Jonge mensen vragen . . .
Waarom kan ik niet wat meer privacy hebben?
Geacht Wachttorengenootschap,
Ik ben twaalf jaar. Waarom kan ik niet wat privacy hebben? Mijn ouders hebben niet genoeg vertrouwen in me om me mijn eigen tv in m’n kamer te laten hebben. Ik weet wel dat ze gewoon bezorgd zijn, maar dit gaat toch te ver!
[Was getekend] Keith
PRIVACY — tieners vinden vaak dat zij op dat gebied niet krijgen wat hun toekomt. Als de vijftienjarige Heather privé-post of telefoontjes van haar vriendinnen krijgt, zit haar moeder op een irritante manier naar de inhoud te vissen. Zelfs als Heather gewoon een poosje alleen op haar kamer wil zijn, moet haar moeder vaak nieuwsgierig weten waarom zij dat wil.
De twaalfjarige Alison heeft een ander probleem. „Mijn ouders geven me genoeg privacy, maar mijn zusje niet. Wij hebben samen een kamer. Soms kom ik vroeg thuis en begin ik aan mijn huiswerk, en zodra zij binnenkomt, begint ze me te vertellen wat er op school gebeurd is . . . En ’s avonds, als ik nog steeds aan mijn huiswerk zit, vallen mijn broer en zus . . . telkens de kamer binnen. Ze maken er een puinhoop van en ik moet de boel maar weer opruimen.” — Listen to Us!, onder redactie van Dorriet Kavanaugh.
Voor de een betekent privacy heel wat anders dan voor de ander, en de persoonlijke behoeften lopen ook uiteen. Sommigen snakken naar wat tijd alleen om zich te ontspannen. Anderen willen gewoon wat zeggenschap over hun tijd en hun persoonlijke bezittingen hebben. Weer anderen willen geen last hebben van luidruchtige broers of zussen of klasgenoten, en van naar hun mening al te nieuwsgierige ouders.
Hoe staat het met jou? Heb jij wel eens behoefte aan wat „ruimte” of privacy in je leven? Als dat zo is, sta je daarin niet alleen. De schrijvers van The Healthy Adolescent: A Parents’ Manual zeggen: „Tieners verlangen naar privacy en hebben die ook nodig.” Waarom is privacy echter zo belangrijk voor jongeren? En waarom is het vaak zo moeilijk wat privacy te hebben?
De behoefte aan privacy
De behoefte aan privacy is vooral dringend als je een tiener bent. Je bent op weg naar de volwassenheid en dus is het de gewoonste zaak van de wereld dat je een mate van onafhankelijkheid van je ouders wenst. Volgens de onderzoekers Jane Norman en Myron W. Harris is het eisen van privacy één manier waarop tieners ’een emotionele afstand tussen zichzelf en andere gezinsleden scheppen’.
Privacy voorziet ook in een aantal fundamentele menselijke behoeften. Volgens de socioloog Albert Mehrabian kan een beetje tijd voor jezelf dienen als een bescherming tegen de druk van het dagelijks leven. Mehrabian betoogt dat „te weinig privacy op zich al stress betekent. Je wordt vaker ziek, krijgt makkelijker een ongeluk, je bent prikkelbaar — je kunt niet met mensen opschieten — en als de situatie aanhoudt, word je neerslachtig.”
Ja, zelfs de Zoon van God zei eens tegen zijn discipelen: „’Komt, gij alleen, naar een eenzame plaats en rust wat uit.’ Want er waren er velen die kwamen en gingen, en zij hadden zelfs geen gelegenheid om een maaltijd te nuttigen” (Markus 6:31). Bij die gelegenheid hadden zij gewoon behoefte aan privacy! Natuurlijk waren dat volwassenen. Maar veel jongeren zouden die behoefte ook kunnen voelen. Neem bijvoorbeeld de jeugdige Erika eens. Als zij van streek is, vindt zij het ’t beste het gezelschap van mensen te vermijden. „Ze frustreren me”, legt zij uit. „Het is heel gewoon als je een bepaalde periode alleen wilt zijn. Je moet wat privacy hebben, anders word je gespannen of neerslachtig.”
Uit onderzoekingen blijkt dat een bescheiden mate van alleenzijn heilzaam is. Het boek Being Adolescent zegt: „Mensen moeten alleen zijn om hun eigen persoonlijkheid te ontwikkelen.” Het voegt eraan toe dat „mits het alleenzijn binnen de perken wordt gehouden — de afwezigheid van anderen het mogelijk maakt onze gedachten te ordenen en ons beter te concentreren”. De studie die de schrijvers maakten van 75 tieners, bracht aan het licht dat de ’psychologische toestand’ van de jongeren verbeterde als zij een poosje alleen waren. „Tieners berichten dat zij vlak nadat zij een poosje alleen zijn geweest niet alleen alerter zijn, maar ook aanzienlijk opgewekter en sterker.”
Het is interessant dat wij in de bijbel lezen dat de patriarch Isaäk „tegen het vallen van de avond buiten [rondliep] om te mediteren in het veld” (Genesis 24:63). Hij zou kort daarna zware verantwoordelijkheden te dragen krijgen. Zulke ogenblikken alleen hielpen Isaäk ongetwijfeld zijn gedachten te ordenen en zich te ontspannen.
Waarom het zo moeilijk is wat privacy te hebben
Het tijdschrift American Health: Fitness of Body and Mind berichtte over de bevindingen van dr. Lawrence Fisher, een hoogleraar in de psychiatrie aan de University of California: „Tieners zijn emotioneel en lichamelijk gezonder als zij voldoende privacy hebben.” Waarom is het dan zo vaak moeilijk wat privacy te hebben als je jong bent?
Jij zult het waarschijnlijk volkomen eens zijn met de schrijvers van The Healthy Adolescent: A Parents’ Manual, die zeggen: „Het is voor [tieners] belangrijk dat anderen niet aan hun eigen . . . persoonlijke gedachtenwereld, hun post, hun telefoongesprekken en dagboeken komen.” Je ouders kunnen echter zo vrij zijn daar anders over te denken, in de overtuiging dat zij betrokken moeten zijn bij alles wat zich in je leven afspeelt.
Bezorgd, of achterdochtig als het hun opvalt dat je veel tijd in je kamer doorbrengt met de deur dicht, kunnen je ouders zich zelfs bemoeien met de tijd die je alleen doorbrengt. Of zoals Keiths ouders, die in het begin werden genoemd, kunnen zij nauwlettend in het oog willen houden naar welke televisieprogramma’s je kijkt of welke films je ziet. Zo nu en dan komt de inmenging van ouders op sommige jongeren als overdreven over. „Als ik een jongen op bezoek heb,” klaagde een zestienjarig meisje tegen een columnist van een nieuwsblad, „vindt mijn moeder het verschrikkelijk als wij de deur dichtdoen terwijl wij op mijn kamer zijn. Zij schreeuwt altijd: ’Laat die deur open!’ Het brengt me in verlegenheid . . . We doen helemaal niets.” Toch heeft haar moeder gelijk, want het is gepast de deur open te houden en het vormt een goede bescherming tegen de verleiding iets verkeerds te doen.
Je privacy kan ook beperkt zijn door je omstandigheden. In veel landen is woonruimte zeer duur en wonen gezinnen dicht opeen in één enkele kamer. Zelfs in welvarende landen kunnen veel gezinnen het zich niet veroorloven elk kind een eigen kamer te geven. Dit kan aanleiding zijn tot talloze ruzies over woonruimte. „Nu heb ik zelfs geen eigen kamer meer”, zegt een meisje dat plotseling belandde in een gezin met vier kinderen toen haar moeder hertrouwde. „Ik moet alles delen.”
Rechten tegenover plichten
Nieuwsgierige ouders, bemoeiallen van broertjes en zusjes, opdringerige stiefbroertjes en -zusjes, beperkte woonruimte — het kan allemaal een ware bron van ergernis zijn voor een tiener die gewoon een beetje privacy wil. Belangrijker dan persoonlijke „rechten” zijn echter de plichten en verantwoordelijkheden die God ons heeft gegeven.
Zo wordt ouders geboden hun kinderen ’op te leiden’ (Spreuken 22:6). Soms houdt dit in dat zij je privacy beperken. Zij weten uit ervaring dat te veel afzondering ongezond kan zijn en ertoe kan leiden dat een jongere lusteloos, neerslachtig of egocentrisch wordt. Zoals Spreuken 18:1 zegt: „Wie zich afzondert, zal zijn eigen zelfzuchtige verlangen zoeken.” Zij weten ook dat ’dwaasheid aan het hart van een knaap — of een meisje — gebonden is’. Een „aan zichzelf overgelaten” jongere zonder richtlijnen of beperkingen kan zichzelf dan ook gemakkelijk lichamelijke, emotionele en geestelijke schade berokkenen (Spreuken 22:15; 29:15). Het is daarom geen wonder dat ouders het als hun plicht zien toezicht op je privacy te houden.
Ook op jou rust een ernstige plicht. „Eer uw vader en uw moeder” (Efeziërs 6:2). Dat betekent dat je niet opstandig bent en tegen de wensen van je ouders ingaat, maar zo goed als in je vermogen ligt met hen samenwerkt. Maar als zij je nu naar jouw mening onredelijke beperkingen opleggen? Als je open, eerlijk en volkomen betrouwbaar bent, zal dat er waarschijnlijk toe leiden dat hun strakke toezicht soepeler wordt. Zo is het ook met de problemen die voortvloeien uit het delen van een kamer met broers of zussen — vaak kunnen er verstandige stappen worden gedaan om de situatie te verbeteren. In een toekomstig artikel zullen enkele van die dingen worden besproken.
Maak ondertussen het beste van je situatie. Beperkte privacy is het lot van miljoenen jongeren. Probeer de zaak van de humoristische kant te bekijken en vermijd het gefrustreerd of prikkelbaar te worden. Dat zou een toch al moeilijke situatie alleen maar verergeren. En houd in gedachte dat juist toezicht op je vrijheid door liefdevolle ouders die om je geven, een bescherming en zegen is. Wees er dankbaar voor.
[Illustratie op blz. 26]
Privacy is vaak moeilijk te vinden als je je kamer met een broer of zus deelt