Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • w57 1/11 blz. 513-519
  • Gelukkig zijn de vredelievenden

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • Gelukkig zijn de vredelievenden
  • De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1957
  • Onderkopjes
  • Vergelijkbare artikelen
  • WAAROM DE VREDESPOGINGEN FALEN
  • Ware vrede — Uit welke bron?
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1997
  • Zich erom bekommeren dat de mens zijn leven in een wereld van vrede voortzet
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1960
  • De Koninkrijksregering in werking doen treden
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1953
  • Vrede — Het bezit van christenen
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1966
Meer weergeven
De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1957
w57 1/11 blz. 513-519

Gelukkig zijn de vredelievenden

„Gelukkig zijn de vredelievenden, want zij zullen ’zonen van God’ genoemd worden.” — Matth. 5:9, NW.

1. Hoe weten wij zeker dat er vrede zal komen?

„JEHOVAH zal zijn volk zegenen met vrede,” verklaarde de psalmist. „De zachtmoedigen . . . zullen de aarde erfelijk bezitten, en zich verlustigen over groten vrede” (Ps. 29:11, AS; 37:11). Toen Jezus in de bergrede het woord tot zijn discipelen richtte, verwees hij naar deze beloften en het verlangen van oprechte mensen naar vredige toestanden. Hij zei dat een groep getrouwe mannen en vrouwen in moeilijke tijden in het belang van de vrede op aarde werkzaam zouden zijn: „Gelukkig zij, die vrede stichten. Zij zullen zonen Gods heten” (Matth. 5:9, KB). Deze vredestichters stellen geen vertrouwen in de wapenstilstanden en onvaste bestanden van mensen, maar wel in de eeuwige vrede welke God volgens zijn belofte in onze tijd door middel van zijn koninkrijk van rechtvaardigheid zou brengen. Zij beseffen dat geen enkele natie of groep van natiën thans duurzame vrede kan verzekeren. De mensen blijven, evenals in de dagen van Jeremia, slechts „Vrede, vrede!” roepen, terwijl er geen vrede is. — Jer. 6:14.

2. Wat zijn enkele oorzaken voor het ontstaan van oorlog?

2 Eeuwenlang zijn er al oprechte mensen geweest die in het belang van de vrede werkzaam zijn geweest, maar hun goede wil en krachtsinspanningen zijn op niets uitgelopen. Er zijn veel oorzaken voor het ontstaan van oorlogen aan te wijzen, zoals het streven naar gebiedsuitbreiding, het nationalisme, de begeerte der natiën naar natuurlijke rijkdommen, politieke intriges — en zelfs religie. Naarmate de wetenschap voortschrijdt, wordt de oorlogsverschrikking groter. In geen generatie heeft men de oorlogsdreiging zo gevreesd als in de onze. Geschiedkundigen vertellen ons dat er altijd oorlogen geweest zijn en dat ze er ook wel altijd zullen blijven. Niets minder dan een autoriteit als The Encyclopedia Britannica vermeldt: „Het conflict, met de dood als laatste sanctie, is een universele levenswet.” Alhoewel dit voor het huidige wereldstelsel zo mag zijn, gaat dit niet op in Gods nieuwe wereld waar Jehovah’s woord de levenswet zal zijn. Zelfs in dit samenstel wenst de meerderheid der mensen geen oorlog, want men weet welk een zegen de vrede is. Stelt u zich eens voor wat voor toestanden er op aarde zouden heersen wanneer de natiën niet langer hun rijkdommen zouden besteden aan wapens en er over de gehele wereld vredige toestanden zouden heersen! Niet langer zou het strijdveld rood gekleurd worden door het bloed der natiën, het land zou niet meer verwoest worden, de huizen niet meer in as gelegd worden en de gezinnen zouden niet meer uit elkaar gerukt worden. Zal er echter zo’n tijd komen? Of is de mens voor altijd gedoemd heen en weer geslingerd te worden tussen oorlog en vrede, om nadat hij de toppen der vrede heeft bereikt, weer in een bloedig conflict neergesmakt te worden?

3. Hoe werd in de bijbel de huidige wereldsituatie voorzegd?

3 Om hierop antwoord te krijgen, moeten wij naar Gods Woord der waarheid, de bijbel, opzien. Daaruit vernemen wij dat juist de huidige wereldsituatie lang geleden al profetisch werd voorzegd. Mensen noch natiën kunnen het probleem oplossen. De bijbel drukt het als volgt uit: „Soms schijnt een weg iemand recht, maar het einde daarvan voert naar den dood” (Spr. 14:12, NBG). Dat God reeds lang geleden wist door wat voor moeilijkheden de natiën thans geplaagd zouden worden, blijkt duidelijk uit het zesde hoofdstuk van Openbaring, waar de profetie van een vurig gekleurd paard spreekt, dat de natiën vertrapt en waarvan gezegd wordt dat het zijn berijder „was toegestaan de vrede van de aarde weg te nemen” (6:4, NW). Daarna komen er hongersnood, epidemieën en de dood, een beeld waar deze generatie vertrouwd mee is geraakt. Wij lezen nergens in de Schrift dat de mens geleidelijk aan door eigen krachtsinspanningen tot volmaaktheid zou geraken. Jezus voorzag daarentegen dat de toestanden naarmate wij het hoogtepunt van dit huidige samenstel van dingen zouden bereiken, erger zouden worden. Hij gaf te kennen dat er geweldige oorlogen gevoerd zouden worden, waarbij natie tegen natie en koninkrijk tegen koninkrijk zou opstaan (Matth. 24:7). Alhoewel spotters van onze tijd lachen om de mogelijkheid dat er aan de wereldoorlogen van thans een speciale betekenis gehecht zou moeten worden, blijft het toch onweerlegbaar waar dat vóór onze tijd zulke geweldige oorlogen tot het rijk der onmogelijkheden behoorden. Door de ontwikkelingen op communicatie-, vervoers- en oorlogsgebied werd thans pas een wereldoorlog mogelijk, zoals Jezus had voorzegd.

4. Hoe zal er ten slotte vrede komen?

4 Jezus toonde echter dat ware christenen niet ontmoedigd moesten worden vanwege de onzekere wereldsituatie, maar hun hoofd moesten opheffen en zich verheugen, omdat deze toestanden een overgangstijd kenmerken. De door Christus als de Vredevorst voorgestelde hoop is geen ijdele wensdroom van vrede, zoals de natiën die hebben, maar berust op het bekrachtigde Woord van Jehovah God: „Groot zal de heerschappij zijn en eindeloos de vrede . . . De ijver van den HERE [Jehovah] zal dit doen.” „Hij zal . . . den verdrukker verbrijzelen. In zijn dagen zal de rechtvaardige bloeien, en de veelheid van vrede, totdat de maan niet meer zij” (Jes. 9:6, NBG; Ps. 72:4, 7). De geschiedenis van het verleden heeft uitgewezen dat dit nimmer verwezenlijkt zal worden wanneer de wereld verdeeld blijft in de bestaande politieke en religieuze groepen. God verzekert ons echter dat er een verandering zal komen, niet door toedoen van mensen, maar door goddelijk ingrijpen. In Jesaja 32:1, 17 (NBG) staat: „Een koning zal regeren in gerechtigheid en vorsten zullen heersen naar het recht; . . . En de vrucht der gerechtigheid zal vrede zijn, de uitwerking der gerechtigheid rust en veiligheid tot in eeuwigheid.” Er is geen enkele aanwijzing dat deze profetieën in vervulling zullen gaan ten gevolge van ’s mensen krachtsinspanningen. Het is zelfs zo dat de grootste poging welke de natiën hebben gedaan om de wereldvrede te bevorderen, via de Verenigde Naties, de volken der aarde niet heeft kunnen verenigen; de bewapeningswedloop is nog in volle gang en de natiën laten hun voorraad dodelijke bommen steeds groter worden, daarbij ’de weg bewandelend die de mens recht schijnt.’ — Spr. 14:12.

