Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • w91 1/3 blz. 26-30
  • De Nieuwe-Wereldvertaling — Wetenschappelijk en eerlijk

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • De Nieuwe-Wereldvertaling — Wetenschappelijk en eerlijk
  • De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1991
  • Onderkopjes
  • Vergelijkbare artikelen
  • Anders — maar niet verkeerd
  • Door andere bijbelgeleerden gestaafd
  • Gods persoonlijke naam
  • Vanwaar de scherpe kritiek?
  • Een mijlpaal voor liefhebbers van Gods Woord
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1999
  • De Nieuwe-Wereldvertaling wereldwijd door miljoenen mensen gewaardeerd
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 2001
  • Is de Nieuwewereldvertaling nauwkeurig?
    Veelgestelde vragen over Jehovah’s Getuigen
  • Studie nummer 8 — Voordelen van de „Nieuwe-Wereldvertaling”
    „De gehele Schrift is door God geïnspireerd en nuttig”
Meer weergeven
De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1991
w91 1/3 blz. 26-30

De Nieuwe-Wereldvertaling — Wetenschappelijk en eerlijk

„ZE STAAT vol vervalsingen!” Dat zeiden tegenstanders destijds in de zestiende eeuw over de bijbelvertaling van Maarten Luther. Zij geloofden dat zij konden bewijzen dat Luthers bijbel „1400 ketterse dwalingen en leugens” bevatte. Tegenwoordig wordt Luthers bijbelvertaling als een mijlpaal beschouwd. Het boek Translating the Bible noemt het zelfs „een geniaal werk”!

In deze twintigste eeuw is de New World Translation eveneens van vervalsing beschuldigd. Waarom? Omdat ze in veel verzen afwijkt van de traditionele vertaling en de nadruk legt op het gebruik van Gods naam, Jehovah. Daarom is ze onconventioneel. Maar betekent dit dat ze onjuist is? Nee. Ze werd met veel zorg en aandacht voor het detail vervaardigd, en wat er ongewoon aan mag schijnen, weerspiegelt een oprechte poging zorgvuldig de nuances van de oorspronkelijke talen weer te geven. De theoloog C. Houtman verklaart de reden voor het onconventionele karakter van de Nieuwe-Wereldvertaling: „Men [heeft], kennelijk ter wille van een zo groot mogelijke verstaanbaarheid, allerlei traditionele vertalingen van belangrijke woorden in de grondtekst losgelaten.” Laten wij eens enkele voorbeelden hiervan beschouwen.

Anders — maar niet verkeerd

In de eerste plaats zijn woorden die in de oorspronkelijke talen van de bijbel nauw verwant zijn, waar mogelijk met verschillende woorden vertaald, zodat de bijbelstudent attent wordt gemaakt op eventuele betekenisnuances. Zo is sun·te·leiʹa met „besluit” weergegeven en teʹlos met „einde”, hoewel in veel andere bijbelvertalingen beide woorden met „einde” zijn vertaald (Mattheüs 24:3, 13). Het woord koʹsmos is vertaald met „wereld”, ai·onʹ met „samenstel van dingen” en oi·kouʹme·ne met „bewoonde aarde”. Ook hier geldt dat veel bijbelvertalingen uitsluitend „wereld” gebruiken om hetzij twee van deze Griekse woorden of zelfs alle drie weer te geven, hoewel er in feite verschil tussen zit. — Mattheüs 13:38, 39; 24:14.

Insgelijks laat de Nieuwe-Wereldvertaling zorgvuldig het verschil uitkomen tussen gnoʹsis („kennis”) en e·pi·gnoʹsis (vertaald met „nauwkeurige kennis”) — een verschil dat door veel andere vertalingen wordt genegeerd (Filippenzen 1:9; 3:8). Ze maakt ook onderscheid tussen taʹfos („graf”, een afzonderlijke grafstede), mne·meiʹon („herinneringsgraf”) en haiʹdes („hades”, wat in de bijbel betrekking heeft op het gemeenschappelijke graf van de gestorven mensheid) (Mattheüs 27:60, 61; Johannes 5:28; Handelingen 2:29, 31). Verscheidene bijbelvertalingen maken in Mattheüs 23:29 onderscheid tussen taʹfos en mne·meiʹon, maar zijn daarin elders niet consequent. — Zie Mattheüs 27:60, 61, New International Version.

De werkwoordsvormen zijn met zorg en nauwkeurigheid weergegeven. In de Revised Standard Version luidt 1 Johannes 2:1 bijvoorbeeld: „Indien iemand zondigt, wij hebben een voorspraak bij de Vader, Jezus Christus de rechtvaardige.” Even verderop geeft diezelfde vertaling 1 Johannes 3:6 weer met: „Niemand die in [Jezus] blijft, zondigt.” Als geen enkele volgeling van Jezus zondigt, wat is dan de toepassing van 1 Johannes 2:1?

De Nieuwe-Wereldvertaling geeft de oplossing voor deze schijnbare tegenstrijdigheid. In 1 Johannes 2:1 staat: „Ik schrijf u deze dingen opdat gij geen zonde begaat. Mocht iemand niettemin een zonde begaan, dan hebben wij een helper bij de Vader, Jezus Christus, een rechtvaardige.” Johannes gebruikte in dit vers de aoristus, wat op het begaan van een afzonderlijke zonde duidt, iets wat wij allemaal van tijd tot tijd doen omdat wij onvolmaakt zijn. Daarentegen luidt 1 Johannes 3:6: „Een ieder die in eendracht met hem blijft, beoefent geen zonde; een ieder die zonde beoefent, heeft hem niet gezien noch hem leren kennen.” Johannes gebruikte hier de tegenwoordige tijd, wat duidt op een voortdurend zondigen uit gewoonte, waardoor iemands bewering een christen te zijn krachteloos zou worden gemaakt.

Door andere bijbelgeleerden gestaafd

Bepaalde ongewone uitdrukkingen die naar wordt beweerd, door Jehovah’s Getuigen zouden zijn bedacht, worden door andere bijbelvertalingen of naslagwerken gestaafd. In Lukas 23:43 geeft de Nieuwe-Wereldvertaling Jezus’ woorden tot de misdadiger die gelijk met hem werd terechtgesteld, als volgt weer: „Voorwaar, ik zeg u heden: Gij zult met mij in het Paradijs zijn.” Het oorspronkelijke Grieks kende geen leestekens zoals komma’s, maar gewoonlijk wordt er door vertalers een vorm van interpunctie tussengevoegd om het lezen te vergemakkelijken. De meesten laten Lukas 23:43 echter zo luiden dat het lijkt alsof Jezus en de misdadiger nog diezelfde dag naar het Paradijs gingen. The New English Bible luidt: „Ik zeg u dit: heden zult gij met mij in het Paradijs zijn.” Niet allen brengen evenwel deze gedachte over. Professor Wilhelm Michaelis geeft het vers als volgt weer: „Voorwaar, ik geef u heden reeds de verzekering: gij zult (eens) in het paradijs met mij te zamen zijn.” Deze vertaling is veel logischer dan die van The New English Bible. De stervende misdadiger kon niet diezelfde dag nog met Jezus naar het Paradijs zijn gegaan. Jezus werd pas op de derde dag na zijn dood opgewekt. In de tussentijd bevond hij zich in Hades, het gemeenschappelijke graf van de mensheid. — Handelingen 2:27, 31; 10:39, 40.

