Christelijke liefde betonen jegens bejaarden
SAMUEL JOHNSON, een achttiende-eeuwse schrijver, vertelde het verhaal van een jonge man die tijdens een bezoek aan vrienden vergeten was waar hij zijn hoed had neergelegd. Het ontlokte geen commentaar. „Maar als dezelfde onnadenkendheid bij een oude man wordt bespeurd,” vervolgde Johnson, „zullen mensen hun schouders ophalen en zeggen: ’Hij wordt vergeetachtig.’”
Johnsons verhaal laat zien dat bejaarden, misschien net als andere minderheden, het doelwit zijn van onterechte typeringen. Hoewel het een uitdaging vormt om in de behoeften van de bejaarden te voorzien, vloeien er voor alle betrokken partijen zegeningen uit voort. Wat zijn de moeilijke aspecten en de beloningen, en waarom krijgen steeds meer mensen met deze omstandigheid te maken?
Volgens de statistieken is zes procent van de wereldbevolking 65 jaar of ouder, en in ontwikkelde landen is het percentage twee keer zo groot. In de Europese Gemeenschap, die 1993 tot het „Europees jaar van de ouderen en solidariteit tussen de generaties” heeft uitgeroepen, is een op de drie personen boven de vijftig. Daar, zoals in de meeste geïndustrialiseerde landen, ontstaat er tengevolge van een dalend geboortencijfer en toenemende levensverwachting een vergrijzing van de bevolking. Het is duidelijk dat de zorg voor mensen op gevorderde leeftijd onder zulke omstandigheden een gigantische taak is. Wat was alles vroeger in het oosten anders!
„Schatkamers van kennis”
Het Handwörterbuch des Biblischen Altertums für gebildete Bibelleser (Handboek van de bijbelse oudheid voor onderlegde bijbellezers) merkt op dat in de oudheid in het oosten „bejaarden als bewaarders van traditionele waarden van wijsheid en hogere kennis werden beschouwd, en daarom werden jongeren aangespoord hun gezelschap te zoeken en van hen te leren”. Smith’s Bible Dictionary zet uiteen: „In het privé-leven werd tegen [de bejaarden] opgekeken als de schatkamers van kennis . . . [De jongeren] gaven hun de gelegenheid als eerste hun mening te uiten.”
Eerbied voor bejaarden werd in de Mozaïsche wet tot uitdrukking gebracht in Leviticus 19:32: „Voor het grijze haar dient gij op te staan, en gij moet de persoon van een oud man consideratie betonen.” Bejaarden bekleedden dus een bevoorrechte positie in de maatschappij en werden als een waardevolle aanwinst beschouwd. Zo bezag de Moabitische Ruth blijkbaar haar Israëlitische schoonmoeder, Naomi.
Ruth nam het vaste besluit Naomi vanuit Moab naar Israël te vergezellen en luisterde daarna aandachtig naar Naomi’s raad. Toen zij eenmaal in Bethlehem waren, was het Naomi die opmerkte dat Jehovah’s hand de zaken leidde en die vervolgens Ruth vertelde hoe zij moest handelen (Ruth 2:20; 3:3, 4, 18). Ruths leven werd op een theocratische manier gevormd terwijl zij van de ervaren Naomi leerde. Haar schoonmoeder bleek een schatkamer van kennis te zijn.
Evenzo kunnen jongere christelijke vrouwen in deze tijd voordeel trekken van de omgang met oudere vrouwen in de gemeente. Misschien overweegt een zuster te gaan trouwen of worstelt zij met een hardnekkig persoonlijk probleem. Wat zou het verstandig zijn raad en steun van een rijpe oudere zuster te zoeken die daar ervaring mee heeft!
Bovendien kan een lichaam van ouderlingen voordeel trekken van de ervaring van ouderen onder hen. Wij kunnen leren van Lots verzuim dit te doen. Een ruzie tussen de hoeders van Abrahams vee en die van Lots vee maakte een beslissing noodzakelijk die op allen van invloed zou zijn. Lot deed een onverstandige keuze. Hoeveel beter zou het zijn geweest als hij eerst Abraham om raad had gevraagd! Lot zou weloverwogen leiding hebben ontvangen en zou zijn gezin de ellende hebben kunnen besparen die het gevolg was van zijn haastige keuze (Genesis 13:7-13; 14:12; 19:4, 5, 9, 26, 29). Luistert u aandachtig naar wat rijpe ouderlingen zeggen voordat u uw eigen oordeel over een kwestie vormt?
Talloze bejaarden hebben een voortdurende ijver voor Jehovah’s werk, net als Simeon en Anna in de eerste eeuw (Lukas 2:25, 36, 37). Het is een blijk van respect en het weerspiegelt een zorgzame houding ten opzichte van zulke bejaarden om hen zelfs op hoge leeftijd, zoveel als hun kracht het toelaat, bij gemeenteactiviteiten te betrekken. Misschien heeft een jongere hulp nodig bij het voorbereiden van een toewijzing voor de theocratische bedieningsschool. Een schrandere ouderling zou kunnen concluderen dat de ideale mentor een ouder gemeentelid zou zijn, iemand met een bezadigde wijsheid, een welwillende manier van doen en beschikbare tijd.
Maar het voorzien in de speciale behoeften van bejaarden houdt meer in. Velen worden gekweld door eenzaamheid, angst voor misdaad, en financiële problemen. Bovendien worden deze problemen wanneer bejaarden hulpbehoevend worden, nog verergerd door een slechte gezondheid en teleurstelling over hun afnemende kracht. Dan hebben zij veel meer aandacht nodig. Hoe dienen afzonderlijke personen en de gemeente als geheel te reageren?
’Beoefen godvruchtige toewijding’
In de eerste eeuw schreef Paulus onder inspiratie in 1 Timotheüs 5:4, 16: „Indien een weduwe kinderen of kleinkinderen heeft, laten die dan eerst leren in hun eigen huisgezin godvruchtige toewijding te beoefenen en een passende vergoeding aan hun ouders en grootouders te blijven betalen, want dit is aangenaam in Gods ogen. Indien een gelovige vrouw weduwen heeft, laat zij hen dan bijstaan, zodat de gemeente er niet mee belast wordt. Deze kan dan degenen bijstaan die werkelijk weduwen zijn.” De zorg voor de bejaarden was een familieaangelegenheid. Als een ouder gemeentelid hulp nodig had en alle mogelijkheden binnen de familie uitgeput waren, rustte de verantwoordelijkheid op de gemeente. Deze beginselen zijn niet veranderd.
Wat heeft christenen geholpen om christelijke liefde te tonen jegens bejaarden door in hun eigen huisgezin godvruchtige toewijding te beoefenen? Beschouw de volgende commentaren eens van een aantal Getuigen die enige ervaring hebben in het zorgen voor mensen op gevorderde leeftijd.
Geregelde aandacht voor geestelijke behoeften
„Samen de dagtekst bespreken, was een hulp van onschatbare waarde”, vertelt Felix, die zijn vrouw heeft geholpen om voor haar ouders te zorgen. „Persoonlijke levenservaringen en verwachtingen werden verweven met de beginselen van Jehovah.” Bij het op zich nemen van de taak om voor bejaarde familieleden te zorgen, is voldoende aandacht schenken aan hun geestelijke opbouw beslist een belangrijke factor. Dit is logisch met het oog op Jezus’ woorden in Mattheüs 5:3: „Gelukkig zijn zij die zich bewust zijn van hun geestelijke nood.” De dagtekst kan worden aangevuld met een bijbelleesprogramma, een bespreking van op de bijbel gebaseerde publikaties, en met gebed. „Het schijnt dat bejaarden een bepaalde regelmaat prettig vinden”, merkt Peter op.
Ja, regelmaat is essentieel in geestelijke zaken. Niet alleen in geestelijke zaken maar ook in het dagelijks leven stellen ouderen routine op prijs. Zelfs degenen met kwaaltjes kunnen liefdevol worden aangemoedigd om „op te staan en zich elke dag netjes aan te kleden”, merkt Ursula op. Natuurlijk willen wij vermijden de indruk te wekken dat wij de bejaarden de wet voorschrijven. Doris geeft toe dat haar goedbedoelde inspanningen jammer genoeg vaak een verkeerde uitwerking hadden. „Ik maakte allerlei fouten. Op een dag vroeg ik mijn vader elke dag een schoon overhemd aan te trekken. Mijn moeder bracht toen onder mijn aandacht: ’Hij is nog steeds mijn man!’”
Bejaarden zijn eens jong geweest, maar voor jongeren is het een enorme opgave om zich in hun positie te verplaatsen. Toch is dat de sleutel tot het begrijpen van hun specifieke behoeften. Een hoge leeftijd brengt frustratie met zich. Gerhard legt uit: „Mijn schoonvader ergerde zich aan zichzelf omdat hij niet meer kon doen wat hij gewend was. Het was bijzonder moeilijk voor hem de situatie te accepteren. Zijn persoonlijkheid veranderde.”
Onder veranderende omstandigheden kan het heel goed gebeuren dat een oudere zijn opgekropte frustraties afreageert door anderen te bekritiseren, vooral degenen die voor hem zorgen. De reden is eenvoudig. Hun liefdevolle zorg herinnert hem aan zijn afnemende kracht. Hoe dient u te reageren op deze ongerechtvaardigde kritiek of klachten?
Bedenk dat zulke negatieve gevoelens niet weerspiegelen hoe Jehovah uw krachtsinspanningen beziet. Blijf goeddoen, en behoud een rein geweten, zelfs als u af en toe onredelijke opmerkingen oogst. (Vergelijk 1 Petrus 2:19.) De plaatselijke gemeente kan veel steun bieden.
Wat de gemeente kan doen
Veel gemeenten hebben reden om intens dankbaar te zijn voor de vroegere inspanningen van onze geliefde bejaarde broeders en zusters. Misschien waren zij het die het fundament voor de gemeente hebben gelegd en deze, met slechts enkele verkondigers tientallen jaren geleden, hebben opgebouwd. Waar zou de gemeente zijn zonder hun ijverige activiteit in het verleden en misschien hun financiële ondersteuning in deze tijd?
Wanneer extra zorg voor een bejaarde verkondiger onmisbaar wordt, hoeven familieleden de verantwoordelijkheid niet alleen te dragen. Anderen kunnen bijspringen door boodschappen te doen, te koken, schoon te maken, met de bejaarde te gaan wandelen, vervoer naar de christelijke vergaderingen aan te bieden, of gewoon een praatje met hem te maken in de Koninkrijkszaal. Allen kunnen hun steentje bijdragen, hoewel efficiëntie en routine eerder worden bereikt wanneer de krachtsinspanningen worden gecoördineerd.
Coördinatie is iets wat ouderlingen in gedachte kunnen houden wanneer zij herderlijke bezoeken organiseren. Sommige gemeenten zijn in dit opzicht een voorbeeld doordat ouderlingen ervoor zorgen dat er geregeld herderlijke bezoeken worden gebracht bij bejaarden en zwakken, zelfs bij degenen die door hun familie goed worden verzorgd. Maar het blijkt dat andere gemeenten zich meer bewust moeten zijn van hun plicht jegens de bejaarden.
Een getrouwe broeder van ver in de tachtig werd verzorgd door zijn dochter en zijn schoonzoon, die daarvoor van Bethel waren weggegaan. Toch waren de bezoekjes van andere gemeenteleden nog steeds belangrijk voor hem. „Toen ik vroeger zieken bezocht,” klaagde de broeder, „bad ik met hen. Maar niemand heeft ooit met mij gebeden.” De liefdevolle zorg van familieleden ontheft de ouderlingen niet van hun plicht ’de kudde Gods die aan hun zorg is toevertrouwd te weiden’ (1 Petrus 5:2). Bovendien moeten degenen die voor bejaarden zorgen, zelf opgebouwd en aangemoedigd worden om hun voortreffelijke werk te kunnen voortzetten.
„Oud en voldaan”
Alexander von Humboldt, een negentiende-eeuwse Duitse wetenschapper, was al aardig op leeftijd toen een jonge vrouw hem vroeg of hij oud worden niet nogal saai vond. „Je hebt helemaal gelijk”, antwoordde de geleerde. „Maar het is de enige manier om lang te leven.” Evenzo geven vele broeders en zusters in deze tijd een voortreffelijk voorbeeld door de nadelen van de ouderdom te aanvaarden in ruil voor de eer lang te leven. Zij weerspiegelen de houding van Abraham, Isaäk, David en Job, die „oud en voldaan” waren. — Genesis 25:8; zie ook Genesis 35:29; 1 Kronieken 23:1; Job 42:17.
Een hoge leeftijd brengt de uitdaging met zich om beleefd hulp te aanvaarden en oprecht dankbaarheid te uiten. Wijsheid schrijft voor dat iedereen de beperkingen van zijn kracht erkent. Maar dat veroordeelt een bejaarde niet tot inactiviteit. Maria is ruim negentig jaar, maar zij bezoekt nog altijd de gemeentevergaderingen en geeft daar commentaar. Hoe doet zij dat? „Ik kan niet meer lezen, maar ik luister naar [de Duitse] Wachttoren op cassette. Ik vergeet er heel wat van, maar gewoonlijk lukt het mij een commentaar te geven.” Door net als Maria druk bezig te blijven met zaken die opbouwend zijn, zal iemand worden geholpen actief te blijven en de christelijke persoonlijkheid te behouden.
Onder Gods koninkrijk zal ouderdom niet meer voorkomen. Dan zullen degenen die in dit samenstel oud zijn geworden en misschien zelfs zijn gestorven, dierbare herinneringen hebben aan de zorg en aandacht die zij hebben ontvangen. Wanneer zulke bejaarden hun leven en vitaliteit terugkrijgen, zullen zij beslist een intense liefde voor Jehovah voelen en diepe dankbaarheid jegens degenen die steeds bij hen zijn gebleven tijdens hun beproevingen in dit oude samenstel. — Vergelijk Lukas 22:28.
Hoe staat het met degenen die nu voor bejaarden zorgen? Zeer binnenkort, wanneer het Koninkrijk de volledige heerschappij over de aarde gaat uitoefenen, zullen zij met vreugde en opluchting terugkijken omdat zij hun plicht niet uit de weg zijn gegaan, maar godvruchtige toewijding hebben beoefend door christelijke liefde te betonen jegens bejaarden. — 1 Timotheüs 5:4.
[Kader op blz. 30]
Bejaarden zullen uw bezoekjes op prijs stellen
Er kan veel goeds tot stand worden gebracht door na de prediking een bezoekje, misschien van een kwartier, aan een bejaarde te plannen. Maar het is het beste zulke bezoekjes niet aan het toeval over te laten, zoals uit de volgende ervaring blijkt.
Brigitte en Hannelore waren samen aan het prediken en hadden aan de deur een gesprek met een bejaarde man. De zusters stonden al vijf minuten met hem te praten voordat zij ontdekten dat hij ook een getuige van Jehovah was, een lid van dezelfde gemeente. Wat was dat beschamend! Maar de ervaring eindigde positief. Hannelore maakte onmiddellijk plannen om de broeder te bezoeken en hem te helpen de gemeentevergaderingen bij te wonen.
Kent u de naam en het adres van elke bejaarde verkondiger in het gebied waar u predikt? Zou u regelingen kunnen treffen om een kort bezoekje af te leggen? Dat zal waarschijnlijk heel erg op prijs worden gesteld.