Kinderopvoeding wereldwijd — Met liefde, streng onderricht, het goede voorbeeld en geestelijke waarden
OUDERS uit verschillende landen hebben verslagen ingestuurd over de succesvolle opvoeding van hun kinderen vanaf de baby- tot en met de tienerjaren. Zij zijn allemaal Jehovah’s Getuigen en daarom wordt in hun verslagen de noodzaak beklemtoond van aandacht op de vier terreinen die in de titel worden opgesomd. De hier afgedrukte uittreksels geven slechts enkele aspecten weer van de manier waarop zij hun gezin hebben opgeleid.
Uit Hawaii
„Zoals de bijbel ons vertelt, is liefde de ’grootste’ eigenschap. Huis en gezin moeten doortrokken zijn van liefde met al haar kostbare facetten. Carol en ik hebben deze goddelijke eigenschap in ons huwelijk gedeeld. Wij hebben een hechte band. Wij zijn graag samen. Ik kan niet genoeg beklemtonen dat ik ervan overtuigd ben dat de voornaamste sleutel tot het met succes grootbrengen van kinderen een gelukkig getrouwd paar is.
Ik herinner me tot op deze dag de krachtige gevoelens die in mijn hart opwelden gedurende de dagen en weken nadat ons eerste kind was geboren. Er was eerbiedige verwondering over het begin van een nieuw levend schepsel. Ik herinner me dat Carol er zo gelukkig en tevreden uitzag als zij Rachel de borst gaf. Ik was blij voor haar, maar ik voelde ook iets van wrevel, een sprankje jaloezie. Carol smeedde een band met Rachel, maar waar was ik? Ik had het gevoel dat ik — weliswaar heel zachtjes — uit het middelpunt van ons gezinnetje was geduwd. Met Jehovah’s hulp kon ik Carol mijn gevoelens en bezorgdheid duidelijk maken en zij voelde met me mee en gaf me veel steun.
Daarna kwam ik onze pasgeboren baby nader doordat ik hielp met alle babykarweitjes, ook met enkele van de onaangename — het uitspoelen van een vuile luier is op z’n zachtst uitgedrukt een unieke ervaring! Na Rachel hebben wij nog vijf kinderen gekregen. Rebecca is de jongste en die is nu acht jaar. Wij hebben met elk van onze kinderen een persoonlijke, individuele bijbelstudie gehouden.
Nog iets over het grootbrengen van heel kleine kinderen. Carol en ik hebben het prettig gevonden om meteen na de geboorte al met onze baby’s te praten. We praatten over van alles en nog wat. Soms praatten we over Jehovah en zijn schitterende wonderwerken. Soms zeiden we malle, schalkse en grappige dingen. Natuurlijk probeerden wij hun iets te leren, maar in de eerste plaats was het veeleer een prettig, ontspannen, zorgeloos samenzijn. Ik geloof dat dat gebabbel veel bijgedragen heeft tot de band tussen ouders en kind. Het heeft ongetwijfeld de goede communicatie helpen scheppen die wij in ons gezin hebben gehad.
Jehovah heeft ons de grotere waarde van geestelijke zaken geleerd, van onszelf wegcijferen. Carol en ik hebben nooit een overvloed van stoffelijke bezittingen gehad, maar wij hebben er ook nooit echt moeite voor gedaan of ze gemist. Als wij meer van onze tijd besteed hadden aan het najagen van rijkdom, hadden wij niet genoeg tijd aan Jehovah en ons gezin kunnen besteden. Wij hebben de juiste keuze gedaan.” (Nu volgen Carols opmerkingen.)
„Ik geloof dat het geven van borstvoeding in belangrijke mate bijdraagt tot het ontstaan van een band tussen baby’s en hun moeder. Je bent zo lang bezig met het knuffelen en dragen van je baby dat je wel een hechte band moet krijgen. De moeder kan nooit langer dan twee tot vier uur bij de baby weg. Ed en ik hebben er altijd heel streng de hand aan gehouden dat wij onze kinderen niet aan babysitters overlieten. Ik heb mijn kinderen altijd zelf willen onderwijzen en hen willen zien opgroeien. Daarom heb ik in de periode dat zij klein waren, geen baan buitenshuis gehad. Ik denk dat dit hen heeft helpen beseffen hoe belangrijk zij voor ons waren. De voornaamste manier om een band met je kinderen te krijgen, is door tijd met hen door te brengen. Niets kan je lichamelijke aanwezigheid vervangen. Alle stoffelijke dingen bij elkaar kunnen je plaats niet innemen.