5. Waarom kan men Jehovah niet de schuld voor de wereldsituatie geven?

5 Alleen door Gods macht kan er duurzame vrede komen. De machtige Schepper van het universum laat zijn gehele schepping in volmaakte harmonie en orde werkzaam zijn overeenkomstig zijn wil. Hij heeft een tijdslimiet gesteld voor de chaotische toestanden op aarde en ons verzekerd dat er door zijn koninkrijk van rechtvaardigheid vrede zal komen. In Jakobus 4:1 (NW) lezen wij: „Uit welke bron zijn er oorlogen en uit welke bron is er strijd onder u?” Zij vinden hun oorsprong stellig niet bij Jehovah, de God des vredes; noch zijn ze er op aanstichten van Christus Jezus, de grote Vredevorst. Een fundamentele oorzaak welke aan oorlog ten grondslag ligt, is de zelfzucht, en Jakobus heeft het ook over zelfzuchtige zinnelijke begeerten en verkeerde voornemens. God houdt daar niet van; wanneer gelovige mensen dan ook vriendschap met dit wereldse samenstel aanknopen, staat dit gelijk met vijandschap jegens God. God tracht de mensheid geen vrede te geven door het huidige samenstel van dingen op te lappen of te hervormen.

6. Hoe kan Gods geneesmiddel voor de moeilijkheden der wereld toegepast worden?

6 Jezus toonde aan wat de basis voor duurzame eenheid onder gelovige mensen zou zijn, door de twee grote geboden aan te halen. Dit is hét geneesmiddel voor ’s werelds noden, God lief te hebben met ons gehele hart, onze gehele geest, ziel en kracht en onze naaste als ons zelf. Wanneer de mensen zich thans van dit geneesmiddel zouden bedienen, zouden de vijandigheden terstond ophouden en zou de oorlog voorgoed uitgebannen zijn. God wendt dit geneesmiddel nu reeds aan bij mensen des geloofs. — Micha 4:1-3.

7, 8. (a) Kiest God partij in de tussen natiën gestreden oorlogen? (b) Welk standpunt nemen de geestelijken ten aanzien van de oorlogen in?

7 Wij kunnen derhalve niet zeggen dat oorlog zijn oorsprong bij God vindt, dat hij de voedingsbodem en aanstichter van de oorlogen onder de naties is. Wanneer wij nog eens een terugblik op de geschiedenis werpen, zouden wij ons kunnen afvragen: Waarom waren de kruistochten — wanneer God hen ondersteunt die beweren voor hem te strijden — zo’n fiasco van „christelijk” standpunt uit bezien? Of wat kunnen wij zeggen van de Dertigjarige oorlog, welke beschreven werd als een „theologisch conflict . . . de verschrikkelijkste afzonderlijke militaire episode in de westerse geschiedenis”? Bleek uit het resultaat dat God met de protestanten was en dat de katholieken het bij het verkeerde eind hadden? Oprechte katholieken zullen hiermee niet instemmen. Aan welke zijde moet God staan wanneer twee natiën welke beide beweren christelijk te zijn, elkaar beoorlogen? Gezien deze vragen is het verbazingwekkend dat sommige geestelijken leren dat Gods voornemens door de oorlog worden gediend.

8 Zo zei monseigneur Green in een preek in de St. Patricks-kathedraal in de stad New York dat de ’oorlog in Korea een onderdeel van Gods plan was om het koninkrijk des hemels te bevolken.’ Christenen behoeven niet te hopen het koninkrijk des hemels binnen te gaan wanneer zij Gods eeuwige verbond betreffende de heiligheid van het leven schenden. De brandende vraag luidt dus niet: Aan wiens zijde staat God? maar: Staan wij aan Gods kant? Let eens op wat andere vooraanstaande geestelijken zeggen en ga eens na of u denkt dat zij in deze aangelegenheid de kant van Gods Woord kiezen. Zo zei een dominee, „Het is vreselijk uit haat een ander het leven te benemen,” maar „de christelijke soldaat verwondt de vijand uit vriendschap. Hij doodt de vijand uit vriendschap. Uit vriendschap laat hij zich door de vijand verwonden. Hij blijft in zijn hart vriendelijk wanneer de vijand hem doodt. . . . Nadat hij de vijand heeft gedood, snelt hij naar hem toe . . . in de onuitroeibare hoop dat vroeg of laat . . . hij en zijn vijand een gemeenschappelijke basis zullen vinden . . . in de een of andere grote onderneming Gods.” Bij een andere gelegenheid schreef de redacteur van de Christian Register: „Als christenen zeggen wij natuurlijk dat Christus het [de oorlog] goedkeurt. Zou hij echter strijden en doden? . . . Hij zou geen gelegenheid om de vijand een dodelijke slag toe te brengen, laten voorbijgaan of niet direct aangrijpen! Hij zou bajonet, granaat, bom en geweer ter hand nemen en het dood-aanbrengende werk verrichten” (Preachers Present Arms, de bladzijden 67 en 68). Geen wonder dat velen zich om zulke sadistische leerstellingen van de religie hebben afgekeerd. Jeremia 6:15 (OB) brengt dit goed onder woorden: „Ze moeten zich schamen wegens de gruwelen die zij doen; maar het schamen hebben zij verleerd, zij kunnen niet meer blozen.” „Van den profeet tot den priester plegen allen bedrog.” — Vers 13, OB.

9, 10. (a) Beschrijf eens wat voor vruchten oorlog voortbrengt. (b) Waarom worden de gebeden om vrede niet verhoord?

9 De uitlatingen van deze zogenaamde christenen weerspiegelen niet Jezus’ geest toen hij zijn discipelen zei dat zij God met geheel hun hart, hun gehele geest, ziel en kracht moesten liefhebben en hun naaste als zich zelf. Afgezien nog van het schriftuurlijke standpunt inzake oorlog, zijn de vruchten er van voor alle oprechte mensen weerzinwekkend. Men heeft wel eens gezegd dat „het gewettigde doel van oorlog een volmaaktere vrede” is, maar wat zijn de resultaten geweest? Hongersnood, verarming, ellende, ziekten, dood en verwoesting van de aardse schoonheden. Dit alles draagt niet bij tot een volmaaktere vrede, maar alleen tot blijvende vijandschap en haat onder de mensen.

10 Uit de geschiedenis blijkt dat de geestelijken niet als ware zonen Gods de rol van gelukkige vredestichters hebben gespeeld, maar veeleer een aandeel hebben gehad aan het bevorderen van oorlog. Geen wonder dat er dan ook in Jesaja 1:15 (NBG) staat: „Wanneer gij uw handen uitbreidt, verberg Ik mijn ogen voor u; zelfs wanneer gij het gebed vermenigvuldigt, hoor Ik niet; uw handen zijn vol bloed.” Dit huidige wereldstelsel met haar oorlog en geweld, kan de mensheid geen duurzame vrede brengen.

WAAROM DE VREDESPOGINGEN FALEN

11. (a) Wat is de bron van onenigheid in de wereld? (b) Hoe wordt Satans organisatie beschreven? Welk standpunt neemt een christen er tegenover in?

11 Waarom hebben de oprechte krachtsinspanningen van toegewijde mensen om vrede te brengen, schipbreuk geleden? Het antwoord kan duidelijk onderscheiden worden wanneer wij dit onderwerp in het licht van de bijbel bezien. Wanneer wij dit licht terug laten gaan tot het begin van ’s mensen door zorgen gekwelde geschiedenis, zien wij een geestelijk schepsel dat in de schitterende hof van Eden als ’s mensen beschermer was aangesteld. Deze cherub moest de mens leiding geven in aangelegenheden in verband met het leven en de zuivere aanbidding. In plaats dat de cherub de loopbaan volgde die Jehovah voor hem had bepaald, werd hij opstandig en begeerde de aanbidding welke het eerste echtpaar aan Jehovah gaf, en hij besloot zich zelf als universele heerser in de plaats van de Schepper op te werpen. Zijn eerste daad was, Adam en Eva van het pad der juiste aanbidding weg te lokken. Aldus werden de eerste zaadjes van onenigheid en vijandschap uitgestrooid tussen Satans en Jehovah’s organisatie, en tot nog toe hebben ze welig getierd. Sedertdien heeft Satan een machtige wereldorganisatie opgebouwd, welke door Daniël werd beschreven als een groot beeld met een gouden hoofd, zilveren borst en armen, koperen buik en dijen, ijzeren benen en voeten deels van ijzer en deels van klei. De overdekkende cherub of Satan is zelf de demonengod welke deze oude-wereldorganisatie beheerst (Dan. 2:31-33, 44, 45). Gods koninkrijk, dat als een uit een berg gehouwen steen is, treft Satans organisatie en vernielt het ten slotte. Zo lang dit beeld echter de aarde beheerst en zolang mensen zich er voor neerbuigen, zoals ook vroeger, zal er geen van God afkomstige vrede heersen. Alhoewel Satans organisatie thans algehele steun en aanbidding opeist, volgen ware christenen het voorbeeld van de getrouwe Hebreeuwse mannen uit de oudheid, die weigerden met hun aanbidding te schipperen, ook al dreigde daardoor voor hen het doodsgevaar. Zij houden in gedachten hoe Christus tijdens zijn bediening weigerde Satan hulde te brengen. Vandaar dat zij die thans de Schrift oprecht bestuderen, niet hun vertrouwen stellen op de krachtsinspanningen der oude wereld om vrede te brengen, maar beseffen dat er alleen duurzame vrede door God kan komen en dan alleen op de door hem aangegeven manier.

12. Op welke manieren ondervinden de mensen Satans werkzaamheden?

12 In de tussentijd oefent Satan op velerlei wijzen druk uit op de mensheid. ’De geheele wereld ligt in de macht van den booze’ (Joh. 5:19, OB). Wij worden hierdoor geholpen in te zien dat niet God de oorlogen, hongersnoden, ziekten en dood over de volken der aarde brengt, maar dat Satan blijft volharden in zijn boosaardige opzet over de gehele aardse schepping van Jehovah te heersen of ze te vernietigen, en vast besloten is het geloof te breken van hen die trachten de zuivere aanbidding hoog te houden. Men bespeurt niet alleen dat zijn invloed zich tot de natiën uitstrekt maar ook tot de enkeling. Job, een getrouwe dienstknecht van Jehovah, voelde deze Satanische druk bij zijn beproeving terdege. Toen Satan tegen hem optrad, zag hij zich beroofd van zijn vee, dienstknechten, beminde kinderen, prachtige huis, ja alles. Zelfs zijn vrouw drong er bij hem op aan God te vervloeken en te sterven, maar Job zag wijselijk in dat God deze boze dingen slechts toeliet en hij bewaarde zijn geloof. Job was een strijder en alhoewel hij op de rand des doods stond, weigerde hij de kamp op te geven. Ware christenen voeren thans een soortgelijke strijd voor het geloof.

13. (a) Waarom heeft God toegestaan dat de demonen zulk een invloed kunnen uitoefenen, en wat vermeldt de Schrift over de afloop? (b) Hoe kunnen wij aanvallen van de zijde van Satan weerstaan?

13 Waarom is het Satan echter toegestaan zulk een geweldige macht over de natiën en zelfs over het leven der mensen uit te oefenen? Niet dat God niet bij machte is hem te beteugelen, maar hij heeft hem deze gelegenheid geschonken als een laatste bewijs voor het universum hoe ijdel Satans snoeven is geweest dat hij alle mensen tegen hun Schepper kon opzetten. Lees in Exodus 9:16 wat er tot Farao, Satans zichtbare vertegenwoordiger, gezegd werd: „Ik heb u daartoe tot nu laten leven om u mijn ganse macht te tonen; en dat zo mijn naam gevierd zou worden [opdat men mijn naam verkondige] op geheel de aarde” (KB; NBG). In al de eeuwen dat Satan over de aarde heerst, zijn Gods voornemens onverbiddelijk geleidelijk aan tot hun hoogtepunt gekomen. In de dageraad van ’s mensen geschiedenis werden er profetische woorden uitgesproken waaruit bleek dat Satan op Gods bestemde tijd totaal verpletterd zou worden. In de later aan Daniël gegeven profetie wordt beschreven hoe Satans op een beeld gelijkende organisatie wordt omvergegooid en vernietigd. In de tussentijd blijft zijn demonische macht in de wereld echter gevoeld worden. Geen mens of natie kan zo’n bovenmenselijke macht weerstaan; door de wapens op te nemen en aldus te trachten al het onrechtvaardige van tegenwoordig recht te zetten, wordt het probleem niet werkelijk opgelost. Wie kan Satan of zijn onzichtbare demonenhorde bestrijden? Het is onmogelijk op fysieke wijze tegen een onzichtbare geestelijke tegenstander te strijden. Daarom schreef Paulus in 2 Korinthe 10:4, „de wapenen van onze krijg zijn niet vleselijk.” Door de machtige wapens welke in de geestelijke oorlogvoering worden gebruikt, wordt het mysterie dat de moeilijkheden op aarde omgeeft, ontraadseld en wordt onthuld dat Satan de grote oorzaak van ’s werelds ellende is.

