Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • Jehovah ’geeft heilige geest aan wie hem erom vragen’
    De Wachttoren 2006 | 15 december
    • 4 Jezus zei: „Wie van u zal een vriend hebben en zal midden in de nacht naar hem toe gaan en tot hem zeggen: ’Vriend, leen mij drie broden, want zojuist is er een vriend van mij van een reis bij mij aangekomen en ik heb niets om hem voor te zetten’? En die geeft van binnen uit ten antwoord: ’Val mij niet langer lastig. De deur is al op slot en mijn jonge kinderen zijn met mij in bed; ik kan niet opstaan om u iets te geven.’ Ik zeg u: Al zal hij niet opstaan en hem iets geven omdat hij zijn vriend is, dan zal hij stellig om zijn vrijpostig aandringen opstaan en hem geven al wat hij nodig heeft.” Vervolgens legde Jezus uit wat deze illustratie met bidden te maken heeft: „Derhalve zeg ik u: Blijft vragen, en het zal u gegeven worden; blijft zoeken, en gij zult vinden; blijft kloppen, en er zal u opengedaan worden. Want al wie vraagt, ontvangt, en al wie zoekt, vindt, en al wie klopt, hem zal opengedaan worden.” — Lukas 11:5-10.

  • Jehovah ’geeft heilige geest aan wie hem erom vragen’
    De Wachttoren 2006 | 15 december
    • 6. Hoe dachten de mensen in Jezus’ tijd over het betonen van gastvrijheid?

      6 Jezus laat ons niet alleen zien hoe we moeten bidden — we moeten onbeschroomd blijven vragen — maar ook waarom we dat moeten doen. Om die les echt goed te begrijpen, moeten we nagaan hoe de mensen die luisterden naar Jezus’ illustratie over de gastheer die zich niet liet afschepen, over gastvrijheid dachten. Uit tal van bijbelpassages blijkt dat de zorg voor bezoekers in bijbelse tijden ernstig werd opgevat, vooral door Gods aanbidders (Genesis 18:2-5; Hebreeën 13:2). Het was een schande als iemand geen gastvrijheid betoonde (Lukas 7:36-38, 44-46). Laten we met dat in gedachten Jezus’ verhaal nog eens bekijken.

      7. Waarom schaamt de gastheer in Jezus’ illustratie zich er niet voor zijn vriend wakker te maken?

      7 De gastheer in de illustratie krijgt midden in de nacht bezoek. Hij voelt zich gedrongen zijn gast wat te eten te geven, maar hij heeft „niets om hem voor te zetten”. In zijn ogen is dit een noodsituatie! Hij moet hoe dan ook aan brood zien te komen. Dus gaat hij naar een vriend toe en maakt hem ongegeneerd wakker. „Vriend, leen mij drie broden”, roept hij. Hij herhaalt zijn verzoek net zolang tot hij krijgt wat hij nodig heeft. Pas als hij de broden heeft kan hij een goede gastheer zijn.

      Hoe harder we het nodig hebben, hoe harder we erom bidden

      8. Wat zal ons ertoe aanzetten voortdurend om heilige geest te bidden?

      8 Wat leert de illustratie ons over de reden waarom we met volharding bidden? De man bleef om brood vragen omdat hij van mening was dat hij die broden absoluut nodig had om zich van zijn plicht als gastheer te kunnen kwijten (Jesaja 58:5-7). Zonder brood zou hij tekortschieten. Zo blijven ook wij tot God bidden en om zijn geest vragen omdat we beseffen dat we Gods geest absoluut nodig hebben om onze dienst als ware christenen te kunnen volbrengen (Zacharia 4:6). Zonder die geest lukt dat ons niet (Mattheüs 26:41). Zie je welke belangrijke conclusie we uit deze illustratie kunnen trekken? Als we ervan overtuigd zijn dat we Gods geest dringend nodig hebben, is de kans groter dat we erom blijven vragen.

      9, 10. (a) Illustreer waarom we God om zijn geest moeten blijven vragen. (b) Welke vraag moeten we onszelf stellen, en waarom?

      9 Laten we die les nu eens doortrekken naar onze tijd. Stel dat een van je gezinsleden midden in de nacht ziek wordt. Zou je een arts uit zijn bed bellen? Niet als het om iets onbenulligs gaat. Maar gaat het om een hartinfarct, dan zou je je er niet voor schamen een dokter te bellen. Waarom niet? Omdat het een noodgeval betreft. Je weet dat er absoluut deskundige hulp nodig is. Geen hulp inroepen kan fataal zijn. Zo zien ook ware christenen zich in zekere zin voortdurend met een noodsituatie geconfronteerd. Satan gaat immers rond als „een brullende leeuw” die ons probeert te verslinden (1 Petrus 5:8). We hebben absoluut de hulp van Gods geest nodig willen we geestelijk in leven blijven. Niet Gods hulp inroepen zou fataal kunnen zijn. Vandaar dat we God onbeschroomd om zijn heilige geest blijven vragen (Efeziërs 3:14-16). Het is de enige manier om de kracht te behouden die nodig is om ’tot het einde te volharden’. — Mattheüs 10:22; 24:13.

Nederlandse publicaties (1950-2025)
Afmelden
Inloggen
  • Nederlands
  • Delen
  • Instellingen
  • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
  • Gebruiksvoorwaarden
  • Privacybeleid
  • Privacyinstellingen
  • JW.ORG
  • Inloggen
Delen