9 Uiteindelijk kwamen ze bij de plek die de ware God had aangewezen, en Abraham bouwde daar een altaar en stapelde het hout erop. Hij bond zijn zoon Isaäk aan handen en voeten en legde hem op het altaar, boven op het hout.+
9 Ten slotte bereikten zij de plaats die de [ware] God hem had aangewezen, en A̱braham bouwde daar een altaar+ en schikte het hout en bond zijn zoon I̱saäk aan handen en voeten en legde hem op het altaar, boven op het hout.+