Wees wijs — Wees langzaam tot toorn
HET gebeurde op een warme lenteavond in april. Vier opgeschoten jongens renden schreeuwend en lawaai makend in en uit een drie verdiepingen hoog flatgebouw in de Bronx, in de stad New York. Een postbeambte die probeerde te slapen omdat hij ’s nachts werkte, stak zijn hoofd uit het raam van zijn flat op de tweede verdieping en riep tegen de jongens: „Hou op met dat lawaai!” De jongens negeerden hem echter en daarom kwam hij naar beneden met een pistool. Toen de jongens het op een lopen zetten, vuurde hij een schot af en trof een van hen in de rug. „De jongen viel dodelijk gewond met zijn gezicht plat op straat. Een arts van het Lincoln ziekenhuis stelde vast dat hij dood was.” — New York Times van 16 april 1968.
Snel tot toorn zijn, kan inderdaad tragische gevolgen hebben. Toorn op zich is echter niet noodzakelijkerwijs verkeerd. Er kan een gerechtvaardigde reden voor zijn. Er is niets verkeerds aan om toornig of verontwaardigd te zijn wegens onrechtvaardigheden of omdat andermans rechten genegeerd worden. Omdat er zoveel goddeloosheid op aarde heerst, is Jehovah God, die een rechtvaardige Rechter is, een God „die te allen dage toornt” (Ps. 7:12 11). Toen Jezus Christus, de Zoon van God, op aarde was, werd ook hij herhaaldelijk toornig of verontwaardigd, zoals toen hij de religieuze leiders van zijn tijd „huichelaars!” en „slangen, adderengebroed” noemde. En soms was hij zo toornig dat hij tot daden overging, zoals toen hij de tafels van de geldwisselaars omkeerde en met een zweep van touwen de veehandelaars en hun vee uit de tempel dreef. — Matth. 23:13-33; Joh. 2:15-17.
Doch nooit hebben Jehovah en Jezus Christus hun toorn de overhand laten krijgen. Zij verliezen nooit hun kalmte. Zij laten zich nooit door hun toorn overmeesteren maar hebben deze altijd volkomen in bedwang. Men zou kunnen zeggen dat hun toorn hen als slaaf dient. Zij worden er nooit door beheerst, waardoor zij iets onverstandigs of onrechtvaardigs zouden doen. Zij zijn altijd langzaam tot toorn.
Langzaam tot toorn zijn, wordt in de Schrift ook aangeduid met de uitdrukking „lankmoedigheid”. In de oorspronkelijke taal waarin de christelijke Griekse Geschriften werden geschreven, is het woord makrothumia gebruikt, hetgeen „lang aangebonden” betekent, het tegenovergestelde van „kort aangebonden”. Lankmoedig zijn, wil zeggen geduldig, langzaam tot toorn, verdraagzaam zijn, dulden wat ergert, krenkt of verdrietelijkheid veroorzaakt. Volgens één Griekse autoriteit is „lankmoedigheid . . . die hoedanigheid van zelfbeheersing die ondanks provocatie niet snel wraak neemt of prompt straft”. Het is een van de vruchten van Gods geest. — Gal. 5:22.
Waardoor zal iemand worden geholpen de neiging om in toorn snel te spreken en te handelen, te overwinnen? In de eerste plaats door te beschouwen wat Gods Woord heeft te zeggen over het voorbeeld dat niemand anders dan Jehovah God zelf ten aanzien van lankmoedigheid heeft gesteld. Hoewel hij almachtig is, alle autoriteit heeft en volmaakt is in wijsheid, gaat hij niet haastig tot daden over als hij toornig is. Tot zijn profeet Mozes zei hij: „Jehovah, Jehovah, een God barmhartig en goedgunstig, langzaam tot toorn en overvloedig in liefderijke goedheid en waarheid.” Ja, telkens weer heeft hij „met veel lankmoedigheid de vaten der gramschap . . . verdragen, die voor de vernietiging geschikt waren gemaakt”. Een van de vele voorbeelden van zijn lankmoedigheid die aangehaald zouden kunnen worden, is het feit dat hij zo vele, vele jaren lang heeft gewacht voordat hij de vloed in Noachs tijd zond en voordat hij zijn ongehoorzame natie Israël in ballingschap naar Babylon liet gaan. — Ex. 34:6, NW; Rom. 9:22; 1 Petr. 3:20; 2 Kron. 36:15, 16.
Wat ook helpt om langzaam tot toorn te worden, is de rechtstreekse raad te beschouwen die in Gods Woord over het onderwerp wordt gegeven. Zo lezen wij: „Wie spoedig toornig is, begaat dwaasheid.” „Wie kortaangebonden is, hoopt dwaasheid op.” „Een opvliegend mens verwekt twist, maar een lankmoedige doet den strijd bedaren.” „Een lankmoedig mens overtreft een held”, die niet langzaam tot toorn is. „Ziet gij iemand die met zijn woorden te haastig is, voor een dwaas is meer hoop dan voor hem.” — Spr. 14:17, 29; 15:18; 16:32; 29:20.
Ja, men dient zichzelf steeds weer voor te houden hoe onverstandig, hoe dwaas, hoe dom het is opvliegend te zijn en geen zelfbeheersing te hebben. Boze woorden kunnen vriendschappen verbreken en kunnen maken dat iemand zijn excuses moet aanbieden. Snel tot toorn zijn, kan zelfs levenslang berouw tot gevolg hebben, zoals in het geval van de postbeambte die de jongen doodschoot. De profeet Mozes heeft eens haastig in toorn gesproken en gehandeld, en het gevolg was dat hij het Beloofde Land niet mocht binnengaan. — Ps. 106:32, 33.
Men dient speciaal aan zelfbeheersing te werken. Als iemand in alle bezigheden van het leven, zoals eten, drinken, ontspanning en plezier, zelfbeheersing leert te oefenen, zal dit hem helpen ook onder druk zelfbeheersing te oefenen. Als u voelt dat u uw kalmte verliest, neem u dan voor niet te spreken of te handelen voordat u kalm bent. De psalmist David gaf de raad: „Weest toornig, maar zondigt niet; spreekt in uw hart . . . en zwijgt.” — Ps. 4:5 4.
En wat een hulp is naastenliefde om langzaam tot toorn te zijn! De bijbel zegt tot ons: „De liefde . . . wordt niet geërgerd. . . . Ze verdraagt alle dingen, . . . verduurt alle dingen.” „Liefde bedekt een menigte van zonden.” Dat wil zeggen, de liefde vergeeft, weerhoudt zich ervan wraak te nemen, de ander snel te straffen. — 1 Kor. 13:4, 5, 7; 1 Petr. 4:8.
Nog een hulp is empathie. Gods Woord zegt: „Des mensen verstand maakt hem lankmoedig” (Spr. 19:11). Als wij onszelf in de plaats van anderen kunnen stellen, zal dit ons helpen te begrijpen waarom zij bepaalde dingen zeggen en doen en dit zal ons helpen langzaam tot toorn te zijn. Als wij dan beschimpt worden, zullen wij, in plaats van terug te schimpen, zegenen. — 1 Kor. 4:12.
Als wij denken aan alle moeilijkheden die voorkomen zouden kunnen worden als de mensen langzaam tot toorn waren — hetgeen zelfs goed voor hun gezondheid is — begrijpen wij hoe waar de geïnspireerde spreuk is: „De lankmoedige is groot van verstand.” — Spr. 14:29.