14. Wat voor uitwerking heeft Satans werkzaamheid tot nu toe op de wereld gehad?

14 Al eens eerder in de menselijke geschiedenis, toen de goddeloosheid ten tijde van de Vloed tot een hoogtepunt kwam, werd de aardse organisatie van Satan weggevaagd, waarna er een gereinigde aarde overbleef. Deze demonische macht stak de kop echter weer op en tot aan deze tijd bevinden de natiën zich in haar greep. Wij naderen nu het grootse hoogtepunt waarop de profetieën uit de Schrift duiden, en Satan zet alles op alles om de macht geheel in handen te krijgen. In Openbaring, hoofdstuk twaalf, wordt ons medegedeeld dat de aarde dientengevolge zoveel weeën te verduren heeft. Nimmer is de verwarring op de wereld groter geweest dan thans, daar Satan een laatste poging doet om Gods aardse schepping te verderven. Hij heeft zich zelfs van de valse religie bediend om de „heilige” oorlogen waarvan hij de aanstichter is, te heiligen. Op elk facet van dit samenstel van de oude wereld heeft Satan zijn stempel gedrukt. Het is er een van verdeeldheid, want de wereld is door Satans liefdeloze handelwijze verdeeld geraakt op religieus, commercieel, nationaal, politiek, rassen- en maatschappelijk gebied. Dit kan echter niet gezegd worden van hen die zich aan de macht van het satanische wereldstelsel hebben onttrokken en als een deel van de Nieuwe-Wereldmaatschappij hun met de bijbelse waarheid overeenkomende standpunt innemen.

15. Wat voor contrast vormen de toestanden en Gods Nieuwe-Wereldmaatschappij hiermee?

15 Het is werkelijk opmerkelijk welk een contrast de organisatie van Gods volk hierdoor vormt met de oude wereld. In meer dan 160 landen over de gehele wereld kan men zien hoe de Nieuwe-Wereldmaatschappij van Jehovah’s getuigen eendrachtig samenwerkt in de dienst van hun Schepper. De scheidsmuren welke de oude wereld tussen de mensen heeft opgetrokken, vormen bij hen geen verdeeldheid-brengende kracht meer. Als waarlijk gelukkige kinderen Gods belijden zij eendrachtig hetzelfde geloof. De apostel Paulus legde in 1 Korinthe 1:10 (NW) de nadruk op deze eenheid: „Ik zeg u . . . dat gij allen gelijkluidend dient te spreken en er geen verdeeldheid onder u dient te zijn, maar dat gij naar behoren verenigd moogt worden doordat gij dezelfde geest en dezelfde gedachtengang hebt.” „Elkander verdragend in liefde, ernstig er naar strevend de eenheid des geestes te bewaren in de verenigende band des vredes. Eén lichaam is er, en één geest, zoals gij werdt geroepen in de ene hoop waartoe gij werdt geroepen; één Heer, één geloof, één doop; één God en Vader van alle personen” (Ef. 4:2-6, NW). Deze eenheid van gedachten en handelingen is het resultaat van kennis van Gods Woord en geloof hierin. Alleen door de ware aanbidding worden mensen uit alle natiën thans verenigd als een gelukkig, vreedzaam volk, dat het enige geneesmiddel voor de wereldellende — Gods koninkrijk — aan de mensen bekendmaakt.

16. Wat voor zekerheid hebben wij dat wij in Jehovah’s dienst de overwinning zullen behalen?

16 Satan concentreert zijn aanval op deze eendrachtige internationale groep. Wij kunnen echter moed vatten, want alhoewel zij die Jehovah dienen in de minderheid schijnen te zijn, zijn zij met Gods bescherming toch onoverwinnelijk. Dit bleek overduidelijk in het gevecht tussen David en Goliath (1 Sam. 17:40-51, NBG). Davids strijd voorschaduwde die van Christus tegen Satan en zijn gigantische organisatie en tevens die van het overblijfsel van Gods dienstknechten op aarde om de ware aanbidding te bewaren en van demonische invloeden vrij te houden. Alhoewel David klein en onbetekenend leek en de tegenstander hem verachtte, kwam hij in Gods kracht en riep luid uit: „Ik treed u tegemoet in den naam van den HERE [Jehovah] der heerscharen, den God der slagorden van Israël, dien gij getart hebt.” Door Jehovah’s kracht trad hij als overwinnaar uit het strijdperk. Ook in een ander geval verleende Jehovah steun, namelijk toen Elisa door de krijgers van het Syrische leger was omsingeld. Toen hij en zijn jonge metgezel ’s morgens vroeg opstonden, bemerkten zij dat de vijandelijke legerscharen hen ingesloten hadden. Elisa verzekerde de jongeman echter: „Vrees niet, want zij, die bij ons zijn, zijn talrijker dan zij, die bij hen zijn. . . . en de HERE [Jehovah] opende de ogen van de knecht en hij zag en zie, de berg was vol vurige paarden en wagens rondom Elisa” (2 Kon. 6:16, 17, NBG). Eens te meer was weer gebleken dat Jehovah’s macht voldoende was om zijn dienstknechten te verlossen van een overweldigende overmacht.

17. Leed God door Jezus’ dood een nederlaag? Waarom niet?

17 Waarom stierf Jezus dan, ogenschijnlijk door God verlaten? Niet omdat God hem in de steek had gelaten, want kort voor zijn dood verklaarde Jezus dat zijn Vader terstond legioenen engelen kon zenden om hem te beschermen, maar hij wist dat het Jehovah’s wil was dat hij zou sterven. Jezus had bewezen een strijder tegen de macht der demonen te zijn, die zijn leven op aarde besteedde aan het predikingswerk. Zelfs toen hij zijn leven in de dood overgaf, was dit nog geen nederlaag voor Jehovah, maar een stap voorwaarts in de richting van Gods uiteindelijke voornemen. Jezus trachtte niet alle gelovigen in een geweldig leger te verenigen om alle wereldaangelegenheden daarmee te beslechten. Hij weigerde zich voor Satan te buigen zodat hij zich daardoor autoriteit toegeëigend zou hebben, en hij maakte geen gebruik van de militaristische methoden der wereld, al stond hierdoor zijn leven op het spel. Hij verklaarde daarentegen: ’Mijn koninkrijk is niet van deze wereld; anders zouden mijn dienaars gestreden hebben’ (Joh. 18:36, NBG). Zijn dienaren streden wel, maar op een heel andere wijze.

18. Hoe kunnen wij met zekerheid vaststellen wie Christus’ volgelingen zijn?

18 Satan heeft thans zijn krachtsinspanningen tegen Gods dienstknechten verdubbeld. Hij leidt zijn met een oorlog te vergelijken aanval tegen deze verzetshaard en neemt alle hem ter beschikking staande middelen te baat om hen die het geloof behouden en als christelijke soldaten onder leiding van hun Gebieder, Christus Jezus, dienst doen, te laten buigen. In Openbaring 12:17 staat dat hij tot de strijd tegen het overblijfsel van Christus’ volgelingen is overgegaan. Hoe kunnen wij deze laatsten identificeren, daar toch vele religieuze groeperingen beweren daartoe te behoren? Duidelijk identificeert de Schrift verder wie zij zijn, doordat ze zegt dat zij de geboden Gods in acht nemen en het getuigenis omtrent Christus bewaren. Alhoewel de vals-religieuze organisaties dezer wereld thans beweren Gods geboden in acht te nemen, negeren zij het eeuwige verbond inzake de heiligheid van het leven totaal. De strijders voor de ware aanbidding erkennen deze wet Gods echter, want alhoewel ze oorspronkelijk aan Noach werd gegeven, is ze thans nog steeds van kracht. Evenmin bewaren de hedendaagse religieuze leiders der christenheid waarlijk het getuigenis omtrent Christus. Er wordt hier niet gedoeld op alleen maar de boodschap van Jezus’ aardse bediening van het evangelie of van zijn opstanding, doch op de boodschap welke volgens zijn bevel in deze tijd van het einde gepredikt moest worden, de boodschap van het goede nieuws dat zijn koninkrijk in rechtvaardigheid is opgericht (Matth. 24:14). Dit goede nieuws heeft betrekking op het op de troon plaatsen van Christus en dat hij thans de macht heeft opgenomen terwijl zijn vijanden nog heersen (Ps. 110:2). Er is alle reden dat Jehovah’s getuigen zich verheugen wanneer zij deze vreedzame boodschap over de gehele wereld bekendmaken.

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen