Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • w97 15/8 blz. 30
  • Vragen van lezers

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • Vragen van lezers
  • De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1997
  • Vergelijkbare artikelen
  • Jezus’ komst of Jezus’ tegenwoordigheid — Welke van de twee?
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1996
  • Waarom Gods naam in de gehele bijbel dient voor te komen
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1971
  • Gods naam in de christelijke Geschriften
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1984
  • Jehovah
    Redeneren aan de hand van de Schrift
Meer weergeven
De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1997
w97 15/8 blz. 30

Vragen van lezers

Is het Tetragrammaton (de vier Hebreeuwse letters van Gods naam) te vinden in de Hebreeuwse tekst van Mattheüs die afgeschreven werd door de veertiende- eeuwse joodse arts Sem-Tob ben Isaäk ibn Sjaproet?

Nee, dat is niet het geval. Deze tekst van Mattheüs gebruikt echter wel negentienmaal hasj·Sjemʹ (uitgeschreven of afgekort), zoals op bladzijde 13 van De Wachttoren van 15 augustus 1996 wordt aangegeven.

Het Hebreeuwse hasj·Sjemʹ betekent „de Naam”, hetgeen beslist betrekking heeft op de goddelijke naam. In de tekst van Sem-Tob staat bijvoorbeeld een verkorte vorm van hasj·Sjemʹ in Mattheüs 3:3, een passage waarin Mattheüs Jesaja 40:3 aanhaalde. Het is redelijk te concluderen dat wanneer Mattheüs een vers uit de Hebreeuwse Geschriften aanhaalde waarin het Tetragrammaton staat, hij de goddelijke naam in zijn evangelie opnam. Dus hoewel de Hebreeuwse tekst die Sem-Tob verschafte het Tetragrammaton niet gebruikt, ondersteunt het gebruik van „de Naam” in die tekst, zoals in Mattheüs 3:3, het gebruik van „Jehovah” in de christelijke Griekse Geschriften.

Sem-Tob kopieerde de Hebreeuwse tekst van Mattheüs in zijn polemische werk ʼEʹven boʹchan. Maar wat was de bron van die Hebreeuwse tekst? Professor George Howard, die uitvoerig onderzoek heeft gedaan naar deze kwestie, oppert dat „Sem-Tobs Hebreeuwse Mattheüs ergens uit de eerste vier eeuwen van het christelijke tijdperk stamt”.a Anderen zijn het hierin wellicht niet met hem eens.

Howard merkt op: „De Hebreeuwse Mattheüs die in deze tekst is opgenomen, wordt in het bijzonder gekenmerkt door de vele afwijkingen van de canonieke Griekse Mattheüs.” Volgens Sem-Tobs tekst zei Jezus bijvoorbeeld over Johannes: „Voorwaar, ik zeg u: Onder hen die uit vrouwen geboren zijn, is er geen grotere opgestaan dan Johannes de Doper.” De daarop aansluitende woorden van Jezus: „Maar wie een mindere is in het koninkrijk der hemelen, is groter dan hij”, worden weggelaten (Mattheüs 11:11). Op ongeveer soortgelijke wijze zijn er vele verschillen tussen de bestaande Hebreeuwse tekst van de Hebreeuwse Geschriften en de bewoordingen in de overeenkomstige tekst van de Griekse Septuaginta-vertaling. Hoewel wij hun verschillen erkennen, kunnen zulke oude teksten toch enig nut hebben in vergelijkende studies.

Zoals gezegd staat in Sem-Tobs tekst van Mattheüs „de Naam” waar er goede reden is om te geloven dat Mattheüs in werkelijkheid het Tetragrammaton heeft gebruikt. Daarom wordt de tekst van Sem-Tob sinds 1950 aangewend als ondersteuning voor het gebruik van de goddelijke naam in de christelijke Griekse Geschriften en nog steeds aangehaald in De Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen.b

[Voetnoten]

a Zie ook New Testament Studies, Jaargang 43, Nummer 1, januari 1997, blz. 58-71.

b In 1984 (Engels; Nederlands: 1988, 1995) uitgegeven door de Watchtower Bible and Tract Society of New York, Inc.

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen