Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • Laten we op elkaar letten en elkaar aanmoedigen
    De Wachttoren 2013 | 15 augustus
    • 4. Welke raad moeten we opvolgen als we iemand willen aanmoedigen?

      4 Als we een bron van aanmoediging willen zijn, moeten we de raad opvolgen die Paulus aan de Hebreeuwse christenen gaf: „Laten wij op elkaar letten ten einde tot liefde en voortreffelijke werken aan te sporen,

  • Laten we op elkaar letten en elkaar aanmoedigen
    De Wachttoren 2013 | 15 augustus
    • Hebr. 10:24,

  • Laten we op elkaar letten en elkaar aanmoedigen
    De Wachttoren 2013 | 15 augustus
    • „OP ELKAAR LETTEN”

      5. Wat houdt het in ’op elkaar te letten’, en wat moeten we daarvoor doen?

      5 „Op elkaar letten” wil zeggen rekening houden met elkaars behoeften en aan elkaar denken. Dat wordt moeilijk als we anderen alleen maar kort begroeten in de Koninkrijkszaal of alleen een oppervlakkig praatje met ze maken. Natuurlijk zullen we erop letten dat we ons ’met onze eigen zaken bemoeien’ en ons niet ’inlaten met andermans zaken’ (1 Thess. 4:11; 1 Tim. 5:13). Maar als we onze broeders en zusters willen aanmoedigen, moeten we ze echt leren kennen: hun omstandigheden, hun eigenschappen, hun geestelijke instelling, hun sterke en zwakke punten. Ze moeten ons zien als vrienden en weten dat we van ze houden. Daarom moeten we tijd met ze doorbrengen — niet alleen als ze problemen hebben en ontmoedigd zijn, maar ook op andere momenten (Rom. 12:13).

      6. Hoe kunnen de ouderlingen ’letten op’ degenen die aan hun zorg zijn toevertrouwd?

      6 De ouderlingen krijgen de aansporing ’de kudde Gods die aan hun zorg is toevertrouwd gewillig te weiden’ (1 Petr. 5:1-3). Hoe kunnen ze die herderlijke zorg geven als ze hun schapen niet echt kennen? (Lees Spreuken 27:23.) Als ouderlingen klaarstaan voor de kudde en graag tijd met ze doorbrengen, zullen de schapen eerder hulp vragen als het nodig is. Broeders en zusters zullen het ook makkelijker vinden te vertellen wat ze echt bezighoudt, waardoor de ouderlingen kunnen ’letten op’ degenen die aan hun zorg zijn toevertrouwd en ze de nodige hulp kunnen geven.

      7. Hoe moeten we bezien wat ontmoedigde personen „in het wilde weg” zeggen?

      7 Paulus zei tegen de gemeente in Thessalonika: „Ondersteunt de zwakken.” (Lees 1 Thessalonicenzen 5:14.) „Terneergeslagen zielen” zijn in zekere zin zwak, net als personen die ontmoedigd zijn. Spreuken 24:10 zegt: „Hebt gij u ontmoedigd betoond op de dag van benauwdheid? Uw kracht zal gering zijn.” De woorden van iemand die erg ontmoedigd is, kunnen „in het wilde weg gesproken” zijn (Job 6:2, 3). Als we aandacht geven aan zulke personen moeten we in gedachte houden dat ze dingen kunnen zeggen die ze misschien niet echt menen. Rachelle maakte dat mee toen haar moeder ernstig depressief werd. Ze zegt: „Vaak zei m’n moeder iets heel hatelijks. Meestal probeerde ik me te herinneren wat voor persoon ze in werkelijkheid is — liefdevol, vriendelijk en ruimhartig. Ik kwam te weten dat depressieve personen veel dingen zeggen die ze niet menen. Het ergste wat je kunt doen, is er met boze woorden of daden op te reageren.” Spreuken 19:11 zegt: „Het inzicht van een mens vertraagt stellig zijn toorn, en het is luister van zijn kant, de overtreding voorbij te gaan.”

      8. Tegenover wie moeten we vooral onze liefde „bevestigen”, en waarom?

      8 Hoe kunnen we ’letten op’ iemand die ontmoedigd is door een zonde uit het verleden? Ook al heeft hij stappen ondernomen om dingen recht te zetten, hij kan zich nog steeds schamen voor wat hij heeft gedaan. Paulus schreef over een berouwvolle kwaaddoener in Korinthe: ’Gij dient hem goedgunstig te vergeven en te vertroosten, opdat zo iemand niet op de een of andere wijze door zijn overmatige bedroefdheid wordt verzwolgen. Daarom vermaan ik u, uw liefde jegens hem te bevestigen’ (2 Kor. 2:7, 8). Volgens een lexicon betekent de uitdrukking die met „bevestigen” vertaald is „geldig maken, bekrachtigen”. We kunnen er niet gewoon van uitgaan dat de persoon wel weet dat we van hem houden en bezorgd voor hem zijn. Hij moet het kunnen zien aan onze houding en daden.

      ’TOT LIEFDE EN VOORTREFFELIJKE WERKEN AANSPOREN’

      9. Wat houdt het in „tot liefde en voortreffelijke werken aan te sporen”?

      9 „Laten wij op elkaar letten ten einde tot liefde en voortreffelijke werken aan te sporen”, schreef Paulus. We moeten onze broeders en zusters motiveren om liefde te tonen en goede werken te doen. Als een vuur bijna uitgaat, moeten we het oppoken en aanblazen (2 Tim. 1:6). Zo kunnen we bij onze broeders en zusters de liefde voor God en hun naaste aanwakkeren. Een van de beste manieren om anderen tot goede werken te motiveren, is door ze gepaste complimenten te geven.

      Werk samen in de velddienst

      10, 11. (a) Wie hebben complimenten nodig? (b) Hoe kunnen complimenten iemand helpen die ’een misstap heeft gedaan’? Geef een voorbeeld.

      10 We hebben allemaal complimenten nodig, ook degenen die niet ontmoedigd zijn. „Mijn vader heeft niet één keer tegen me gezegd dat ik iets goed deed”, schreef een ouderling. „Dus ik groeide op zonder gevoel van eigenwaarde. (...) Hoewel ik nu vijftig ben, stel ik het nog steeds op prijs als mijn broeders en zusters me ervan blijven verzekeren dat ik mijn werk als ouderling goed doe. (...) Mijn eigen ervaring heeft me geleerd hoe belangrijk het is anderen aanmoediging te geven, en ik doe daar mijn uiterste best voor.” Complimenten zijn een stimulans voor ons allemaal, ook voor pioniers, ouderen en personen die misschien ontmoedigd zijn (Rom. 12:10).

      11 Als ’degenen die geestelijke hoedanigheden hebben iemand die een misstap heeft gedaan weer terecht trachten te brengen’, kunnen liefdevolle raad en gepaste complimenten hem motiveren weer het goede te doen (Gal. 6:1). Dat is wat een zuster genaamd Miriam heeft geholpen. Ze schrijft: „Ik maakte een traumatische periode in mijn leven door toen enkele goede vrienden de waarheid verlieten en mijn vader een hersenbloeding kreeg. Ik werd erg depressief. In een poging mijn depressie te boven te komen begon ik met een wereldse vriend uit te gaan.” Daardoor kreeg ze het gevoel dat ze Jehovah’s liefde niet verdiende, en ze dacht erover de waarheid te verlaten. Toen een ouderling haar aan haar vroegere trouwe dienst herinnerde, raakte dat haar diep. Ze gaf de ouderlingen de kans om haar ervan te verzekeren dat Jehovah nog steeds van haar hield. Als gevolg daarvan bloeide haar liefde voor Jehovah weer op. Ze verbrak de relatie met haar vriend en bleef Jehovah dienen.

      Spoor tot liefde en voortreffelijke werken aan

      12. Wat kan er gebeuren als we iemand op een negatieve manier „aansporen”?

      12 We moeten er voorzichtig mee zijn op welke manier we onze broeders en zusters „aansporen” God ijverig te blijven dienen. We moeten ze niet met anderen vergelijken, geen kritiek op ze hebben omdat ze zich niet houden aan starre regels die we hebben opgesteld en ze geen schuldgevoel geven omdat ze niet meer doen. Dat werkt misschien even, maar de resultaten zijn hooguit tijdelijk. Voor een blijvende, positieve uitwerking is het beter iemand te prijzen en een beroep te doen op zijn liefde voor God. (Lees Filippenzen 2:1-4.)

Nederlandse publicaties (1950-2025)
Afmelden
Inloggen
  • Nederlands
  • Delen
  • Instellingen
  • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
  • Gebruiksvoorwaarden
  • Privacybeleid
  • Privacyinstellingen
  • JW.ORG
  • Inloggen
Delen