Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • g82 8/7 blz. 8-12
  • Hoe het protestantisme eerbied voor de bijbel ondermijnt

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • Hoe het protestantisme eerbied voor de bijbel ondermijnt
  • Ontwaakt! 1982
  • Onderkopjes
  • Vergelijkbare artikelen
  • Gehechtheid aan de bijbel overschat
  • Protestantisme en hogere bijbelkritiek
  • Fundamentalisten — geen ware vrienden van de bijbel
  • Protestantisme en wereldsgezindheid
  • Deel 17: Vanaf 1530 — Het protestantisme — Een hervorming?
    Ontwaakt! 1989
  • Vragen van lezers
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1989
  • Protestantisme’s tweelingpositie
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1957
  • „Als de trompet een onduidelijk signaal geeft . . .”
    Ontwaakt! 1987
Meer weergeven
Ontwaakt! 1982
g82 8/7 blz. 8-12

Hoe het protestantisme eerbied voor de bijbel ondermijnt

DE EEUWENOUDE tegenstand van de katholieke Kerk tegen een bijbel die door gewone mensen in hun eigen volkstaal gelezen kon worden, heeft vele oprechte katholieken doen geloven dat de bijbel een „protestants boek” is. En natuurlijk beschouwen de protestanten zelf hun godsdienst als voor de volle 100 procent op de bijbel gebaseerd. Een gezaghebbend boek verklaart: „Het is geen misvatting om te zeggen dat de grondslag [van het protestantisme] nog steeds de bijbel is, waarin het Woord van God staat, of dat de bijbel het boek is van de Kerk, het gezin en het individu, het boek waartoe de protestant zich wendt voor praktische raad met betrekking tot zijn zedelijk leven, het maatschappelijk verkeer en zijn denken over de mens, zijn aard, zijn bestemming en zijn verhouding tot God.”a

Een wetenschappelijk artikel over de geschiedenis van het protestantisme draagt als ondertitel „De rol van de bijbel” en verklaart: „De gemeenschappelijke factor in het protestantisme is geweest de aanvaarding van het gezag van de bijbel boven dat van de kerken; het geloof dat kerkelijke bedieningen of hiërarchieën getoetst moesten worden aan de bijbel als het Woord van God; de leer dat alle dingen die nodig zijn voor redding in de Heilige Schrift gevonden konden worden.” — Encyclopaedia Britannica, 1979.

Daarom voelt de gemiddelde protestant in het algemeen een sterkere band met de bijbel dan de gemiddelde katholiek, die weet dat er van hem wordt verwacht dat hij evenveel geloof hecht aan de kerkelijke traditie als aan de Heilige Schrift. Maar is het waar dat de bijbel de „grondslag” is van de leerstellingen van het protestantisme, en wendt de gemiddelde protestant (geestelijke of leek) zich nog tot de bijbel „voor praktische raad met betrekking tot zijn zedelijk leven”?

Gehechtheid aan de bijbel overschat

De feiten tonen aan dat vanaf de vroegste dagen van de Reformatie de strikte trouw van het protestantisme aan de bijbel sterk is overschat. Hoewel Luthers naam onverbrekelijk verbonden is met zijn vertaling van de bijbel, plaatste hij in zijn theologie „persoonlijk inzicht” boven wat duidelijk in de bijbel geschreven staat. In zijn pogingen het bewijs te leveren voor „rechtvaardiging uit genade door geloof” kende Luther grotere belangrijkheid toe aan bijbelboeken als Romeinen en Galáten en minder gewicht aan canonieke boeken als Hebreeën, Jakobus, Judas en Openbaring, waarmee hij „een canon binnen de canon” creëerde.

Evenzo heeft Johannes Calvijn lippendienst aan de bijbel bewezen. Zijn belangrijkste werk Instituties van de christelijke religie bevat echter onschriftuurlijke leerstellingen zoals de Drieëenheid (boek I), de afwezigheid van een vrije wil bij de mens (boek II), absolute predestinatie (boek III) en kinderdoop (boek IV). Ook deelde hij in de verantwoordelijkheid voor de gevangenneming en daaropvolgende dood op de brandstapel van Michael Servet, een andere hervormer die echter niet Calvijns mening over de Drieëenheid deelde. Was dit een kwestie van erkenning van het oppergezag van de bijbel, bijvoorbeeld van de raad tegen vergelding die in Romeinen 12:17-21 te vinden is? Beslist niet!

Bovendien bleven de hervormers en de protestantse kerken die zij stichtten, de geloofsbelijdenissen aanvaarden die waren uitgevaardigd door vroegere oecumenische concilies van de katholieke Kerk, zoals de Niceaanse en Athanasiaanse geloofsbelijdenissen die onbijbelse leerstellingen als Drieëenheid en hellevuur bevatten. Het protestantisme heeft zijn eigen oogst aan geloofsbelijdenissen voortgebracht, waaronder de lutherse Confessie van Augsburg, de tweede Helvetische Confessie van de gereformeerde Kerken en de Negenendertig Artikelen van de anglicaanse en episcopale Kerken, welke allemaal geloof in onschriftuurlijke leerstellingen als de Drieëenheid vereisen. Van recentere datum is de publikatie van de protestantse Wereldraad van Kerken, dat het als „basis” voor lidmaatschap noodzakelijk is Jezus „als God” te belijden. Zo is dus vanaf het allereerste begin tot nu toe de leerstellige bijbelgetrouwheid van het protestantisme sterk overschat. — Zie Johannes 17:3, 1 Korinthiërs 8:6, Handelingen 3:23 en Psalm 146:4, waar de bijbel duidelijk toont dat niet Jezus maar zijn Vader de „enige ware God” is en dat de ziel niet blijft leven wanneer de mens sterft.

Protestantisme en hogere bijbelkritiek

Juist de aard van het protestantisme, geboren als het is uit rebellie tegen traditie en het gezag van de paus van Rome, maakte het kwetsbaarder voor rationalisme en de negatieve aspecten van bijbelkritiek dan de conservatieve katholieke Kerk. Het zal ongetwijfeld nuttig zijn uit te leggen wat er wordt bedoeld met bijbelkritiek. Deze is verdeeld in twee takken: de lagere bijbelkritiek is het wetenschappelijk onderzoek van bijbelhandschriften, hun oorsprong, hoe ze bewaard zijn gebleven en wat hun waarde is ten opzichte van de niet langer beschikbare originelen. Dit wordt vaak tekstkritiek genoemd. Hogere kritiek is de studie van auteurschap, datering en historische nauwkeurigheid van de bijbel in het licht van de archeologie en de geschiedenis.

Lagere bijbelkritiek heeft veel bijgedragen aan het wetenschappelijk bijbelonderzoek door tussenvoegingen uit te wieden en een betrouwbare moedertekst voort te brengen als basis voor betere vertalingen van de bijbel. Anderzijds heeft de hogere kritiek de deuren geopend voor een vloed van pseudo-wetenschappelijke boeken die hebben bewerkt dat het vertrouwen van mensen in de bijbel is ondermijnd.

Commentaar leverend op de kwetsbaarheid van het protestantisme voor rationalisme en verwoestende hogere kritiek schrijft de Encyclopaedia Britannica (1979):

„De kwestie van bijbelkritiek kwam het eerst aan de Duitse universiteiten aan de orde, nl. of iemand een christen en zelfs een goed christen kon zijn hoewel hij sommige delen van de bijbel niet als waar beschouwde. Dit werd de grote vraag voor het protestantisme, zo niet voor de hele christenheid, in de 19de eeuw. . . . Het Duitse protestantisme toonde ten slotte een elasticiteit, of ontvankelijkheid, tegenover nieuwe kennis, die evenveel invloed heeft gehad op de ontwikkeling van de christelijke kerken als de oorspronkelijke inzichten van de Reformatie. Ten dele dank zij dit Duitse voorbeeld hebben de gevestigde protestantse kerken — lutheranen, gereformeerden, anglicanen, congregationalisten, methodisten en vele baptistengemeenten — zich betrekkelijk gemakkelijk (vanuit het intellectuele standpunt) aangepast aan de vorderingen van de wetenschap, de gedachte van evolutie, en vooruitgang in antropologie of vergelijkende godsdienstwetenschappen.”

Door sommige delen van de bijbel als mythen te classificeren hebben vele leden van de protestantse geestelijkheid twijfel gezaaid ten aanzien van de hele bijbel. De protestantse 12-delige Interpreter’s Bible gaat in zijn inleiding onder de titel „De bijbel: zijn betekenis en gezag” zelfs zo ver dat daar verklaard wordt : „Uit dit korte onderzoek volgt dat het niet in het minst tegenstrijdig is met de Schrift maar juist in harmonie ermee, en ook niet strijdig met enige essentie van het christelijke geloof, als wij helemaal niet meer over de Schrift zouden spreken als het Woord van God.”

Dergelijke verklaringen doden de invloed van de bijbel in het leven van mensen zelfs nog effectiever dan een pauselijke bul die het lezen van de bijbel verbiedt.

Fundamentalisten — geen ware vrienden van de bijbel

Eén tak van het protestantisme heeft echter weerstand geboden aan de aanval van hogere kritiek. Deze stroming wordt het fundamentalisme genoemd. Ze is gedefinieerd als ’een militant conservatieve beweging die in het begin van de 20ste eeuw is ontstaan uit verzet tegen modernistische tendensen en de nadruk legt op de letterlijke interpretatie en absolute onfeilbaarheid van de Schrift als fundamenteel voor het christendom’.

Fundamentalisten hebben gelijk wanneer zij beweren dat de bijbel door God geïnspireerd is, en hun strijd tegen verwoestende hogere kritiek en zulke pseudo-wetenschappelijke theorieën als evolutie is prijzenswaardig. Maar zorgen zij ervoor dat redelijke mensen een hogere dunk van de bijbel krijgen, wanneer zij beweren dat alles wat in de bijbel staat, letterlijk is? Bevorderen zij de belangen van de bijbel wanneer zij zeggen dat de aarde in zes dagen van 24 uur is geschapen, terwijl de bijbel zelf het woord „dag” gebruikt om perioden van variërende lengte mee aan te duiden? — Vergelijk Genesis hoofdstuk 1 met Genesis 2:4 en 5:1; ook 2 Petrus 3:8.

Bovendien, zijn fundamentalisten ware vrienden van de bijbel wanneer zij in weerwil van hun bewering zich strikt aan de Schrift te houden, onschriftuurlijke leerstellingen onderwijzen als de Drieëenheid (vergelijk Deuteronomium 6:4; Johannes 14:28), de onsterfelijkheid van de ziel (Ezech. 18:4) en het hellevuur (Jer. 7:31; Rom. 6:23)? Door hun letterlijke interpretaties van de bijbel en door dergelijke godonterende leerstellingen ondermijnen protestantse fundamentalisten de kracht van de bijbel in de geest van vele mensen.

Protestantisme en wereldsgezindheid

Jezus verklaarde tegenover zijn discipelen: „Als jullie deel uitmaakten van de wereld, zou de wereld jullie liefhebben als haar eigen bezit. Maar de wereld haat jullie juist, omdat ik jullie uit de wereld heb uitgekozen en jullie geen deel meer van haar uitmaken” (Joh. 15:19, Het Nieuwe Testament in de omgangstaal). Toch is het een duidelijk feit dat de belangrijkere protestantse kerken actief deelnemen aan de politieke stelsels van deze wereld en sommige zelfs „staatsreligies” zijn. Een naslagwerk verklaart: „Men kan spreken van een bijdrage van het protestantisme aan het moderne nationalisme. . . . Op de radicalen na was iedereen geneigd veel gewicht te hechten aan loyaliteit aan de bestaande staat, en protestanten verschaften vaak een ideologische basis voor iedere nieuwe staat als ze tot zelfbewustzijn rees — zoals het geval was in Pruisen of in de Verenigde Staten.” — Encyclopaedia Britannica.

In het begin van dit artikel werd een protestants schrijver aangehaald die schreef dat de bijbel het boek is „waartoe de protestant zich wendt voor praktische raad met betrekking tot zijn zedelijk leven”. Mag men dit nog zo stellen wanneer geestelijke na geestelijke van de gevestigde protestantse kerken verklaringen aflegt waarin voorechtelijke geslachtsgemeenschap, overspel, homoseksualiteit en abortus worden vergoelijkt? De Franse krant Le Monde heeft onder de titel „Vele kerken openen het dossier over homoseksualiteit” materiaal opgenomen uit een rapport dat in Genève door de Wereldraad van Kerken was gepubliceerd. Hierdoor werd onthuld dat verscheidene grote protestantse kerken zelfs homoseksuele bedienaren tolereren. Toch verklaart de bijbel: „Wordt niet misleid: noch de bedrijvers van seksuele immoraliteit noch afgodendienaars noch overspelers noch mannelijke prostitués noch homoseksuelen . . . zullen het koninkrijk Gods beërven.” — 1 Kor. 6:9, 10, New International Version.

Hoewel het protestantisme dus geen verslag heeft opgebouwd van haat jegens de bijbel en jegens degenen die hem in de gewone taal lazen, zoals het bericht dat de katholieke Kerk in de loop van de eeuwen voor zichzelf heeft opgebouwd, heeft niettemin het protestantisme door zijn geloof in onschriftuurlijke leerstellingen, zijn aanvaarden van hogere kritiek en pseudo-wetenschappelijke theorieën, zijn wereldsgezindheid en acceptatie van toegeeflijke moraal een zware verantwoordelijkheid op zich geladen voor het ondermijnen van de invloed van de bijbel in het leven van miljoenen mensen.

Toch, ondanks een eeuwenlange tegenstand van het katholicisme tegen het lezen van de bijbel door het gewone volk, en ondanks een subtielere maar niettemin verwoestende ondermijning van Gods Woord door het protestantisme, blijft de bijbel een boek waar mensen zelden onverschillig tegenover staan. Het is een boek waarvoor mensen of liefde of haat koesteren. Waarom dit nu eigenlijk zo is en hoe dit op u van invloed is, zal in het slotartikel van deze serie beschouwd worden.

[Voetnoten]

a Histoire du Protestantisme, J. Boisset, blz. 6.

[Illustratie op blz. 9]

Om zijn ideeën te ondersteunen, verhoogde Luther de belangrijkheid van bepaalde bijbelboeken, terwijl hij andere een geringere betekenis toekende

[Illustratie op blz. 10]

[Krantekoppen]

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen