Kijk uit naar de blijvende stad

1. Wat zou er volgens Jezus’ voorspelling met Jeruzalem gebeuren?

JEZUS sprak een paar dagen voor zijn dood een uitgebreide profetie uit. De eerste vervulling ervan was aan het einde van het Joodse tijdperk. Jezus waarschuwde dat Jeruzalem op een dag ‘door legertroepen omsingeld’ zou worden (Luk. 21:20). Hij zei dat zijn volgelingen het gebied moesten verlaten zodra ze die troepen zagen. Zijn woorden kwamen uit toen het Romeinse leger Jeruzalem omsingelde (Luk. 21:21, 22).

2. Wat voor raad gaf Paulus aan de Hebreeuwse christenen in Judea en Jeruzalem?

² Een paar jaar voordat het Romeinse leger Jeruzalem omsingelde schreef Paulus een brief met een krachtige boodschap. Die brief kennen we nu als het boek Hebreeën. Daarin gaf Paulus christenen in Jeruzalem en Judea belangrijke raad die ze zou helpen zich voor te bereiden op wat ze te wachten stond. Wat stond er precies te gebeuren? Jeruzalem zou worden verwoest. Om dat te overleven moesten die christenen bereid zijn huis en haard te verlaten. Daarom schreef Paulus over Jeruzalem: ‘We hebben hier geen blijvende stad.’ Daar voegde hij aan toe: ‘We (...) zien juist verlangend uit naar de toekomstige stad’ (Hebr. 13:14).

3. Wat is ‘de stad die echte fundamenten heeft’, en waarom kijken we daarnaar uit?

³ Ongetwijfeld zijn christenen die besloten Jeruzalem en Judea te verlaten belachelijk gemaakt en bespot. Maar die beslissing heeft hun leven gered. Ook wij worden bespot. Velen vinden het belachelijk dat we geen veilig, comfortabel leven in de wereld proberen op te bouwen en niet verwachten dat mensen de wereldproblemen oplossen. Waarom kiezen we daarvoor? Omdat we weten dat deze wereld maar tijdelijk is. We kijken uit naar ‘de stad die echte fundamenten heeft’, oftewel ‘de toekomstige stad’, Gods Koninkrijk (Hebr. 11:10; Matth. 6:33).a In dit artikel gaan we onder elk kopje bekijken (1) hoe Paulus’ geïnspireerde raad christenen in de eerste eeuw hielp naar ‘de toekomstige stad’ te blijven uitkijken, (2) hoe Paulus ze voorbereidde op wat er zou gebeuren en (3) wat we in deze tijd aan zijn raad hebben.

VERTROUW OP DEGENE DIE JE NOOIT IN DE STEEK LAAT

4. Waarom was Jeruzalem belangrijk voor christenen?

⁴ Jeruzalem was belangrijk voor de christenen. Daar was in het jaar 33 de christelijke gemeente opgericht en daar zat het besturende lichaam. Bovendien hadden veel christenen daar een huis en allerlei bezittingen. Maar Jezus had gewaarschuwd dat zijn volgelingen Jeruzalem en zelfs Judea moesten verlaten (Matth. 24:16).

5. Hoe bereidde Paulus de christenen voor op wat er zou gebeuren?

⁵ Paulus bereidde de christenen op de gebeurtenissen voor door hun aandacht te richten op hoe Jehovah over Jeruzalem dacht. Hij herinnerde ze eraan dat de tempel, de priesterschap en de offers die er werden gebracht vanuit Jehovah’s perspectief niet meer heilig waren (Hebr. 8:13). De meeste inwoners van de stad hadden de Messias verworpen. De tempel was niet langer het centrum van zuivere aanbidding en zou worden verwoest (Luk. 13:34, 35).

6. Waarom hadden de christenen Paulus’ raad in Hebreeën 13:5, 6 nodig?

⁶ Toen Paulus aan de Hebreeën schreef, was Jeruzalem een welvarende stad. Volgens een Romeinse schrijver uit die tijd was het ‘verreweg de beroemdste stad van het Oosten’. Elk jaar kwamen er Joden uit allerlei landen naartoe om de feesten te vieren, wat bijdroeg aan een bloeiende economie. Ongetwijfeld waren er ook christenen die van die gunstige situatie profiteerden. Misschien is dat de reden waarom Paulus schreef: ‘Laat je leven vrij zijn van de liefde voor geld en wees tevreden met wat je hebt.’ Hij citeerde vervolgens een geruststellende tekst met een persoonlijke garantie van Jehovah: ‘Ik zal je nooit in de steek laten en ik zal je nooit verlaten’ (lees Hebreeën 13:5, 6; Deut. 31:6; Ps. 118:6). Die belofte was precies wat christenen in Jeruzalem en Judea later nodig zouden hebben. Waarom? Omdat ze kort na ontvangst van de brief hun huis, hun bedrijf en veel van hun bezittingen moesten achterlaten. Ze zouden een onzekere toekomst tegemoet gaan.

7. Waarom is het nu de tijd ons vertrouwen in Jehovah te versterken?

⁷ Wat is de les? Denk eens aan wat ons te wachten staat: de ‘grote verdrukking’ en het einde van deze wereld (Matth. 24:21). Net als de eerste christenen moeten we wakker blijven en er klaar voor zijn (Luk. 21:34-36). Tijdens de grote verdrukking moet je misschien een deel van je bezittingen of zelfs alles achterlaten. Dan zul je er volledig op moeten vertrouwen dat Jehovah je nooit in de steek laat. Nog voordat die verdrukking losbarst heb je al de kans te laten zien op wie je vertrouwt. Vraag je af: blijkt uit mijn daden en doelen dat ik niet op geld vertrouw maar op de God die belooft voor me te zorgen? (1 Tim. 6:17) We kunnen veel leren van wat er in de eerste eeuw gebeurde. Maar de toekomstige grote verdrukking zal ongekend zijn. Hoe zullen we weten wat we precies moeten doen als die verdrukking begint?

GEHOORZAAM DEGENEN DIE DE LEIDING NEMEN

8. Welke instructie had Jezus zijn discipelen gegeven?

⁸ Een paar jaar na ontvangst van Paulus’ brief zagen christenen het Romeinse leger Jeruzalem omsingelen. Dat was het teken dat ze moesten vluchten. Jeruzalem zou worden verwoest (Matth. 24:3; Luk. 21:20, 24). Maar waar moesten ze naartoe? Jezus had alleen gezegd: ‘Dan moeten degenen die in Judea zijn, naar de bergen vluchten’ (Luk. 21:21). Er waren veel bergen in de omgeving. Dus welke kant moesten ze op?

9. Naar welke bergen konden christenen vluchten? (Zie ook de kaart.)

⁹ Naar welke bergen hadden de christenen kunnen vluchten? Bijvoorbeeld de bergen van Samaria, de bergen in Galilea, de Hermon en het Libanongebergte en de bergen aan de andere kant van de Jordaan. (Zie de kaart.) Sommige steden in die berggebieden leken misschien een veilig toevluchtsoord. De stad Gamla bijvoorbeeld lag op een hoge, ruige bergkam en was extreem moeilijk te bereiken. Heel wat Joden zagen die stad als de ideale plek om naartoe te vluchten. Maar Gamla werd het toneel van een hevige strijd tussen de Joden en de Romeinen waarbij veel inwoners omkwamen.b

10-11. (a) Hoe heeft Jehovah de christenen mogelijk geleid? (Hebreeën 13:7, 17) (b) Waar leidde de gehoorzaamheid van de christenen toe? (Zie ook de afbeelding.)

¹⁰ Hoe heeft Jehovah de christenen geleid? Het lijkt erop dat hij daarvoor degenen gebruikte die in de gemeente de leiding namen. De historicus Eusebius schreef later: ‘De Jeruzalemse gemeente verliet op een gegeven ogenblik de stad; men deed dat op aanraden van enige mensen, die algemeen als godsvruchtig bekend waren en een goddelijke openbaring hadden ontvangen; zo kon de hele gemeente tijdig voor het uitbreken van de oorlog vertrekken; men vestigde zich in Pella, een stad in Perea.’ Pella lijkt een ideale keuze te zijn geweest. Het lag niet ver van Jeruzalem, waardoor het relatief makkelijk te bereiken was. Er woonden vooral niet-Joden en de stad had weinig last van fanatieke Joodse vrijheidsstrijders en hun gevechten met de Romeinen. (Zie de kaart.)

¹¹ De christenen die naar de bergen vluchtten deden wat Paulus had gezegd: ‘Gehoorzaam degenen die bij jullie de leiding nemen.’ (Lees Hebreeën 13:7, 17.) Gehoorzaamheid leidde dus tot overleving. De geschiedenis bevestigt dat Jehovah degenen die uitkeken naar ‘de stad die echte fundamenten heeft’ — zijn Koninkrijk — niet in de steek heeft gelaten (Hebr. 11:10).

12-13. Hoe heeft Jehovah in moeilijke tijden zijn volk geleid?

¹² Wat is de les? Jehovah gebruikt degenen die de leiding nemen om zijn volk specifieke instructies te geven. De Bijbel staat vol met voorbeelden waaruit blijkt dat Jehovah in moeilijke tijden in herders voorzag om zijn volk te leiden (Deut. 31:23; Ps. 77:20). En we hebben duidelijk gezien dat Jehovah ook nu degenen die de leiding nemen gebruikt.

¹³ We kregen bijvoorbeeld toen de COVID-19-pandemie uitbrak de nodige instructies van degenen die de leiding nemen. Die broeders instrueerden de ouderlingen hoe ze voor de geestelijke behoeften van hun broeders en zusters konden zorgen. Kort na het uitbreken van de pandemie hadden we via internet, tv en radio een gedenkwaardig congres in meer dan 500 talen. De aanvoer van geestelijk voedsel stopte niet. Daardoor bleven we verenigd. We kunnen erop vertrouwen dat Jehovah degenen die de leiding nemen altijd zal helpen een wijze koers te volgen, wat voor moeilijkheden we ook zullen meemaken. Maar wat hebben we naast vertrouwen in Jehovah en gehoorzaamheid nog meer nodig om voorbereid te zijn op de grote verdrukking en in die moeilijke periode verstandig te kunnen handelen?

TOON BROEDERLIJKE LIEFDE EN WEES GASTVRIJ

14. Wat moesten de christenen volgens Hebreeën 13:1-3 doen in de laatste dagen van het Joodse tijdperk?

¹⁴ Als de grote verdrukking begint, zullen we meer dan ooit liefde voor elkaar moeten tonen. We zullen in dat opzicht het voorbeeld van de christenen in Jeruzalem en Judea moeten volgen. Zij hadden altijd liefde voor elkaar getoond (Hebr. 10:32-34). Maar in de laatste jaren voor het einde van het Joodse tijdperk moesten ze nog meer broederlijke liefde tonen en nog gastvrijer zijn.c (Lees Hebreeën 13:1-3.) Hetzelfde geldt voor ons nu het huidige tijdperk ten einde komt.

15. Waarom moesten de Hebreeuwse christenen na hun vlucht broederlijke liefde tonen?

¹⁵ Toen de Romeinse troepen die Jeruzalem hadden omsingeld zich plotseling terugtrokken, sloegen de christenen op de vlucht. Ze konden maar weinig spullen meenemen (Matth. 24:17, 18). Op hun tocht naar de bergen en terwijl ze zich in hun nieuwe woonplaats settelden waren ze op elkaar aangewezen. Het waren zonder twijfel ‘tijden van nood’ waarin ze de kans kregen gastvrij te zijn en oprechte broederlijke liefde te tonen door elkaar te steunen en te delen wat ze hadden (Tit. 3:14).

16. Hoe kun je liefde tonen voor een broeder of zuster die hulp nodig heeft? (Zie ook de afbeelding.)

¹⁶ Wat is de les? Liefde motiveert ons hulp te bieden aan broeders en zusters die dat nodig hebben. Velen zijn bereid geweest te zorgen voor de geestelijke en materiële behoeften van broeders en zusters die vanwege een oorlog of natuurramp op de vlucht moesten. Een Oekraïense zuster die vanwege de oorlog haar huis moest verlaten zei: ‘We hebben Jehovah’s hand gevoeld, die ons leidde en ons via de broeders en zusters hielp. Zij hebben ons in Oekraïne, in Hongarije en nu hier in Duitsland heel goed opgevangen en geholpen.’ Als je gastvrij bent voor je broeders en zusters en voor ze zorgt, ben je een werktuig in Jehovah’s handen (Spr. 19:17; 2 Kor. 1:3, 4).

17. Waarom is het nu de tijd om aan broederlijke liefde en gastvrijheid te werken?

¹⁷ Ongetwijfeld gaan we elkaar in de toekomst nog harder nodig hebben dan nu (Hab. 3:16-18). Jehovah leert ons nu om broederlijke liefde te tonen en gastvrij te zijn, dingen die straks absoluut van levensbelang zijn.

WAT ONS TE WACHTEN STAAT

18. Hoe kunnen we de Hebreeuwse christenen uit de eerste eeuw navolgen?

¹⁸ De geschiedenis bevestigt dat christenen die naar de bergen waren gevlucht zijn ontkomen aan de ramp die Jeruzalem trof. Ook al moesten ze alles achterlaten, Jehovah zorgde voor ze. Hoe zal het in onze tijd gaan? We weten niet precies wat er allemaal gaat gebeuren. Maar we hebben wel Jezus’ waarschuwing klaar te staan om in actie te komen (Luk. 12:40). Daarnaast hebben we de raad van Paulus uit zijn brief aan de Hebreeën, raad die nu net zo toepasselijk is als in de eerste eeuw. En we hebben Jehovah’s persoonlijke garantie dat hij ons nooit zal verlaten en nooit in de steek zal laten (Hebr. 13:5, 6). Kijk dus verlangend uit naar de blijvende stad — Gods Koninkrijk. Dan zul je voor eeuwig kunnen genieten van de zegeningen die het zal brengen (Matth. 25:34).