Word het niet moe
1 Het Jaarboek 1991 spreekt over een opwindende expansie die over de gehele aarde plaatsvindt. Het ene land na het andere bericht een nieuw hoogtepunt in verkondigers.
2 Maar hoe staat het er in jouw gebied voor? Stuit je op onverschilligheid? Zijn de mensen apathisch voor de Koninkrijksboodschap? Tref je weinig mensen thuis? Reageren weinig mensen gunstig? Als dat zo is, kun je misschien aangemoedigd worden door de raad van Paulus in Galaten 6:9: „Laten wij het . . . niet opgeven te doen wat voortreffelijk is, want te zijner tijd zullen wij oogsten indien wij het niet moe worden.” Doen wat voortreffelijk is, houdt beslist in dat wij het goede nieuws van het Koninkrijk van deur tot deur prediken. Wij moeten met dringendheid blijven prediken, totdat Jehovah zegt dat het werk geëindigd is (Jes. 6:8). Zelfs in moeilijke gebieden worden nog steeds met schapen te vergelijken personen gevonden.
3 Wat kunnen wij doen om het niet moe te worden in de bediening? Onze benadering of onze inleidingen wijzigen, zou een hulp kunnen zijn. Het Redeneren-boek bevat uitstekende suggesties. Heb je ze uitgeprobeerd? Een zeer korte, doch rechtstreekse benadering kan de aandacht van meer huisbewoners vasthouden. Laat mensen weten dat je er bent omdat je persoonlijke belangstelling voor hen en hun welzijn hebt.
WERKEN MET DE SPECIALE AANBIEDING
4 In januari kunnen wij onze bezorgdheid voor anderen tonen door de oudere boeken aan te bieden. Op welk boek ook de aandacht wordt gevestigd, het is niet moeilijk daarin een hoofdstuk of een gedeelte te vinden dat spreekt over Gods koninkrijk. Een ieder van ons beveelt dit Koninkrijk aan en ondersteunt het door de prediking van het goede nieuws. De boeken zijn uitstekende instrumenten om anderen te helpen meer te vernemen over het Koninkrijk dat zij zo vaak in hun gebeden noemen, maar waarover zij toch zo weinig weten.
5 In veel boeken staan illustraties van paradijstaferelen. Wie zou niet in zulke omstandigheden willen leven? Zulke plaatjes en enkele goed gekozen aanhalingen uit een of twee paragrafen zullen heel nuttig zijn bij het aanbieden van de drie oudere boeken voor een bijdrage van slechts ƒ 1,–. Zo’n benadering past goed bij het huidige Onderwerp voor gesprekken.
6 Stellig kunnen wij persoonlijk aangemoedigd en gesterkt worden door elke week aan de Koninkrijksprediking deel te nemen. Bovendien kan onze geestelijke gezindheid op een hoog peil worden gehouden door consequent Gods Woord te bestuderen en een geregeld aandeel aan de gemeentevergaderingen te hebben. — Hebr. 10:23-25.
MOEDIG ANDEREN AAN OM STERK TE BLIJVEN
7 Je kunt jezelf helpen en anderen aanmoedigen door met hen in de velddienst te werken (Gal. 6:10). Waarom zou je de pioniers en de ouderlingen niet vragen of je met hen kunt werken? Ook degenen die ongeregeld of misschien inactief zijn, zouden aangemoedigd worden door jouw belangstelling voor hun geestelijke welzijn.
8 Wij allen moeten in Jehovah’s dienst volharden en het in deze moeilijke laatste dagen niet moe worden. Deze volharding zal ons in staat stellen als christenen ijverig te blijven ondanks moeilijkheden of apathie van de zijde van anderen (Hebr. 10:36-39). Bid tot Jehovah om sterkte (Jes. 40:29-31). Vraag hem je te helpen volharden en behoud een positieve geestesgesteldheid. Vergeet niet dat wij Gods werk doen. Hij ziet wat wij in zijn dienst doen en hij vergeet het niet (Hebr. 6:10). Laten wij het dus niet moe worden! Laten wij daarentegen ’altijd volop te doen hebben in het werk van de Heer’, in het vertrouwen dat Jehovah ons sterkt voor zijn ’voortreffelijke werk’. — 1 Kor. 15:58; Gal. 6:9.