Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • g93 8/8 blz. 22-25
  • Moet mijn gezin ingeënt worden?

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • Moet mijn gezin ingeënt worden?
  • Ontwaakt! 1993
  • Onderkopjes
  • Vergelijkbare artikelen
  • De achtergrond
  • Moet mijn kind ingeënt worden?
  • Hoe staat het met de bijwerkingen?
  • Hoe staat het met de vaccinatie van volwassenen?
  • Bloed bij de produktie van vaccins
  • Moet mijn gezin ingeënt worden?
  • Vragen van lezers
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1974
  • Overwinningen en nederlagen in de strijd tegen ziekte
    Ontwaakt! 2004
  • Aids — Hoe de ziekte te bestrijden
    Ontwaakt! 1998
  • Is het einde van ziekte in zicht?
    Ontwaakt! 1984
Meer weergeven
Ontwaakt! 1993
g93 8/8 blz. 22-25

Moet mijn gezin ingeënt worden?

„DE KLEINE is aan zijn prikken toe”, zegt de dokter. Dat klinkt een klein kind misschien als een dreigende mededeling in de oren, maar door de ouders werd er over het algemeen met een geruststellende glimlach en een instemmend knikje op gereageerd.

De laatste tijd zijn er echter vragen gerezen over de thans gebruikelijke immunisatie van kinderen en volwassenen. Welke inentingen zijn echt nodig? Hoe staat het met bijwerkingen? Is er op de een of andere manier bloed betrokken bij de vervaardiging van een vaccin?

Dit zijn goede vragen ter overweging voor een christelijk gezin dat daarmee te maken heeft. De antwoorden kunnen rechtstreeks van invloed zijn op de gezondheid en de toekomst van uw kinderen, alsook op de uwe.

De achtergrond

In de jaren ’50 werd een effectief vaccin geïntroduceerd dat in de meeste landen nagenoeg een eind maakte aan de angst voor polio. Tegen 1980 werd verklaard dat de pokkengesel overal ter wereld uitgeroeid was, het resultaat van doeltreffende vaccinatieprogramma’s. Het spreekwoord „Voorkomen is beter dan genezen”, scheen daardoor bevestigd te worden.

Tegenwoordig zijn immunisatieprogramma’s over het algemeen effectief geweest bij de bestrijding van heel wat ziekten — tetanus, polio, difterie en kinkhoest, om er enkele te noemen. Verder is gebleken dat wanneer de inentingen er om de een of andere reden bij inschoten, de ziekte terugkwam. In één land is dat gebeurd met kinkhoest.

Wat doen deze inentingen? In wezen verhogen ze de weerstand van het lichaam tegen het binnendringen van ziekteverwekkers, pathogenen genoemd, waartoe bacteriën en virussen behoren. Dat kan op twee manieren gebeuren. De eerste manier noemt men actieve immunisatie. In dat geval bevat de entstof een verzwakt of gedood pathogeen (of het gif daarvan), dat niet gevaarlijk meer is voor het lichaam. De eigen verdedigingsmechanismen van het lichaam beginnen killer-moleculen aan te maken, antilichamen geheten, die de echte ziekteverwekker kunnen bestrijden mocht die zich presenteren. Als de entstof een extract van het gif van het pathogeen bevat (toxine), spreekt men van een toxoïd. Is ze gemaakt van levende, afgezwakte pathogenen of van gedode micro-organismen, dan spreekt men van een vaccin.

Zoals u zich kunt indenken, brengen deze inentingen geen onmiddellijke immuniteit tot stand. Het duurt enige tijd voordat het lichaam beschermende antilichamen heeft aangemaakt. Deze actieve immunisaties omvatten alle inentingen die baby’s krijgen en de injecties die algemeen als vaccinaties worden beschouwd. Eén (later te bespreken) uitzondering daargelaten, komt daar in geen enkele fase van de produktie het gebruik van bloed bij kijken.