Volgens Mattheüs 26:26 in de Nieuwe-Wereldvertaling zei Jezus toen hij de viering van het Avondmaal des Heren instelde, over het brood dat hij aan zijn discipelen gaf: „Dit betekent mijn lichaam.” De meeste andere vertalingen geven dit vers als volgt weer: „Dit is mijn lichaam”, en dit wordt gebruikt ter ondersteuning van de leer dat het brood tijdens de viering van het Avondmaal des Heren letterlijk in Christus’ vlees verandert. Het in de Nieuwe-Wereldvertaling met „betekent” vertaalde woord (esʹtin, een vorm van eiʹmi) komt van het Griekse woord dat „zijn” betekent, maar ook wel „betekenen”. Thayers Greek-English Lexicon of the New Testament zegt derhalve dat dit werkwoord vaak gelijkstaat met „als symbool dienen voor, betekenen, beduiden”. In feite is „betekent” hier een logische vertaling. Toen Jezus het Laatste Avondmaal instelde, bevond zijn vlees zich nog op zijn beenderen, dus hoe had het brood dan zijn letterlijke vlees kunnen zijn?a

Johannes 1:1 luidt in de Nieuwe-Wereldvertaling: „Het Woord was een god.” In veel vertalingen luidt deze uitdrukking eenvoudig: „Het Woord was God” en wordt ze gebruikt om de Drieëenheidsleer te ondersteunen. Het wekt geen verbazing dat trinitariërs niet ingenomen zijn met de weergave in de Nieuwe-Wereldvertaling. Maar het is niet zo dat Johannes 1:1 werd vervalst om te bewijzen dat Jezus niet de Almachtige God is. Jehovah’s Getuigen, en met hen vele anderen, hadden reeds lang vóór het verschijnen van de Nieuwe-Wereldvertaling — die ernaar streeft de oorspronkelijke taal nauwkeurig weer te geven — de weergave „God” met een hoofdletter aangevochten. Vijf Duitse bijbelvertalers gebruiken insgelijks de uitdrukking „een god” in dat vers.b Ten minste dertien anderen hebben uitdrukkingen als „van goddelijke natuur” of „van een goddelijke aard” gebruikt. Deze vertalingen stemmen met andere delen van de bijbel overeen, daar ze aantonen dat Jezus in de hemel werkelijk een god in de zin van een goddelijk wezen is. Jehovah en Jezus zijn daarentegen niet hetzelfde wezen, niet dezelfde God. — Johannes 14:28; 20:17.

Gods persoonlijke naam

In Lukas 4:18 bracht Jezus, aldus de Nieuwe-Wereldvertaling, een profetie uit Jesaja op zichzelf van toepassing met de woorden: „Jehovah’s geest is op mij” (Jesaja 61:1). Velen maken bezwaar tegen het gebruik van de naam Jehovah op deze plaats. Het is echter slechts een van de meer dan 200 plaatsen waar die naam in de Nieuwe-Wereldvertaling van de christelijke Griekse Geschriften, het zogenoemde Nieuwe Testament, voorkomt. Weliswaar bevat geen van de nu nog bestaande vroege Griekse handschriften van het „Nieuwe Testament” de persoonlijke naam van God, maar de naam werd op goede gronden, en echt niet zo maar, in de Nieuwe-Wereldvertaling opgenomen. En anderen hebben een soortgelijke handelwijze gevolgd. Alleen al in het Duits gebruiken minstens elf vertalingen „Jehova(h)” (of de translitteratie van het Hebreeuws, „Jahve”) in de tekst van het „Nieuwe Testament”, terwijl vier vertalers de naam tussen teksthaken achter het woord „Heer” plaatsen.c Meer dan zeventig Duitse vertalingen gebruiken de naam in voetnoten of commentaren.

In Israël werd Gods naam meer dan duizend jaar zonder enige terughoudendheid uitgesproken. Het is de naam die in de Hebreeuwse Geschriften (het „Oude Testament”) het meest voorkomt, en er is geen overtuigend bewijs dat deze naam in de eerste eeuw van onze gewone tijdrekening, toen joodse christenen ertoe geïnspireerd werden de boeken van het „Nieuwe Testament” te schrijven, aan de mensen in het algemeen onbekend was of dat de uitspraak ervan in de vergetelheid was geraakt. — Ruth 2:4.

Wolfgang Feneberg geeft in het jezuïetentijdschrift Entschluss⁄Offen (april 1985) het volgende commentaar: „Hij [Jezus] heeft de naam van zijn Vader, JHWH, niet voor ons verzwegen maar ons die toevertrouwd. Anders zou niet te verklaren zijn waarom het eerste verzoek van het Onze Vader luidde: ’Uw naam worde geheiligd!’” Feneberg merkt bovendien op dat „Gods naam in de voorchristelijke handschriften voor Griekssprekende joden niet met kýrios [Heer] geparafraseerd was, maar als tetragram [JHWH] in Hebreeuwse of oud-Hebreeuwse letters geschreven stond. . . . Bij de kerkvaders zijn herinneringen aan de naam te vinden; maar zij zijn er niet in geïnteresseerd. De belangstelling van de kerkvaders ging er veeleer naar uit door de vertaling van deze naam met kýrios (Heer) aan de kýrios Jezus Christus grootsheid toe te schrijven.” De Nieuwe-Wereldvertaling herstelt de naam overal in de tekst van de bijbel waar daartoe een deugdelijke, wetenschappelijke reden bestaat. — Zie Appendix 1D in de Studiebijbel.

Sommigen hebben kritiek op de vorm „Jehovah”, waarin de Nieuwe-Wereldvertaling Gods naam weergeeft. In Hebreeuwse handschriften komt de naam alleen voor als vier medeklinkers, JHWH, en velen beweren met klem dat de juiste uitspraak niet „Jehovah”, maar „Jahweh” is. Zij zijn dan ook van mening dat het gebruik van „Jehovah” een dwaling is. Maar in werkelijkheid zijn bijbelgeleerden het er onderling geenszins over eens dat de vorm „Jahweh” de oorspronkelijke uitspraak weergeeft. God heeft er namelijk wel voor gezorgd dat de spelling van zijn naam, „JHWH”, ruim 6000 maal in de bijbel bewaard is gebleven, maar hij heeft niet de uitspraak ervan bewaard die Mozes op de berg Sinaï hoorde (Exodus 20:2). De uitspraak is in deze tijd derhalve niet het belangrijkste.

In Europa is de vorm „Jehovah” al eeuwenlang ingeburgerd en deze wordt in veel bijbels, waaronder ook joodse vertalingen, gebruikt. Hij komt talloze malen voor op gebouwen, munten en andere voorwerpen en in gedrukte vorm, alsook in veel kerkgezangen. In plaats van te proberen de oorspronkelijke Hebreeuwse uitspraak weer te geven, gebruikt de Nieuwe-Wereldvertaling daarom in alle verschillende talen waarin ze vertaald is, de vorm van Gods naam die algemeen aanvaard is. Dit is precies wat andere bijbelvertalingen met alle andere namen in de bijbel doen.

Vanwaar de scherpe kritiek?

Luthers bijbel werd bekritiseerd omdat hij was vervaardigd door een man die de tekortkomingen van de traditionele religie van zijn tijd aan de kaak stelde. Zijn vertaling opende voor gewone mensen de mogelijkheid de waarheid in te zien van veel van wat hij zei. Evenzo wordt de Nieuwe-Wereldvertaling bekritiseerd omdat ze is uitgegeven door Jehovah’s Getuigen, die onomwonden verklaren dat veel van de leerstellingen van de christenheid niet in de bijbel worden aangetroffen. De Nieuwe-Wereldvertaling — trouwens elke bijbel — maakt dit duidelijk.

In feite is de Nieuwe-Wereldvertaling het werk van geleerden. In 1989 zei professor Benjamin Kedar uit Israël: „In mijn taalonderzoek in verband met de Hebreeuwse bijbel en vertalingen ervan, raadpleeg ik dikwijls de Engelse uitgave van de zogenoemde Nieuwe-Wereldvertaling. Daarbij vind ik keer op keer een bevestiging van mijn indruk dat dit werk een eerlijk streven weerspiegelt om een zo nauwkeurig mogelijk begrip van de tekst te bereiken. Het geeft blijk van een uitstekende beheersing van de oorspronkelijke taal en het geeft de oorspronkelijke woorden begrijpelijk in een andere taal weer, zonder onnodig van de specifieke structuur van het Hebreeuws af te wijken. . . . Alles wat in taal uitgedrukt is, laat enige ruimte voor interpretatie of vertaling. In elk afzonderlijke geval kan er dus over de taalkundige oplossing gediscussieerd worden. Nooit echter heb ik in de Nieuwe-Wereldvertaling een tendentieuze opzet ontdekt om iets in de tekst te lezen wat er niet staat.”

Miljoenen bijbellezers over de hele wereld gebruiken de Nieuwe-Wereldvertaling omdat het een moderne vertaling is die bijbelse uitdrukkingen nauwkeurig weergeeft. De complete bijbel is momenteel in negen talen verkrijgbaar en de christelijke Griekse Geschriften in nog twee talen meer; ze wordt op dit moment in nog eens twintig talen vertaald. Het maken van een nauwkeurige vertaling vereist jarenlange moeizame arbeid, maar wij zien ernaar uit dat de Nieuwe-Wereldvertaling uiteindelijk in al deze verschillende talen verschijnt, zodat ze velen meer zal helpen een beter begrip van „het woord des levens” te verkrijgen (Filippenzen 2:16). Omdat ze reeds miljoenen daarbij geholpen heeft, is ze werkelijk aanbevelenswaard.

[Voetnoten]

a In Openbaring 1:20 gaf de Duitse vertaler Curt Stage hetzelfde werkwoord als volgt weer: „De zeven lampestandaarden betekenen [eiʹsin] de zeven gemeenten.” Fritz Tillmann en Ludwig Thimme vertalen het insgelijks met „betekenen” [esʹtin] in Mattheüs 12:7.

b Jürgen Becker, Jeremias Felbinger, Oskar Holtzmann, Friedrich Rittelmeyer en Siegfried Schulz. Emil Bock zegt: „een goddelijk wezen”. Zie ook de Engelse vertalingen Today’s English Version, The New English Bible, Moffatt en Goodspeed.

c Johann Babor, Karl F. Bahrdt, Petrus Dausch, Wilhelm M. L. de Wette, Georg F. Griesinger, Heinrich A. W. Meyer, Friedrich Muenter, Sebastian Mutschelle, Johann C. F. Schulz, Johann J. Stolz en Dominikus von Brentano. August Dächsel, Friedrich Hauck, Johann P. Lange en Ludwig Reinhardt hebben de naam tussen teksthaken.

[Inzet op blz. 28]

Er wordt op het moment aan gewerkt de New World Translation in nog 20 talen te vertalen

[Kader op blz. 29]

EEN VERTALING DIE ZICHZELF AANBEVEELT

Een getuige van Jehovah in Duitsland had een gesprek met een bejaarde dame en las haar Habakuk 1:12 voor: „Zijt gij niet van oudsher, o Jehovah? O mijn God, mijn Heilige, gij sterft niet.” De dame protesteerde, omdat haar bijbel luidde: „Laat ons niet sterven.” De Getuige bracht onder de aandacht dat de Nieuwe-Wereldvertaling zich nauwgezet aan de oorspronkelijke handschriften houdt. Omdat de bejaarde dame Hebreeuws sprak, haalde zij haar Hebreeuwse bijbel en ontdekte tot haar verbazing dat de Nieuwe-Wereldvertaling nauwkeurig is. De soferim (joodse schriftgeleerden) hebben deze tekst lang geleden veranderd omdat zij vonden dat de oorspronkelijke passage blijk gaf van gebrek aan eerbied voor God. Op enkele uitzonderingen na hebben Duitse bijbelvertalingen geen wijziging aangebracht om deze emendatie van de schriftgeleerden te corrigeren. De Nieuwe-Wereldvertaling heeft de oorspronkelijke tekst hersteld.

[Illustratie op blz. 26]

De complete Nieuwe-Wereldvertaling is er nu in het Deens, Duits, Engels, Frans, Italiaans, Japans, Nederlands, Portugees en Spaans.

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen