Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • g90 8/9 blz. 22-23
  • Een opstanding in het geval van zelfmoord?

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • Een opstanding in het geval van zelfmoord?
  • Ontwaakt! 1990
  • Onderkopjes
  • Vergelijkbare artikelen
  • Theologen loochenen de opstandingshoop
  • Een onrechtvaardige die een opstanding zal krijgen
  • Een barmhartige gelegenheid
  • De verantwoorde, schriftuurlijke kijk op het leven
  • Zelfdoding onder jongeren — Een ware plaag
    Ontwaakt! 1998
  • Een mondiaal probleem
    Ontwaakt! 2001
  • Waarom de toename van het zelfmoordprobleem?
    Ontwaakt! 1975
  • Waarom mensen niet verder willen leven
    Ontwaakt! 2001
Meer weergeven
Ontwaakt! 1990
g90 8/9 blz. 22-23

De zienswijze van de bijbel

Een opstanding in het geval van zelfmoord?

HET tragische nieuws van een zelfmoord sluit in het leven van familie en vrienden geen hoofdstuk af; het opent er een: een hoofdstuk waarin allerlei emoties elkaar verdringen — medelijden en woede, verdriet en schuldgevoel. En het doet de vraag rijzen: Mogen wij enige hoop koesteren voor onze vriend of vriendin die zich het leven heeft benomen?a

Hoewel zelfdoding nooit juist, nooit gerechtvaardigd is, maakte de apostel Paulus wel melding van een schitterende hoop voor zelfs sommige onrechtvaardigen. Zo vertelde hij een Romeinse rechtbank: „Op God heb ik mijn hoop gesteld . . . dat er een opstanding zal zijn van zowel de rechtvaardigen als de onrechtvaardigen.” — Handelingen 24:15.

Niettemin is elke suggestie dat de opstanding van de onrechtvaardigen wellicht hoop zou bieden voor degenen die zelfmoord plegen, lang door veel theologen verworpen. Waarom?

Theologen loochenen de opstandingshoop

William Tyndale gaf een deel van het probleem aan in het voorwoord van zijn zestiende-eeuwse bijbel: „Wanneer u de zielen van de overledenen in de hemel, de hel of het vagevuur plaatst, vernietigt u de argumenten waarmee Christus en Paulus de opstanding bewijzen.” Ja, eeuwen geleden introduceerden geestelijken een niet-bijbels denkbeeld: onsterfelijke zielen die bij de dood het lichaam verlaten en regelrecht naar de hemel, het vagevuur, het voorgeborchte of de hel gaan. Dat denkbeeld botste met de duidelijke bijbelse leer van een toekomstige opstanding. Zo vroeg de baptiste predikant Charles Andrews: „Als de ziel reeds gelukzalig in de hemel is (of reeds de verdiende straf in een brandende hel ondergaat), wat is er dan verder nog nodig?” Hij voegde eraan toe: „Deze innerlijke tegenstrijdigheid heeft christenen door de eeuwen heen voortdurend gekweld.”

Eén gevolg van die dwaalleer was, dat „sinds de tijd van Augustinus [354–430 G.T.] zelfmoord door de kerk is veroordeeld als een zonde,” zegt Arthur Droge in Bible Review van december 1989, „een zonde waarvoor geen verlossing mogelijk is, net als afval en overspel”.

Met het harde „geen verlossing mogelijk”, of reddeloos prijsgegeven aan het hellevuur, werd de discussie rond het al dan niet bij de dood veroordeeld zijn, doorgetrokken tot de uiterste — en uiterst zwakke — consequentie. Zo erkent de National Catholic Reporter: „Twee van de grootste kerkgeleerden spraken zich fel uit tegen zelfmoord — Augustinus, die het als ’een verfoeilijk en verdoemelijk kwaad’ brandmerkte, en Thomas van Aquino, die te kennen gaf dat het een [onvergeeflijke] doodzonde tegen God en de samenleving was — maar niet alle geestelijken hebben daarmee ingestemd.”

Gelukkig kunnen wij een dergelijke „innerlijke tegenstrijdigheid” vermijden door twee verenigbare bijbelse waarheden te aanvaarden. Als eerste dat „de ziel die zondigt, . . . zal sterven” (Ezechiël 18:4). Als tweede dat de werkelijke hoop voor dode zielen (mensen) een terugkeer tot het leven is door ’een opstanding van zowel de rechtvaardigen als de onrechtvaardigen’ (Handelingen 24:15). Wat mogen wij dan redelijkerwijs verwachten voor mensen die zelfmoord plegen?

Een onrechtvaardige die een opstanding zal krijgen

Jezus zei tegen een ter dood veroordeelde misdadiger: „Gij zult met mij in het Paradijs zijn.” De man was onrechtvaardig — niet zozeer een radeloos zelfmoordslachtoffer als wel een wetsovertreder — schuldig zoals hij zelf openlijk toegaf (Lukas 23:39-43). Hij had niet de hoop naar de hemel te gaan om met Jezus te regeren. Derhalve zou het Paradijs waarin deze dief kon hopen tot het leven terug te keren, de schitterende aarde zijn onder de heerschappij van het koninkrijk van Jehovah God. — Mattheüs 6:9, 10; Openbaring 21:1-4.

Met welk doel zal God deze misdadiger opwekken? Om hem onbarmhartig zijn vroegere zonden te kunnen aanrekenen? Beslist niet, want Romeinen 6:7, 23 zegt: „Wie gestorven is, is van zijn zonde vrijgesproken” en „het loon dat de zonde betaalt, is de dood”. Hoewel zijn vroegere zonden hem niet aangerekend zullen worden, zal hij nog wel de losprijs nodig hebben om tot volmaaktheid gebracht te worden.

De theoloog Albert Barnes had het dan ook bij het verkeerde eind en zette zijn lezers op het verkeerde spoor toen hij beweerde: „Zij die kwaad hebben gedaan, zullen opgewekt worden om veroordeeld of verdoemd te worden. Dit zal het doel zijn van hun opwekking; dit het enige oogmerk.” Wat is dat beneden de waardigheid van een God van gerechtigheid en liefde! In plaats daarvan zal een opstanding tot leven op een paradijsaarde deze ex-misdadiger (en andere onrechtvaardigen) een gouden gelegenheid geven om geoordeeld te worden naar wat zij na hun opstanding doen. — 1 Johannes 4:8-10.

Een barmhartige gelegenheid

De verslagen vrienden van een zelfmoordslachtoffer kunnen dan ook troost putten uit de wetenschap dat „Jehovah barmhartigheid [heeft] getoond jegens hen die hem vrezen. Want hijzelf weet zeer goed hoe wij zijn gevormd, gedachtig dat wij stof zijn” (Psalm 103:10-14). Alleen God kan ten volle begrijpen welke rol een geestesziekte, extreme stress en zelfs genetische defecten hebben gespeeld bij een „suïcidale crisis”, die, zoals in de National Observer werd opgemerkt, „niet kenmerkend is voor iemands hele leven [maar] vaak slechts een kwestie is van minuten of van uren”. — Zie Prediker 7:7.

Natuurlijk ontzegt iemand die zich het leven beneemt, zich de gelegenheid berouw te hebben van zijn zelfmoord. Maar wie kan zeggen of iemand die tot zelfmoord wordt gedreven, misschien een verandering van hart zou hebben ondergaan als zijn fatale poging was mislukt? Zelfs sommige beruchte moordenaars zijn veranderd en hebben zich tijdens hun leven Gods vergeving waardig betoond. — 2 Koningen 21:16; 2 Kronieken 33:12, 13.

Jehovah, die immers „een losprijs in ruil voor velen” heeft betaald, heeft het recht barmhartigheid te betonen, zelfs aan sommige zelfmoordenaars, door hen op te wekken en hun de schitterende gelegenheid te geven ’berouw te hebben en zich tot God te keren door werken te doen die bij berouw passen’. — Mattheüs 20:28; Handelingen 26:20.

De verantwoorde, schriftuurlijke kijk op het leven

Het leven is een geschenk van God, niet iets wat misbruikt of door eigen hand beëindigd mag worden (Jakobus 1:17). Vandaar dat de Schrift ons aanmoedigt onszelf niet als een onsterfelijke ziel te zien maar als een waardevolle schepping van de God die ons liefheeft, die het fijn vindt dat wij leven en die met vreugde uitziet naar de tijd van de opstanding. — Job 14:14, 15.

De liefde doet ons sterker beseffen dat men zich door zelfmoord te plegen wel van de eigen drukkende last ontdoet, maar dat achtergebleven beminden er slechts meer problemen door te verwerken krijgen. Wat iemand betreft die zich overijld van het leven beroofd heeft, wij mensen kunnen niet beoordelen of hij al dan niet een opstanding zal krijgen. Hoe laakbaar was hij? God alleen doorzoekt ’alle harten en elke neiging van de gedachten’ (1 Kronieken 28:9). Maar wij kunnen erop vertrouwen dat ’de Rechter van de gehele aarde zal doen wat liefdevol, rechtvaardig en juist is’! — Genesis 18:25.

[Voetnoten]

a Dit artikel is bedoeld voor de nabestaanden van zelfmoordslachtoffers. Zie voor een vollediger bespreking van het onderwerp zelfmoord De Wachttoren van 1 november 1983, blz. 3-11, en Ontwaakt! van 8 december 1981, blz. 5-13.

[Illustratieverantwoording op blz. 22]

Collectie Rijksmuseum Kröller-Müller, Otterlo

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen