Psalmen
Laat mijn hele wezen* Jehovah loven.+
2 Ik zal Jehovah mijn hele leven loven.
Ik zal lofzangen zingen* voor mijn God zolang ik leef.
4 Zijn geest* gaat uit, hij keert terug naar de grond.+
Op die dag vergaan zijn gedachten.+
6 Hij is de Maker van de hemel, de aarde,
de zee en alles wat ze bevatten.+
Hij blijft altijd trouw.+
7 Hij doet recht aan wie zijn afgezet,
hij geeft brood aan wie honger hebben.+
Jehovah bevrijdt de gevangenen.*+
8 Jehovah opent de ogen van de blinden,+
Jehovah richt wie gebukt gaan op,+
Jehovah houdt van de rechtvaardigen.
9 Jehovah beschermt de vreemdelingen,
hij steunt het vaderloze kind en de weduwe,+
10 Jehovah zal voor eeuwig Koning zijn,+
jouw God, o Sion, van generatie op generatie.
Loof Jah!