De tienerjaren waren alleen moeilijk omdat ik moest verwerken dat kleine kinderen groot worden. Het was erg moeilijk te aanvaarden, het besef dat zij me niet zo hard meer nodig hadden en onafhankelijk werden. Het is een bange tijd, een toets op al het onderwijzen, streng onderrichten en vormen dat je hebt gedaan. Als ze eenmaal tieners zijn, is het echt te laat om nog te beginnen. Te laat om dan nog te proberen hun morele beginselen, liefde voor mensen en vooral liefde voor Jehovah bij te brengen. Die dingen moeten hun vanaf de geboorte ingescherpt worden.
Je hebt 12 jaar om je werk vóór die kritieke tienerjaren gedaan te krijgen. Maar als je hard gewerkt hebt om bijbelse beginselen toe te passen, komt de tijd dat je vreugde en vrede oogst wanneer zij in alle oprechtheid besluiten dat zij Jehovah willen dienen.” — Edward en Carol Owens.
Uit Zimbabwe
„Kinderen zijn ’een erfdeel van Jehovah’, zegt de bijbel in Psalm 127:3. Dat hebben wij in gedachte gehouden en het heeft ons als ouders geholpen alles te doen wat wij konden om zorg te dragen voor dit erfdeel. Een van de voornaamste dingen waarnaar in ons gezin werd gestreefd, was dingen samen te doen — samen te bidden, samen de bijbel te bestuderen, samen te aanbidden, samen te werken, samen vrienden te bezoeken en samen pret te maken.
Soms was er streng onderricht nodig. Op een keer kwam onze zoon, een jonge tiener, erg laat thuis. Wij maakten ons zorgen. Hij was ontwijkend. Wij voelden dat er iets aan de hand was, maar wij besloten de zaak te laten rusten tot de volgende ochtend. Rond middernacht werd er op onze slaapkamerdeur geklopt. Het was onze zoon, met betraande ogen.
’Vader, Moeder, ik heb de afgelopen vier uur niet kunnen slapen, gewoon omdat ik niet geluisterd heb toen u me raad uit de bijbel gaf over slechte omgang. Vandaag na schooltijd presten een paar kinderen me met hen te gaan zwemmen en een van de jongens trok me onder water. Als een andere jongen me niet geholpen had, zou ik verdronken zijn. Ze lachten me uit en noemden me een lafaard. Ik ben onmiddellijk naar huis gegaan, maar ik ben buiten gebleven omdat ik me schuldig voelde. Het spijt me dat ik niet naar u geluisterd heb toen u me aan de hand van de bijbel waarschuwde voor slechte omgang.’ — 1 Korinthiërs 15:33.
Hij huilde en wij ook. Wij waren blij dat hij zijn les had geleerd, maar wij straften hem om het meer indruk te laten maken. Exodus 34:6, 7 laat zien dat Jehovah barmhartig is en dwaling vergeeft, maar toch ’geenszins vrijstelling van straf zal geven’.” — David en Betty Mupfururirwa.
Uit Brazilië
„Ik ben weduwe en moet mijn zoon alleen grootbrengen. Bovendien heb ik een baan als onderwijzeres. Het is niet makkelijk kinderen te onderwijzen en streng te onderrichten. Daarvoor zijn duidelijk onderricht, evenwichtige discipline en een goed voorbeeld van de zijde van de ouders nodig. Het viel mij moeilijk streng en tegelijk meelevend te zijn. Ik moest de kunst aanleren te luisteren, vooral met mijn hart te luisteren. Het is belangrijk van gedachten te wisselen, niet alleen te praten, maar het kind erin te betrekken, hem emotioneel te laten reageren. Ik probeerde hem het gevoel te geven dat hij erbij hoorde door hem te betrekken bij het gezinsbudget. Als de elektriciteits- of de waterrekening kwam, of de prijs van kleding of schoenen omhoogging, bespraken wij die dingen met elkaar.
Het is belangrijk een oprecht compliment te geven voor dingen die goed gedaan zijn. Als de gelegenheid zich voordeed, liet ik hem zien hoe waardevol het is zich aan Gods wetten en beginselen te houden. Bij één gelegenheid moest ik, na hem verscheidene keren raad gegeven te hebben, de letterlijke roede gebruiken. Wat was dat moeilijk voor me, maar de resultaten waren geweldig! In de puberteit hebben we onze ups en downs, maar wij beseffen de waarde van onderricht en straf. Hij vertelt me zijn persoonlijke problemen en brengt zijn gevoelens onder woorden.
Ik moet waakzaam blijven om de communicatie goed te houden. Daarom probeer ik niet al te veel op te gaan in mijn werelds werk, zodat ik altijd nog tijd voor mijn zoon heb. Als wij toch problemen hebben, probeer ik erg aandachtig te luisteren, en met de hulp van Jehovah overwinnen wij ze. Ik vertel hem dat ik net zo goed fouten maak. Op een keer was ik erg kwaad en zei ik tegen hem dat hij ’zijn bek moest houden’. Hij zei tegen me dat als je iemand zei ’zijn bek te houden’, daaruit gebrek aan liefde sprak. Hij had gelijk. Die middag hadden we een heel lang gesprek.” — Yolanda Moraes.
Uit Zuid-Korea
„Ik heb ijverig bijbelse beginselen in mijn gezinsleven toegepast. Vooral Deuteronomium 6:6-9 was diep in mijn hart gegrift. Daarom probeerde ik zo veel mogelijk bij mijn kinderen te zijn, een hechte band met hen te hebben en de beginselen uit Gods Woord in hun geest en hart te griffen. Ik nodigde ook zendelingen en leden van de Bethelfamilie bij ons thuis uit om mijn kinderen een idee te geven van de volle-tijddienst.
Het eerste wat ouders moeten doen als kinderen problemen veroorzaken, is de vruchten van de geest tentoonspreiden. Het is niet moeilijk je aan de kinderen te ergeren en boos te worden. Wij ouders moeten echter geduldig zijn en een voorbeeldig gedrag aan de dag leggen. Het is belangrijk kinderen te respecteren en hen in de gelegenheid te stellen de situatie uit te leggen. Is er geen onomstotelijk bewijs voor een verkeerde daad, vertrouw hen dan en bouw hen altijd op. Moet u een kind straffen, redeneer dan eerst met hem, maak hem duidelijk wat hij verkeerd heeft gedaan en zet uiteen hoe onaangenaam zijn daad was voor Jehovah en voor zijn ouders. Straf hem dan pas. Vaak zeiden mijn zoons nadat zij streng onderricht hadden gehad: ’Pa, ik begrijp zelf niet waarom ik zo opstandig was. Het was zo dom.’ Zij hebben waardering voor ouders die genoeg om hen geven om hen te straffen.
Ouders moeten alert zijn op het begin van verkeerd gedrag. Toen mijn oudste zoon in de derde klas van de middelbare school zat, hoorde ik harde rockmuziek uit zijn kamer komen. Ik ontdekte dat hij lid was geworden van een leerlingenbegeleidingsteam (oudere, voorbeeldige leerlingen die andere leerlingen raad gaven), en hij had blootgestaan aan wereldse invloeden. Ik hoorde dat hij onder aanhoudende druk van teamleden en uit nieuwsgierigheid had gerookt. Wij redeneerden samen over de gevaren van roken en mijn zoon kwam zelf tot de conclusie dat hij zich uit het team moest terugtrekken, en dat deed hij ook. Om de leegte te vullen die ontstaan was door het laten varen van twijfelachtige schoolactiviteiten, troffen wij regelingen voor gezonde ontspanning met het gezin en leden van de gemeente.
Tot slot wil ik zeggen dat het belangrijkste is, dat ouders een goed voorbeeld geven. Ik had mijn twee jongens altijd gezegd dat ik God wilde dienen als een volle-tijdprediker van het goede nieuws. Toen mijn jongste zoon van school kwam, kon ik mijn baan bij een zijdefabriek opzeggen en ging ik in de volle-tijddienst. Mijn twee jongens zagen mijn vastbeslotenheid en volgden mijn voorbeeld. Na enige tijd in de gevangenis gezeten te hebben wegens de neutraliteitskwestie gingen beiden in de volle-tijddienst en zijn daar nu nog steeds in.” — Shim Yoo Ki.
Uit Zweden
„Wij hebben zeven kinderen grootgebracht, vijf jongens en twee meisjes. Zij zijn nu volwassen en allemaal heel actief in de prediking van het goede nieuws van Gods koninkrijk. Al op heel jeugdige leeftijd woonden de kinderen de gemeentevergaderingen bij en gingen met ons in de velddienst. Stap voor stap leerden zij het predikingswerk — aanbellen, groeten, hun naam zeggen en een strooibiljet, traktaat of tijdschrift aanbieden. Toen zij nog heel jong waren, hielden zij al lezinkjes op de theocratische bedieningsschool.
Soms vergden ernstige problemen bijzondere aandacht. Liefde en geduld tonen is dan belangrijk — geen geschreeuw of geruzie. Problemen werden opgelost door dingen te beredeneren en Jehovah’s zienswijze te beklemtonen. Wij leerden hun met geld om te gaan. Toen zij ouder waren, hadden zij een baantje; zij brachten kranten rond, groeven turf, hielden tuinen bij, enzovoort. Bezoeken aan hun grootouders, die ver weg woonden, maakten hen bewust van de problemen van oudere mensen en gaven hun medegevoel met hen.
Op onze 30ste trouwdag kregen wij de volgende brief:
’Aan onze lieve ouders,
ONZE DANK VOOR ALLES! De innige liefde waarmee jullie ons overladen hebben, het echte geloof dat jullie ons ingeprent hebben, de geweldige hoop die jullie ons gegeven hebben — de waarde ervan is niet in woorden of geld uit te drukken. Wij hopen echter dat jullie uit dit kleine aandenken zullen opmaken hoeveel wij van jullie houden, lieve Vader en Moeder. [Was getekend] Jullie kinderen.’
Terugblikkend op al deze ’20-jaar-projecten’, zijn wij Jehovah, onze hemelse Vader, die ons zo barmhartig is geweest, innig dankbaar.” — Bertil en Britta Östberg.
Diverse kortere commentaren van ouders
„Dat de moeder de baby de borst geeft, is Jehovah’s methode om baby en moeder in nauw lichamelijk contact te brengen, maar een vader kan dit aanvullen met een schommelstoel. Ik persoonlijk vond het heerlijk onze kinderen in mijn armen te nemen en ze bijna elke avond in slaap te wiegen.”
„Als vader was ik niet toegerust om onze kinderen de borst te geven, maar ik had wel nauw lichamelijk contact met hen door hen ’s avonds in bad te doen. Dat was voor mij en voor hen een feest!”
„Af en toe heb ik elk van onze kinderen, afzonderlijk, mee uit eten genomen. Zij vinden het heerlijk hun Pappa zo voor zich alleen te hebben.”
„Naarmate de jaren verstreken, vertrouwden wij hun beetje bij beetje meer vrijheid en verantwoordelijkheden toe. Een samengedrukte veer in je hand moet langzaam losgelaten worden om te voorkomen dat ze onbeteugeld wegvliegt.”
„Toon heel veel genegenheid. Er is nog nooit een kind gestorven aan liefkozingen en kussen — maar als zij ze moeten ontberen, kunnen hun gevoelens afsterven.”
„Wees geduldig, maak hen niet moedeloos. Hak niet voortdurend op hen. Laat hen zelfrespect ontwikkelen. Geef op elke uiting van kritiek vier complimenten!”
„Doe je uiterste best, dan worden ze op hun best.”
[Illustratie op blz. 9]
Jonge kinderen als Rebecca hebben echte genegenheid nodig
[Illustratie op blz. 10]
De tijd nemen om dingen samen te doen, draagt bij tot een hechte gezinsband