21 Als een vrouw aan het bevallen is, heeft ze het moeilijk* omdat haar tijd gekomen is, maar als het kind geboren is, denkt ze niet meer aan de pijn omdat ze blij is dat er een kind ter wereld is gekomen.
21 Wanneer een vrouw gaat baren, is zij bedroefd omdat haar uur gekomen is;+ maar wanneer zij het jonge kind ter wereld heeft gebracht, denkt zij niet meer aan de verdrukking, uit vreugde dat er een mens ter wereld is gekomen.