Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • w89 15/3 blz. 8-9
  • De rijke man en Lazarus

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • De rijke man en Lazarus
  • De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1989
  • Vergelijkbare artikelen
  • De rijke man en Lazarus
    De grootste mens die ooit heeft geleefd
  • De rijke man en Lazarus: Een grote verandering
    Jezus: De weg, de waarheid, het leven
  • De armen verhoogd en vertroost
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehova’s koninkrijk 1951
  • Een rijke man in Hades
    Is dit leven alles wat er is?
Meer weergeven
De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1989
w89 15/3 blz. 8-9

Jezus’ leven en bediening

De rijke man en Lazarus

JEZUS heeft met zijn discipelen gesproken over het juiste gebruik van stoffelijke rijkdom en heeft uitgelegd dat wij geen slaven van deze rijkdom en terzelfder tijd slaven van God kunnen zijn. De Farizeeën horen dit ook, en aangezien zij het geld liefhebben, gaan zij Jezus honen. Daarom zegt hij tot hen: „Gij zijt het die uzelf rechtvaardig verklaart voor de mensen, maar God kent uw hart; want wat hoog is onder de mensen, is iets walgelijks in Gods ogen.”

De tijd is aangebroken dat met betrekking tot degenen die rijk zijn in wereldse goederen, politieke macht en religieuze autoriteit en invloed, de rollen worden omgekeerd. Zij zullen worden verlaagd, terwijl degenen die hun geestelijke nood beseffen, zullen worden verhoogd. Jezus vestigt de aandacht op deze verandering als hij vervolgens tot de Farizeeën zegt:

„De Wet en de Profeten waren tot Johannes [de Doper]. Van die tijd af wordt het koninkrijk Gods als goed nieuws bekendgemaakt, en alle soorten van mensen dringen ernaar op. Voorwaar, het is gemakkelijker dat hemel en aarde voorbijgaan, dan dat er één deeltje van een letter van de Wet onvervuld blijft.”

De schriftgeleerden en de Farizeeën gaan er prat op dat zij zich, zoals zij beweren, trouw aan de wet van Mozes houden. Bedenk dat toen Jezus een blinde man in Jeruzalem op wonderbare wijze ziende had gemaakt, zij snoevend zeiden: „Wij zijn discipelen van Mozes. Wij weten dat God tot Mozes heeft gesproken.” Maar nu is het doel waarvoor de wet van Mozes werd gegeven, namelijk om nederige mensen naar Gods aangestelde Koning, Jezus Christus, te leiden, verwezenlijkt. Vanaf het begin van Johannes’ bediening spannen alle soorten van mensen, vooral de nederigen en de armen, zich dus in om onderdanen van Gods koninkrijk te worden.

Aangezien de Mozaïsche wet nu in vervulling gaat, moet de verplichting om haar te houden, uit de weg geruimd worden. De Wet staat echtscheiding op verschillende gronden toe, maar Jezus zegt nu: „Een ieder die zich van zijn vrouw laat scheiden en een ander trouwt, pleegt overspel, en wie een van een man gescheiden vrouw trouwt, pleegt overspel.” Wat moeten zulke uitspraken een irritatie bij de Farizeeën hebben gewekt, vooral omdat zij echtscheiding op vele gronden toestaan!

Terwijl Jezus zich nog steeds tot de Farizeeën richt, spreekt hij een illustratie uit die over twee mannen handelt wier status, of situatie, uiteindelijk dramatisch verandert. Kunt u vaststellen wie door de mannen worden afgebeeld en wat de ommekeer in hun respectieve situaties te betekenen heeft?

„Een zeker mens nu was rijk,” legt Jezus uit, „en hij doste zich meestal in purper en linnen en leidde van dag tot dag een vrolijk en weelderig leven. Maar een zekere bedelaar, Lazarus genaamd, die met zweren overdekt was, werd gewoonlijk aan zijn poort neergelegd en begeerde verzadigd te worden met wat er van de tafel van de rijke viel. Ja, ook kwamen de honden zijn zweren likken.”

Jezus gebruikt hier de rijke man als een afbeelding van de joodse religieuze leiders, tot wie niet alleen de Farizeeën en de schriftgeleerden behoren, maar ook de Sadduceeën en de overpriesters. Zij zijn rijk wat geestelijke voorrechten en gelegenheden betreft en gedragen zich net als de rijke man. Het koninklijk purper dat zij dragen, beeldt hun begunstigde positie af, en het witte linnen vormt een afbeelding van hun zelfrechtvaardigheid.

De leden van deze trotse rijke-manklasse zien met de grootste minachting op de arme, gewone mensen neer en noemen hen ʽam ha·ʼaʹrets, of volk van de aarde. De bedelaar Lazarus vormt derhalve een afbeelding van deze mensen, aan wie de religieuze leiders juiste geestelijke voeding en voorrechten onthouden. Net als in het geval van de met zweren overdekte Lazarus wordt op het gewone volk neergezien als geestelijk zieke personen die alleen geschikt zijn om in het gezelschap van honden te verkeren. Toch hongeren en dorsten degenen die tot de Lazarusklasse behoren naar geestelijk voedsel, en daarom bevinden zij zich bij de poort, in de hoop de armzalige brokjes geestelijk voedsel te ontvangen die eventueel van de tafel van de rijke man vallen.

Jezus beschrijft vervolgens hoe zowel de rijke man als Lazarus een verandering van toestand ondergaan. Wat voor verandering is dit, en wat wordt erdoor afgebeeld? Deze vragen zullen in de volgende uitgave van ons tijdschrift worden beschouwd. Lukas 16:14-21; Johannes 9:28, 29; Matthéüs 19:3-9; Galaten 3:24; Kolossenzen 2:14.

◆ Welke verandering doet zich vanaf het begin van Johannes’ bediening voor, zoals Jezus te kennen geeft?

◆ Wat moet bij Jezus’ dood uit de weg geruimd worden, en hoe zal dit van invloed zijn op de kwestie van echtscheiding?

◆ Wie worden in Jezus’ illustratie afgebeeld door de rijke man en door Lazarus?

◆ Welke inlichtingen kunnen wij in de volgende uitgave van dit tijdschrift verwachten?

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen