Kunnen er in Nederland meer nieuwe gemeenten worden opgericht?
1 Christelijke gemeenten spelen een belangrijke rol in de vervulling van Jehovah’s voornemen voor onze tijd. In overeenstemming met het profetische beeld uit de tijd van Jozef, brengt Jezus thans zijn volgelingen bijeen in met steden te vergelijken gemeenten, waar zij zich te goed kunnen doen aan een overvloed van geestelijk voedsel en waar ruim voldoende „graan” is om het ook als „zaad” op het veld te kunnen uitzaaien (Gen. 47:21-24; Matth. 13:3-9, 18-23). In een van Jezus’ illustraties werden gemeenten vergeleken met „vaten” waarin „voortreffelijke vissen” werden verzameld. — Matth. 13:48.
2 Door middel van de gemeentelijke structuur, met aangestelde ouderlingen en dienaren in de bediening, kan er goede herderlijke zorg aan de individuele leden van Gods volk worden besteed, terwijl ook de organisatie van het predikingswerk erdoor vergemakkelijkt wordt. Wanneer gemeenten echter vrij groot worden, kan het moeilijker worden goede aandacht aan alle details te schenken. Enkele aangestelde broeders hebben dan weinig taken te behartigen en sommige verkondigers kunnen misschien wat uit het zicht geraken of zich wat verloren voelen.
3 Bij het beschouwen van de lijst met landen en in cijfers uitgedrukte gegevens in het Jaarboek valt op dat er in Nederland in verhouding minder gemeenten zijn dan in andere Westeuropese landen. Dit betekent dus dat veel gemeenten in ons land nogal groot zijn. Veel broeders en zusters vinden het gezellig en aanmoedigend om in een goedgevulde zaal te vergaderen, en dat is begrijpelijk, maar de praktijk toont aan dat iets kleinere gemeenten snellere groei tot gevolg hebben.
4 Ongeveer een jaar geleden werd dit punt door bijkantoorvertegenwoordigers besproken met reizende opzieners, en vervolgens werd de kwestie tijdens de Koninkrijksbedieningsschool onder de aandacht van de ouderlingen en dienaren in de bediening gebracht. Hierop werd gunstig gereageerd. In het afgelopen dienstjaar werden er dan ook vijftien nieuwe gemeenten opgericht.
5 Een kringopziener die na een splitsing een nieuwe gemeente bezocht, berichtte: „De ouderlingen kunnen de situatie veel beter overzien. Broeders en zusters hebben onderling nu meer contact en oog voor elkaar. Zij voelen zich niet meer zo verloren. Deelname aan de vergaderingen is verbeterd. De gemeente bloeit op.” Een andere kringopziener beschreef de positieve reactie op een splitsing en voegde eraan toe: „Men ziet er de krachtige voordelen van en is ook bereid om de grotere verantwoordelijkheid die dat op een ieder legt, op te pakken.” Een aanhaling uit weer een ander verslag luidt: „De ouderlingen hebben het relatief wat drukker gekregen. Dat geldt ook voor de dienaren. Men zet zich goed in. De sfeer is heel prettig. De gemeente heeft [in de eerste twee maanden] 13,5 uur per verkondiger in de velddienst gewerkt.”
6 Natuurlijk zijn er om te kunnen splitsen, of om van twee naar drie gemeenten te gaan, een aantal dingen nodig: Een fijne groep geregelde verkondigers en voldoende aangestelde broeders om voor alle taken zorg te kunnen dragen. Hieraan kan krachtig worden gebouwd door de gemeenteboekstudieleiders, namelijk door (a) een zinvolle studie te leiden, (b) krachtig, ijverig en enthousiast de leiding in de velddienst te nemen, en (c) herderlijke zorg te besteden aan allen in het groepje, naar hun individuele behoeften. Vervolgens dient iedereen eraan mee te werken ’zijn vooruitgang openbaar te laten zijn’. — 1 Tim. 4:15; w92 1/8 blz. 8-12.
7 Verder dienen ouderlingen degenen die zich voor het werk aanbieden, op te leiden door te delegeren. Hoe kan dit worden gedaan? De Wachttoren van 15 oktober 1992 vat dit in het artikel op bladzijde 20-23 als volgt samen: (1) Omschrijf de taak, (2) kies bekwame mannen, (3) wijs voldoende middelen toe, en (4) ondersteun hun beslissingen. Het opleidingsprogramma dient zich verder uit te strekken tot broeders die als kringopziener of vervangend kringopziener dienst kunnen doen; immers, met het aantal gemeenten groeit ook het aantal kringen.
8 In Nederland wordt het predikingswerk nu in zeventien verschillende talen op georganiseerde wijze verricht. Soms kan het ondersteunen van een anderstalige groep (en de bereidheid die taal te leren) leiden tot de versnelde oprichting van een gemeente. In één stad in ons land is bijvoorbeeld een anderstalige groep, bestaande uit twee gemeenteboekstudies, die 60 bijbelstudies leidt. Indien er leidinggevende broeders beschikbaar zouden zijn, zou er direct een gemeente gevormd kunnen worden.
9 Gemeenten van een wat kleiner formaat dan nu in veel plaatsen in ons land gebruikelijk is, zullen doeltreffender functioneren en gekenmerkt worden door meer vreugde en snellere groei. Te oordelen naar de aantallen verkondigers, kunnen er in de komende tijd zeker nog verscheidene tientallen gemeenten worden opgericht. Ben je bereid jouw deel hiertoe bij te dragen? Door een geregelde verkondiger te zijn? Door ’je hart te zetten op leiderschap’, hetgeen ’een loffelijke ambitie is’? (1 Tim. 3:1, Phillips) Door op te leiden en te delegeren? Of misschien door bereid te zijn een andere taal te leren? Moge Jehovah onze gezamenlijke krachtsinspanningen rijkelijk zegenen met de oprichting van nog vele nieuwe gemeenten, ter bevordering van de toename in ons land.