Wat is „nodig”?
DEZE W-codex van de Evangeliën heeft een rol gespeeld bij de vertaling van een opmerking van Jezus tot Martha, een zuster van zijn boezemvriend Lazarus. Toen Jezus de familie bezocht, vond Martha het uiterst belangrijk een goede maaltijd voor Jezus te bereiden, maar hij opperde vriendelijk dat zij het voorbeeld van haar zuster Maria moest volgen, die aan zijn voeten naar hem zat te luisteren. Hij zei: „Toch zijn maar weinig dingen nodig, of maar één. Wat Maria aangaat, zij heeft het goede deel gekozen, en het zal haar niet worden ontnomen.” — Lukas 10:42.
Deze woorden vormen een vertaling van de in 1881 gepubliceerde Griekse tekst van Westcott en Hort, de basis voor de Nieuwe-Wereldvertaling. Een voetnoot in de uitgave van deze bijbel met studieverwijzingen (1988) toont aan dat deze lezing gebaseerd was op het Sinaïtische (א) en het Vaticaanse (B) handschrift, die beide hetzelfde teksttype vertegenwoordigen. Daarentegen luidt het Alexandrijnse (A) handschrift: „Toch is er maar één ding nodig. Wat [Maria] aangaat . . .” Zoals uit de voetnoot blijkt, stemmen de Codex W, alsook de Chester Beatty-papyrus (P45) en de Bodmer-papyrus (P75), beide uit de derde eeuw G.T., met deze laatste lezing overeen. Maar al deze handschriften kwamen aan het licht lang nadat Westcott en Hort hun tekst in het jaar 1881 publiceerden, zodat zij niet in de gelegenheid waren deze alternatieve lezing te beschouwen. Ongeacht welke lezing van de tekst wij thans echter willen erkennen, zegt Jezus ons duidelijk dat wij geestelijke dingen de eerste plaats in ons leven moeten toekennen — goede raad die wij graag zullen willen opvolgen.