De andere procedure noemt men passieve immunisatie. Die wordt gewoonlijk gereserveerd voor situaties waarbij iemand aan een ernstige ziekte heeft blootgestaan, aan hondsdolheid bijvoorbeeld. In dat geval heeft het lichaam niet de tijd zijn eigen immuniteit op te bouwen. Dan kunnen de reeds aangemaakte antilichamen van iemand anders ingespoten worden ter bestrijding van de pathogenen bij de persoon die eraan blootgesteld is. Gammaglobuline, antitoxine en hyperimmuunserum zijn andere namen voor entstoffen bereid uit extracten van het bloed van immune mensen of dieren. Deze geleende of passieve immunisaties zijn bedoeld om het lichaam onmiddellijke, zij het slechts tijdelijke, hulp te bieden in de strijd tegen de binnendringer. De geleende antilichamen worden snel uit het lichaam uitgescheiden als vreemd eiwit.

Moet mijn kind ingeënt worden?

Tegen deze achtergrond zullen sommigen zich toch afvragen: ’Welke inentingen moet mijn kind krijgen?’ In de meeste delen van de wereld waar men kinderen gemakkelijk kan laten inenten, heeft routinevaccinatie geleid tot een opzienbarende daling in het aantal gevallen van de kinderziekten waartegen ingeënt wordt.

Reeds verscheidene jaren beveelt de Amerikaanse Academie voor Pediatrie, op één lijn met soortgelijke organisaties overal ter wereld, routinevaccinatie aan tegen difterie, kinkhoest en tetanus. De drie worden meestal gecombineerd en in één keer geïnjecteerd — DKT — met drie booster- of aanvullende injecties met tussenpozen van minstens twee maanden. Los daarvan wordt als het kind één jaar is geweest tegen de bof, mazelen en rodehond ingeënt met een gecombineerd vaccin — BMR. Tevens worden volgens een schema dat overeenkomt met dat voor DKT, vier doses oraal poliovaccin (OPV) toegediend.a

In veel landen is deze reeks inentingen verplicht, hoewel het aantal vereiste boosterinjecties kan variëren. Onlangs zijn naar aanleiding van verscheidene uitbarstingen van mazelen, onder sommige omstandigheden extra boosterinjecties met mazelenvaccins aanbevolen. Het kan raadzaam zijn een plaatselijke arts te raadplegen voor bijzonderheden.

Daarnaast bestaat er een vaccin tegen longontsteking (Pneumovax). Dit blijkt kinderen en volwassenen die om de een of andere reden vatbaar zijn voor bepaalde soorten longontsteking, levenslange immuniteit te bieden.

Een ander vaccin voor kinderen is het zogenoemde Hib-vaccin. Het wordt toegediend als bescherming tegen een bij kinderen veel voorkomende ziekteverwekker, Haemophilus influenzae. Deze bacterie verwekt verscheidene ziekten bij baby’s, waarvan de voornaamste een ernstige vorm van hersenvliesontsteking is. Het vaccin is over het algemeen veilig gebleken en wordt steeds meer aanbevolen als onderdeel van de reeks baby-inentingen.

Er bestaat, tussen twee haakjes, nog geen routinevaccinatie tegen waterpokken. En vaccinaties tegen pokken worden niet meer gegeven omdat, zoals reeds vermeld, deze dodelijke ziekte door een wereldomvattend vaccinatieprogramma is uitgeroeid.

Hoe staat het met de bijwerkingen?

Wat valt er te zeggen over de kwestie van de bijwerkingen van immunisatie? Bij de meeste inentingen zijn — naast de gebruikelijke plotselinge kreet en de kortstondige tranen van het kind — de bijwerkingen meestal beperkt en tijdelijk: hooguit een dag of wat koorts. Niettemin maken veel ouders zich zorgen over de risico’s van deze inentingen. Bij een medische studie werd onderzoek gedaan naar de bezorgdheid van ouders over de gezondheid van hun kinderen en werd bevonden dat 57 procent van de geïnterviewde ouders zich zorgen maakte over de reactie op inentingen.

Onlangs is er in de media grote bezorgdheid geuit over één component van DKT, namelijk die tegen kinkhoest. Het succes van dit vaccin heeft geleid tot een opmerkelijke terugdringing van een voorheen gevreesde ziekte — in slechts één bepaald land van 200.000 gevallen per jaar vóór het vaccin tot 2000 per jaar na wijdverbreid gebruik van het vaccin. Niettemin hebben zich ernstige bijwerkingen — epileptische aanvallen en zelfs hersenletsel — voorgedaan op ongeveer 1 van de 100.000 toegediende doses.

Hoewel deze reactie zeer zelden voorkomt, roept het enige bezorgdheid op bij veel ouders die merken dat zij bijna geen andere keus hebben dan goed te vinden dat hun kind de inenting krijgt wil het voor een school in aanmerking komen. Omdat kinkhoest, hoewel de ziekte zeldzaam is, zo verschrikkelijk is als hij ergens toeslaat, hebben deskundigen geconcludeerd dat voor het gemiddelde kind „het vaccin veel veiliger is dan het oplopen van de ziekte”. Deze deskundigen adviseren de inenting toe te dienen behalve „wanneer een vorige dosis heeft geleid tot een stuip, hersenontsteking, focale neurologische verschijnselen of flauwvallen (een collapsreactie). Ook zuigelingen bij wie ’overmatige slaperigheid, overmatig krijsen (drie of meer uur aanhoudend huilen of krijsen) of een temperatuur boven de 40,5 °C’ voorkomt, mogen geen aanvullende doses vaccin krijgen.”b

In veel landen is de echte oplossing voor het probleem een acellulair vaccin, zoals op het moment in Japan wordt toegediend, met veelbelovende vooruitzichten. Dit nieuwe en blijkbaar veiliger vaccin is ook in andere landen beschikbaar aan het komen.

De andere routine-inentingen die baby’s krijgen, zijn steeds weer effectief en betrekkelijk veilig gebleken.

Hoe staat het met de vaccinatie van volwassenen?

Is iemand eenmaal volwassen, dan zijn er slechts een paar actieve immunisaties die hij in gedachte moet houden. In het ideale geval zouden alle volwassenen reeds immuun zijn voor de bof, mazelen en rodehond doordat zij daar als kind aan blootgesteld zijn geweest of tegen ingeënt zijn. Mocht het twijfelachtig zijn of iemand er immuun voor is, dan zou een arts een BMR-inenting voor een volwassene kunnen aanbevelen.

Ongeveer eens in de tien jaar een inenting met tetanustoxoïd wordt als een goed idee beschouwd ter voorkoming van klem. Voor ouderen en mensen met een chronische ziekte kan het raadzaam zijn met hun dokter te praten over een jaarlijkse griepinenting. Reizigers naar bepaalde delen van de wereld moeten stilstaan bij immunisatie tegen ziekten als gele koorts, cholera, miltvuur, tyfus of pest als zulke ziekten voorkomen in het gebied waar zij heen gaan.

Eén andere actieve immunisatie verdient aandacht omdat het de enige actieve immunisatie is waarbij bloed te pas komt. Het gaat daarbij om een hepatitis-B-vaccin genaamd H-B-Vax. (In andere landen komt als merknaam Heptavax-B voor.) Deze immunisatie is bedoeld voor sommige personen, werkers in de gezondheidszorg bijvoorbeeld, die per ongeluk in aanraking zouden kunnen komen met bloedprodukten van patiënten die met hepatitis B besmet zijn. Hoewel het vaccin werd toegejuicht als een belangrijke stap voorwaarts, baarde het velen zorgen vanwege de manier waarop het wordt geproduceerd.

In essentie wordt het bloed van een aantal geselecteerde dragers van het hepatitis-B-virus samengevoegd en behandeld om eventuele virussen te doden, waarna er een bepaald hepatitis-B-antigeen uit wordt gewonnen. Dit gezuiverde, geïnactiveerde antigeen kan worden geïnjecteerd als vaccin. Veel mensen weigeren dit vaccin echter uit vrees voor het risico dat het toegediend krijgen van bloedprodukten van besmette mensen, bijvoorbeeld van seksueel promiscuen, met zich brengt. Bovendien hadden sommige gewetensvolle christenen bezwaar tegen het vaccin omdat het gewonnen wordt uit het bloed van andere mensen.c

Die bezwaren tegen hepatitis-vaccinatie zijn doeltreffend weggenomen doordat er een ander maar even krachtig hepatitis-B-vaccin is uitgebracht. Het wordt gemaakt met behulp van recombinant-DNA-technieken, waarbij het vaccin wordt geproduceerd in gistcellen, zonder dat er mensenbloed bij komt kijken. Mocht u in de gezondheidszorg werken of om een andere reden voor hepatitis-B-vaccinatie in aanmerking lijken te komen, dan is het raadzaam deze kwestie met uw arts te bespreken.

Bloed bij de produktie van vaccins

Dit brengt ons op een belangrijk punt voor christenen, die te maken hebben met het bijbelse verbod op het misbruiken van bloed (Handelingen 15:28, 29). Zijn er nog meer vaccins die uit bloed worden bereid?

In de regel, H-B-Vax uitgezonderd, worden entstoffen voor actieve immunisatie niet uit bloed bereid. Dit geldt bijvoorbeeld ook voor alle entstoffen voor baby’s.

Bij passieve immunisatie is het tegenovergestelde waar. U kunt ervan uitgaan dat wanneer u de raad krijgt u te laten inenten na een waarschijnlijke besmetting, bijvoorbeeld na op een roestige spijker getrapt te hebben of door een hond gebeten te zijn, het gaat om inentingen (tenzij het slechts de gebruikelijke boosterinjecties zijn) met een hyperimmuunserum, dat met gebruikmaking van bloed wordt geproduceerd. Dit geldt ook voor Rh-immunoglobuline (Rhogam), dat vaak wordt aanbevolen voor Rh-negatieve moeders die om de een of andere reden worden blootgesteld aan Rh-positief bloed, bijvoorbeeld bij de geboorte van een Rh-positieve baby.

Daar bij deze passieve immunisaties de bloedkwestie een rol speelt, is het de vraag welk standpunt de gewetensvolle christen moet innemen. In voorgaande artikelen in dit blad en het zustertijdschrift, De Wachttoren, is het uiteengezette standpunt constant geweest: Het is aan het door de bijbel geoefende geweten van de individuele christen of hij deze behandeling voor zichzelf en zijn gezin wil aanvaarden.d

Moet mijn gezin ingeënt worden?

Christenen hebben groot respect voor het leven en wensen oprecht het beste voor de gezondheid van hun gezin te doen. Of u op basis van uw geweten besluit uw gezin te laten inenten, is een persoonlijke beslissing. — Galaten 6:5.

Een deskundige vatte de situatie goed samen: „Ouders moeten op de hoogte zijn van alles wat hun kind medisch ten goede komt. Zij zijn meer dan de wettige voogd van hun kind. Zij zijn verantwoordelijk voor het welzijn en de bescherming van hun nakomelingen in de periode waarin hun nakomelingen van hen afhankelijk zijn.” Op het gebied van inentingen, maar ook op elk ander medisch terrein, nemen Jehovah’s Getuigen die verantwoordelijkheid heel serieus. — Ingezonden door een arts.

[Voetnoten]

a De Wereldgezondheidsorganisatie beveelt nu in veel delen van de wereld routinevaccinatie tegen hepatitis B voor zuigelingen aan.

b Als er in de familie epilepsie voorkomt, schijnt dat los te staan van de reacties. En hoewel infecties van de luchtwegen een kind niet vatbaar schijnen te maken voor reacties, kan het verstandig lijken de inenting niet te geven als het kind ook maar een beetje ziek is.

c Zie „Vragen van lezers” in De Wachttoren van 1 juni 1990.

d Zie De Wachttoren van 15 september 1978, blz. 31.

[Kader op blz. 24]

Entstoffen die niet uit bloed gewonnen worden

Entstoffen voor baby’s (DKT, OPV, BMR)

Hib-vaccin

Pneumovax

Toxoïden

Griepvaccins

HB-Vax-DNA (Recombivax-HB)

Entstoffen die uit bloed gewonnen worden

H-B-Vax (Heptavax-B)

Rhogam (Rh-immunoglobuline)

Antitoxinen

Tegengiffen (tegen slange- en spinnegif)

Immunoglobulinen (tegen diverse ziekten)

Gammaglobuline

Hyperimmuunserumpreparaten (serum tegen hondsdolheid bijv.)

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen