18 Alle dienaren die met hem meegingen,* en alle Kre̱thi en Ple̱thi,+ en de Gathieten+ (600 mannen die zich in Gath+ bij hem* hadden aangesloten) trokken voorbij terwijl de koning ze inspecteerde.*
7 De mannen van Joab,+ de Kre̱thi, de Ple̱thi+ en alle dappere strijders gingen dus achter hem aan. Ze vertrokken uit Jeruzalem om Se̱ba, de zoon van Bi̱kri, te achtervolgen.