Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Surinaamse Gebarentaal
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERING
  • 1 Samuël 18
  • Nieuwewereldvertaling van de Bijbel

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

Inhoud 1 Samuël

      • Vriendschap David en Jonathan (1-4)

      • Saul jaloers op Davids overwinningen (5-9)

      • Saul probeert David te doden (10-19)

      • David trouwt met Sauls dochter Michal (20-30)

1 Samuël 18:1

Voetnoten

  • *

    Of ‘werd Jonathans ziel nauw verbonden met Davids ziel’.

  • *

    Of ‘zijn eigen ziel’.

Verwijsteksten

  • +1Sa 14:1, 49
  • +1Sa 19:2; 20:17, 41; 2Sa 1:26

1 Samuël 18:2

Verwijsteksten

  • +1Sa 8:11; 16:22; 17:15

1 Samuël 18:3

Voetnoten

  • *

    Of ‘zijn eigen ziel’.

Verwijsteksten

  • +1Sa 20:8, 42; 23:18; 2Sa 9:1; 21:7
  • +Sp 17:17; 18:24

1 Samuël 18:5

Voetnoten

  • *

    Of ‘waarbij hij altijd wijs handelde’.

Verwijsteksten

  • +1Sa 18:30
  • +1Sa 14:52

1 Samuël 18:6

Verwijsteksten

  • +Ex 15:20, 21; Re 5:1
  • +Re 11:34

1 Samuël 18:7

Verwijsteksten

  • +1Sa 21:11; 29:5

1 Samuël 18:8

Verwijsteksten

  • +Ge 4:5; Sp 14:30
  • +1Sa 13:14; 15:27, 28; 16:13; 20:31; 24:17, 20

1 Samuël 18:10

Voetnoten

  • *

    Of ‘als een profeet’.

Verwijsteksten

  • +1Sa 16:14
  • +1Sa 16:16, 23
  • +1Sa 19:9, 10

1 Samuël 18:11

Verwijsteksten

  • +1Sa 20:33

1 Samuël 18:12

Verwijsteksten

  • +1Sa 18:28, 29
  • +1Sa 16:14

1 Samuël 18:13

Voetnoten

  • *

    Lett.: ‘En hij ging uit en in voor het volk.’

Verwijsteksten

  • +2Sa 5:2

1 Samuël 18:14

Voetnoten

  • *

    Of ‘handelde wijs’.

Verwijsteksten

  • +1Sa 18:5
  • +Ge 39:2; Joz 6:27; 1Sa 10:7; 16:18

1 Samuël 18:17

Verwijsteksten

  • +1Sa 14:49
  • +1Sa 17:25
  • +1Sa 25:28
  • +1Sa 18:25

1 Samuël 18:18

Verwijsteksten

  • +2Sa 7:18

1 Samuël 18:19

Verwijsteksten

  • +2Sa 21:8

1 Samuël 18:20

Verwijsteksten

  • +1Sa 14:49; 19:11; 25:44; 2Sa 3:13; 6:16

1 Samuël 18:21

Voetnoten

  • *

    Of ‘door een huwelijk met mij verbonden’.

Verwijsteksten

  • +1Sa 18:17

1 Samuël 18:23

Verwijsteksten

  • +1Sa 18:18

1 Samuël 18:25

Verwijsteksten

  • +Ge 29:18
  • +1Sa 17:26, 36; 2Sa 3:14

1 Samuël 18:26

Verwijsteksten

  • +1Sa 18:21

1 Samuël 18:27

Verwijsteksten

  • +1Sa 17:25

1 Samuël 18:28

Verwijsteksten

  • +1Sa 16:13; 24:17, 20
  • +1Sa 18:20

1 Samuël 18:29

Verwijsteksten

  • +1Sa 18:9, 12; 20:33

1 Samuël 18:30

Voetnoten

  • *

    Of ‘handelde David wijzer’.

Verwijsteksten

  • +1Sa 18:5
  • +2Sa 7:9

Algemeen

1 Sam. 18:11Sa 14:1, 49
1 Sam. 18:11Sa 19:2; 20:17, 41; 2Sa 1:26
1 Sam. 18:21Sa 8:11; 16:22; 17:15
1 Sam. 18:31Sa 20:8, 42; 23:18; 2Sa 9:1; 21:7
1 Sam. 18:3Sp 17:17; 18:24
1 Sam. 18:51Sa 18:30
1 Sam. 18:51Sa 14:52
1 Sam. 18:6Ex 15:20, 21; Re 5:1
1 Sam. 18:6Re 11:34
1 Sam. 18:71Sa 21:11; 29:5
1 Sam. 18:8Ge 4:5; Sp 14:30
1 Sam. 18:81Sa 13:14; 15:27, 28; 16:13; 20:31; 24:17, 20
1 Sam. 18:101Sa 16:14
1 Sam. 18:101Sa 16:16, 23
1 Sam. 18:101Sa 19:9, 10
1 Sam. 18:111Sa 20:33
1 Sam. 18:121Sa 18:28, 29
1 Sam. 18:121Sa 16:14
1 Sam. 18:132Sa 5:2
1 Sam. 18:141Sa 18:5
1 Sam. 18:14Ge 39:2; Joz 6:27; 1Sa 10:7; 16:18
1 Sam. 18:171Sa 14:49
1 Sam. 18:171Sa 17:25
1 Sam. 18:171Sa 25:28
1 Sam. 18:171Sa 18:25
1 Sam. 18:182Sa 7:18
1 Sam. 18:192Sa 21:8
1 Sam. 18:201Sa 14:49; 19:11; 25:44; 2Sa 3:13; 6:16
1 Sam. 18:211Sa 18:17
1 Sam. 18:231Sa 18:18
1 Sam. 18:25Ge 29:18
1 Sam. 18:251Sa 17:26, 36; 2Sa 3:14
1 Sam. 18:261Sa 18:21
1 Sam. 18:271Sa 17:25
1 Sam. 18:281Sa 16:13; 24:17, 20
1 Sam. 18:281Sa 18:20
1 Sam. 18:291Sa 18:9, 12; 20:33
1 Sam. 18:301Sa 18:5
1 Sam. 18:302Sa 7:9
  • Nieuwewereldvertaling van de Bijbel
  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
Nieuwewereldvertaling van de Bijbel
1 Samuël 18:1-30

Het eerste boek Samuël

18 Nadat David met Saul had gesproken, ontstond er een hechte vriendschap tussen Jonathan+ en David,* en Jonathan ging van hem houden als van zichzelf.*+ 2 Vanaf die dag hield Saul David bij zich, en hij liet niet toe dat hij naar zijn vaders huis terugging.+ 3 Jonathan en David sloten een verbond,+ omdat Jonathan van hem hield als van zichzelf.*+ 4 Jonathan deed ook zijn mantel uit en gaf die aan David, net als zijn zwaard, boog en gordel en de rest van zijn uitrusting. 5 In opdracht van Saul ondernam David allerlei veldtochten, die allemaal een succes werden.*+ Saul stelde hem daarom over de soldaten aan,+ en daar waren de dienaren van Saul en het hele volk blij mee.

6 Elke keer dat David en de andere mannen terugkwamen van een overwinning op de Filistijnen, kwamen de vrouwen uit alle steden van Israël koning Saul zingend+ en dansend tegemoet met vreugdekreten, tamboerijnen+ en luiten. 7 Enthousiast zongen de vrouwen dan:

‘Saul versloeg er duizenden

en David tienduizenden.’+

8 Maar dat lied stond Saul helemaal niet aan en hij werd woedend.+ Hij zei: ‘Aan David schrijven ze tienduizenden toe en aan mij maar duizenden. Alleen het koningschap+ heeft hij nog niet!’ 9 Vanaf dat moment vertrouwde Saul David niet meer en hield hij hem in de gaten.

10 De volgende dag kreeg Saul last van een slechte geest van God,+ waardoor hij zich in huis abnormaal* gedroeg. Ondertussen speelde David net als andere keren op de harp.+ Saul had een speer in zijn hand.+ 11 Hij dacht bij zichzelf: ik zal David aan de muur spietsen! En hij gooide de speer naar David.+ Maar David ontsnapte tot twee keer toe aan hem. 12 Toen werd Saul bang voor David, omdat Jehovah met David was+ terwijl Hij Saul had verlaten.+ 13 Saul wilde David niet meer in zijn buurt hebben en stelde hem aan als bevelhebber over duizend. En David voerde het leger aan in de strijd.*+ 14 David had succes*+ in alles wat hij deed, en Jehovah was met hem.+ 15 Toen Saul zag dat David zo veel succes had, werd hij bang voor hem. 16 Maar in heel Israël en Juda was David geliefd omdat hij ze in hun veldtochten aanvoerde.

17 Later zei Saul tegen David: ‘Hier is Me̱rab, mijn oudste dochter.+ Ik geef je haar tot vrouw.+ Maar je moet me wel je moed blijven bewijzen en de oorlogen van Jehovah+ blijven voeren.’ Ondertussen dacht Saul: het is beter dat de Filistijnen hem om het leven brengen+ dan dat ik het doe. 18 David zei tegen Saul: ‘Wie ben ik en wat heeft de familie van mijn vader in Israël te betekenen dat ik de schoonzoon van de koning zou worden?’+ 19 Maar toen het moment kwam dat David Sauls dochter Me̱rab als vrouw zou krijgen, bleek dat ze al aan de Meholathiet A̱driël+ was uitgehuwelijkt.

20 Intussen was Sauls dochter Michal+ verliefd geworden op David. Dat werd doorgegeven aan Saul en het kwam hem goed uit. 21 Hij dacht: ‘Ik zal haar aan hem geven om hem in de val te lokken. Dan kunnen de Filistijnen hem ombrengen.’+ Saul zei dus opnieuw tegen David: ‘Vandaag word je mijn schoonzoon.’* 22 Ook gaf Saul zijn dienaren de opdracht: ‘Ga in het geheim met David praten en zeg tegen hem: “De koning is tevreden over je en al zijn dienaren mogen je graag. Je moet echt zijn schoonzoon worden.”’ 23 Toen Sauls dienaren dat tegen David zeiden, antwoordde hij: ‘Denken jullie dat een onbelangrijke en arme man zoals ik zomaar de schoonzoon van de koning kan worden?’+ 24 De dienaren van Saul vertelden hem wat David had gezegd.

25 Saul zei: ‘Dit moet je tegen David zeggen: “De koning vraagt als bruidsprijs+ alleen 100 voorhuiden+ van de Filistijnen, om wraak te nemen op de vijanden van de koning.”’ Saul was namelijk van plan David door de Filistijnen te laten ombrengen. 26 Zijn dienaren brachten het verzoek over aan David, en David stemde ermee in de schoonzoon van de koning te worden.+ Binnen de afgesproken termijn 27 ging David met zijn mannen op pad, doodde 200 Filistijnen en bracht alle voorhuiden naar de koning. Zo kon hij de schoonzoon van de koning worden. Vervolgens gaf Saul hem zijn dochter Michal tot vrouw.+ 28 Saul besefte dat Jehovah met David was+ en dat zijn dochter Michal van David hield.+ 29 Daardoor nam zijn angst voor David nog meer toe en werd hij voor de rest van zijn leven een vijand van hem.+

30 Elke keer dat de aanvoerders van de Filistijnen in de aanval gingen, had David meer succes* dan alle andere dienaren van Saul.+ Zijn naam werd overal geëerd.+

Publicaties in Surinaamse Gebarentaal (2008-2024)
Afmelden
Inloggen
  • Surinaamse Gebarentaal
  • Delen
  • Instellingen
  • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
  • Gebruiksvoorwaarden
  • Privacybeleid
  • Privacyinstellingen
  • JW.ORG
  • Inloggen
Delen