Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • w88 15/6 blz. 28-31
  • Op Gods wijze een geordineerde bedienaar worden

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • Op Gods wijze een geordineerde bedienaar worden
  • De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1988
  • Onderkopjes
  • Vergelijkbare artikelen
  • Voordat iemand wordt gedoopt
  • Geordineerd als bedienaren van het Koninkrijk
  • Ons in de bediening inspannen
  • Is ordinatie door de doop geldig?
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1957
  • Wie zijn Gods dienaren in deze tijd?
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 2000
  • Door God geordineerde bedienaren van het evangelie
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1960
  • Uw geweten tegenover Jehovah
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1970
Meer weergeven
De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1988
w88 15/6 blz. 28-31

Op Gods wijze een geordineerde bedienaar worden

EEN bezoeker zal waarschijnlijk geïntrigeerd — misschien zelfs heel verbaasd — geweest zijn door wat hij hoorde. Het tafereel was een congres van Jehovah’s Getuigen. Er werd een toespraak gehouden tot een groep mensen die op het punt stonden gedoopt te worden. Verbazingwekkend genoeg zei de spreker tot deze doopkandidaten: „Jullie aanwezigheid in deze groep doopkandidaten geeft te kennen dat jullie een geordineerde bedienaar van het Koninkrijk willen worden.”

’Hoe kan dat nu?’ zal een bezoeker misschien gevraagd hebben. ’Is de doop niet voor personen die pas met het christendom in contact gekomen zijn — en voor baby’s? Heeft men er geen jaren van intensieve opleiding en scholing voor nodig om een geordineerde bedienaar te worden?’ Misschien redeneert u ook wel zo. Maar wat de bijbel in werkelijkheid over doop en ordinatie zegt, zal u misschien verbazen.

Voordat iemand wordt gedoopt

Om te beginnen is de doop niet voor personen die nog maar pas op de hoogte geraakt zijn van de christelijke boodschap. In Handelingen 8:12 toont de bijbel aan dat mensen in de eerste eeuw werden gedoopt nadat ’zij geloofden’. Matthéüs 28:19 toont bovendien aan dat iemand een ’discipel’ moet worden voordat hij gedoopt wordt. En hoe wordt men een ’gelovige’ of ’discipel’ (’onderwezene’)? Door een zorgvuldige studie van de bijbel! Op deze wijze verwerft men een nauwkeurige kennis van Jezus en Jehovah God (Johannes 17:3). Pas nadat iemand deze kennis heeft verworven, verkeert hij in de positie dat hij kan overwegen zich te laten dopen. In de eerste eeuw kregen nieuwe bekeerlingen zulk onderricht van personen die reeds christenen waren. — Handelingen 8:31, 35, 36.

In deze tijd zijn er in de gemeenten van Jehovah’s Getuigen insgelijks regelingen voor getroffen dat geïnteresseerde personen een gratis huisbijbelstudie kunnen ontvangen. Iemand met een ontvankelijk hart krijgt langzamerhand meer waardering voor wat hij leert. Hij wordt ertoe bewogen zijn pas ontwikkelde overtuiging met anderen te delen (Romeinen 10:8-10). Hij begint geregeld de christelijke vergaderingen te bezoeken, waar hij nog meer bijbels onderricht ontvangt (Hebreeën 10:24, 25). En nadat dit weken of maanden zo is doorgegaan, ontwikkelt de nieuwe gelovige het verlangen de bijbelse raad op te volgen die in Romeinen 12:1 staat: „Dientengevolge verzoek ik u dringend, broeders, op grond van Gods mededogen, uw lichaam aan te bieden als een slachtoffer dat levend, heilig en God welgevallig is, een heilige dienst met uw denkvermogen.”

Door kennis alleen kan iemand er echter niet voor in aanmerking komen deze opdracht te doen. Men moet ook berouw hebben en ’zich omkeren’ (Handelingen 3:19). Waarom is dit zo? Om de waarheid te zeggen, sommigen hebben een immoreel leven geleid voordat zij Gods maatstaven leerden kennen. Anderen zijn verwikkeld geweest in zelfzuchtige bezigheden. Maar om zich als „heilig en God welgevallig” aan God aan te bieden, moeten zij er blijk van geven dat zij zulke vroegere daden betreuren. Zij moeten er berouw van hebben dat zij hun leven, vitaliteit en vermogens voor het najagen van onschriftuurlijke bezigheden hebben gebruikt. Een dergelijk berouw moet ook vergezeld gaan van juiste daden, zodat zij zich werkelijk ’omkeren’ of hun levenswijze veranderen.

Om de nieuwe gelovige verder te helpen, treffen christelijke ouderlingen er regelingen voor met hem samen te komen en tijd te besteden aan een overzicht van de fundamentele leerstellingen van de bijbel. Dit geeft de ouderlingen onder andere de verzekering dat de toekomstige christen een nauwkeurige kennis van Gods voornemens heeft verworven. En zulk een overzicht blijkt voor de leerling vanzelfsprekend uiterst nuttig te zijn. Zo nodig worden bepaalde kwesties die niet goed werden begrepen, opgehelderd.

Over het algemeen is het tijdens congressen of grote vergaderingen van Jehovah’s Getuigen mogelijk zich te laten dopen. Bij zulke gelegenheden wordt er een duidelijke toespraak tot de doopkandidaten gehouden. Zij worden eraan herinnerd dat de doop niet een kwestie is van zich bij een nieuwe religie aansluiten. Jezus zei: „Wil iemand achter mij komen, dan moet hij zichzelf verloochenen en zijn martelpaal opnemen en mij voortdurend volgen.” — Matthéüs 16:24.

De kandidaten worden vervolgens herinnerd aan de diepe betekenis van de doop. Vaak wordt de tekst in 1 Petrus 3:21 voorgelezen: „Ook nu wordt gij gered door dat wat hiermee overeenkomt, namelijk de doop (niet het wegdoen van de vuiligheid van het vlees, maar het verzoek aan God om een goed geweten), krachtens de opstanding van Jezus Christus.” Hier vergelijkt Petrus de doop met Noachs ervaring toen hij door de wateren van de Vloed ging. Hoewel die wateren doodaanbrengend bleken te zijn voor de goddeloze aardbevolking, bleken ze levenreddend te zijn voor Noach, aangezien ze hem veilig droegen toen hij zich in de ark bevond. Evenzo worden christenen door de doop ’gered’ van deze goddeloze wereld. Als iemand op basis van zijn geloof in de voordelen van de dood en opstanding van Jezus Christus gedoopt wordt, verkeert hij in zekere zin in een ’geredde’ toestand voor het aangezicht van God. Hij wordt niet langer als een deel van dit tot vernietiging gedoemde goddeloze geslacht beschouwd. — Zie Handelingen 2:40.

De stap om zich te laten dopen, dient daarom niet gedaan te worden in een emotionele opwelling, zoals zo vaak gebeurt op religieuze opwekkingssamenkomsten. Dit wordt krachtig beklemtoond door het feit dat de bedienaar die de leiding heeft over de doop, de nieuwe discipelen vóór hun werkelijke onderdompeling twee doordringende vragen stelt. Hun bevestigende antwoord vormt een „openbare bekendmaking” van hun geloof in de losprijs en van het feit dat zij zich onvoorwaardelijk aan Jehovah hebben opgedragen (Romeinen 10:9, 10). Nu zijn zij gereed voor de waterdoop.

Geordineerd als bedienaren van het Koninkrijk

De volledige onderdompeling in water is een passend symbool van hun opdracht aan God. Als zij onder water zijn, is het alsof zij ten aanzien van hun vroegere levenswijze gestorven zijn. Als zij uit het water omhoogkomen, is het alsof zij nu levend zijn ten aanzien van een nieuwe loopbaan van zelfopoffering in de dienst voor God. — Vergelijk Romeinen 6:2-4.

Hoe past ordinatie echter in het beeld van de doop? Merk op wat in M’Clintock en Strongs Cyclopædia of Biblical, Theological, and Ecclesiastical Literature (1877), Deel VII, bladzijde 411, wordt gezegd: „Ordinatie duidt op de aanstelling of benoeming van een persoon in een geestelijk ambt, hetzij met of zonder bijkomende ceremoniën.” (Wij cursiveren.) Hiermee wordt toegegeven dat er geen ordinatiecertificaat of uitgebreide ceremonie vereist is om een christelijke bedienaar te zijn.

Maar leert de bijbel dit? Beschouw Jezus Christus eens. Hij was ongetwijfeld de belangrijkste aangestelde dienaar van God. Maar onderging hij de een of andere uitgebreide ordinatieceremonie voordat hij met zijn predikingswerk begon? Bezat hij een certificaat dat hem als een bedienaar identificeerde? Integendeel. Nadat hij eenvoudig in water ondergedompeld was, gaf God te kennen dat hij Jezus als zijn Zoon goedkeurde en ordineerde Hij hem als Zijn aangestelde dienaar. — Markus 1:9-11; Lukas 4:18-21.

Hoe staat het met de eerste-eeuwse christenen? Er is geen bericht voorhanden van de een of andere uitgebreide ordinatie voor deze vroege christelijke bedienaren. Het verslag in Handelingen maakt herhaaldelijk melding van eenvoudige doopdiensten van gelovigen. Na hun doop namen zij ijverig deel aan de openbare bediening. — Zie Handelingen 2:41-47; 8:36-39; 22:14-16.

Welk bewijs hadden zulke bedienaren van hun ordinatie? Paulus zegt in 2 Korinthiërs 3:1-3: „Beginnen wij ons weer aan te bevelen? Of hebben wij misschien, zoals sommigen, aanbevelingsbrieven voor u of van u nodig? Gijzelf zijt onze brief, geschreven op ons hart en gekend en gelezen door alle mensen. Want het is duidelijk dat gij een brief van Christus zijt, geschreven door ons als bedienaren, niet met inkt geschreven, maar met geest van een levende God, niet op stenen tafelen, maar op vleselijke tafelen, op harten.” De uitwerking van Gods geest op het hart van deze onderwezenen, bracht een nieuwe persoonlijkheid voort, die door alle waarnemers gezien kon worden. Door dit getuigenis werd duidelijk genoeg bewezen dat God degenen die er een aandeel aan hadden deze nieuwe discipelen te onderwijzen, werkelijk had geordineerd.

Ons in de bediening inspannen

Ook thans wordt een bedienaar herkend aan zijn werken. Het is hem ernst zich in zijn bediening ’krachtig in te spannen’ (Lukas 13:24). Hij beziet zijn bediening als een groots voorrecht van God en beschouwt ze niet als iets vanzelfsprekends. — 1 Timótheüs 1:12-16.

De Koninkrijksprediking is de belangrijkste verplichting van zulke bedienaren. Alle andere bezigheden moeten beperkt worden, opdat zij ’hun bediening ten volle kunnen volbrengen’ (2 Timótheüs 4:2, 5). Natuurlijk moeten zij in de fysieke behoeften van zowel zichzelf als hun gezin voorzien. Maar zij zijn ’tevreden met voedsel, kleding en onderdak’. Zij laten niet toe dat persoonlijke bezigheden of persoonlijke verlangens hen van de bediening aftrekken (1 Timótheüs 5:8; 6:7, 8; Filippenzen 2:20-22). Zij vergewissen zich van de „belangrijker dingen” (Filippenzen 1:10). Hun streven is erop gericht zich het voortreffelijke voorbeeld van Jezus Christus voor ogen te stellen, wiens leven rondom de Koninkrijksprediking opgebouwd was. — Lukas 4:43; Johannes 18:36, 37.

Toch bevindt iemand zich bij zijn doop tot geordineerde bedienaar in werkelijkheid nog in de vroege stadiums van zijn dienst voor God. Het is waar dat hij Christus Jezus en Jehovah God heeft leren kennen. Ook heeft hij veel veranderingen in zijn leven aangebracht, zodat er geen aanmerkingen op zijn christelijke bediening gemaakt kunnen worden (2 Korinthiërs 6:3). De pasgedoopte christen moet nog in veel opzichten groeien. Zijn doop, die zijn ordinatie betekent, is slechts één belangrijke mijlpaal in zijn groei als christen (Filippenzen 3:16). Daarom moet elke geordineerde bedienaar ermee voortgaan een intense waardering voor geestelijke zaken op te bouwen. Hij moet in zijn schema tijd opnemen voor persoonlijke studie. Hij moet voordeel trekken van alle voorzieningen die zijn getroffen opdat de gemeente kan bijeenkomen. Hij moet eraan werken de kwaliteit van zijn gebeden te verbeteren, waardoor er een intiemere persoonlijke verhouding met God ontstaat. — Lukas 6:45; 1 Thessalonicenzen 5:11; 1 Petrus 4:7.

Wij hopen dat deze schriftuurlijke gedachten u hebben geholpen te begrijpen waarom degenen die als aangestelde dienaren van God dienst willen verrichten, geen universitaire graad nodig hebben. Ruim drie miljoen getuigen van Jehovah dienen God getrouw als zijn dienstknechten en verkondigen de waarheden die in zijn Woord staan opgetekend. Waarom zou u zich niet door een van hen laten helpen om kennis van de bijbel te verkrijgen?

[Illustratie op blz. 29]

Volgens de bijbel wordt een christelijke bedienaar geordineerd bij de doop

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen