Watchtower ONLINE LIBRARY
Watchtower
ONLINE LIBRARY
Nederlands
  • BIJBEL
  • PUBLICATIES
  • VERGADERINGEN
  • w70 1/9 blz. 524-531
  • Blijf „gezond in geloof”

Voor dit gedeelte is geen video beschikbaar.

Helaas was er een fout bij het laden van de video.

  • Blijf „gezond in geloof”
  • De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1970
  • Onderkopjes
  • Vergelijkbare artikelen
  • UW GELOOF EN GODS WOORD
  • UW GELOOF EN HET GEBED
  • UW GELOOF EN CHRISTELIJKE VERGADERINGEN
  • UW GELOOF EN WERKEN
  • DEINST U IN ONGELOOF TERUG?
  • Laat zien dat je in Jehovah’s beloften gelooft
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk (studie-uitgave) 2016
  • Het op de proef stellen van uw getrouwheid
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1955
  • ‘Geef ons meer geloof’
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 2015
  • ’Geloof zonder werken is dood’
    De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1974
Meer weergeven
De Wachttoren — Aankondiger van Jehovah’s koninkrijk 1970
w70 1/9 blz. 524-531

Blijf „gezond in geloof”

„De bejaarde mannen moeten . . . gezond in geloof [zijn].” — Tit. 2:2.

1. Waarmee zou geloof vergeleken kunnen worden? Hoeveel geloof heeft een dienstknecht van God echter nodig?

GELOOF zou, wegens het uiterst belangrijke verband dat er tussen deze hoedanigheid en iemands geestelijke toestand bestaat, enigszins vergeleken kunnen worden met een spoorelement, een chemisch element dat uiterst belangrijk is voor het leven. Mensen, dieren en planten hebben kleine hoeveelheden van zulke chemische elementen als kobalt, koper en zink nodig om normaal te kunnen functioneren en een goede gezondheid te genieten. Kobalt is bijvoorbeeld nodig om iemand voor pernicieuze anemie te beschermen. Dagelijks slechts 0,002 milligram vitamine B12, met haar kobaltgehalte, maakt het verschil uit tussen gezondheid of het lijden aan deze bloedziekte. Minder dan die hoeveelheid is niet voldoende. Zo is ook geloof (evenals deugd, kennis, zelfbeheersing, volharding, godvruchtige toewijding, broederlijke genegenheid en liefde) van het allergrootste belang voor de geestelijke gezondheid en het geestelijke leven van een christen (2 Petr. 1:5-7). Wanneer een christen slechts enig geloof heeft, is dit vanzelfsprekend niet voldoende. Hij heeft meer dan een kleine hoeveelheid geloof nodig. Het is waar dat een te grote hoeveelheid van een bepaald spoorelement bij mens en dier ziekten kan veroorzaken. Men kan echter nooit te veel geloof in God hebben. Het is voor een dienstknecht van God van het allergrootste belang een groot, krachtig en gezond geloof te ontwikkelen en te bezitten.

2, 3. Hoe kan een christen „gezond in geloof” blijven?

2 De christelijke apostel Paulus schreef aan Titus: „Blijf gij echter de dingen spreken die met de gezonde leer overeenstemmen. De bejaarde mannen moeten matig in gewoonten zijn, ernstig, gezond van verstand, gezond in geloof, in liefde, in volharding” (Tit. 2:1, 2). Niet alleen voor bejaarde christelijke mannen is het belangrijk „gezond in geloof” te blijven, maar voor alle christenen, aangezien het „zonder geloof onmogelijk [is God] welgevallig te zijn, want wie tot God nadert, moet geloven dat hij bestaat en dat hij de beloner wordt van wie hem ernstig zoeken”. — Hebr. 11:6.

3 Hoe kan een christen echter „gezond in geloof” blijven? Tot de benodigde factoren behoren: 1. Een geregelde studie van Gods Woord, 2. volharding in gebed tot Jehovah, 3. een gewoontegetrouw bezoek van de christelijke vergaderingen en 4. het voortdurend verrichten van godvruchtige werken waardoor uw geloof wordt ten toon gespreid.

UW GELOOF EN GODS WOORD

4. Voornamelijk door middel waarvan wordt het geloof van een christen ontwikkeld en in stand gehouden?

4 De spoorelementen die onontbeerlijk zijn voor het in stand houden van iemands gezondheid en leven, worden gewoonlijk in voldoende hoeveelheden verschaft wanneer men een evenwichtig dieet van stoffelijk voedsel in acht neemt. Op overeenkomstige wijze is geloof in het geval van een christen een uiterst belangrijk element dat door middel van een evenwichtig dieet van geestelijk voedsel wordt ontwikkeld en in stand gehouden. Paulus en Barnabas hebben in hun getuigenis aan de Grieken te Lystra de levende God beschreven als Degene ’die u regens vanuit de hemel en vruchtbare tijden geeft, die uw hart overvloedig met voedsel en vrolijkheid vervult’ (Hand. 14:14-17). Jehovah is echter ook Degene die in ons geestelijke onderhoud voorziet, zodat Jezus Christus terecht verklaarde: „Er staat geschreven: ’De mens moet niet van brood alleen leven, doch van elke uitspraak die uit Jehovah’s mond voortkomt.’” — Matth. 4:4; Deut. 8:3.

5, 6. (a) Welk verband bestond er tussen Gods Woord en Jozua’s geloof? (b) Hoe kunt u uw geloof vergroten?

5 Jehovah heeft de Israëlieten onder Jozua’s leiding veel overwinningen in het land Kanaän gegeven (Joz. 12:7-24). Jozua was echter geen militaire leider die slechts bijbelteksten aanhaalde om bij openbare gelegenheden effect te hebben. Hij bestudeerde Gods Woord, en dit droeg ertoe bij dat hij een geestelijk gezind persoon was, een man die geloof stelde in Jehovah. Hij nam de door God gegeven raad ter harte: „Wees slechts moedig en zeer sterk om zorgvuldig te handelen overeenkomstig heel de wet die mijn knecht Mozes u heeft geboden. Wijk er niet van af, noch naar rechts, noch naar links, opdat gij overal waar gij gaat, wijs moogt handelen. Dit wetboek dient niet uit uw mond te wijken, en gij moet er dag en nacht met gedempte stem in lezen, opdat gij zorgvuldig moogt handelen overeenkomstig alles wat erin geschreven staat; want dan zult gij uw weg succesvol maken en dan zult gij wijs handelen.” — Joz. 1:7, 8.

6 Het was in Jozua’s geval gebiedend noodzakelijk de goddelijke vereisten en instructies „dag en nacht” te beschouwen. Dient u uw aangelegenheden dan niet dusdanig te regelen dat u Gods Woord geregeld leest en bestudeert? Dit dient beslist het geval te zijn. Wanneer u dit doet en de Schrift in uw leven toepast, zult u uw geloof vergroten. Dan zult ook u ’overal waar u gaat, wijs handelen’. Uw geestelijke gezondheid en leven zijn zelfs van studie en toepassing van de Schrift afhankelijk. Paulus gaf Timótheüs de passende raad: „Blijf vasthouden aan het patroon van gezonde woorden, die gij van mij hebt gehoord, met het geloof en de liefde die in verband met Christus Jezus zijn.” — 2 Tim. 1:13.

UW GELOOF EN HET GEBED

7. Wat deed David wanneer hij door vervolgers werd belaagd, en waarom deed hij dit?

7 David was een man des geloofs, maar hij trachtte niet alleen staande te blijven. Hij wendde zich geregeld in gebed tot Jehovah. Wanneer David werd vervolgd, trachtte hij zijn vijanden niet louter door vernuft te slim af te zijn of probeerde hij hen niet enkel door een tentoonspreiding van menselijke macht te bestrijden. In plaats daarvan zag hij naar Jehovah op voor hulp. In één psalm drukte hij zich bijvoorbeeld als volgt uit: „Ik riep tot u, o Jehovah, om hulp. Ik zei: ’Gij zijt mijn toevlucht, mijn deel in het land der levenden.’ Schenk toch aandacht aan mijn smekende geroep, want ik ben zeer verarmd. Bevrijd mij van mijn vervolgers, want zij zijn sterker dan ik. Breng mijn ziel toch de kerker uit, om uw naam te prijzen” (Ps. 142:5-7). David bad om Jehovah’s hulp, terwijl hij niet om zelfzuchtige redenen bevrijding zocht, maar opdat hij Gods naam zou kunnen loven. Jehovah hoort zulke gebeden van mensen die zich aan hem hebben opgedragen. Hoe noodzakelijk is het derhalve dat hedendaagse dienstknechten van God ’aanhouden in het gebed’. — Rom. 12:12.

8. (a) Is geloof een passend onderwerp van een christelijk gebed? (b) Wat kunt u doen om vervolgde medegelovigen te helpen, ook al kunt u hen niet letterlijk bereiken?

8 Geloof is een passend onderwerp van een christelijk gebed. Het is de vrucht van Gods geest, en christenen kunnen Jehovah terecht om zijn geest smeken zoals deze geest in geloof tot uiting komt (Luk. 11:13; Gal. 5:22). De apostelen zeiden tot de Heer Jezus Christus: „Geef ons meer geloof” (Luk. 17:5). Zij waren zich ervan bewust dat zij meer geloof nodig hadden. De inhoud van hun smeekbede zou zeer terecht in de oprechte gebeden van christenen in deze tijd opgenomen kunnen worden. Zij doen er ook goed aan te bidden dat hun mededienstknechten van Jehovah een gezond en duurzaam geloof zullen behouden. Medegelovigen in een verre plaats worden misschien intens vervolgd en zwaar op hun geloof beproefd. U kunt hen niet letterlijk bereiken om hen te helpen. U kunt hen echter helpen door te bidden dat hun geloof niet mag bezwijken. Jezus heeft dit ten behoeve van Simon Petrus gedaan, zoals wordt onthuld in zijn woorden: „Simon, Simon, zie! Satan heeft ulieden voor zich opgeëist, om u te ziften als tarwe. Maar ik heb voor u gesmeekt dat uw geloof niet zou bezwijken; en wanneer gij eenmaal zijt teruggekeerd, versterk dan op uw beurt uw broeders.” — Luk. 22:31, 32.

9. Wat kunt u, afgezien van bidden voor medeaanbidders van God, nog meer doen om hen te helpen krachtig in het geloof te blijven?

9 De zojuist aangehaalde woorden van Jezus Christus geven te kennen dat wij, behalve te bidden dat medegelovigen een volhardend geloof mogen hebben, hun indien mogelijk ook dienen aan te moedigen, waardoor wij hen in geestelijk opzicht trachten te versterken. Paulus verlangde er vurig naar met zijn christelijke broeders en zusters in Rome verenigd te worden, want hij liet hen weten: „Ik verlang ernaar u te zien om u enige geestelijke gave te kunnen meedelen en u daardoor standvastig te maken; of liever, opdat er onder u een uitwisseling van aanmoediging mag zijn, doordat een ieder wordt aangemoedigd door middel van het geloof van de ander, zowel het uwe als het mijne” (Rom. 1:11, 12). Iedere christen kan dus bidden of zijn medeaanbidders van God door Jehovah gesterkt mogen worden zodat zij krachtig in het geloof blijven. Bovendien kan hij hen in geestelijk opzicht opbouwen door gesprekken te voeren die zijn geloof weerspiegelen. Aanwezigheid op christelijke vergaderingen verschaft een schitterende gelegenheid om met medegelovigen om te gaan en hen aan te moedigen.

UW GELOOF EN CHRISTELIJKE VERGADERINGEN

10. Welk verband bestaat er tussen geloof en christelijke vergaderingen?

10 Een juiste voeding is van het allergrootste belang voor het menselijke lichaam. Door geregeld goed voedsel te eten, neemt men de spoorelementen in zich op die het verschil kunnen uitmaken tussen ziekte en gezondheid. Op overeenkomstige wijze vergroot iemand zijn geloof door de christelijke vergaderingen en andere geestelijke feestmaaltijden waarin God voorziet, geregeld bij te wonen en eraan deel te nemen. Op deze wijze behaagt hij God en zal hij dit noodzakelijke element geloof bezitten wanneer zijn rechtschapenheid jegens Jehovah op de proef wordt gesteld.

11. Moeten christenen een onwankelbaar geloof bezitten?

11 Paulus toonde aan dat Jezus Christus, door in getrouwheid te sterven, voor zijn gezalfde volgelingen de weg tot hemels leven opende. Om dit leven evenwel te verwerven, moeten zij „met een waarachtig hart naderen, in de volle verzekerdheid des geloofs”, terwijl zij ertoe worden aangespoord ’zonder wankelen vast te houden aan de openbare bekendmaking van hun hoop’, „want hij die beloofd heeft, is getrouw” (Hebr. 10:19-23). Christenen weten dat de dingen waarvan God in zijn Woord de verzekering heeft gegeven, zekerheden zijn. Zij zijn niet als wankelmoedige, besluiteloze personen, die niets van Jehovah ontvangen (Jak. 1:5-8). Zij houden in gedachten dat Abraham ’niet in ongeloof wankelde’, want hij „was er ten volle van overtuigd dat [God] hetgeen hij had beloofd, ook in staat was te doen” en dat hij de bejaarde patriarch dus tot de „vader van vele natiën” zou maken. — Rom. 4:16-22.

12, 13. (a) Waarom is het voor christenen uiterst noodzakelijk geregeld bijeen te komen? (b) Welke uitwerking had het op het geloof van de eerste christenen als zij bijeenkwamen? (c) Welke andere goede uitwerking heeft het wanneer men op de vergaderingen van Gods dienstknechten aandachtig luistert?

12 Op christelijke vergaderingen is het mogelijk mondeling uiting te geven aan of een openbare bekendmaking te doen van ons geloof, terwijl wij tevens anderen kunnen helpen. In deze tijd, nu godloze standpunten hoogtij vieren, is het voor christenen hard nodig geregeld bijeen te komen om elkaar te helpen en te verhinderen dat iemand van het geloof afvalt. Paulus schreef terecht: „Laten wij op elkaar letten ten einde tot liefde en voortreffelijke werken aan te sporen, het onderling vergaderen niet nalatend, zoals voor sommigen gebruikelijk is, maar elkaar aanmoedigend, en dat te meer naarmate gij de dag ziet naderen” (Hebr. 10:24, 25). Toen de eerste christenen bijeenkwamen, bouwden zij elkaars geloof op, want Tertullianus verklaarde: „Wij komen samen ter lezing van de Schrift . . . wij [voeden] ons geloof door het gewijde woord, wij verlevendigen onze hoop, wij bevestigen ons vertrouwen.” — Apologeticum, 39, 3.

13 De Israëlieten hadden elk jaar drie geestelijk opbouwende nationale feesten (Ex. 23:14-17; Deut. 16:16). Een van deze was het loofhuttenfeest, waarop elk zevende jaar (in het sabbatjaar) zowel volwassenen als kinderen bijeenkwamen om naar het voorlezen van Gods wet te luisteren (Deut. 31:10-13). De priester Ezra en zijn assistenten lazen en verklaarden de wet van Jehovah op die tijd van het jaar (gedurende de zevende joodse maand) bij een speciaal vermelde gelegenheid, hetgeen zij deden voor het aangezicht van de mannen, de vrouwen en „allen die genoeg begrip hadden om te luisteren”. Het resultaat was dat het aandachtig luisterende volk, dat nog maar pas was teruggekeerd uit de ballingschap in Babylon, zich heel erg verheugde omdat het de wet begreep. Zij vierden destijds een bijzonder vreugdevol loofhuttenfeest (Nehemía hoofdstuk 8). Ook in deze tijd ontvangen Jehovah’s dienstknechten die op christelijke vergaderingen en congressen aandachtig luisteren, veel geestelijk onderricht op deze bijeenkomsten, als gevolg waarvan zij zich verheugen, vooral als zij het geleerde in hun leven toepassen.

14. Noem manieren waarop christelijke vergaderingen ons helpen „gezond in geloof” te blijven.

14 Christelijke vergaderingen bouwen geloof in Jehovah op en helpen ons „gezond in geloof” te blijven. Ze verschaffen aanmoediging en versterken ons in geestelijk opzicht. In het oude Antiochië, in Syrië, „moedigden [Judas en Silas] de broeders met menige toespraak aan en versterkten hen” (Hand. 15:30-32). Op de christelijke vergaderingen verkrijgt men ’geloof zonder huichelarij’, net zoals aanwezigheid op deze bijeenkomsten Timótheüs, zijn moeder Eunice en zijn grootmoeder Loïs geholpen moet hebben om zulk een geloof te verwerven (2 Tim. 1:5). Voornamelijk op christelijke vergaderingen wordt onderricht verschaft waardoor iemand in staat wordt gesteld „gezond in geloof” te worden en te blijven, want op deze vergaderingen blijft de christelijke opziener bijvoorbeeld „dingen spreken die met de gezonde leer overeenstemmen”. — Tit. 2:1; 1:5, 9.

15. Wat kan er gebeuren als iemand die eens met een nauwkeurige kennis van de waarheid verlicht is geweest, de christelijke bijeenkomsten opzettelijk verzuimt?

15 Terwijl het geregeld bezoeken van christelijke vergaderingen u zal helpen „gezond in geloof” te blijven, zal het aanhoudend, opzettelijk en onnodig verzuimen van deze bijeenkomsten het geloof verzwakken en kan het een stap in de richting van verlies van geloof en zelfs van opzettelijke, onvergeeflijke zonde tegen de heilige geest zijn (Matth. 12:31, 32). Mensen die eens met een nauwkeurige kennis van Gods waarheid verlicht zijn geweest maar die opzettelijk zondigen, treden de zoon van God met voeten, zij verloochenen hem. Na christenen ertoe te hebben aangespoord het onderling vergaderen niet na te laten, zei Paulus: „Want indien wij moedwillig zonde beoefenen na de nauwkeurige kennis van de waarheid te hebben ontvangen, blijft er geen slachtoffer voor zonden meer over, maar is er een stellige vreselijke verwachting van oordeel en een vurige jaloezie die de tegenstanders zal verteren.” De apostel verklaarde ook: „Een ieder die de wet van Mozes heeft geminacht, sterft zonder mededogen op het getuigenis van twee of drie personen. Hoeveel zwaarder straf, dunkt u, zal dan niet hij waardig gerekend worden die de Zoon van God met voeten heeft getreden en die het bloed van het verbond, waardoor hij geheiligd werd, als van gewone waarde heeft geacht en die de geest der onverdiende goedheid met verachting heeft gekrenkt?” (Hebr. 10:26-29; Deut. 19:15) Loop dus niet het risico uw geloof te verliezen en de Zoon van God te verloochenen, wat eeuwige vernietiging tot gevolg heeft. Woon met waardering geregeld de christelijke vergaderingen bij, in het besef dat ze belangrijk zijn om u „gezond in geloof” te houden.

UW GELOOF EN WERKEN

16. Welk verband bestaat er tussen geloof en werken? Illustreer dit.

16 Wanneer men geestelijke atrofie wil vermijden, moet geloof, evenals in het geval van de spieren van het menselijke lichaam, gevoed en ook geoefend worden. Jakobus heeft op treffende wijze de nadruk gelegd op de noodzaak ons geloof door middel van godvruchtige werken ten toon te spreiden. Hij schreef: „Ja, zoals het lichaam zonder adem dood is, zo is ook geloof zonder werken dood” (Jak. 2:26). Dit zijn geen werken van de Wet die Jehovah aan de Israëlieten had gegeven, maar activiteiten waaruit blijkt dat iemand geloof bezit (Gal. 2:15, 16). Abraham heeft door zijn bereidwilligheid om zijn zoon Isaäk als een slachtoffer te offeren, stellig bewezen dat hij geloof bezat. U ziet dat Abrahams geloof „met zijn werken samenwerkte en dat door zijn werken zijn geloof tot volmaaktheid werd gebracht”. Doordat Abraham zijn geloof in Jehovah stelde, werd hem door God rechtvaardigheid toegerekend en werd de patriarch „Jehovah’s vriend” genoemd. Rachab, die de Israëlitische verspieders verborg, had aldus ook werken die haar geloof ondersteunden en zij werd door die werken rechtvaardig verklaard. — Jak. 2:18-25; Jozua hoofdstuk 2.

17. Door welke werken kunt u er blijk van geven dat u „gezond in geloof” bent?

17 Maar door welke werken kunt u er blijk van geven dat u „gezond in geloof” bent? Dit zijn er heel wat. U geeft bijvoorbeeld blijk van een gezond geloof wanneer u Jehovah’s beslissingen accepteert in aangelegenheden die door zijn wetten en beginselen worden bestuurd: Wanneer u vasthoudt aan de woorden in Jesaja 2:4 over het slaan van zwaarden tot ploegscharen; wanneer u zich ervan weerhoudt bloed te eten of een bloedtransfusie te aanvaarden (Hand. 15:28, 29); wanneer u zich houdt aan goddelijke vereisten met betrekking tot seksuele moraliteit en ander moreel gedrag (1 Kor. 6:18; Ps. 15:1-5; Hebr. 13:18); wanneer u uw christelijke neutraliteit handhaaft met betrekking tot de wereldse aangelegenheden (Joh. 17:16) — in enkele woorden samengevat, wanneer u datgene wat Jehovah u in zijn geïnspireerde Woord opdraagt, aanvaardt en er bereidwillig aan vasthoudt (Ps. 119:105). U geeft er ook blijk van „gezond in geloof” te zijn wanneer u de christelijke vergaderingen bijwoont en eraan deelneemt (Ps. 26:12). En u geeft er stellig blijk van een gezond geloof te bezitten wanneer u het goede nieuws van Gods opgerichte, hemelse koninkrijk geregeld van huis tot huis en op andere manieren bekendmaakt. — Matth. 24:14; 28:19, 20.

18. Is het mogelijk in geloof te groeien?

18 Wordt uw geloof in God door zulke werken des geloofs ondersteund? Kunt u mogelijkheden zien om uw geloof verder tot ontwikkeling te brengen? Zou het een gezonder geloof kunnen zijn? Indien ja, wanhoop dan niet. Het is waar dat de tijd die voor dit goddeloze samenstel van dingen is overgebleven, zeer kort is geworden (1 Kor. 7:29-31), maar er is nog steeds een beperkte periode vóór de vernietiging van dit samenstel van dingen waarin men in geloof kan groeien. Hoe meer u uw geloof ontwikkelt en oefent, des te beter zal het groeien. — 2 Thess. 1:3.

19. Welke werken zal men als gevolg van waar geloof in Jehovah vermijden?

19 Evenals er juiste werken zijn die een bewijs vormen van uw geloof, zijn er goddeloze werken die u als gevolg van een waar geloof in Jehovah zult vermijden. Wij leven in dringende tijden. Het is thans beslist niet de tijd om in verkeerde, goddeloze werken, verwikkeld te geraken. Negentien eeuwen geleden zei Paulus dat het tijd was uit de slaap te ontwaken, „want thans is onze redding dichter bij dan toen wij gelovigen werden”. Vervolgens zei hij: „De nacht is vergevorderd; de dag is nabijgekomen. Laten wij daarom de werken die tot de duisternis behoren, afleggen en de wapenen des lichts aandoen. Laten wij betamelijk wandelen, zoals overdag, niet in brasserijen en drinkgelagen, niet in ongeoorloofde gemeenschap en losbandig gedrag, niet in twist en jaloezie. Maar doet de Heer Jezus Christus aan en maakt niet van tevoren plannen voor de begeerten van het vlees” (Rom. 13:11-14). Blijf ver weg van de werken van het gevallen vlees en ontwikkel de vruchten van Gods geest, waardoor u „gezond in geloof” blijft. — Gal. 5:19-26.

DEINST U IN ONGELOOF TERUG?

20. Wat is er voor nodig om onze positie als christen te handhaven?

20 Er is voortdurende waakzaamheid voor nodig om onze positie als christelijke getuigen van Jehovah te handhaven. Een christen kan het zich niet veroorloven in welke mate maar ook in ongeloof terug te deinzen, want dit zou uiteindelijk tot opzettelijke zonde en de verschrikkelijke gevolgen ervan leiden. Paulus gaf terecht de waarschuwing: „Want wij kennen hem die gezegd heeft: ’Mij is de wraak; ik zal vergelden’; en wederom: ’Jehovah zal zijn volk oordelen.’ Het is iets vreselijks in de handen van de levende God te vallen.” — Hebr. 10:30, 31.

21, 22. (a) Welke moeilijke ervaringen kunnen Jezus Christus volgelingen verwachten? (b) Tot welke handelwijze dienen christenen zich nooit door vervolging te laten brengen, en waarom?

21 Om „gezond in geloof” te blijven, zal het u goed doen aan uw eerste liefde voor Gods waarheid te denken. Hoe waardeerde u uw nieuwe vrijheid van vals-religieuze en andere verkeerde standpunten! (Joh. 8:32) Vergeet die eerste liefde nooit. U kunt vanzelfsprekend tegenstand verwachten, zelfs gewelddadige vervolging, want Jezus Christus heeft gezegd dat zijn volgelingen zulke dingen zouden meemaken (Matth. 10:34-36; Joh. 15:18-20). Laat echter niet toe dat deze ervaringen uw liefde voor Gods waarheid en uw geloof in Jehovah verwoesten. Denk aan al datgene wat u reeds als christen hebt verduurd, terwijl u ook beseft dat de verdrukking die u nu lijdt, tijdelijk is. Wanneer ze voorbij is en u erop kunt terugzien, zult u beseffen dat volharding u Gods goedkeuring heeft geschonken, waarin u zich zult verheugen. — Hebr. 10:32-34.

22 Werp uw christelijke vrijmoedigheid van spreken over het goede nieuws van Gods koninkrijk nooit wegens vervolging weg, aangezien die vrijmoedigheid van spreken „een grote beloning met zich brengt”. Paulus zei ook nog: „Want gij hebt volharding nodig, om, na de wil van God gedaan te hebben, de vervulling van de belofte te ontvangen. Want nog ’een zeer korte tijd’ en ’hij die komt zal aankomen en zal niet uitblijven’” (Hebr. 10:35-37). Sinds de oprichting van Gods hemelse koninkrijk in 1914 G.T. is Jezus Christus’ tweede tegenwoordigheid een werkelijkheid! Bovendien zullen talloze mensen die een volhardend geloof in God ten toon gespreid hebben, zich binnenkort verheugen in het in de bijbel beloofde leven in Jehovah’s nieuwe ordening. — Joh. 17:3.

23, 24. (a) Waarom dient men het te vermijden ook maar in de geringste mate in ongeloof terug te deinzen? (b) Wat is Jehovah’s houding ten opzichte van de rechtvaardige en ten opzichte van degene die terugdeinst?

23 Vermijd het derhalve ook maar in de geringste mate in ongeloof terug te deinzen — door in het begin, bijna onmerkbaar, terug te deinzen voor christelijke voorrechten en verantwoordelijkheden. Dit is vooral gevaarlijk omdat het zo subtiel is. Het kan bijvoorbeeld beginnen met af en toe onnodig christelijke vergaderingen over te slaan, hetgeen uiteindelijk tot de gewoonte van verzuimen leidt. Pas dus op! Het zal geen redding tot gevolg hebben wanneer men slechts met een gemeente van Jehovah’s getuigen verbonden is. Er wordt een diep geloof vereist dat door middel van werken wordt geoefend (Rom. 10:10). David zei: „De getrouwen beveiligt Jehovah” (Ps. 31:23). Om Gods gunst en bescherming te genieten en eeuwig leven te verwerven, moeten christenen de wedloop voor het leven met een nimmer falende volharding lopen, waarbij zij hun ogen gericht houden op het grote Voorbeeld, Jezus Christus, ’opdat zij niet moe worden en bezwijken in hun ziel’. — Hebr. 12:1-3.

24 Deins derhalve niet terug maar blijf „gezond in geloof”. Paulus schreef over Jehovah’s houding ten opzichte van de rechtvaardige en degene die terugdeinst: „’Maar mijn rechtvaardige zal wegens geloof leven’ en ’indien hij terugdeinst, heeft mijn ziel geen behagen in hem’. Welnu wij behoren niet tot het soort dat terugdeinst, wat tot vernietiging leidt, maar tot het soort dat geloof heeft, wat tot het in het leven behouden van de ziel leidt.” — Hebr. 10:38, 39.

25, 26. (a) Welke verbazingwekkende dingen zullen binnenkort gebeuren? (b) Voor welke handelwijze ten aanzien van uw geloof is het thans derhalve de tijd? (c) Welke gave zal men ontvangen wanneer men een onbuigzaam geloof bezit?

25 Heel binnenkort zal het wereldrijk van valse religie, Babylon de Grote, zijn vernietigende einde bereiken (Openb. 17:16–18:8). Christenen zullen daarna niet lang hoeven te wachten op de „oorlog van de grote dag van God de Almachtige”, Armageddon, wanneer „de koningen van de aarde en de hooggeplaatste personen en de militaire bevelhebbers en de rijken en de sterken” en anderen die tegen Gods koninkrijk zijn gekant, tevergeefs bescherming zullen zoeken tegen „degene die op de troon zit [Jehovah God] en de gramschap van het Lam”, Jezus Christus. De goddelozen zullen dan een verpletterende nederlaag lijden in hun hopeloze strijd tegen de „koning der koningen en Heer der Heren”, Jezus Christus, die het symbolische witte paard berijdt en een stellige en eeuwige overwinning op hen zal behalen (Openb. 16:14, 16; 6:15-17; 19:11-21). Vervolgens zullen Satan de Duivel en zijn demonen zonder uitstel in de afgrond worden geworpen. — Openb. 20:1-3.

26 Ja, er zullen in de nabije toekomst verbazingwekkende dingen gebeuren. Nu is het derhalve de tijd volledig voordeel te trekken van alle gelegenheden waardoor u zich van het essentiële element van een krachtig geloof kunt verzekeren. Rust u voor komende geloofsbeproevingen toe en wees vastbesloten „gezond in geloof” te blijven, ondanks ongunstige omstandigheden of ontberingen. Verheug u uitbundig in Jehovah, zoals Habakuk deed, die gebedsvol zei: „Al bloeit de víjgeboom niet, en is er geen opbrengst aan de wijnstokken, al loopt het werk van de olijfboom werkelijk op een mislukking uit, en brengen zelfs de terrassen werkelijk geen voedsel voort, al wordt het kleinvee werkelijk afgesneden van de kooi, en is er geen rundvee in de omheinde ruimten — Toch wil ik, wat mij betreft, mij uitbundig verheugen in Jehovah zelf; ik wil blij zijn in de God van mijn redding, Jehovah, de Soevereine Heer, is mijn vitale kracht; en hij zal mijn voeten maken als die van de hinden, en op mijn hoge plaatsen zal hij mij doen treden” (Hab. 3:17-19). Ja, zo’n onbuigzaam, gezond geloof zal u eeuwig leven schenken, een gave van de getrouwe God, Jehovah. — 1 Tim. 6:11, 12; Ef. 2:8; Deut. 32:4.

[Illustratie op blz. 525]

Jozua’s succes hing af van het geregeld lezen van Gods Woord. Dient u niet hetzelfde te doen om gezond in geloof te blijven?

[Illustratie op blz. 526]

David toonde geloof door tot Jehovah te bidden. Houd u aan in het gebed?

[Illustratie op blz. 528]

Het geregeld bijwonen van christelijke vergaderingen helpt iemand „gezond in geloof” te blijven

[Illustratie op blz. 529]

Aangezien geloof zonder werken dood is, geeft men er blijk van een gezond geloof te bezitten door het goede nieuws van huis tot huis bekend te maken

    Nederlandse publicaties (1950-2025)
    Afmelden
    Inloggen
    • Nederlands
    • Delen
    • Instellingen
    • Copyright © 2025 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania
    • Gebruiksvoorwaarden
    • Privacybeleid
    • Privacyinstellingen
    • JW.ORG
    • Inloggen
    Delen