als kinderen die Jehovah innig liefheeft, als onze vergevensgezinde hemelse Vader te willen worden. Wat moet het Jehovah’s hart verheugen om uit de hemel neer te kijken en te zien hoe zijn aardse kinderen als hij proberen te zijn door elkaar te vergeven! — Lukas 6:35, 36; vergelijk Mattheüs 5:44-48.

6. In welk opzicht is er een groot verschil tussen Jehovah’s vergeving en die van ons?

6 Toegegeven, wij kunnen nooit in volmaakte zin vergeven zoals Jehovah dat doet. Maar dat is des te meer reden waarom wij elkaar dienen te vergeven. Beschouw het volgende eens: Er bestaat een groot verschil tussen Jehovah’s vergeving en die van ons (Jesaja 55:7-9). Wanneer wij vergeving schenken aan degenen die tegen ons gezondigd hebben, is het vaak in het besef dat het vroeg of laat nodig zal zijn dat zij op hun beurt ons vergeven. Met mensen is het altijd een geval van zondaars die zondaars vergeven. Maar in het geval van Jehovah komt vergeving altijd van één kant. Hij vergeeft ons, maar wij zullen hem nooit hoeven vergeven. Als Jehovah, die niet zondigt, ons zo liefdevol en volledig kan vergeven, dienen wij dan als zondige mensen niet te proberen elkaar te vergeven? — Mattheüs 6:12.

7. Als wij weigeren anderen te vergeven wanneer er een basis voor barmhartigheid is, hoe kan dat dan een nadelige uitwerking hebben op onze eigen verhouding met Jehovah?

7 Belangrijker nog, als wij weigeren anderen te vergeven wanneer er een basis voor barmhartigheid is, kan dit een ongunstige uitwerking op onze eigen verhouding met God hebben. Jehovah vráágt ons niet slechts elkaar te vergeven; hij verwacht dit van ons. Volgens de Schrift is ons motief om vergevensgezind te zijn, ten dele dat Jehovah ons moge vergeven of dat hij ons vergeven heeft (Mattheüs 6:14; Markus 11:25; Efeziërs 4:32; 1 Johannes 4:11). Als wij dus niet bereid zijn anderen te vergeven wanneer daarvoor een deugdelijke reden bestaat, kunnen wij een dergelijke vergeving dan werkelijk van Jehovah verwachten? — Mattheüs 18:21-35.

8. Waarom dient het onze beste belangen wanneer wij vergevensgezind zijn?

8 Jehovah onderwijst zijn volk „in de goede weg die zij dienen te bewandelen” (1 Koningen 8:36). Wanneer hij ons onderricht om elkaar te vergeven, kunnen wij ervan overtuigd zijn dat hij onze beste belangen op het oog heeft. Terecht gebiedt de bijbel ons ’plaats te geven aan de gramschap’ (Romeinen 12:19). Wrok is een zware last om te dragen in het leven. Wanneer wij een wrok koesteren, neemt dit ons denken volledig in beslag, berooft ons van vrede en verstikt onze vreugde. Langdurige toorn kan evenals jaloezie een schadelijke uitwerking op onze fysieke gezondheid hebben (Spreuken 14:30). En terwijl wij dit alles doormaken, kan het zijn dat de overtreder zich er totaal niet van bewust is dat wij van streek zijn! Onze liefdevolle Schepper weet dat wij anderen vrijuit moeten vergeven, niet alleen tot hun welzijn maar ook tot dat van onszelf. De bijbelse raad om te vergeven, is inderdaad ’de goede weg om te bewandelen’.

„Blijft elkaar verdragen”

9, 10. (a) Wat voor situaties vereisen niet noodzakelijkerwijs dat er formeel vergeving wordt geschonken? (b) Wat wordt gesuggereerd door de uitdrukking „blijft elkaar verdragen”?

9 Fysieke kwetsuren kunnen variëren van oppervlakkige snijwondjes tot diepe verwondingen, en niet alle hebben dezelfde mate van aandacht nodig. Zo is het ook met gekwetste gevoelens — sommige wonden zijn dieper dan andere. Moeten wij echt een punt maken van elke geringe verwonding die wij in onze verhouding met anderen oplopen? Kleine irritaties, kleinerende opmerkingen en ergernissen maken deel uit van het leven en vereisen niet noodzakelijkerwijs dat er formeel vergeving wordt geschonken. Als wij bekendstaan als iemand die anderen uit de weg gaat vanwege elke kleine teleurstelling en die er vervolgens op staat dat zij hun verontschuldiging aanbieden voordat wij hen weer fatsoenlijk zullen behandelen, kan het zijn dat wij hen dwingen zich met veel omzichtigheid in ons gezelschap te gedragen — of op veilige afstand te blijven!

10 In plaats daarvan is het veel beter ’de reputatie te hebben redelijk te zijn’ (Filippenzen 4:5, Phillips). Als onvolmaakte schepselen die schouder aan schouder dienst verrichten, kunnen wij redelijkerwijs verwachten dat onze broeders en zusters ons van tijd tot tijd zogezegd tegen de haren in strijken, en omgekeerd wij hun. Kolossenzen 3:13 geeft ons de raad: „Blijft elkaar verdragen.” Die uitdrukking suggereert om geduldig te zijn met anderen, de dingen van hen die ons tegenstaan of de trekken die wij irritant vinden, te verdragen. Zo’n geduld en verdraagzaamheid kan ons helpen het hoofd te bieden aan de kleine verwondingen en schrammen die wij in onze omgang met anderen oplopen — zonder de vrede van de gemeente te verstoren. — 1 Korinthiërs 16:14.

Wanneer de wonden dieper zijn

11. Wanneer anderen tegen ons zondigen, wat kan ons dan helpen hen te vergeven?

11 Maar stel nu dat anderen tegen ons zondigen en ons een pijnlijke wond toebrengen. Als de zonde niet te ernstig is, kan het zijn dat wij er weinig moeite mee hebben de bijbelse raad toe te passen om ’elkaar vrijelijk te vergeven’ (Efeziërs 4:32). Zulk een vergevensgezindheid is in overeenstemming met Petrus’ geïnspireerde woorden: „Hebt bovenal intense liefde voor elkaar, want liefde bedekt een menigte van zonden” (1 Petrus 4:8). Door in gedachte te houden dat ook wij zondaars zijn, kunnen wij verzachtende omstandigheden aanvoeren voor de overtredingen van anderen. Wanneer wij aldus vergeven, laten wij de wrok varen in plaats van die te koesteren. Als gevolg daarvan behoeft onze relatie met de overtreder geen blijvende schade te ondervinden en dragen wij er ook toe bij dat de kostbare vrede van de gemeente bewaard blijft (Romeinen 14:19). Na verloop van tijd zal de herinnering aan wat hij heeft gedaan, vermoedelijk vervagen.

12. (a) Welk initiatief moeten wij wellicht nemen om vergeving te kunnen schenken aan iemand die ons diep gekwetst heeft? (b) Hoe geven de woorden uit Efeziërs 4:26 te kennen dat wij kwesties snel dienen op te lossen?

12 En als iemand nu eens in een ernstiger mate tegen ons zondigt en ons diep kwetst? Een vertrouwd vriend bijvoorbeeld heeft misschien iets zeer persoonlijks dat u hem had toevertrouwd, doorverteld. U voelt u diep gekwetst, in grote verlegenheid gebracht en verraden. U hebt getracht het van u af te zetten, doch de kwestie gaat maar niet uit uw geest. In dat geval moet u wellicht enig initiatief nemen om het probleem op te lossen, misschien door met de overtreder te praten. Het is verstandig dit te doen voordat de zaak aan u begint te knagen. Paulus spoorde ons aan: „Weest toornig en zondigt toch niet [dat wil zeggen, door toorn te koesteren of uit boosheid te handelen]; laat de zon niet ondergaan terwijl gij in een geërgerde stemming verkeert” (Efeziërs 4:26). Aan Paulus’ woorden wordt kracht bijgezet door het feit dat bij de joden de zonsondergang het einde van een dag en het begin van een nieuwe kenmerkte. Derhalve luidt het advies: Los de kwestie snel op! — Mattheüs 5:23, 24.

13. Wat dient ons doel te zijn wanneer wij iemand benaderen die ons beledigd heeft, en welke suggesties kunnen ons helpen dat doel te bereiken?

13 Hoe dient u de overtreder te benaderen? „Laat hij vrede zoeken en die nastreven”, zegt 1 Petrus 3:11. Uw doel is dan ook niet om boosheid te uiten, maar om vrede met uw broeder te sluiten. Daartoe is het het beste om heftige woorden en gebaren te vermijden; deze kunnen een soortgelijke reactie van de andere persoon uitlokken (Spreuken 15:18; 29:11). Vermijd bovendien overdreven uitspraken als „Jij bent altijd . . .!” of „Jij bent nooit . . .!” Zulke overtrokken commentaren kunnen alleen maar bewerken dat hij in de verdediging gaat. Geef in plaats daarvan door de toon van uw stem en uw gelaatsuitdrukking te kennen dat u een kwestie die u diep gekwetst heeft, wilt oplossen. Wees specifiek wanneer u uitlegt hoe u over het gebeurde denkt. Geef de andere persoon een kans om te verklaren waarom hij zo heeft gehandeld. Luister naar wat hij te zeggen heeft (Jakobus 1:19). Wat voor goeds zal daardoor tot stand worden gebracht? Spreuken 19:11 verklaart: „Het inzicht van een mens vertraagt stellig zijn toorn, en het is luister van zijn kant, de overtreding voorbij te gaan.” Begrip voor de gevoelens van de andere persoon en de redenen voor zijn daden kan negatieve gedachten en gevoelens jegens hem uitbannen. Wanneer wij de situatie benaderen met het doel vrede te stichten en die houding aan de dag blijven leggen, kan een eventueel misverstand zeer waarschijnlijk uit de weg worden geruimd, kunnen er passende verontschuldigingen worden aangeboden en kan er vergeving worden geschonken.

14. In welke zin dienen wij te vergeten wanneer wij anderen vergeven?

14 Betekent anderen vergeven dat wij het gebeurde in feite moeten vergeten? Roep u Jehovah’s eigen voorbeeld in dit opzicht te binnen, zoals in het voorgaande artikel is besproken. Wanneer de bijbel zegt dat Jehovah onze zonden vergeet, betekent dit niet dat hij ze zich niet te binnen kan brengen (Jesaja 43:25). In plaats daarvan vergeet hij in de zin dat als hij eenmaal heeft vergeven, hij ons deze zonden niet op een toekomstig tijdstip aanrekent (Ezechiël 33:14-16). Insgelijks betekent medemensen vergeven niet noodzakelijkerwijs dat wij ons niet te binnen zullen kunnen brengen wat zij gedaan hebben. Maar wij kunnen vergeten in de zin dat wij het de overtreder niet aanrekenen of het in de toekomst niet weer te berde brengen. Als de zaak aldus is opgelost, zou het niet gepast zijn erover te kletsen; ook zou het niet liefdevol zijn de overtreder volledig te mijden door hem als een uitgeslotene te behandelen (Spreuken 17:9). Het kan weliswaar enige tijd duren voordat onze relatie met hem hersteld is; misschien zullen wij elkaar nooit meer zo na staan als voordien. Maar wij hebben hem nog wel lief als onze christelijke broeder en doen ons best om vreedzame betrekkingen te onderhouden. — Vergelijk Lukas 17:3.

Wanneer vergeven onmogelijk lijkt

15, 16. (a) Wordt van christenen verlangd dat zij vergeving schenken aan een kwaaddoener die geen berouw heeft? (b) Hoe kunnen wij de bijbelse raad uit Psalm 37:8 toepassen?

15 Maar als anderen nu eens tegen ons zondigen op een wijze waardoor de diepste wonden worden toegebracht en de zonde toch niet wordt erkend, er geen berouw is en de overtreder zijn verontschuldiging niet aanbiedt? (Spreuken 28:13) De Schrift geeft duidelijk te kennen dat Jehovah onberouwvolle, verstokte zondaars niet vergeeft (Hebreeën 6:4-6; 10:26, 27). Hoe staat het met ons? In Hulp tot begrip van de bijbel wordt op bladzijde 1556 gezegd: „Van christenen [wordt] niet verlangd dat zij personen vergeven die boosaardig en moedwillig zonde beoefenen en geen berouw hebben. Zulke personen worden Gods vijanden.” Een christen die het slachtoffer is van een extreem onrechtvaardige, verfoeilijke of afschuwelijke behandeling, dient zich niet gedwongen te voelen een onberouwvolle kwaaddoener te vergeven. — Psalm 139:21, 22.

16 Begrijpelijkerwijze kunnen degenen die het slachtoffer zijn van wrede mishandeling zich gekrenkt en boos voelen. Maar bedenk dat het koesteren van toorn en wrok zeer schadelijk voor ons kan zijn. Als wij wachten op een bekentenis of verontschuldiging die nooit komt, zullen wij alleen maar steeds meer van streek raken. Wanneer wij geheel en al vervuld zijn van de onrechtvaardigheid, kan het zijn dat de boosheid aan ons blijft knagen met verwoestende gevolgen voor onze geestelijke, emotionele en fysieke gezondheid. In feite staan wij toe dat degene die ons heeft gekwetst, ons blijft kwetsen. De bijbel geeft de wijze raad: „Laat af van toorn en laat de woede varen” (Psalm 37:8). Sommige christenen hebben daarom ontdekt dat zij na verloop van tijd het besluit konden nemen te vergeven in de zin dat zij ermee ophielden wrok te koesteren — waarbij zij niet bagatelliseerden wat hun was aangedaan, maar weigerden door toorn verteerd te worden. Door de zaak volledig in de handen van de God der gerechtigheid te laten, ondervonden zij veel verlichting en waren zij in staat zonder wrokgevoelens verder te leven. — Psalm 37:28.

17. Welke vertroostende verzekering geeft de in Openbaring 21:4 opgetekende belofte van Jehovah?

17 Wanneer een wond zeer diep is, slagen wij er misschien niet in die volledig uit onze geest te bannen, althans niet in dit samenstel van dingen. Maar Jehovah belooft een nieuwe wereld waarin ’hij elke traan uit hun ogen zal wegwissen, en de dood niet meer zal zijn, noch rouw, noch geschreeuw, noch pijn meer zal zijn. De vroegere dingen zijn voorbijgegaan’ (Openbaring 21:4). Wat wij ons dan zullen herinneren, zal niet de diepe smart of pijn veroorzaken die nu wellicht ons hart bezwaart. — Jesaja 65:17, 18.

18. (a) Waarom moeten wij in onze omgang met onze broeders en zusters vergevensgezind zijn? (b) In welke zin kunnen wij, wanneer anderen tegen ons zondigen, vergeven en vergeten? (c) Hoe strekt dit ons tot voordeel?

18 Intussen moeten wij als broeders en zusters die onvolmaakte en zondige mensen zijn, met elkaar leven en samenwerken. Wij allen maken fouten. Van tijd tot tijd stellen wij elkaar teleur en kwetsen wij elkaar zelfs. Jezus wist heel goed dat wij anderen „niet tot zevenmaal toe, maar tot zevenenzeventig maal toe” zouden moeten vergeven! (Mattheüs 18:22) Wij kunnen weliswaar niet zo volledig vergeven als Jehovah dat doet. Toch kunnen wij in de meeste gevallen dat onze broeders en zusters tegen ons zondigen, vergeven in de zin dat wij wrok laten varen, en wij kunnen vergeten in de zin dat wij hun de kwestie niet oneindig in de toekomst aanrekenen. Wanneer wij aldus vergeven en vergeten, is dit niet alleen bevorderlijk voor het bewaren van de vrede van de gemeente, maar ook van onze eigen vrede van geest en hart. Bovenal zullen wij de vrede genieten die alleen onze liefdevolle God, Jehovah, kan verschaffen. — Filippenzen 4:7.

[Voetnoten]

a Volgens de Babylonische talmoed luidde één rabbijnse overlevering: „Indien een man een overtreding begaat, wordt het hem de eerste, de tweede en de derde keer vergeven, de vierde keer wordt het hem niet vergeven” (Yoma 86b). Dit was ten dele gebaseerd op een verkeerd begrip van teksten als Amos 1:3; 2:6 en Job 33:29.

b Uitgegeven door de Watchtower Bible and Tract Society of New York, Inc.

Overzichtsvragen

◻ Waarom dienen wij bereid te zijn anderen te vergeven?

◻ Wat voor situaties vergen dat wij ’elkaar blijven verdragen’?

◻ Wanneer wij door de zonden van anderen diep gekwetst zijn, wat kunnen wij dan doen om de kwestie vredig op te lossen?

◻ In welke zin dienen wij te vergeten wanneer wij anderen vergeven?

[Illustratie op blz. 16]

Wanneer wij wrok koesteren, kan het zijn dat de overtreder zich er niet van bewust is dat wij van streek zijn

[Illustratie op blz. 17]

Wanneer u anderen benadert om vrede te sluiten, kunnen misverstanden gemakkelijk uit de weg worden geruimd

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen